Levensbeschouwing 2
Verklaring vormvereisten
Naam student:
Studentnummer:
Schoolopleider:
Fase: 2A
Opleiding: Flexibele Pabo
Vak: Levensbeschouwing 2
Criteria Omschrijving Vink aan indien
je bewijsdossier
voldoet aan de
eis
Volledigheid Het bewijsdossier bevat bewijzen die de reflectie (claim) Ja
ondersteunen ten aanzien van de leeruitkomst(en).
In het bewijsdossier wordt op passende plekken naar
bewijsmaterialen verwezen en het bewijsmateriaal is geordend
(alle onderdelen zijn aanwezig).
Omvang De omvang van de kerntekst (onderbouwing en +/- 2100
verantwoording) bestaat uit maximaal 1500 woorden. Vermeld
hiernaast het aantal woorden.
Transparanti Bewijzen zijn als bijlagen opgenomen en via de navigatiebalk te Ja
e bereiken (koppenstructuur).
(bronnen)
APA Naar gebruikte bronnen is volgens de APA-richtlijnen verwezen ja
(in de tekst en in de bronnenlijst).
Structuur Het bewijsdossier is toegankelijk (opbouw en indeling). Ja
,Verwijswijzer
Leeruitko Ik toon aan dat ik de Type bewijslast Vindplaats
mst volgende indicatoren van de Geef specifiek aan met welke Waar is het
LU beheers handelingen of bewijs te
(deel)producten je de claim vinden?
ondersteunt.
1. Je 1.1 Je begrijpt de Ik heb d.m.v. het gebruik van 1.1 Morele
begrijpt belangrijkste theorieën, zoals verschillende bronnen een en
hoe beschreven in de samenvatting gemaakt van mijn levensbesc
kinderen aangeboden literatuur, op bevindingen. houwelijke
zich op het gebied van morele ontwikkelin
levensbesc ontwikkeling en g van
houwelijk levensbeschouwelijke kinderen.1.
en moreel ontwikkeling van kinderen. 1 Morele
gebied en
ontwikkel levensbesc
en en houwelijke
toont aan ontwikkelin
deze
g van
ontwikkeli
kinderen.
ng te
herkennen
en er op in
te kunnen
spelen in
praktijksit
uaties.
1.2 Je laat met concrete Ik heb d.m.v. het gebruik van 1.2
voorbeelden zien dat je het verschillende bronnen een Kringgesprekk
levensbeschouwelijke en samenvatting gemaakt van mijn en met de
morele ontwikkelingsniveau bevindingen. onderbouw,
van kinderen uit de middenbouw
onderbouw, middenbouw en Ik heb de casussen en
bovenbouw kunt herkennen. uitgeschreven in een tabel, waar bovenbouw.
het gesprek in is uitgeschreven.
1.3 Je analyseert de 2.1
overeenkomsten en Levensbescho
verschillen tussen theorieën uwelijke
over morele en basisvaardighe
levensbeschouwelijke den & thema’s
ontwikkeling en de praktijk (theorie).
en gebruikt daarbij
voorbeelden uit je eigen Burgerschap
praktijk. op de
werkvloer.
2. Je zet 2.1 Je legt uit wat 2.1
,op een levensbeschouwelijke Levensbescho
onderbou basisvaardigheden en uwelijke
wde levensbeschouwelijke basisvaardighe
manier de thema’s zijn door deze den & thema’s
theorie begrippen toe te passen op (theorie).
rondom voorbeelden uit de media en
domeinen, uit je eigen ervaring.
aspecten
en
basisvaard
igheden in
bij de
voorberei
ding,
uitvoering
en
evaluatie
van
onderzoek
sgerichte
leeractivit
eiten.
2.2 Je ontwerpt, begeleidt en 2.2
evalueert leeractiviteiten Lesvoorbereidi
volgens een ngsformulier 1
onderzoeksgericht lesmodel Levensbescho
met behulp van het LVF uwing
levensbeschouwing en het
reflectiemodel 2.3
levensbeschouwing. Lesvoorbereidi
ngsformulier 2
Levensbescho
uwing
2.4
Reflectiemodel
Levensbescho
uwing
Foto’s en
video’s van de
les
2.3 Door je leeractiviteiten 2.2
werk je aan de ontwikkeling Lesvoorbereidi
van enkele ngsformulier 1
levensbeschouwelijke Levensbescho
vaardigheden van de uwing
, kinderen.
2.3
Lesvoorbereidi
ngsformulier 2
Levensbescho
uwing
2.4
Reflectiemodel
Levensbescho
uwing
Foto’s en
video’s van de
les
3. Je 3.1 Je beschrijft de drie Drie
begrijpt verschillende visies op verschillende
verschillen burgerschapsvorming en visies op
de visies geeft aan wat de verschillen burgerschapsv
op en tussen deze visies zijn. orming
vraagstukk
en
rondom
burgersch
apsvormin
g en
analyseert
op welke
manier je
praktijksch
ool
hiermee
omgaat.
3.2 Je evalueert in hoeverre Burgerschap
burgerschapsvorming, zoals op de
beschreven in je analyse bij werkvloer.
en door De Schepper, te
vinden is op je praktijkschool.
3.3 Je maakt een Onderbouwde
onderbouwde keuze voor keuze visie
een van de drie visies op burgerschap
burgerschapsvorming.
4. Je 4.1 Je geeft aan wat je 4.1 reflectie op
reflecteert geleerd hebt in de ontmoeting
op de ontmoeting met mensen met met andere
manier een andere levensbeschou
waarop levensbeschouwing, op basis wingen
Verklaring vormvereisten
Naam student:
Studentnummer:
Schoolopleider:
Fase: 2A
Opleiding: Flexibele Pabo
Vak: Levensbeschouwing 2
Criteria Omschrijving Vink aan indien
je bewijsdossier
voldoet aan de
eis
Volledigheid Het bewijsdossier bevat bewijzen die de reflectie (claim) Ja
ondersteunen ten aanzien van de leeruitkomst(en).
In het bewijsdossier wordt op passende plekken naar
bewijsmaterialen verwezen en het bewijsmateriaal is geordend
(alle onderdelen zijn aanwezig).
Omvang De omvang van de kerntekst (onderbouwing en +/- 2100
verantwoording) bestaat uit maximaal 1500 woorden. Vermeld
hiernaast het aantal woorden.
Transparanti Bewijzen zijn als bijlagen opgenomen en via de navigatiebalk te Ja
e bereiken (koppenstructuur).
(bronnen)
APA Naar gebruikte bronnen is volgens de APA-richtlijnen verwezen ja
(in de tekst en in de bronnenlijst).
Structuur Het bewijsdossier is toegankelijk (opbouw en indeling). Ja
,Verwijswijzer
Leeruitko Ik toon aan dat ik de Type bewijslast Vindplaats
mst volgende indicatoren van de Geef specifiek aan met welke Waar is het
LU beheers handelingen of bewijs te
(deel)producten je de claim vinden?
ondersteunt.
1. Je 1.1 Je begrijpt de Ik heb d.m.v. het gebruik van 1.1 Morele
begrijpt belangrijkste theorieën, zoals verschillende bronnen een en
hoe beschreven in de samenvatting gemaakt van mijn levensbesc
kinderen aangeboden literatuur, op bevindingen. houwelijke
zich op het gebied van morele ontwikkelin
levensbesc ontwikkeling en g van
houwelijk levensbeschouwelijke kinderen.1.
en moreel ontwikkeling van kinderen. 1 Morele
gebied en
ontwikkel levensbesc
en en houwelijke
toont aan ontwikkelin
deze
g van
ontwikkeli
kinderen.
ng te
herkennen
en er op in
te kunnen
spelen in
praktijksit
uaties.
1.2 Je laat met concrete Ik heb d.m.v. het gebruik van 1.2
voorbeelden zien dat je het verschillende bronnen een Kringgesprekk
levensbeschouwelijke en samenvatting gemaakt van mijn en met de
morele ontwikkelingsniveau bevindingen. onderbouw,
van kinderen uit de middenbouw
onderbouw, middenbouw en Ik heb de casussen en
bovenbouw kunt herkennen. uitgeschreven in een tabel, waar bovenbouw.
het gesprek in is uitgeschreven.
1.3 Je analyseert de 2.1
overeenkomsten en Levensbescho
verschillen tussen theorieën uwelijke
over morele en basisvaardighe
levensbeschouwelijke den & thema’s
ontwikkeling en de praktijk (theorie).
en gebruikt daarbij
voorbeelden uit je eigen Burgerschap
praktijk. op de
werkvloer.
2. Je zet 2.1 Je legt uit wat 2.1
,op een levensbeschouwelijke Levensbescho
onderbou basisvaardigheden en uwelijke
wde levensbeschouwelijke basisvaardighe
manier de thema’s zijn door deze den & thema’s
theorie begrippen toe te passen op (theorie).
rondom voorbeelden uit de media en
domeinen, uit je eigen ervaring.
aspecten
en
basisvaard
igheden in
bij de
voorberei
ding,
uitvoering
en
evaluatie
van
onderzoek
sgerichte
leeractivit
eiten.
2.2 Je ontwerpt, begeleidt en 2.2
evalueert leeractiviteiten Lesvoorbereidi
volgens een ngsformulier 1
onderzoeksgericht lesmodel Levensbescho
met behulp van het LVF uwing
levensbeschouwing en het
reflectiemodel 2.3
levensbeschouwing. Lesvoorbereidi
ngsformulier 2
Levensbescho
uwing
2.4
Reflectiemodel
Levensbescho
uwing
Foto’s en
video’s van de
les
2.3 Door je leeractiviteiten 2.2
werk je aan de ontwikkeling Lesvoorbereidi
van enkele ngsformulier 1
levensbeschouwelijke Levensbescho
vaardigheden van de uwing
, kinderen.
2.3
Lesvoorbereidi
ngsformulier 2
Levensbescho
uwing
2.4
Reflectiemodel
Levensbescho
uwing
Foto’s en
video’s van de
les
3. Je 3.1 Je beschrijft de drie Drie
begrijpt verschillende visies op verschillende
verschillen burgerschapsvorming en visies op
de visies geeft aan wat de verschillen burgerschapsv
op en tussen deze visies zijn. orming
vraagstukk
en
rondom
burgersch
apsvormin
g en
analyseert
op welke
manier je
praktijksch
ool
hiermee
omgaat.
3.2 Je evalueert in hoeverre Burgerschap
burgerschapsvorming, zoals op de
beschreven in je analyse bij werkvloer.
en door De Schepper, te
vinden is op je praktijkschool.
3.3 Je maakt een Onderbouwde
onderbouwde keuze voor keuze visie
een van de drie visies op burgerschap
burgerschapsvorming.
4. Je 4.1 Je geeft aan wat je 4.1 reflectie op
reflecteert geleerd hebt in de ontmoeting
op de ontmoeting met mensen met met andere
manier een andere levensbeschou
waarop levensbeschouwing, op basis wingen
