Interieur in context B
Hoofdstuk 5: Industrialisatie, massaproductie en design. Van Deutsche werkbund tot
Bauhaus
De weg naar Bauhaus:
Historische achtergrond 1870: Ontstaan van het Duitse Keizerrijk
Bestaat tot het uitbreken van de Eerste WO I
Europa kende een economische en politieke expansie
Veroorzaakte een sociale omwenteling (nieuwe sociale laag ontstaat
(proterialiaat))
Gevolg: Sociaal problematiek , slechte leefomstandig en werkomstandigheden.
Resulteerde ook in een groei van goedkopere goederen.
Hierop kwamen allerlei reacties waarbij voorstellingen werden gedaan hoe de
leefomstandigheden kunnen verbeterd worden.
Een van de thema’s: nationale identiteit (was sterk aanwezig in het duitse keizerrijk)
‘Een cultuur van het volk en voor het volk’
In dit klimaat merkte het Duitse keizerrijk dat Engeland op de verschillende thema’s
(industrialisatie, nationalisme,...) een leidende industriële natie was. Duitsland wou deze
positie overnemen.
Vanuit de overheid werd Herman Moe uitgekozen. Hij heeft veel gereisd, was architect en
ontwerper. Hij werd als culturele spion naar Engeland gestuurd om te zien hoe zij het deden.
Na zijn terugkomst deed hij een aantal voorstellen voor het beleid hoe ze de kwaliteit van
hun industriële productie op een hoger niveau houden.
Hij zei dat er kunstscholen moesten gereformeerd worden. De leiding moet meer aan
kunstenaars worden gegeven omdat artistieke inbreng ervoor kan zorgen dat het ontwerp
kwaliteit nijverheid omhoog kan gaan.
Er werd ook aan vrouwen gedacht aangezien er niet genoeg geschoolde vrouwen waren
toen. Hierdoor werden vrouwen wel toegelaten op deze academische scholen/industrie.
Er ontstonden ook privé ateliers en deze werden aangemoedigd. De ateliers maakten eerder
goedkopere producten en waren zeer kwaliteitsvol.
Vanuit Engeland veel invloed van de Arts and Crafts movement. Duitsland was een
voorstander van het inzetten van machines ivm Engeland.
Duitsland volgde Engeland op als een leidende industriële natie.
Vanuit deze achtergrond is er een vereniging opgericht:
Het Deutscher Werkbund (1907)
, Oprichting Deutscher Werkbund (1907)
Werd uit ecologisch,cultureel en nationaal belang opgericht.
Ecologisch:
Zo goedkoop mogelijk maar zo goed mogelijk produceren.
Nationaliteit:
Nijverheid van de productie moet nationaliteit van het volk uitdrukken.
Culturele gedachtengang:
Kunstenaars krijgen hier grote een rol, niveau nijverheid en productie van een land omhoog
gaat heeft een …
Alliantie van 12 kunstenaars en fabrikanten die samenwerkten.
Invloed van de Wiener Werkstätte, dit lag aan de basis van hun succes.
Doel: interactie tussen kunsten en industriële productie.
Vanuit Engeland: De kunstenaar speelt belangrijke rol hij is mediator tussen de tijdsgeest en
de massaproductie.
Positieve appreciatie van industrie en techniek: deze werd gecultiveerd.
De esthetiek moest terug gaan naar de nationaliteit van het volk. Om dit te bereiken was er
een politiek thema aan verbonden (Duitsland als handelsmarkt te stellen).
Belangrijkste leden van de bond:
Peter Behrens, Josef Hoffmann, Mies van der Rohe, Walter Gropius (1912), Henry Van de
Velde
Geest van de Werkbund: Peter Behrens (1868-1940) en de AEG-Werke (Berlijn)
Peter Behrens: Schilder, architect, vormgever en typograaf
Er was een fabriek (AEG) deze hebben Peter Behrens aangesteld als hun
ontwerper. Hij was zowel voor de architectuur van de fabrieken
verantwoordelijk als voor de vormgeving van de producten die ze daar
maakten. Tot en met de huisstijl van de fabriek als de layout van de
brieven,...
Peter Behrens heeft zich het ideaal van de deutsche werkbund eigen
gemaakt.
Hoofdstuk 5: Industrialisatie, massaproductie en design. Van Deutsche werkbund tot
Bauhaus
De weg naar Bauhaus:
Historische achtergrond 1870: Ontstaan van het Duitse Keizerrijk
Bestaat tot het uitbreken van de Eerste WO I
Europa kende een economische en politieke expansie
Veroorzaakte een sociale omwenteling (nieuwe sociale laag ontstaat
(proterialiaat))
Gevolg: Sociaal problematiek , slechte leefomstandig en werkomstandigheden.
Resulteerde ook in een groei van goedkopere goederen.
Hierop kwamen allerlei reacties waarbij voorstellingen werden gedaan hoe de
leefomstandigheden kunnen verbeterd worden.
Een van de thema’s: nationale identiteit (was sterk aanwezig in het duitse keizerrijk)
‘Een cultuur van het volk en voor het volk’
In dit klimaat merkte het Duitse keizerrijk dat Engeland op de verschillende thema’s
(industrialisatie, nationalisme,...) een leidende industriële natie was. Duitsland wou deze
positie overnemen.
Vanuit de overheid werd Herman Moe uitgekozen. Hij heeft veel gereisd, was architect en
ontwerper. Hij werd als culturele spion naar Engeland gestuurd om te zien hoe zij het deden.
Na zijn terugkomst deed hij een aantal voorstellen voor het beleid hoe ze de kwaliteit van
hun industriële productie op een hoger niveau houden.
Hij zei dat er kunstscholen moesten gereformeerd worden. De leiding moet meer aan
kunstenaars worden gegeven omdat artistieke inbreng ervoor kan zorgen dat het ontwerp
kwaliteit nijverheid omhoog kan gaan.
Er werd ook aan vrouwen gedacht aangezien er niet genoeg geschoolde vrouwen waren
toen. Hierdoor werden vrouwen wel toegelaten op deze academische scholen/industrie.
Er ontstonden ook privé ateliers en deze werden aangemoedigd. De ateliers maakten eerder
goedkopere producten en waren zeer kwaliteitsvol.
Vanuit Engeland veel invloed van de Arts and Crafts movement. Duitsland was een
voorstander van het inzetten van machines ivm Engeland.
Duitsland volgde Engeland op als een leidende industriële natie.
Vanuit deze achtergrond is er een vereniging opgericht:
Het Deutscher Werkbund (1907)
, Oprichting Deutscher Werkbund (1907)
Werd uit ecologisch,cultureel en nationaal belang opgericht.
Ecologisch:
Zo goedkoop mogelijk maar zo goed mogelijk produceren.
Nationaliteit:
Nijverheid van de productie moet nationaliteit van het volk uitdrukken.
Culturele gedachtengang:
Kunstenaars krijgen hier grote een rol, niveau nijverheid en productie van een land omhoog
gaat heeft een …
Alliantie van 12 kunstenaars en fabrikanten die samenwerkten.
Invloed van de Wiener Werkstätte, dit lag aan de basis van hun succes.
Doel: interactie tussen kunsten en industriële productie.
Vanuit Engeland: De kunstenaar speelt belangrijke rol hij is mediator tussen de tijdsgeest en
de massaproductie.
Positieve appreciatie van industrie en techniek: deze werd gecultiveerd.
De esthetiek moest terug gaan naar de nationaliteit van het volk. Om dit te bereiken was er
een politiek thema aan verbonden (Duitsland als handelsmarkt te stellen).
Belangrijkste leden van de bond:
Peter Behrens, Josef Hoffmann, Mies van der Rohe, Walter Gropius (1912), Henry Van de
Velde
Geest van de Werkbund: Peter Behrens (1868-1940) en de AEG-Werke (Berlijn)
Peter Behrens: Schilder, architect, vormgever en typograaf
Er was een fabriek (AEG) deze hebben Peter Behrens aangesteld als hun
ontwerper. Hij was zowel voor de architectuur van de fabrieken
verantwoordelijk als voor de vormgeving van de producten die ze daar
maakten. Tot en met de huisstijl van de fabriek als de layout van de
brieven,...
Peter Behrens heeft zich het ideaal van de deutsche werkbund eigen
gemaakt.
