Samenvoeging humane fysiologie
HC hart en circulatie
Hoofdstuk 18.1
Lichaamsvocht
>> bij vrouwen minder dan bij mannen door spierweefsel. Vrouwen hebben
naar verhouding meer vetmassa dan mannen. Maar spiermassa houdt meer
water vast
Hoe blijft het milieu interieur (ECF) op peil?
>> circulatie! Met alle regelmechanismen
daaromheen
Kleine en grote circulatie
Humane hart = een dubbele pomp
• Kleine circulatie: longen
• Grote circulatie: overige organen
>> twee pompen in serie geschakeld
Functies:
• Transport
o Voedingsstoffen, afvalstoffen
o Cellulaire producten
o Gassen
• Regulatie
o Lichaamstemperatuur
o pH-waarde en osmotische balans
• Bescherming
o Tegen bloedverlies
o Tegen indringers (witte bloedcellen, antilichamen)
Grote circulatie
• Hogedruksysteem
• Lokale perfusie van organen
• Aanvoeren voldoende zuurstof
• Aanvoeren voldoende voedingsstoffen
Kleine circulatie
• Lagedruksysteem
, • Oxygenatie bloed
• Verwijdering van CO2
Waar gaat ons bloed heen?
>> ligt eraan of we in rust of actief zijn.
>> nieren en spijsvertering >> bijna de helft >>
rest and digest
>> actief >> meer bloed rond, maar nog best
veel bloed naar je nieren en spijsvertering >>
maar voornamelijk naar je spieren en huid
(zweten)
Vaatstelsel
Arterieel >> hoge druk & stevige vaten
Veneus >> slapper & dunnere band. En ze hebben kleppen zodat het bloed niet meer terug kan zakken.
Haarvaten >> microcirculatie
Bloedstroom in capillairen
De druk neemt af
Snelheid neemt af terwijl het opp toe neemt >> bij
cappilaire is snelheid zeer laag >> veel tijd voor
uitwisseling afvalstoffen en voedingsstoffen
Microcirculatie
>> microcirculatie in capillair vaatbed
Gereguleerd door gladde spieren rond arteriolen >> bepalen of er
meer of minder doorheen loopt
Gereguleerd door recapillaire sfincters (kringspieren) >> bloedvaatje
helemaal dichtknijpen
Die capillairen hebben een wand van 1 cel dik en tussen die endotheel cellen zitten fenestra >> kleine
doorlatopening in vaatwand & maar een bloedcel dik vat.
De erytrocyt
>> soms moet een bloedcel zich een beetje samenknijpen om in zo’n vaatje te komen
Uitwisseling in capillairen
>> door drukverval
Bloeddruk (hydrostatische druk) loopt terug van 40 naar 16
De osmotische druk blijft hetzelfde van 25
Begin: vloeistof eruit >> filtratie & einde: vloeistof erin >> resorptie
,Hoofdstuk 18.2
Hart en vaten
Vooraanzicht: vooral rechterventrikel en linker ventrikel zit
meer naar achter
Rechter atrium zie je in zn geheel en links zit meer naar achter
Eigen arterie: kransslagader
Hartvaten & kleppen
Kleppen tussen de boezems en de kamers
En tussen het uitgaande deel en de kamers
Hartkleppen
• atrioventriculaire kleppen (AV-kleppen)
o Tussen rechter atrium en rechter ventrikel
▪ Tricuspidalisklep
o Tussen linker atrium en linker ventrikel
▪ Mitralisklep
• Semilunaire kleppen (SL-kleppen)
o In uitstroomopening van rechter ventrikel
▪ Pulmonalisklep
o In uitstroomopening van linker ventrikel
▪ Aortaklep
Annulus fibrosis
Hartkleppen stevig verankerd in annulus fibrosis (bindweefselplaat)
>> de basis: waar alle kleppen te zien zijn
Bindweefsel plaat is niet geleidend en er zit een klein plekje waar een elektrische uitgang is >> de bundel
van His
Anatomie van de elektische activatie
De sinusknoop bedient het hele hart
Via de atriumband naar de AV-knoop
Naar de bundel van His, die splitst in een linker en rechter tak en
lopen door het septum heen.
En spreidt zich daar verder uit naar de purkinje vezels en deze
activeren het ventrikelweefsel >> van onder beginnen te knijpen
, Grote circulatie
En dan naar de rest van het lichaam
behalve de longen
Via vena cava naar het hart terug
Vanuit hier komt het in de longen
terecht
Zuurstofrijk weer terug naar het hart
>> een zichzelf herhalend proces
Hoofdstuk 18.4
Hartspierweefsel
>> dwarse streping & verbindingen tussen de cellen (intercalairschijven) >> want maar een kern in
hartspiercel
Intercalairschijven
Mechanische verbindiing >> desmosomen
Elektrische verbinding >> gap junctions
Hartcyclus- elektrisch
>> vertraging AV knoop om ventrikels vol te laten lopen met bloed
HC hart en circulatie
Hoofdstuk 18.1
Lichaamsvocht
>> bij vrouwen minder dan bij mannen door spierweefsel. Vrouwen hebben
naar verhouding meer vetmassa dan mannen. Maar spiermassa houdt meer
water vast
Hoe blijft het milieu interieur (ECF) op peil?
>> circulatie! Met alle regelmechanismen
daaromheen
Kleine en grote circulatie
Humane hart = een dubbele pomp
• Kleine circulatie: longen
• Grote circulatie: overige organen
>> twee pompen in serie geschakeld
Functies:
• Transport
o Voedingsstoffen, afvalstoffen
o Cellulaire producten
o Gassen
• Regulatie
o Lichaamstemperatuur
o pH-waarde en osmotische balans
• Bescherming
o Tegen bloedverlies
o Tegen indringers (witte bloedcellen, antilichamen)
Grote circulatie
• Hogedruksysteem
• Lokale perfusie van organen
• Aanvoeren voldoende zuurstof
• Aanvoeren voldoende voedingsstoffen
Kleine circulatie
• Lagedruksysteem
, • Oxygenatie bloed
• Verwijdering van CO2
Waar gaat ons bloed heen?
>> ligt eraan of we in rust of actief zijn.
>> nieren en spijsvertering >> bijna de helft >>
rest and digest
>> actief >> meer bloed rond, maar nog best
veel bloed naar je nieren en spijsvertering >>
maar voornamelijk naar je spieren en huid
(zweten)
Vaatstelsel
Arterieel >> hoge druk & stevige vaten
Veneus >> slapper & dunnere band. En ze hebben kleppen zodat het bloed niet meer terug kan zakken.
Haarvaten >> microcirculatie
Bloedstroom in capillairen
De druk neemt af
Snelheid neemt af terwijl het opp toe neemt >> bij
cappilaire is snelheid zeer laag >> veel tijd voor
uitwisseling afvalstoffen en voedingsstoffen
Microcirculatie
>> microcirculatie in capillair vaatbed
Gereguleerd door gladde spieren rond arteriolen >> bepalen of er
meer of minder doorheen loopt
Gereguleerd door recapillaire sfincters (kringspieren) >> bloedvaatje
helemaal dichtknijpen
Die capillairen hebben een wand van 1 cel dik en tussen die endotheel cellen zitten fenestra >> kleine
doorlatopening in vaatwand & maar een bloedcel dik vat.
De erytrocyt
>> soms moet een bloedcel zich een beetje samenknijpen om in zo’n vaatje te komen
Uitwisseling in capillairen
>> door drukverval
Bloeddruk (hydrostatische druk) loopt terug van 40 naar 16
De osmotische druk blijft hetzelfde van 25
Begin: vloeistof eruit >> filtratie & einde: vloeistof erin >> resorptie
,Hoofdstuk 18.2
Hart en vaten
Vooraanzicht: vooral rechterventrikel en linker ventrikel zit
meer naar achter
Rechter atrium zie je in zn geheel en links zit meer naar achter
Eigen arterie: kransslagader
Hartvaten & kleppen
Kleppen tussen de boezems en de kamers
En tussen het uitgaande deel en de kamers
Hartkleppen
• atrioventriculaire kleppen (AV-kleppen)
o Tussen rechter atrium en rechter ventrikel
▪ Tricuspidalisklep
o Tussen linker atrium en linker ventrikel
▪ Mitralisklep
• Semilunaire kleppen (SL-kleppen)
o In uitstroomopening van rechter ventrikel
▪ Pulmonalisklep
o In uitstroomopening van linker ventrikel
▪ Aortaklep
Annulus fibrosis
Hartkleppen stevig verankerd in annulus fibrosis (bindweefselplaat)
>> de basis: waar alle kleppen te zien zijn
Bindweefsel plaat is niet geleidend en er zit een klein plekje waar een elektrische uitgang is >> de bundel
van His
Anatomie van de elektische activatie
De sinusknoop bedient het hele hart
Via de atriumband naar de AV-knoop
Naar de bundel van His, die splitst in een linker en rechter tak en
lopen door het septum heen.
En spreidt zich daar verder uit naar de purkinje vezels en deze
activeren het ventrikelweefsel >> van onder beginnen te knijpen
, Grote circulatie
En dan naar de rest van het lichaam
behalve de longen
Via vena cava naar het hart terug
Vanuit hier komt het in de longen
terecht
Zuurstofrijk weer terug naar het hart
>> een zichzelf herhalend proces
Hoofdstuk 18.4
Hartspierweefsel
>> dwarse streping & verbindingen tussen de cellen (intercalairschijven) >> want maar een kern in
hartspiercel
Intercalairschijven
Mechanische verbindiing >> desmosomen
Elektrische verbinding >> gap junctions
Hartcyclus- elektrisch
>> vertraging AV knoop om ventrikels vol te laten lopen met bloed
