BELASTINGRECHT SAMENVATTING
Hoofdstuk 9: Vennootschapsbelasting
Vennootschapsbelasting (VPB) = geheven aan lichamen (rechtspersonen).
Globaal evenwicht belastingheffing voor ondernemingen van natuurlijke personen is per saldo niet
substantieel anders dan voor ondernemingen in de vorm van een rechtspersoon gedreven.
Natuurlijke personen betalen inkomstenbelasting (IB) maximaal 52%
Rechtspersonen betalen vennootschapsbelasting (VPB) maximaal 43,75%
Subjectieve belastingplicht
Wie moet VPB betalen:
Binnenlandse belastingplicht
o In Nederland gevestigd; EN
o Genoemd in art. 2 lid 1 VPB;
Buitenlandse belastingplicht
o In het buitenland gevestigd; EN
o Nederlands inkomen geniet; EN
o Genoemd in art. 3 VPB
Subjectieve vrijstellingen voor lichamen die een maatschappelijk, sociaal of cultureel belang nastreven.
Art. 5 VPB
Art. 6 VPB
Art. 6a VPB
Tarief
Normale tarieven:
€0 - €200.000 = 20%
>€200.000 = 25%
Bijzonder tarief voor FBI’s (fiscale beleggingsinstellingen) = 0% (art. 28 VPB)
Objectieve belastingplicht
Grondslag voor de heffing = een stappenplan:
1. Fiscale berekening
a. Via de (commerciële) resultatenrekening
b. Door middel van vermogensvergelijking
2. Fiscale winst bepalen
a. Art. 8 VPB: schakelbepaling
b. Art. 9 e.v. VPB: winstbepalingsartikelen
3. Belastbaar bedrag bepalen:
Fiscaal eind vermogen
BIJ: onttrekkingen
BIJ: kapitaalterugbetalingen +
Gecorrigeerd eindvermogen A
Fiscaal beginvermogen
BIJ: kapitaalstortingen +
Gecorrigeerd beginvermogen B
Belastbaar bedrag = A – B
Kapitaalstortingen:
Nominaal gestort kapitaal
Agio
Informeel kapitaal
Kapitaalonttrekking:
Winstuitdeling
Hoofdstuk 9: Vennootschapsbelasting
Vennootschapsbelasting (VPB) = geheven aan lichamen (rechtspersonen).
Globaal evenwicht belastingheffing voor ondernemingen van natuurlijke personen is per saldo niet
substantieel anders dan voor ondernemingen in de vorm van een rechtspersoon gedreven.
Natuurlijke personen betalen inkomstenbelasting (IB) maximaal 52%
Rechtspersonen betalen vennootschapsbelasting (VPB) maximaal 43,75%
Subjectieve belastingplicht
Wie moet VPB betalen:
Binnenlandse belastingplicht
o In Nederland gevestigd; EN
o Genoemd in art. 2 lid 1 VPB;
Buitenlandse belastingplicht
o In het buitenland gevestigd; EN
o Nederlands inkomen geniet; EN
o Genoemd in art. 3 VPB
Subjectieve vrijstellingen voor lichamen die een maatschappelijk, sociaal of cultureel belang nastreven.
Art. 5 VPB
Art. 6 VPB
Art. 6a VPB
Tarief
Normale tarieven:
€0 - €200.000 = 20%
>€200.000 = 25%
Bijzonder tarief voor FBI’s (fiscale beleggingsinstellingen) = 0% (art. 28 VPB)
Objectieve belastingplicht
Grondslag voor de heffing = een stappenplan:
1. Fiscale berekening
a. Via de (commerciële) resultatenrekening
b. Door middel van vermogensvergelijking
2. Fiscale winst bepalen
a. Art. 8 VPB: schakelbepaling
b. Art. 9 e.v. VPB: winstbepalingsartikelen
3. Belastbaar bedrag bepalen:
Fiscaal eind vermogen
BIJ: onttrekkingen
BIJ: kapitaalterugbetalingen +
Gecorrigeerd eindvermogen A
Fiscaal beginvermogen
BIJ: kapitaalstortingen +
Gecorrigeerd beginvermogen B
Belastbaar bedrag = A – B
Kapitaalstortingen:
Nominaal gestort kapitaal
Agio
Informeel kapitaal
Kapitaalonttrekking:
Winstuitdeling