2.1 De stralingsbalans van de aarde:
● Kortgolvige straling: Straling die bestaat uit elkaar kort opeenvolgende trillingen.
(zon)
● Langgolvige straling: Straling die bestaat uit trage trillingen. (opgewarmde
aardoppervlak)
● Stralingsbalans: Dynamisch evenwicht in inkomende en uitgaande straling op aarde.
● Versterkt broeikaseffect: Deel van broeikaseffect dat wordt veroorzaakt door mensen.
(CO2)
2.2 Wereldwijde luchtstromen:
● Lagedrukgebied: Gebied met lage luchtdruk,
ontstaat doordat warme lucht opstijgt.
● Hogedrukgebied: Gebied met hoge luchtdruk,
ontstaat doordat lucht daalt.
● Wet van Buys Ballot/Corioliseffect: Effect dat
luchtstromen een zijdelingse afwijking krijgen
door de draaiing van de aarde.
- Noordelijk halfrond: Naar rechts.
- Zuidelijk halfrond: Naar links.
● Passaten: Wind vanuit subtropisch hogedrukgebied
(30⠁NB en ZB) die richting evenaar waait.
- Noordelijk halfrond: NoordOosten.
- Zuidelijk halfrond: ZuidOosten.
● Intertropische convergentiezone (ITCZ):
Lagedrukgebied rond de evenaar.
● Moesson: Wind die van subtropische hogedrukgebieden
richting evenaar waait, die vervolgens kruist en van
richting veranderd.
- Noordelijk halfrond: ZuidWesten
- Zuidelijk halfrond: NoordWesten