HET BLOED
BLOEDSTAALNAME
INDICATIE, VOORBEREIDING EN DIERFIXATIE
Indicatie:
- Belangrijke aanvulling van het algemeen klinisch onderzoek
- Stellen diagnose, identificeren van organen betrokken in het ziekteproces
- Opvolgen van ziekte/genezingsprocessen
- Screening
- Koppel steeds aan kliniek
- Wat is normaal?
- Gaat gepaard met een extra kost
- Underpromise, overdeliver: niet teveel hoop geven aan eigenaar want vaak komt er niks duidelijks uit bloed
Voorbereiding:
- Informeer de eigenaar
- Zorg voor een rustig dier. Glucose gaat bijvoorbeeld omhoog bij onrust
- Zorg voor een goede assistentie
- Zorg voor het juiste materiaal
- Leg al je materiaal klaar en binnen handbereik
- Vermijd pre analytische fouten
- Zorg dat je ervaren bent
Dierfixatie:
- Informeer de eigenaar
- Correcte fixatie van het dier
- Wees kordaat
- Alle details in SL
- Werk veilig voor mens en dier
BLOEDNAMETECHNIEK
Plaats van de bloedname:
- Groot centraal bloedvat
o Vena cephalica bij KHD
o Vena jugularis bij KHD en GHD
o Vena caudalis bij Bo
- Vlot en snel bereikbaar
- Goed opzetbaar
- Goed ontsmetbaar
- Nadien, goed afdrukbaar
Techniek:
- Constante en juist vacuum om hemolyse te vermijden
- Vermijd stolling door een te trage bloedstroom
- Voldoende grote naald (om hemolyse te vermijden)
- Klem niet te lang af (vermijden hemolyse en stolling)
- Correcte vulling van de buisjes. Als je er te weinig bloed in doet dan kan je foute resultaten krijgen
,RECIPIENTEN
Soorten:
- Afhankelijk van de geplande analyse
- Grootte aanpassen aan diersoort
- Zorg voor een correcte vulling
- Verschil tussen serum en plasma!!!!
- De juiste volgorde van staalname is belangrijk: order of draw
o Bv hypernatriemie door nacitraat of Na EDTA contaminatie
o Bv gestoorde stollingstesten door contaminatie met anticoagulantia
Beste volgorde van staalname:
1. Bacterieel onderzoek
2. Blauw buisje: citraat voor stollingstesten en trombocyten, bloedgroepbepaling
3. Rood buisje: met of zonder cloth-activator en separator voor serum biochemie en immunologie
4. Groen buisje: heparine voor bloedgasanalyse, electrolyten, sporenelementen en plasma biochemie
5. Paars buisje: EDTA voor hematologie, fibrinogeen
6. Grijs buisje: fluoride voor glucose analyse
BEWARING
- Voldoende mengen na staalname (door te kantelen en NIET te schudden)
- Centrifugatie:
o Stolbloed eerst laten stollen bij kamertemperatuur (30 min) → rode buisjes
o Juiste centrifugatiesnelheid en -tijd
o Serum of plasma donker en koel bewaren (of invriezen)
- Vermijd hemolyse
PRE ANALYTISCHE FOUTEN
- Order of draw
- Hemolyse index door pathologie maar meestal door staalname of -verwerkingsfouten:
1. Te hoge onderdruk
2. Schudden van het staal
, 3. Te smalle naald
4. Te lange centrifugatie aan een te hoge snelheid
5. Slechte bewaring
- Foute vulling van het bloedbuisje
- Stolling
- Hyperlipemie (vettig serum → verstoring bloed analyse)
- Niet uitgevaste patient
- Stress, angst
- Verschillen tussen diersoort, ras, leeftijd, geslacht, dieet
- Medicatie (bv sedatie)
- Icterisch bloed
MACROSCOPISCHE BEOORDELING
- Voor transport en analyse
- Controle op klonters en korrels (rouleauxvorming): verdwijnt na verdunning met
NaCl 0.9%
o Rouleauxvorming wijst vaak op auto immuum aandoening: tegen eigen
RBC antistoffen aanmaken. De RBC gaan dan aan elkaar plakken
- Checken van kleur van plasma/serum
A: hemolytisch bloed C: hyperlipemisch bloed
ANALYSE VAN HET STAAL
BEWARING EN TRANSPORT
- Analyse zo snel mogelijk laten uitvoeren
- Indien onmogelijk: serum/plasma afzonderen en koel of ingevrozen bewaren. Als er cellen in zitten niet invriezen!
- Donker
WIE DOET DE ANALYSE?
Zelf de analyse uitvoeren:
1. Met eigen bloedanalyse toestellen
o Duur in aankoop en onderhoud
o Prima en snelle service naar de klant
o Betrouwbaarheid resultaat?
2. Point of care toestellen (POC) of patient-side testing:
o Teststrips (glucose, ketonen etc)
o Kleine toestelletjes of enkel strips
Wie doet de analyse?
- Het klinisch biologisch labo de analyse laten uitvoeren:
o Snelle service
o Afhankelijk van anderen
o Betrouwbaarder
o Opgelet met gebruikte referentiewaardes (verschillend per labo)
o Resultaten soms sterk verschillend tussen labo’s
o Soms verschillende analysemethodes voor zelfde parameter
o Specifieke patient profielen beschikbaar
, WAT IS NORMAAL? WAT IS AFWIJKEND?
- Opgelet met referentiewaardes (labo afhankelijk, klinisch profiel afhankelijk)
- Zie inleiding pathofysiologie
- Relateer ALTIJD MET SYMPTOMEN EN KLINIEK
- Normale verdeling, 95% betrouwbaarheidsinterval
- Sensitiviteit en specificiteit
- Positief en negatief voorspellende waarde
- Coefficient of variation
ANALYTISCHE FOUTEN
- Fouten in de uitgevoerde analysetechniek
- Vraag bij afwijkende resultaten voor extra uitleg
- Bij labo’s: validatie eigen resultaten
HEMATOLOGIE
- Complete blood count ( CBC)
- Bloeduitstrijkje
o Kan je zelf doen
o Opstellen leucocytenformule
o Evalueren morfologie van de bloedcellen
- RBC en WBC telling in Burkerse telkamer
- Laser flow cytometer
Gemiddeld is 60% van de bloedcellen neutrofielen behalve bij herkauwers, hier is het omgekeerd. Bij stress kan deze verhouding
omdraaien.