H1. Wat is cultuur en wat is interculturele communicatie?
Cultuur is aangeleerd en beïnvloeden de manier waarop we denken, voelen en ons gedragen. Cultuur
vormt zelf onze waarnemingen en ons oordeel over anderen.
Cultuur: Zichtbaar en onzichtbaar
De cultuur heeft in wezen drie lagen:
1. Tastbare zaken (artefacten)
=> De eerste dingen die je opvallen aan een nieuw land/cultuur.
2. Normen en Waarden
=> Geschreven en ongeschreven standaarden voor correct en gewenst gedrag.
=> De waarde is het ideaal waaruit de normen (gedragsregels) zijn opgesteld.
3. Basiswaarden
=> Deze leren wij op jonge leeftijd, meestal vóór het 7 e levensjaar.
=> Een voorbeeld hiervan is respect hebben voor elkaar.
Definitie van cultuur
‘’Cultuur is de collectieve mentale programmering die de leden van een groep onderscheidt van die
van andere groepen.’’ => Geert Hofstede
Cultuur programmering
Cultuur is aangeleerd (geprogrammeerd). Dit gebeurt door opvoeding, socialisatie, normen en
waarden en waarnemingen.
Opvoeding: Bijvoorbeeld een hand schudden als je een nieuw persoon ontmoet.
Socialisatie: Geef je dan een slappe of een stevige hand?
Normen en waarden: Je neemt deze over van je cultuur.
Waarneming: We nemen ook gebruiken van de omgeving over.
Ook zijn er 3 niveaus van programmering:
Menselijke natuur, cultuur en het individu zelf.
Cultuur en subculturen
Er zijn vele subculturen waartoe je kan behoren:
- Werelddeel - Sociale klasse - Hobby
- Land - Geslacht - Bedrijfscultuur
- Regio - Leeftijd - Geloof
- Stad - Beroep
Interculturele Communicatie
Communicatie is in wezen het uitwisselen van informatie. Die zou verstoord kunnen worden door
ruis.
, H2. Intercultureel communiceren met de 6 basiswaarden
van Hall
Communicatie in hoog en laag context
Laagcontext cultuur:
- Informatie wordt expliciet gecommuniceerd => Met woorden.
- Mensen hebben de behoefte om informatie te compartimentaliseren .
- Als mensen met elkaar omgaan hebben ze behoefte aan gedetailleerde achtergrondinformatie.
Hoogcontext cultuur:
- Een deel van de boodschap zit in de persoon zelf en een deel in de context van de boodschap.
- Veel wordt dus non-verbaal overgedragen.
- Mensen leven vaak in grote gemeenschappen en beschikken over brede netwerken die overvloeien.
Laagcontext: Noordwest-Europa, Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland.
Hoogcontext: Zuid-Europa, Middellandse zeegebied, Midden-Oosten, Azië, Afrika en Latijns-Amerika.
Monochrone en Polychrone tijdsbeleving
Monochroon: Noordwest-Europa, Angelsaksische landen.
Polychroon: Zuid-Europa, Latijns-Amerika, Middellandse Zeegebied, Midden-Oosten, Afrika Azi:ë.
Persoonlijke ruimte
Een onzichtbare fysieke grens en we vinden het niet prettig als mensen daarbinnen komen.
Cultuur is aangeleerd en beïnvloeden de manier waarop we denken, voelen en ons gedragen. Cultuur
vormt zelf onze waarnemingen en ons oordeel over anderen.
Cultuur: Zichtbaar en onzichtbaar
De cultuur heeft in wezen drie lagen:
1. Tastbare zaken (artefacten)
=> De eerste dingen die je opvallen aan een nieuw land/cultuur.
2. Normen en Waarden
=> Geschreven en ongeschreven standaarden voor correct en gewenst gedrag.
=> De waarde is het ideaal waaruit de normen (gedragsregels) zijn opgesteld.
3. Basiswaarden
=> Deze leren wij op jonge leeftijd, meestal vóór het 7 e levensjaar.
=> Een voorbeeld hiervan is respect hebben voor elkaar.
Definitie van cultuur
‘’Cultuur is de collectieve mentale programmering die de leden van een groep onderscheidt van die
van andere groepen.’’ => Geert Hofstede
Cultuur programmering
Cultuur is aangeleerd (geprogrammeerd). Dit gebeurt door opvoeding, socialisatie, normen en
waarden en waarnemingen.
Opvoeding: Bijvoorbeeld een hand schudden als je een nieuw persoon ontmoet.
Socialisatie: Geef je dan een slappe of een stevige hand?
Normen en waarden: Je neemt deze over van je cultuur.
Waarneming: We nemen ook gebruiken van de omgeving over.
Ook zijn er 3 niveaus van programmering:
Menselijke natuur, cultuur en het individu zelf.
Cultuur en subculturen
Er zijn vele subculturen waartoe je kan behoren:
- Werelddeel - Sociale klasse - Hobby
- Land - Geslacht - Bedrijfscultuur
- Regio - Leeftijd - Geloof
- Stad - Beroep
Interculturele Communicatie
Communicatie is in wezen het uitwisselen van informatie. Die zou verstoord kunnen worden door
ruis.
, H2. Intercultureel communiceren met de 6 basiswaarden
van Hall
Communicatie in hoog en laag context
Laagcontext cultuur:
- Informatie wordt expliciet gecommuniceerd => Met woorden.
- Mensen hebben de behoefte om informatie te compartimentaliseren .
- Als mensen met elkaar omgaan hebben ze behoefte aan gedetailleerde achtergrondinformatie.
Hoogcontext cultuur:
- Een deel van de boodschap zit in de persoon zelf en een deel in de context van de boodschap.
- Veel wordt dus non-verbaal overgedragen.
- Mensen leven vaak in grote gemeenschappen en beschikken over brede netwerken die overvloeien.
Laagcontext: Noordwest-Europa, Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland.
Hoogcontext: Zuid-Europa, Middellandse zeegebied, Midden-Oosten, Azië, Afrika en Latijns-Amerika.
Monochrone en Polychrone tijdsbeleving
Monochroon: Noordwest-Europa, Angelsaksische landen.
Polychroon: Zuid-Europa, Latijns-Amerika, Middellandse Zeegebied, Midden-Oosten, Afrika Azi:ë.
Persoonlijke ruimte
Een onzichtbare fysieke grens en we vinden het niet prettig als mensen daarbinnen komen.