1. Beschrijf de pathologische consequenties van obesitas op minstens 3 orgaansystemen
Een hogere viscerale vetmassa is een uiting van vetopslag op een plaats die daar niet voor
geprefereerd wordt. Onderhuis is beter (zwaardere borsten, poep, bovenarmen). Het viscerale
compartiment, hartspier, nieren, lever, in de spieren… zijn ectopische plaatsen van vet: suboptimaal
voor de gezondheid.
Als de ectopische vetmassa sterk greoit krijgt het vetweefsel een inflammatoir karakter:
immuuncellen expansie op de foute plaatsen: verandering in de functie van de macrofagen en het
profiel van zaken die afgescheiden worden door de vetcellen op vlak van immuunsysteem (TNF-alfa
en IL-6) verandert waardoor nog meer inflammatoire cellen getrokken wordne: profiel van de
adipocytokines verandert ook
- Adiponectine en leptine balans bedreigd
- Signalen verstoord versterkend systeem
Cardiovasculaire consequenties
Bij obesitas treedt vaak een insuline resistentie op. Hierdoor is de glucose tolerantie verstoord en
ontwikkelt de patiënt diabetes type 2. 61% van de gevallen van diabetes type 2 zijn veroorzaakt door
obesitas. Dit heeft dyslipedemie tot gevolg, waardoor er hypertensie en hyperuricemie (te hoog
gehalte urinezuur) ontstaat.
17% van de gevallen van hypertensie zijn te wijten aan obesitas.
Hypertensie, hyperuricemie en dyslipedemie zijn een dodelijk trio. Deze leiden namelijk tot
verschillende cardiovasculaire consequenties:
- Hemostase en fibrinolyse verstoring
- Linker ventriculaire hypertrofie
- Premature atheromatose
- Cerebrovasculaire accidenten
Mechanische consequenties
Er ontstaan ook vaak osteoarticulaire problemen bij obesitas patiënten. Daarnaast ontstaat
varicositas, thromboflebitis en trauma.
Pulmonaire consequenties
Mensen met obesitas ontwikkelen vaak obstructieve slaapapneu en astma.
Anders
Mensen met obesitas hebben ook op psychologisch vlak vaak problemen. Hun zelf-beeld is verstoord
en ze hebben risico op depressie.
Daarnaast hebben ze ook gynaecologische problemen zoals een onregelmatige menstruatie,
verminderde vertiliteit, seksuele problemen etc.
Ze hebben ook een verhoogd risico op kanker (borstkanker, baarmoederkanker..) en reflux.