, Samenvatting anatomie 1 Bachelor verpeegkunde fase 1 Thomas More 2025
Gemaakt met de studiegroep, ik heb geprobeerd alles zo netjes mogelijk onder elkaar
te zetten. Met die tabellen is dat soms lastig, je zult hier en daar misschien iets
moeten vergroten. Word gooit soms dingen in de war.
, Samenvatting anatomie 1 Bachelor verpeegkunde fase 1 Thomas More 2025
Anatomie & fysiologie
1. Inleiding
Anatomie = beschrijving van de organen en stelsel, hun ligging, hun uitzicht,
hun onderdelen en de benaming.
Fysiologie = De werking van de organen: - samenstelling van sappen
- regelfuncties
Histologie= weefselleer
Cytologie:= celleer
Biochemie= chemische processen in de levende cel
= metabolisme= stofwisseling
Anabolisme (opbouw) met energie uit ATP
warmte + ATP (batterij)
Chemie
Farmacologie= medicatieleer
Pathologie= ziekteleer
klinisch redeneren= Systematisch verpleegkundig handelen, verpleegkundig proces,
verpleegkundige besluitvorming; denk- en keuzeproces gebaseerd op logisch
redeneren.
Cellen = fundamentele stofwisselingseenheid in tussencelvocht: opname metabolieten
afgifte afvalstoffen
weefsels
Organen
Functiesystmen of stelsels: - caridovasculairstelsel
- spijsverteringsstelsel
- urinewegstelsel= excretiestelsel
- ademhaling stelsel
- de huid
- hormoonstelsel
- zenuwstelsel
- sensorisch systeem
- motorisch systeem
- voorplantingstelsel
, Samenvatting anatomie 1 Bachelor verpeegkunde fase 1 Thomas More 2025
Vegetaiteve intergratie Animale integratie
- Autonome werking (automatisch/onwillekeurig) - Willekeurig
- In dienste van levensonderhoud van - Actieve interactie tussen organisme en
cellen Integratie door: de omgeving
- input van info = vegetatieve sensoriek Interactie:
- output van info= vegetative motoriek - input van info= animale sensoriek
-output vaninfo= animale motoriek (gestreepte
-> de hormoonstelsel en vegetatieve gedeelte van spieren en skeletspieren)
het zenuwstelsel
Topografie
Doorsneden:
sagittale = links en
rechts frontrale= buik en
rug transversale= dwars
Termen:
Ventraal= voorzijde/ buikzijde = anterior frontaal
dorsaal= achterzijde/ rugzijde = posterior
craniaal= hoofd transversaal
caudaal= voeten
Mediaal= dicht bij de middenlijn Sagittaal
lateraal= zijkant/ buitenkant
bilateraal= langs beide kanten
Proximaal= dicht bij de oorsprong vooral voor ledematen
distaal= afstand van de oorsprong