Bedrijfsmanagement study guide
Hoofdstuk 1 Denken over organisatie en management
Wat is een organisatie en welke elementen bevat ze?
Een organisatie is elke vorm van menselijke samenwerking voor een
gemeenschappelijk doel. Een organisatie heeft dus drie elementen:
o Mensen
o Samenwerken
o Doel
Ken je enkele belangrijke denkrichtingen en persoonlijkheden uit de geschiedenis van
de organisatiekunde (Voor de industriële revolutie)
o Socrates en plato (theorieën over leidinggeven)
o Niccolo Machiavelli ( gericht op behouden van macht en uitbreiding,
opportunistisch, puur eigen belangen)
o Adam Smith ( productieve arbeid bron van welvaart, verdeling
arbeidsproductiviteit systematische aanpak)
o Frederick taylor scientific management; Taylorisme ( systematische
samenhangende bedrijfskunde benadering voor de productie, bedrijfsleider ≠
slavendrijver, plannen ortiënteren, vriendschappelijke samenwerking,
zorgvuldige selectie)
o Henry Fayol grondlegger general management theorie (gehele organisatie,
verband tussen management gebieden en management taken, één iemand is
baas, meer aandacht voor taken van de manager)
o Max Weber grondlegger theorie van de bureaucratie ( overheidsorganisaties
en grote bedrijven sociologische invalshoek; doorgevoerde takenverdeling,
hiërarchische bevelstructuur, werving basis bekwaamheid en kennis,
bevordering en beloning op basis van procedures criteria, vaste routine
regels, gegevens in schriftelijke stukken vastgelegd)
o Elton Mayo Human Relations ( sociale functie van werk, interacties tussen
werknemers en bestaan van informele systemen in de organisatie: belang
menselijke factoren effectiviteit en efficiëntie)
o Linkert schrijver revisionisme ( mix van benadering Taylor en die van HR-
beweging)
1
, o Hetzberg schrijver revisionisme ( gebaseerd op behoeftehiërarchie en
motivatoren en hygiënefactoren) Intrinsieke factoren; dingen die je leuk vind
motivatoren Extrinsieke factoren; dingen die ergens van ag hangen
beloningen hygiëne factoren
o McGregor schrijver revisionisme ( de XY-theorie X: werknemers; dom lui
motivatie is geld Y: werknemers; creatief en betroken motivatie minder
regels en flexibele uren)
o Kenneth Boelding systeembenadering (organisaties worden gezien als
geheel samenhangende delen, in wisselwerking van de buitenwereld
(omgeving))
o Pauw Lawrence en Jay Lorsch contingentiebenadering (bepaaldheid door
situatie, management afhankelijk van omstandigheden, variabele in omgeving
is basis voor kiezen strategie, structuren en systemen)
Heb je inzicht in de hedendaagse ontwikkelingen van het vakgebied organisatiekunde
(Na de industriële revolutie , recente benaderingen)
o Philip Crosby en kwaliteitszorg ( kwaliteitsmangagementtheorie en ‘zero
defects streven naar geen fouten maken in procces, kwaliteitscontrole op
meerdere afdelingen niet enkel fabricageafdeling)
o Henry Mintzberg en organisatie structurering en strategische planning
(niet één beste organisatiestructuur 7 configuraties)
o Tom Peters en management principes voor bedrijfsvoering ( 8 kenmerken
voor succesvolle bedrijven)
o Peter Drucker en het algemeen management ( invloedrijke
managementgoeroe, kennis als essentiële productiefactor, bestaansrecht
organisaties worden steeds korter)
o Michael Porter en strategie ( bijdrage op gebied van omgeving, strategie en
organisatieanalyse)
o Michael Hammer en herstructureren van bedrijfsprocessen (taakgerichte
naar procesgerichte organisatie)
o CK Prahalad en concurrentie (globalisering en innovatie, grotere
samenwerking met klanten, innovatie door te kijken naar de armen)
o Jim Collins en bedrijfscultuur en leiderschap
o Kjell Anders en Jonas Ridderstrale veranderingen in de organisaties ( talent
en creativiteit)
o Gary Hamel en de toekomst van management ( vervangen principes door
diversiteit, experimenten en decentraal leiderschap, empowerment meer en
2
, meer verantwoordelijkheid geven aan lagere niveaus in de onderneming)
o Daniel Pink en de veranderde rol van werk ( mensen komen in beweging
intrinsiek gemotiveerd worden autonomie meesterschap en zingeving)
Ken het verschil tussen doeltreffend en doelmatig
Je kan te voet of met de fiets naar Italië gaan (effectief, doeltreffend) maar dat is niet
handig (efficiënt / doelmatig)
Wat betekend empowerment?
Bepaalde bevoegdheden beslissingen overdragen naar lagere niveaus
BV. Leerkrachten die hun les zelf mogen plannen aula les <-> kleine groepen in klas
les
Geef het begrip voor een organisatiestructuur die gekenmerkt wordt door aan regels
procedures, verdeling van verantwoordelijkheid, hiërarchie en onpersoonlijke relaties
Bureaucratie
Geef het begrip voor de managementstroming die zich afzette tegen de te zeer
doorgeschoten zakelijke bedrijfsvoering (Scientific Management) en als reactie
daarop de sociale kant (Human Relations) benadrukte, de arbeidende mens zelf.
Revisionisme
Geef het begrip voor ook wel recruitment genoemd, verwijst naar het proces van
aantrekken, selecteren en aanstellen van geschikte kandidaten voor een baan.
Werving en selectie, recruitment
Wat betekend diversificatie?
Diversificatie is een strategie om door middel van een spreiding over meerdere
hulpbronnen de risico's te spreiden
Hoe noemt het principe wanneer de leden van een groep of gemeenschap
overeenstemming hebben bereikt.
Consensus principe
Hoe noemt de theorie van aangeleerde behoeften.
McClelland-Theorie
Hoe noem je het organisatiesysteem waarbij elke manager voor zijn afdeling van de
ondernemingsdoelstellingen afgeleide kwalitatieve en kwantitatieve
afdelingsdoelstellingen moet realiseren.
Management by objectives
3
Hoofdstuk 1 Denken over organisatie en management
Wat is een organisatie en welke elementen bevat ze?
Een organisatie is elke vorm van menselijke samenwerking voor een
gemeenschappelijk doel. Een organisatie heeft dus drie elementen:
o Mensen
o Samenwerken
o Doel
Ken je enkele belangrijke denkrichtingen en persoonlijkheden uit de geschiedenis van
de organisatiekunde (Voor de industriële revolutie)
o Socrates en plato (theorieën over leidinggeven)
o Niccolo Machiavelli ( gericht op behouden van macht en uitbreiding,
opportunistisch, puur eigen belangen)
o Adam Smith ( productieve arbeid bron van welvaart, verdeling
arbeidsproductiviteit systematische aanpak)
o Frederick taylor scientific management; Taylorisme ( systematische
samenhangende bedrijfskunde benadering voor de productie, bedrijfsleider ≠
slavendrijver, plannen ortiënteren, vriendschappelijke samenwerking,
zorgvuldige selectie)
o Henry Fayol grondlegger general management theorie (gehele organisatie,
verband tussen management gebieden en management taken, één iemand is
baas, meer aandacht voor taken van de manager)
o Max Weber grondlegger theorie van de bureaucratie ( overheidsorganisaties
en grote bedrijven sociologische invalshoek; doorgevoerde takenverdeling,
hiërarchische bevelstructuur, werving basis bekwaamheid en kennis,
bevordering en beloning op basis van procedures criteria, vaste routine
regels, gegevens in schriftelijke stukken vastgelegd)
o Elton Mayo Human Relations ( sociale functie van werk, interacties tussen
werknemers en bestaan van informele systemen in de organisatie: belang
menselijke factoren effectiviteit en efficiëntie)
o Linkert schrijver revisionisme ( mix van benadering Taylor en die van HR-
beweging)
1
, o Hetzberg schrijver revisionisme ( gebaseerd op behoeftehiërarchie en
motivatoren en hygiënefactoren) Intrinsieke factoren; dingen die je leuk vind
motivatoren Extrinsieke factoren; dingen die ergens van ag hangen
beloningen hygiëne factoren
o McGregor schrijver revisionisme ( de XY-theorie X: werknemers; dom lui
motivatie is geld Y: werknemers; creatief en betroken motivatie minder
regels en flexibele uren)
o Kenneth Boelding systeembenadering (organisaties worden gezien als
geheel samenhangende delen, in wisselwerking van de buitenwereld
(omgeving))
o Pauw Lawrence en Jay Lorsch contingentiebenadering (bepaaldheid door
situatie, management afhankelijk van omstandigheden, variabele in omgeving
is basis voor kiezen strategie, structuren en systemen)
Heb je inzicht in de hedendaagse ontwikkelingen van het vakgebied organisatiekunde
(Na de industriële revolutie , recente benaderingen)
o Philip Crosby en kwaliteitszorg ( kwaliteitsmangagementtheorie en ‘zero
defects streven naar geen fouten maken in procces, kwaliteitscontrole op
meerdere afdelingen niet enkel fabricageafdeling)
o Henry Mintzberg en organisatie structurering en strategische planning
(niet één beste organisatiestructuur 7 configuraties)
o Tom Peters en management principes voor bedrijfsvoering ( 8 kenmerken
voor succesvolle bedrijven)
o Peter Drucker en het algemeen management ( invloedrijke
managementgoeroe, kennis als essentiële productiefactor, bestaansrecht
organisaties worden steeds korter)
o Michael Porter en strategie ( bijdrage op gebied van omgeving, strategie en
organisatieanalyse)
o Michael Hammer en herstructureren van bedrijfsprocessen (taakgerichte
naar procesgerichte organisatie)
o CK Prahalad en concurrentie (globalisering en innovatie, grotere
samenwerking met klanten, innovatie door te kijken naar de armen)
o Jim Collins en bedrijfscultuur en leiderschap
o Kjell Anders en Jonas Ridderstrale veranderingen in de organisaties ( talent
en creativiteit)
o Gary Hamel en de toekomst van management ( vervangen principes door
diversiteit, experimenten en decentraal leiderschap, empowerment meer en
2
, meer verantwoordelijkheid geven aan lagere niveaus in de onderneming)
o Daniel Pink en de veranderde rol van werk ( mensen komen in beweging
intrinsiek gemotiveerd worden autonomie meesterschap en zingeving)
Ken het verschil tussen doeltreffend en doelmatig
Je kan te voet of met de fiets naar Italië gaan (effectief, doeltreffend) maar dat is niet
handig (efficiënt / doelmatig)
Wat betekend empowerment?
Bepaalde bevoegdheden beslissingen overdragen naar lagere niveaus
BV. Leerkrachten die hun les zelf mogen plannen aula les <-> kleine groepen in klas
les
Geef het begrip voor een organisatiestructuur die gekenmerkt wordt door aan regels
procedures, verdeling van verantwoordelijkheid, hiërarchie en onpersoonlijke relaties
Bureaucratie
Geef het begrip voor de managementstroming die zich afzette tegen de te zeer
doorgeschoten zakelijke bedrijfsvoering (Scientific Management) en als reactie
daarop de sociale kant (Human Relations) benadrukte, de arbeidende mens zelf.
Revisionisme
Geef het begrip voor ook wel recruitment genoemd, verwijst naar het proces van
aantrekken, selecteren en aanstellen van geschikte kandidaten voor een baan.
Werving en selectie, recruitment
Wat betekend diversificatie?
Diversificatie is een strategie om door middel van een spreiding over meerdere
hulpbronnen de risico's te spreiden
Hoe noemt het principe wanneer de leden van een groep of gemeenschap
overeenstemming hebben bereikt.
Consensus principe
Hoe noemt de theorie van aangeleerde behoeften.
McClelland-Theorie
Hoe noem je het organisatiesysteem waarbij elke manager voor zijn afdeling van de
ondernemingsdoelstellingen afgeleide kwalitatieve en kwantitatieve
afdelingsdoelstellingen moet realiseren.
Management by objectives
3
