OG 2: Leven in hogere sferen (executieve functies)
Samenvatting
Blok 1.5
AANDACHT & SOORTEN AANDACHT
Aandacht
= Focus leggen op iets
→ 2 onderdelen:
1. Intensiteit
● Afhankelijk v alertheidsniveau
2. Richting
● Deels door onbewuste processen bepaald
○ VB: ineens knal horen → aandacht wordt daar onwillekeurig naartoe getrokken
Aandachtsregulatie
→ Samenspel tussen 3 hersenonderdelen:
1. Formatio reticularis
● Activeert via ARAS de cortex (aspecifiek corticaal baansysteem)
● Corticale activatie = nodig vr aandacht
● Bewustzijn reguleren
2. Thalamus
● Kerncomplex waarin vrijwel alle sensorische baansystemen synapteren
○ Toegangspoort tot cortex
● Dankzij synaptische onderbreking: modulatie/beïnvloeding v signalen
● Sommige prikkels weg filteren
3. Cortex
● Functies prefrontale cortex
○ Onderdrukking achtergrondruis als we ons selectief op 1 soort
sensorische info willen richten
○ Gewenning aan ongewijzigde terugkerende prikkels → vereisen minder aandacht
○ Demping thalamische signaaltransmissie bij geconcentreerd denkwerk
○ Verdeling aandacht bij complexe dubbeltaken
, Soorten aandacht
● Gerichte aandacht
● Volgehouden aandacht
● Verdeelde aandacht
● Selectieve aandacht
● Wisselende (alternerende) aandacht
Aandachtsstoornissen
● Neglect
○ Geen aandacht vr stimuli afkomstig v 1 lichaamshelft
○ Kan door hersenbeschadiging
● ADHD
○ Aandachtstekort & hyperactiviteit stoornis
● Mentale traagheid
○ VB: mensen die ondertiteling v tv niet kunnen volgen
● Verhoogde afleidbaarheid
HOGERE FUNCTIES
Cognitie
= Vermogen v CZS om aandacht te schenken aan complexe stimuli & die te
identificeren & daar adequaat op te reageren
● Cognitieve vermogens
○ Geheugen
○ Emotie
○ Taal
○ Bewustzijn
Oriëntatie
= Besef v tijd, plaats & sociale omgeving waar men zich bevindt
● Vermogen zich te oriënteren = afhankelijk v bewustzijnsgraad, recente
geheugen & diverse andere mentale functies
● Afhankelijk v diverse mentale processen:
○ Alertheid
○ Aandacht
○ Geheugen
○ Waarneming
Executieve functies
= Hogere hersenfuncties die zorg dragen vr aansturing & uitvoering gedrag
= Hogere-orde functies
Samenvatting
Blok 1.5
AANDACHT & SOORTEN AANDACHT
Aandacht
= Focus leggen op iets
→ 2 onderdelen:
1. Intensiteit
● Afhankelijk v alertheidsniveau
2. Richting
● Deels door onbewuste processen bepaald
○ VB: ineens knal horen → aandacht wordt daar onwillekeurig naartoe getrokken
Aandachtsregulatie
→ Samenspel tussen 3 hersenonderdelen:
1. Formatio reticularis
● Activeert via ARAS de cortex (aspecifiek corticaal baansysteem)
● Corticale activatie = nodig vr aandacht
● Bewustzijn reguleren
2. Thalamus
● Kerncomplex waarin vrijwel alle sensorische baansystemen synapteren
○ Toegangspoort tot cortex
● Dankzij synaptische onderbreking: modulatie/beïnvloeding v signalen
● Sommige prikkels weg filteren
3. Cortex
● Functies prefrontale cortex
○ Onderdrukking achtergrondruis als we ons selectief op 1 soort
sensorische info willen richten
○ Gewenning aan ongewijzigde terugkerende prikkels → vereisen minder aandacht
○ Demping thalamische signaaltransmissie bij geconcentreerd denkwerk
○ Verdeling aandacht bij complexe dubbeltaken
, Soorten aandacht
● Gerichte aandacht
● Volgehouden aandacht
● Verdeelde aandacht
● Selectieve aandacht
● Wisselende (alternerende) aandacht
Aandachtsstoornissen
● Neglect
○ Geen aandacht vr stimuli afkomstig v 1 lichaamshelft
○ Kan door hersenbeschadiging
● ADHD
○ Aandachtstekort & hyperactiviteit stoornis
● Mentale traagheid
○ VB: mensen die ondertiteling v tv niet kunnen volgen
● Verhoogde afleidbaarheid
HOGERE FUNCTIES
Cognitie
= Vermogen v CZS om aandacht te schenken aan complexe stimuli & die te
identificeren & daar adequaat op te reageren
● Cognitieve vermogens
○ Geheugen
○ Emotie
○ Taal
○ Bewustzijn
Oriëntatie
= Besef v tijd, plaats & sociale omgeving waar men zich bevindt
● Vermogen zich te oriënteren = afhankelijk v bewustzijnsgraad, recente
geheugen & diverse andere mentale functies
● Afhankelijk v diverse mentale processen:
○ Alertheid
○ Aandacht
○ Geheugen
○ Waarneming
Executieve functies
= Hogere hersenfuncties die zorg dragen vr aansturing & uitvoering gedrag
= Hogere-orde functies