Hygiëne
= Kwaliteit van de omgeving wordt onderhouden op een manier dat de gezondheidstoestand wordt
behouden en bevorderd
- onderdeel van de dierengeneeskunde
- preventieve maatregelen
- niet-medicamenteus
- doel: verbetering en behoud van gezondsheidstoestand van de dieren
Ongunstige invloeden op de gezondheidstoestand van het dier:
- Infectieuze agentia (viraal, bacterieel, parasitair)
- Niet-infectieuze contaminanten uit het milieu (toxines in voeder, drinkwater, toxische gassen)
- Onevenwichtige voedersamenstellingen
- Bepaalde fysische factoren (temperatuurschommelingen, vochtigheid, tocht, …)
- Schimmels
Hygiënische maatregelen op 3 niveaus
1. Niveau van het individuele dier (van belang voor gezelschapsdieren)
2. Niveau van het bedrijf (vnl. gericht op preventie van ziekte insleep en verlagen van infectiedruk)
3. Niveau van de populatie (vnl. maatregelen i.v.m. grenscontrole en -quarantaine, vaccinatie en eradicatie,
stimulerende - en beperkende maatregelen )
Hoofdstuk 1 : Atmosfeer
Lucht in de atmosfeer → constant mengsel van verschillende gassen
Chemische + microbiologische samenstelling van de lucht + de fysische eigenschappen => beïnvloeden
duidelijk de gezondheid van de dieren
1. Chemische samenstelling :
1.1 Normale gassen :
Samenstelling droge lucht bij 0°C en luchtdruk van 1 atmosfeer (=760mm Hg) (dus zonder waterdamp!):
- 78.09 % stikstof N2
- 21 % O2
- 0.93 % Ar
- 0.035 % CO2
- Zeer kleine hoeveelheden inerte edelgassen (Neon, helium, krypton)
=> door allerlei factoren kan de chemische samenstelling van lucht variëren van de optimale samenstelling
Stikstof N₂
= Geur-, kleur- en smaakloos gas → geen invloed op de gezondheidstoestand van dieren / levende wezens
Van belang voor eiwitsynthese van de planten
=> planten worden opgegeten door herbivoren of omnivoren
=> (opgegeten door carnivoren)
=> onrechtstreekse invloed op de dieren
Oppassen Caisson ziekte → duiken
Zuurstof O₂
- Essentiële rol in stofwisseling dieren
- Absolute zuurstofspanning = maat voor de hoeveelheid zuurstof
↳ van belang voor een e iciënte longfunctie
- geproduceerd door planten via fotosynthese → verbruikt door dieren en micro-organismen via respiratie
De zuurstofspanning kan dalen door :
- het zuurstofgebruik in hermetisch gesloten ruimten
- een lage luchtdruk ( hoe hoger je gaat hoe lager de absolute zuurstofspanning)
,Grens: 10-16 % bij 1 atm => geen problemen. (ideaal: 20%)
12 – 15 %: compensatie
- Verhoogde AH- en hartfrequentie
- Op lange termijn: stijging RBC’s en hemoglobine
- Normalisatie hart- en longfunctie
< 12 % (zeker <10%) bij 1 atm
- geen compensatie mogelijk
- hersen- en weefselbeschadiging
Te lage zuurstofspanning :
- pasgeboren dieren + fœtussen bijzonder gevoelig aan
↳ bij de kip gaan 20% sterven door te lage zuurstofspanning op de eerste dagen van incubatie
- Varken: gevoelig want het hart is zeer licht in verhouding met het lichaamsgewicht
- Vleeskippen : groeien veel sterke dus veel nood aan zuurstof
- Hersenen: meest gevoelig voor zuurstoftekort
na 3 minuten irreversibele hersenschade
na 6 minuten hersendood
Ozon O₃
Ontstaat door : - Inwerking van UV stralen
- Elektrische ontladingen
Ozonlaag → bescherming tegen UV-licht
Oxiderende werking op organische sto en : - bestrijden van hinderlijke geuren
- desinfecterend
Toxisch voor mens en dier
MAC = 0.1 ppm
MAC = maximum acceptable concentration
Ppm = parts per million ( 1/ 1000 000)
→ Longoedeem, irriterend voor ogen en luchtwegen, CZS (hoofdpijn, concentratiestoornissen)
Koolzuurgas CO₂
↳ koolstofdioxide
= Kleur- en reukloos gas
- Ontstaat door : - Bacteriële gisting
- Ademlucht (respiratie) mensen en dieren
↳ verbruiken zuurstof en geven CO₂ en waterdamp af
- Verbranding van fossiele brandsto en en koolstof houdende bestanddelen
Relatief weinig toxisch :
> 10 % kan bewusteloosheid optreden, dit komt in de praktijk echter niet voor (atmosfeer: 0.035 %)
Teveel koolstofdioxide => bevangen → Sufheid en apathie
Gebruik: euthanasie labodieren en bedwelming varkens in slachthuis
Andere toepassingen : - Frisdranken
- Blusapparaten
- Broeikasgas
Waterdamp
Hoeveelheid waterdamp in de lucht: uitgedrukt in absolute en relatieve vochtigheidsgraad
Absolute vochtigheidsgraad :
Aantal gram water / m³ lucht
, Maximale vochtigheidsgraad :
Max hoeveelheid waterdamp die bij een T° onder dampvorm kan voorkomen
Constant bij bepaalde temperatuur
Relatieve vochtigheidsgraad (RV) :
Verhouding tussen absolute en maximale vochtigheidsgraad bij een bepaalde temperatuur
Uitgedrukt in %
Meer dan 100%: condenseren naar damp en mist
Hoe warmer de lucht hoe meer waterdamp die kan bevatten
⇒ enkel RV is voor dieren van belang
⇒ meten met hygrometer of psychrometer
Buitenshuis: 20 – 100 %
Binnenshuis: 50 – 60 %
Stallen: 60% - 80%
Afhankelijk van: - RV buitenlucht
- Temperatuur in stal
- Vorming waterdamp
- Stalbezetting
- Type voeder
- Staltype
- Gezondheidstoestand dieren
- Vochtigheid oppervlakten
Gevolgen van : (examenvraag)
Lage RV
- Stofvorming
- Irritatie luchtwegen bv : mucoviscidose
- Gewichtsverlies eieren in broedkas
Hoge RV
- Vorming vochtpartikels (aërosol) => ingeademd
- Stijging kiemgetal lucht
- Gemakkelijkere groei van bacteriën en schimmels
- Condensatie op koude voorwerpen
Broeikase ect
Broeikasgassen → N₂O, methaan, CFK, ozon, zwavelhexafluoride,…
↳ Waterdamp en CO₂ zijn de belangrijkste
Meest recente metingen CO₂: 377ppm
Vóór de industriële revolutie was dit 280 ppm!
⇒ Global warming
1.2 Abnormale gassen :
MAC
= een waarde die de Maximaal Aanvaarde Concentratie van een gas, damp, vezel of stof in de lucht geeft
Vanaf een bepaalde concentratie is het pas gevaarlijk en als we boven deze waarde gaan zullen de
nageslachten symptomen ervaren en dit geldt zowel voor kortdurende, als voor herhaalde en langdurige
blootstelling`
Wetgeving: - duidelijkheid voor werkgevers en werknemers wat toelaatbaar is
- arbeidsinspectie → handhaving
= Kwaliteit van de omgeving wordt onderhouden op een manier dat de gezondheidstoestand wordt
behouden en bevorderd
- onderdeel van de dierengeneeskunde
- preventieve maatregelen
- niet-medicamenteus
- doel: verbetering en behoud van gezondsheidstoestand van de dieren
Ongunstige invloeden op de gezondheidstoestand van het dier:
- Infectieuze agentia (viraal, bacterieel, parasitair)
- Niet-infectieuze contaminanten uit het milieu (toxines in voeder, drinkwater, toxische gassen)
- Onevenwichtige voedersamenstellingen
- Bepaalde fysische factoren (temperatuurschommelingen, vochtigheid, tocht, …)
- Schimmels
Hygiënische maatregelen op 3 niveaus
1. Niveau van het individuele dier (van belang voor gezelschapsdieren)
2. Niveau van het bedrijf (vnl. gericht op preventie van ziekte insleep en verlagen van infectiedruk)
3. Niveau van de populatie (vnl. maatregelen i.v.m. grenscontrole en -quarantaine, vaccinatie en eradicatie,
stimulerende - en beperkende maatregelen )
Hoofdstuk 1 : Atmosfeer
Lucht in de atmosfeer → constant mengsel van verschillende gassen
Chemische + microbiologische samenstelling van de lucht + de fysische eigenschappen => beïnvloeden
duidelijk de gezondheid van de dieren
1. Chemische samenstelling :
1.1 Normale gassen :
Samenstelling droge lucht bij 0°C en luchtdruk van 1 atmosfeer (=760mm Hg) (dus zonder waterdamp!):
- 78.09 % stikstof N2
- 21 % O2
- 0.93 % Ar
- 0.035 % CO2
- Zeer kleine hoeveelheden inerte edelgassen (Neon, helium, krypton)
=> door allerlei factoren kan de chemische samenstelling van lucht variëren van de optimale samenstelling
Stikstof N₂
= Geur-, kleur- en smaakloos gas → geen invloed op de gezondheidstoestand van dieren / levende wezens
Van belang voor eiwitsynthese van de planten
=> planten worden opgegeten door herbivoren of omnivoren
=> (opgegeten door carnivoren)
=> onrechtstreekse invloed op de dieren
Oppassen Caisson ziekte → duiken
Zuurstof O₂
- Essentiële rol in stofwisseling dieren
- Absolute zuurstofspanning = maat voor de hoeveelheid zuurstof
↳ van belang voor een e iciënte longfunctie
- geproduceerd door planten via fotosynthese → verbruikt door dieren en micro-organismen via respiratie
De zuurstofspanning kan dalen door :
- het zuurstofgebruik in hermetisch gesloten ruimten
- een lage luchtdruk ( hoe hoger je gaat hoe lager de absolute zuurstofspanning)
,Grens: 10-16 % bij 1 atm => geen problemen. (ideaal: 20%)
12 – 15 %: compensatie
- Verhoogde AH- en hartfrequentie
- Op lange termijn: stijging RBC’s en hemoglobine
- Normalisatie hart- en longfunctie
< 12 % (zeker <10%) bij 1 atm
- geen compensatie mogelijk
- hersen- en weefselbeschadiging
Te lage zuurstofspanning :
- pasgeboren dieren + fœtussen bijzonder gevoelig aan
↳ bij de kip gaan 20% sterven door te lage zuurstofspanning op de eerste dagen van incubatie
- Varken: gevoelig want het hart is zeer licht in verhouding met het lichaamsgewicht
- Vleeskippen : groeien veel sterke dus veel nood aan zuurstof
- Hersenen: meest gevoelig voor zuurstoftekort
na 3 minuten irreversibele hersenschade
na 6 minuten hersendood
Ozon O₃
Ontstaat door : - Inwerking van UV stralen
- Elektrische ontladingen
Ozonlaag → bescherming tegen UV-licht
Oxiderende werking op organische sto en : - bestrijden van hinderlijke geuren
- desinfecterend
Toxisch voor mens en dier
MAC = 0.1 ppm
MAC = maximum acceptable concentration
Ppm = parts per million ( 1/ 1000 000)
→ Longoedeem, irriterend voor ogen en luchtwegen, CZS (hoofdpijn, concentratiestoornissen)
Koolzuurgas CO₂
↳ koolstofdioxide
= Kleur- en reukloos gas
- Ontstaat door : - Bacteriële gisting
- Ademlucht (respiratie) mensen en dieren
↳ verbruiken zuurstof en geven CO₂ en waterdamp af
- Verbranding van fossiele brandsto en en koolstof houdende bestanddelen
Relatief weinig toxisch :
> 10 % kan bewusteloosheid optreden, dit komt in de praktijk echter niet voor (atmosfeer: 0.035 %)
Teveel koolstofdioxide => bevangen → Sufheid en apathie
Gebruik: euthanasie labodieren en bedwelming varkens in slachthuis
Andere toepassingen : - Frisdranken
- Blusapparaten
- Broeikasgas
Waterdamp
Hoeveelheid waterdamp in de lucht: uitgedrukt in absolute en relatieve vochtigheidsgraad
Absolute vochtigheidsgraad :
Aantal gram water / m³ lucht
, Maximale vochtigheidsgraad :
Max hoeveelheid waterdamp die bij een T° onder dampvorm kan voorkomen
Constant bij bepaalde temperatuur
Relatieve vochtigheidsgraad (RV) :
Verhouding tussen absolute en maximale vochtigheidsgraad bij een bepaalde temperatuur
Uitgedrukt in %
Meer dan 100%: condenseren naar damp en mist
Hoe warmer de lucht hoe meer waterdamp die kan bevatten
⇒ enkel RV is voor dieren van belang
⇒ meten met hygrometer of psychrometer
Buitenshuis: 20 – 100 %
Binnenshuis: 50 – 60 %
Stallen: 60% - 80%
Afhankelijk van: - RV buitenlucht
- Temperatuur in stal
- Vorming waterdamp
- Stalbezetting
- Type voeder
- Staltype
- Gezondheidstoestand dieren
- Vochtigheid oppervlakten
Gevolgen van : (examenvraag)
Lage RV
- Stofvorming
- Irritatie luchtwegen bv : mucoviscidose
- Gewichtsverlies eieren in broedkas
Hoge RV
- Vorming vochtpartikels (aërosol) => ingeademd
- Stijging kiemgetal lucht
- Gemakkelijkere groei van bacteriën en schimmels
- Condensatie op koude voorwerpen
Broeikase ect
Broeikasgassen → N₂O, methaan, CFK, ozon, zwavelhexafluoride,…
↳ Waterdamp en CO₂ zijn de belangrijkste
Meest recente metingen CO₂: 377ppm
Vóór de industriële revolutie was dit 280 ppm!
⇒ Global warming
1.2 Abnormale gassen :
MAC
= een waarde die de Maximaal Aanvaarde Concentratie van een gas, damp, vezel of stof in de lucht geeft
Vanaf een bepaalde concentratie is het pas gevaarlijk en als we boven deze waarde gaan zullen de
nageslachten symptomen ervaren en dit geldt zowel voor kortdurende, als voor herhaalde en langdurige
blootstelling`
Wetgeving: - duidelijkheid voor werkgevers en werknemers wat toelaatbaar is
- arbeidsinspectie → handhaving