● 1. ALGEMEEN WELZIJN
○ 1.1 OCMW
○ 1.2 HUIS VAN HET KIND
○ 1.3 SAAMO
● 2. GEESTELIJKE GEZONDHEID
○ 2.1 JAC
○ 2.2 CGG
○ 2.3 CAW
■ online tools: kzitermee, tele-onthaal
○ 2.4 OPZ
● 3. GEZONDHEIDSZORG
○ 3.1 MUTUALITEIT
○ 3.2 KIND&GEZIN
○ 3.3 THUISZORG
● 4. THUISZORG
○ woonzorgdecreet
■ 4.1 LDC
■ 4.2 DIENST GEZINSZORG EN AANVULLENDE THUISZORG
■ 4.3 VERENIGINGEN VOOR MANTELZORGERS EN GEBRUIKERS
● 5. PERSONEN MET EEN HANDICAP
○ 5.1 VAPH
● 6. ONDERWIJS
○ 6.1 CLB
○ 6.2 OKAN
○ 6.3 VDAB
● 7. WERK
○ sociale economie
○ 7.1 VDAB
● 8. WONEN
○ 8.1 WOONMAATSCHAPPIJ
○ 8.2 LEEFGOED
○ 8.3 ASIELCENTRUM
○ 8.4 WZC
○ 8.5 ASSISTENTIEWONINGEN
● 9. JUSTITIE
○ 9.1 POLITIE
○ 9.2 JUSTITIEHUIZEN
○ 9.3 CAW
○ 9.4 VLOCO
■ 1712
■ woonzorglijn
● 10. INTEGRALE JEUGDHULP
○ 10.1 OCJ
○ 10.2 VK
, ○ 10.3 PLEEGZORG
● 11. JEUGDWERK
○ 11.1 JEUGDHUIS
○ 11.2 ARKTOS
● 12. INTEGRATIE EN INBURGERING
○ 12.1 AGENTSCHAP INTEGRATIE EN INBURGERING
○ 12.2 LIGO
● 13. VRIJE TIJD
○ 13.1 VLAAMS STEUNPUNT VRIJWILLIGERSWERK
DOELGROEPEN:
● Kinderen & jongeren: 0-25 jaar
● Volwassenen: 25-60 jaar
● Ouderen: 60+ jaar
BEGRIPPEN:
SECTOR ● De verdeling van alle organisaties die
instaan voor de zorg, begeleiding en
ondersteuning van verschillende
doelgroepen.
● Indeling kan volgens:
○ Doelgroep
○ Thema/domein
● Eenzelfde organisatie kan in
verschillende sectoren actief zijn.
ECHELONNERING Getrapte geneeskunde: Het ordenen van de
geneeskunde volgens toegankelijkheid en
specialisatiegraad. Een aanpak om een ziekte of
gezondheidsprobleem volgens een zorgtraject
aan te pakken.
EERSTELIJNSZONE Een netwerk van eerstelijnsaanbieders in een
geografisch afgebakend gebied. Zij wisselen
kennis en informatie met elkaar uit en stemmen
de werking op elkaar af. Zij kijken ook naar de
lokale zorg- en welzijnsnoden om de kwaliteit
van de gezondheidszorg te verbeteren.
VERONTRUSTING Er is sprake van verontrusting wanneer:
● De ontwikkelingskansen van een
minderjarige bedreigd worden.
● De (psychische, fysieke of seksuele)
integriteit van een minderjarige of van
één of meer gezinsleden worden
aangetast.
SECTORALE TOEGANGSPOORT De intersectorale toegangspoort regelt de
toegang tot langdurige, intensieve en
, gespecialiseerde soorten van
jeugdhulpverlening.
VORMEN VAN ZORG:
1. INFORMELE ZORG: Zorg door niet-professionals, door vrijwilligers,
buren, familie.
2. FORMELE ZORG: Zorg door professionele hulpverleners.
3. RESIDENTIËLE ZORG: 24/24 zorg in een instelling, voorziening. De
persoon woont er.
3.1 RESIDENTIËLE JEUGDHULP: Kinderen & jongeren:
● Leven 24/24 buiten hun eigen gezin
● Vrijwillig of gedwongen
● Verblijven in leefgroepen
● Begeleid door pedagogische
medewerkers
● Verblijfsduur kan variëren van enkele
dagen per week tot de hele week, voor
een korte of lange periode
3.2 RESIDENTIËLE De cliënt/patiënt verblijft tijdelijk of permanent in
OUDERENVOORZIENING: ouderenzorgvoorzieningen.
4. AMBULANTE ZORG: Alle medische zorgen die iemand krijgt buiten
een ziekenhuisopname (bv. bezoek aan huisarts,
behandeling bij de kinesist).
5. EXTRAMURALE ZORG: De zorg aan patiënten die niet in een
instelling/voorziening verblijven, maar die wel de
patiënt op afspraak bij de zorgaanbieder krijgt, of
die de zorgaanbieder wel bij de patiënt aan huis
levert.
6. INTRAMURALE ZORG: Gezondheidszorg die gedurende een
onafgebroken verblijf van meer dan 24 uur
geboden wordt in een zorginstelling. De geboden
zorg kan bestaan uit begeleiding, verzorging
en/of behandeling.
1. ALGEMEEN WELZIJN:
WELZIJNSZORG Bekommernis van individu en overheid om de
maatschappij zo te ordenen dat ieder individu de
mogelijkheid krijgt om alle aspecten van zijn
mens-zijn tot ontwikkeling te laten komen. Deze
zorg geeft bijzondere aandacht aan