Samenvatting Uitgewerkte examenmatrijs procesrecht met hoofdstukken en wetten

Examenmatrijsuitwerkingen procesrecht
Brede kennis van burgerlijk procesrecht

1.1 Beschrijven wat het burgerlijk procesrecht inhoudt en wanneer het van toepassing
is
Zie hoofdstuk 1
Burgerlijk procesrecht: dit is het deel van het privaatrecht dat beschrijft hoe de rechten
en plichten uit het materiele deel van het privaatrecht worden gehandhaafd.
- Een andere term voor het burgerlijke procesrecht is formeel privaatrecht
- De specifieke kenmerken van het burgerlijk procesrecht zijn:
1. Lijdelijkheid van de rechter: dit is de passieve rol van de rechter als het gaat om de inhoud van de zaak.
˪ Als de rechter de voortgang van de rechtszaak bewaakt, dan heeft de rechter een actieve rol. Dit
is van belang zodat de procedure niet onnodig wordt vertraagd
2. Verplichte procesvertegenwoordiging: dit is de verplichting voor beide procespartijen om zich tijdens het
proces door een advocaat te laten vertegenwoordigen
˪ De procesvertegenwoordiger dient stukken in, vraagt om uitstel en indien nodig ook het woord
tijdens de zitting

1.2 Het verschil tussen een verzoekschriftprocedure en een dagvaardingsprocedure
uitleggen
Zie hoofdstuk 5 t/m 8
Het verschil is dat er bij verzoekschriftprocedure geen rol is, geen rolrechter, geen
conclusiewisselingen en geen pleidooien. De kern van een verzoekschriftprocedure
wordt gevormd door de mondelinge behandeling ter zitting. Hierdoor verloopt een
verzoekschriftprocedure wat minder formeel en vaak vlotter dan een
dagvaardingsprocedure.
Dagvaardingsprocedure Verzoekschriftprocedure
Namen procespartijen Eiser/gedaagde Verzoeker/verweerder
Inleidend stuk Dagvaarding Verzoekschrift (rekest)
Verschijning ter zitting: In persoon of bij In persoon of bij
kantonrechter gemachtigde gemachtigde
Rechtbank Bij advocaat In persoon of bij advocaat
Rechterlijke uitspraak Vonnis Beschikking
Hoofdregel relatieve Woonplaats gedaagde Woonplaats verzoek er
competentie

1.3 Voor een situatie vaststellen of de procedure begint met een dagvaarding of een
verzoekschrift
Zie hoofdstuk 8: P8.2
Dagvaarding
˪ Wanneer er de woorden vorderen, dagvaarden of vonnis in de wet
staan, dan gaat het om een dagvaardingsprocedure
Verzoekschrift
˪ Wanneer er de woorden verzoek, verzoekschrift of beschikking in de
wet staan, dan gaat het om een verzoekschriftprocedure
Zie art. 261 RV, 7:727 BW, 7:658 BW, 69 RV

1.4 Voor een situatie vaststellen wat benaming is van de verschillende betrokkenen bij
een civiele procedure (rechter, advocaat, gemachtigde, eiser, gedaagde, verzoeker,
verweerder, appellant, geïntimeerde)
Zie hoofdstuk 3, 4, 6, 7, 12
 Rechter: dit is iemand die recht spreekt.
˪ Rechters hebben het laatste woord bij conflicten, overtreding van regels of een misdaad
 Advocaat: dit is een juridisch adviseur, die ook bevoegd is om zijn client in een
juridische procedure te vertegenwoordigen.
˪ In het burgerlijke procesrecht is het verplicht dat procespartijen zich in het proces laten
vertegenwoordigen
˪ Verplicht bij: rechtbank, gerechtshof en hoge raad

, ˪ Niet verplicht bij: kantonrechter
 Gemachtigde: dit is de procesvertegenwoordiger in kantonzaken.
˪ Dit zijn niet alleen advocaten, maar ook gerechtsdeurwaarders en andere juristen
 Eiser: dit is degene die het initiatief neemt tot een rechtszaak.
 Gedaagde: dit is degene die door de wederpartij word opgeroepen voor de
rechtszaak.
 Verzoeker: dit is de initiatiefnemer tot de verzoekschriftprocedure die het gerecht
in zijn verzoekschrift verzoekt om een bepaald voorziening te treffen.
 Verweerder: dit is de wederpartij in een verzoekschriftprocedure.
 Appellant: dit is de procespartij die het hoger beroep instelt.
 Geïntimeerde: dit is de wederpartij van de appellant in hoger beroep.

1.5 De ambtelijke taken van de gerechtsdeurwaarder in het civiel procesrecht
benoemen
Zie hoofdstuk 3: P3.3
De ambtelijke taken van een gerechtsdeurwaarder zijn:
- Betekenen van exploten
- Ten uitvoer leggen van rechterlijke uitspraken
- Conservatoir beslag leggen

1.6 Voor een situatie vaststellen wat de schriftelijke stukken tijdens de civiele
procedure inhouden, van wie ze afkomstig zijn en in welke volgorde ze ingediend
worden (dagvaarding inclusief conclusie van eis, conclusie van antwoord,
conclusie van repliek, conclusie van dupliek, verzoekschrift en verweerschrift)
Zie hoofdstuk 5, 6 en 7
 Dagvaarding: dit is een akte die de deurwaarder op verzoek van de eiser uitbrengt
aan de gedaagde, met daarin de oproep om in het geding te verschijnen en een
omschrijving van de vordering van de eiser.
˪ Dit wordt uitgebracht door een gerechtsdeurwaarder
˪ Een dagvaardingsprocedure start met een dagvaarding uit te brengen aan de gedaagde
Het verloop van een dagvaardingsprocedure:
a. Dagvaarding
b. Roldatum
c. Conclusie van antwoord
d. Comparitie
e. Vonnis
Het verloop van een eenvoudige dagvaardingsprocedure:
a. Dagvaarding
b. Conclusie van antwoord
c. Comparitie
d. Vonnis
Voor de uitbreiding van dagvaardingsprocedure zie blz. 68
 Conclusie van eis: dit is de eis van de partij die een civielrechtelijke procedure
aanspant, hetzij in eerste aanleg, hetzij in appél.
 Conclusie van antwoord: dit is een processtuk van de gedaagde waarin hij
inhoudelijk reageert op de dagvaarding van de eiser.
˪ Hierin geeft de advocaat van de gedaagde een zo volledig mogelijk reactie op de eis uit de
dagvaarding
˪ De kern van het conclusie van antwoord is het verweer van de gedaagde. Er zijn twee soorten
verweer: exceptief en principaal
 Conclusie van repliek: dit is een processtuk waarmee de eiser reageert op de
inhoud van de conclusie van antwoord van de gedaagde.
 Conclusie van dupliek: dit is een processtuk waarin de gedaagde reageert op de
conclusie van repliek van de eiser.
 Verzoekschrift: dit is een document waarmee een verzoekschriftprocedure bij het
gerecht in gang wordt gezet en waarin de verzoeker de rechtbank gemotiveerd vraagt
om een bepaalde voorziening te treffen.