Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Notes de cours

TP jaar 1 - motivatie, onderzoeksbenaderingen en onderzoekscriteria (Psychologie de Basis)

Note
-
Vendu
-
Pages
30
Publié le
26-11-2025
Écrit en
2024/2025

Hier een samenvatting van 30 pagina's die ik zelf heb gemaakt met behulp van Word, afgeleid van de tentamens die ik heb bijgewoond en het boek Psychologie, een inleiding (7e editie). In deze samenvatting zal het gaan over; - motivatie (extrinsiek / intrinsiek) - theorieën zoals MCT en ZDT - biopsychosociaal model - eten / eetstoornissen - seks - praktijkonderzoek - onderzoeksbenaderingen - onderzoekscriteria (kwalititatief / kwantitatief) - betrouwbaarheid - validiteit - wapens van Cialdini Ik heb de samenvatting zo gestructureerd mogelijk opgezet, zodat anderen het begrijpen. Zelf heb ik deze samenvatting ook gebruikt om te leren, waardoor ik hoge cijfers heb kunnen halen voor mijn tentamens. Ik hoop hiermee jullie een handje te kunnen helpen met het leren van jullie eigen tentamens, veel succes!

Montrer plus Lire moins
Établissement
Cours










Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Publié le
26 novembre 2025
Fichier mis à jour le
29 novembre 2025
Nombre de pages
30
Écrit en
2024/2025
Type
Notes de cours
Professeur(s)
X
Contenu
Toutes les classes

Sujets

Aperçu du contenu

PDB BLOK 2 HOORCOLLEGE
WAT IS MOTIVATIE?
Motivatie  situationeel, externe of interne factoren, specifieke doelen
(Waardoor)

1. Voelen van behoefte of verlangen
2. Activeren, sturen, selecteren, volhouden van activiteiten ter bevrediging
hiervan
3. Reduceren van die behoefte/dat verlangen

Overrechtvaardiging: wanneer een beloning (die los staat van de kwaliteit van
het ‘geleverde/prestatie’) de intrinsieke motivatie ondermijnt en daardoor dus
extrinsiek wordt.

Ook gevolgen beloningen voor motivatie:

 Beloningen kunnen motivatie geven; mensen dingen laten doen die ze
anders niet zouden doen (chores)
 Beloningen kunnen motivatie vergroten

Flow: een psychologische staat waarin je je bevindt wanneer intens
geconcentreerd bent op iets waar je zwaar geïnteresseerd in bent en het besef
van bijv. tijd kwijtraakt. (intrinsieke motivatie)

Verwachtingstheorie: mensen willen aan taken zitten als ze verwachten daarin
te slagen en succesvol te zijn.

PRESTATIE
Prestatiedrang: het verlangen naar het behalen van een moeilijk doel maar dat
wel aantrekkelijk is. Velen met deze drang komen ver in hun carrière en hebben
meer doorzettingsvermogen.

- De Prestatiemotivatietest (PMT) is een tool om de prestatiemotivatie
te meten. Wat er wordt gemeten;
 Prestatiemotief – stabiele persoonlijkheidseigenschap
 Positieve/negatieve faalangst -bepalend voor productiviteit

Individualisme ; persoonlijke prestaties worden hier gewaardeerd (het Westen)

Collectivisme : loyaliteit (aan familie/vrienden) wordt hier gewaardeerd (Azië,
Afrika)

INTRINSIEKE EN EXTRINSIEKE MOTIVATIE

Extrinsieke motivatie

 Afhankelijk van externe prikkels
 Om externe belonging te krijgen

,  Om externe straf te voorkomen

Intrinsieke motivatie

 Gemotiveerd vanuit jezelf
 Ongeacht straf of beloning van buiten’
 je wilt het echt voor jezelf doen, ongeacht de consequenties

VAN EXTRINSIEK NAAR INTRINSIEK(ER)

(1) amotivatie  geen waarde hechten, onbekwaam voelen, niet relevant
vinden voor jezelf

(2) Etrinsieke motivatie - 0

1. externe regulatie : (externe beloningen/straffen vermijden,
meegaandheid)  alleen doen van salaris bijv. (0% voor jezelf)

2. introjectie: (nogsteeds voor buitenaf redenen, maar je wilt het zelf ook.
Belangrijk en gewaardeerd voelen, focus op goedkeuring van zelf en
anderen).  (25% voor jezelf)



3. identificatie: (eigenwaarde en betekenis verleend aan iets, persoonlijk
belang bij voelen. Je vindt hetgene wat je doet ook belangrijk, betrokken
zijn)  (50% voor jezelf)

4. integratie : (iets doen uit complete vrije wil, hetgene wat je doet voel je
je helemaal betrokken bij, helemaal geïntegreerd) met jou als persoon 
voorbeeld (75%-100% voor jezelf)

(3) Intrinsieke motivatie – 100

= internalisering ; steeds meer intrinsiek
gemotiveerd zijn

MOTIVATION CROWDING THEORY (MCT)

Toevoegen van externe beloning kan intrinsieke motivatie beïnvloeden

Verlaging; crowding out, overrechtvaardiging

1. Perceptie van controle
 Onze autonomie wordt ondermijnd
 Beloning kan als dwingend worden ervaren
2. Verandering van focus
 Veel plezier naar beloning
 Plezier neemt na verloop van tijd af
3. Gebrek van vertrouwen
 Vorm van controle  minder intrinsieke motivatie

, Verhoging: crowding in

 Vorm van erkenning voor inspanning/werk  meer intrinsieke motivatie
 Versterking van waarden/persoonlijke doelen  meer intrinsieke motivatie
 Positieve feedback over capaciteiten  meer intrinsieke motivatie

Beloning die je krijgt is de erkenning van je capaciteiten

ZELFDETERMINATIETHEORIE (ZDT)

Theorie die stekt dat mensen van nature hun omgeving vormgeven.
Deze activiteit is gericht op groei en integratie.

1. Autonomie
- Zelfstandigheid (de mate van controle om zelf dingen te kunnen
bepalen)
- Keuzeruimte
- Samenwerken/rolverdelingen
- Ruimte voor creativiteit
2. Competentie
- Toewijding- PW: ontwikkelingsgericht  bewuste ontwikkeling is
vooruitgang voelen
- Feedback
- Je hebt de kennis, vaardigheden en de ervaring voor hetgene waar je
intrinsiek gemotiveerd voor bent
- Haalbare uitdagingen, heldere verwachtingen
3. Verbondenheid
- Samenhorigheid (Sociaal verbonden met de mensen om je heen)
- Groepsactiviteiten
- Feedback onderling
- Aanwezigheid stimuleren
- Samenwerking stimuleren

Alle 3 moeten aanwezig zijn, maar de samenstelling tussen de 3 verschilt per
persoon naar wat zij meer behoefte voor hebben.

Deze 3 beïnvloeden elkaar ; geen ervaring (competentie) minder autonomie

PERSPECTIEVEN MOTIVATIE
Instincttheorie: Verouderd idee dat er ingebouwde gedragspatronen zijn die regelmatig
gedrag goed kunnen verklaren (zoals bij dieren bijv.).

(i.p.v. instinct  nieuwe term) Gefixeerde actiepatronen : genetisch bepaald
gedragspatronen die te herkennen zijn binnen 1 soort zonder aangeleerd te zijn.

(i.p.v. instinct  nieuwe term) Biologische drijfveertheorie : een theorie dat
verklaard dat er biologische behoeften zijn die een drijfveer produceert die de behoefte
kan voorzien.

 Biologische drijfveer  een motief dat primair biologisch is (zoals dorst)
6,40 €
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur
Seller avatar
musoenjummalah

Document également disponible en groupe

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
musoenjummalah Hogeschool van Amsterdam
S'abonner Vous devez être connecté afin de pouvoir suivre les étudiants ou les formations
Vendu
Nouveau sur Stuvia
Membre depuis
1 semaine
Nombre de followers
0
Documents
4
Dernière vente
-

0,0

0 revues

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions