MIDDELEEUWEN
Afbakening
Symbolisch eindpunt?
• 1453: val Constantinopel, einde Honderdjarige Oorlog
• 1492: Columbus en exploratie Nieuwe Wereld, einde reconquista
• 1517: 95 stellingen Luther, Reformatie, einde duurzame christelijke wereld
Symbolisch startpunt?
• 313: christendom wordt toegestaan (religio licita) in Romeinse Rijk, Edict van Milaan
• 410: plundering van Rome door de Goten
• 476: afzetting laatste West-Romeinse keizer
Hoofdstuk 1: Van Romeinse
provincies naar Barbaarse rijken
→
117: Romeinse Rijk behaalt haar hoogtepunt van expansie. Een andere naam voor de grenzen zijn de
‘limes’, voor het Romeinse Rijk zijn dit vooral rivieren.
526: 400 jaar later is het Rijk versnipperd, verschillende volkeren hebben zich gevestigd: Visigoten,
Franken, … In het oosten ligt het ORR, deze blijft nog eeuwen bestaan.
Dit hoofdstuk bestudeerd hoe deze eenheid versnippert tot een lappendeken en hoe Barbaren zich
verspreiden.
Verklaring door twee historische constructies
1. De val van Rome/ WRR
Laatste WRR wordt afgezet, Rome is klaar.
2. De volksverhuizingen
Barbaarse volkeren nemen het over.
Het traditionele beeld wordt dus bepaald door constructies, geen enkele bron praat over een ‘val’.
Pagina 1 van 128
,DEEL 1: De transformatie van het Rijk
Inleiding: de val van Rome?
‘val’ niet expliciet vermeld in vroegmiddeleeuwse of laatantieke bronnen!
“[…] the vigour of the military government was relaxed, and finally dissolved, by the
partial institutions of Constantine; and the Roman world was overwhelmed by a
deluge of Barbarians.”
Edward Gibbon, The History of the Decline and Fall of the Roman Empire (1781-89)
= waarom wij dit als val en verval zien. Zeer invloedrijke werken die Gibbon geschreven heeft.
1. De transformatie van het Romeinse Rijk
Huidige stand van onderzoek: nadruk leggen transformatie en evolutie van het Romeinse Rijk i.p.v.
radicale breuk en omwenteling. ‘Val van Rome’ is een constructie die een reeks van langdurige
processen samenvat tussen ca. 250 en 550.
Tot de constatatie gekomen dat er geen val bestaan heeft, maar eerder een transformatie.
Verschillende processen die beginnen in midden 3e E, die ook op elkaar inwerken, spelen een cruciale
rol in deze transformatie naar een versnipperd rijk.
1.1 Politieke en militaire transformatie
1.1.0 Vroege keizertijd (27 v. Chr. - 235 n. Chr.)
In 27 VC roept Augustus zich uit tot keizer, dit is het begin van het zogenaamde “principaat”.
Principaat komt van het Latijnse princeps, wat ‘keizer’ betekent.
Interne stabiliteit
• Er is een vlotte successieregeling in de 2de E. Huidige keizers
kiezen wie hun opvolger wordt: adoptiekeizers
• Keizers steeds vaker uit provincies buiten Italië
Externe stabiliteit
• Oorlog is vooral aan verre grenzen
• Hoogtepunt expansie bereikt (117)
• Geen dreiging vanuit Oosten want er is vrede met de Parthen (huidige Iran en Irak)
1.1.1 De derde-eeuwse crisis (235 - 284 n. Chr.)
Einde principaat door moord op keizer Alexander Severus (235)
Interne instabiliteit
• Er zijn continue machtswissels (26 keizers op 50 jaar)
• ‘Soldatenkeizers’ = Romeinse generaals uitgeroepen tot keizer door troepen in provincies
• Toename invloed leger → militarisering ‘staat’
Pagina 2 van 128
,Externe instabiliteit
• Door de interne stabiliteit en de machtswissels, hebben de Romeinen minder aandacht voor
grensverdediging (Limes)
• Hierdoor zijn er meer ‘Barbaarse’ raids in Gallië, Balkan. Plundertochten en piraterij.
• Succesvolle aanvallen door Sassaniden (Perzen) in oosten. Parthen worden vervangen door de
Sassaniden, zij vallen aan en nemen Romeinse keizer gevangen. Dit was nog nooit eerder
gebeurd.
1.1.2 Diocletianus en Constantijn (284-337)
Twee keizers proberen het tij te keren en grijpen in.
1. Diocletianus I (r. 284-305)
• Grootschalige bestuurlijke hervormingen want gigantisch rijk
o Tetrarchie (4 keizers): idee van twee augusti (meer ervaren, de senioren) en twee
caesares (juniors), regeren elk over ‘prefectuur’; principe collegialiteit om
soldatenkeizers te stoppen <-> successieproblemen
Doel: het Rijk opgedeeld in vier grote stukken betekent dat de keizer meer grip heeft op
zijn gebied en dichter bij de lokale adel staat. = hechter patronagenetwerk voor
provinciale elites. Hierdoor ook een rem op de soldatenkeizers zetten.
Bestuurlijke opdeling: vier prefecturen, diocesen, provincies, civitates
• Belastingverhoging voor grensbewaking
Door de steeds meer wordende invalletjes besluit Diocletianus I om meer mannen onder de
wapens te zetten en de bastions aan de grenzen te verbeteren.
Meer wapens en lonen uitdelen = nood aan hogere belastingen
• Sterke theocratische impuls keizerschap
o Vergoddelijking van de keizer (‘dominus et deus’ < dominaat), wereldlijke keizer ziet
zichzelf als godheid
o Religieuze afwijkingen gelijkgesteld aan politieke oppositie
o Christenvervolgingen
Pagina 3 van 128
, 2. Constantijn de Grote (r. 306-37)
• Nieuwe hoofdplaats: Constantinopel
• Byzantium (Griekse naam): strategische locatie aan de Bosporus; ‘nieuwe
Rome’
o Centrale rol die Rome speelt, verdwijnt langzaamaan
• Gaandeweg: minder contacten met W; 0 en W groeien uiteen
o O minder onder invloed van de barbaarse volksverhuizingen
o Laatste moment eenheid onder Theodosius I de Grote (†395)
• Promotie christendom
Constantijn als eerste keizer die zich tot het christendom bekeert. 313: Edict
van Milaan, religio licita
Resultaat maatregelen? Geen langdurig succesverhaal
• Interne instabiliteit
o Constantijn schaft de tetrarchie af en terug erfopvolging.
o Afstamming Constantijn, maar steun leger doorslaggevend
o Conflicten tussen troonpretendenten
o Demografische crisis 4de E. Bevolking vermindert drastisch maar druk op de grenzen
stijgt steeds meer. Nood aan rekruten, dus zoeken barbaren van buiten het rijk.
= Barbarisering leger en legertop. Barbaren zijn goede strijders en stijgen op tot
generaals. Machtsconcentratie bij ‘barbaarse’ generaals (‘magister militum’):
▪ einde 4de E, 5de E Arbogast (Frank), Stilicho (Vandaal), Ricimer (Visigoot/Sueef)
▪ Generaals behouden bestuursinstellingen (zoals senaat), maar keizer
afhankelijker van hen, als een ‘marionet’ (keizer vaak ook minderjarig)
▪ Keizerlijk hof in Ravenna i.p.v. Rome, aandacht generaals naar provincies
o 476: Odoaker (O-Germaan) zet keizer Romulus Augustulus af, maar installeert geen
nieuwe keizer meer aan in W -> ‘paleiscoup’, niet opzienbarend.
Odoaker zet Augustulus af en neemt de macht over. 16- jarige afgezet, niet vermoord!
Op dit moment is er geen keizer meer, maar Odoaker zet alles verder = is geen drama
zoals dat in de boeken geschreven werd.
• Externe instabiliteit
o Door interne instabiliteit en troonstrijd: grensverdediging verzwakt
o Druk barbaarse volkeren aan Donau, Rijn en limes Brittannië, steeds grotere groepen
komen het rijk binnenvallen
o In 454: enkel Italië, deel Hispanië en Zuid-Gallië nog onder direct Romeins bewind. Dus
maar kleine gebieden waar het gezag van de keizer nog wordt erkend.
Pagina 4 van 128
Afbakening
Symbolisch eindpunt?
• 1453: val Constantinopel, einde Honderdjarige Oorlog
• 1492: Columbus en exploratie Nieuwe Wereld, einde reconquista
• 1517: 95 stellingen Luther, Reformatie, einde duurzame christelijke wereld
Symbolisch startpunt?
• 313: christendom wordt toegestaan (religio licita) in Romeinse Rijk, Edict van Milaan
• 410: plundering van Rome door de Goten
• 476: afzetting laatste West-Romeinse keizer
Hoofdstuk 1: Van Romeinse
provincies naar Barbaarse rijken
→
117: Romeinse Rijk behaalt haar hoogtepunt van expansie. Een andere naam voor de grenzen zijn de
‘limes’, voor het Romeinse Rijk zijn dit vooral rivieren.
526: 400 jaar later is het Rijk versnipperd, verschillende volkeren hebben zich gevestigd: Visigoten,
Franken, … In het oosten ligt het ORR, deze blijft nog eeuwen bestaan.
Dit hoofdstuk bestudeerd hoe deze eenheid versnippert tot een lappendeken en hoe Barbaren zich
verspreiden.
Verklaring door twee historische constructies
1. De val van Rome/ WRR
Laatste WRR wordt afgezet, Rome is klaar.
2. De volksverhuizingen
Barbaarse volkeren nemen het over.
Het traditionele beeld wordt dus bepaald door constructies, geen enkele bron praat over een ‘val’.
Pagina 1 van 128
,DEEL 1: De transformatie van het Rijk
Inleiding: de val van Rome?
‘val’ niet expliciet vermeld in vroegmiddeleeuwse of laatantieke bronnen!
“[…] the vigour of the military government was relaxed, and finally dissolved, by the
partial institutions of Constantine; and the Roman world was overwhelmed by a
deluge of Barbarians.”
Edward Gibbon, The History of the Decline and Fall of the Roman Empire (1781-89)
= waarom wij dit als val en verval zien. Zeer invloedrijke werken die Gibbon geschreven heeft.
1. De transformatie van het Romeinse Rijk
Huidige stand van onderzoek: nadruk leggen transformatie en evolutie van het Romeinse Rijk i.p.v.
radicale breuk en omwenteling. ‘Val van Rome’ is een constructie die een reeks van langdurige
processen samenvat tussen ca. 250 en 550.
Tot de constatatie gekomen dat er geen val bestaan heeft, maar eerder een transformatie.
Verschillende processen die beginnen in midden 3e E, die ook op elkaar inwerken, spelen een cruciale
rol in deze transformatie naar een versnipperd rijk.
1.1 Politieke en militaire transformatie
1.1.0 Vroege keizertijd (27 v. Chr. - 235 n. Chr.)
In 27 VC roept Augustus zich uit tot keizer, dit is het begin van het zogenaamde “principaat”.
Principaat komt van het Latijnse princeps, wat ‘keizer’ betekent.
Interne stabiliteit
• Er is een vlotte successieregeling in de 2de E. Huidige keizers
kiezen wie hun opvolger wordt: adoptiekeizers
• Keizers steeds vaker uit provincies buiten Italië
Externe stabiliteit
• Oorlog is vooral aan verre grenzen
• Hoogtepunt expansie bereikt (117)
• Geen dreiging vanuit Oosten want er is vrede met de Parthen (huidige Iran en Irak)
1.1.1 De derde-eeuwse crisis (235 - 284 n. Chr.)
Einde principaat door moord op keizer Alexander Severus (235)
Interne instabiliteit
• Er zijn continue machtswissels (26 keizers op 50 jaar)
• ‘Soldatenkeizers’ = Romeinse generaals uitgeroepen tot keizer door troepen in provincies
• Toename invloed leger → militarisering ‘staat’
Pagina 2 van 128
,Externe instabiliteit
• Door de interne stabiliteit en de machtswissels, hebben de Romeinen minder aandacht voor
grensverdediging (Limes)
• Hierdoor zijn er meer ‘Barbaarse’ raids in Gallië, Balkan. Plundertochten en piraterij.
• Succesvolle aanvallen door Sassaniden (Perzen) in oosten. Parthen worden vervangen door de
Sassaniden, zij vallen aan en nemen Romeinse keizer gevangen. Dit was nog nooit eerder
gebeurd.
1.1.2 Diocletianus en Constantijn (284-337)
Twee keizers proberen het tij te keren en grijpen in.
1. Diocletianus I (r. 284-305)
• Grootschalige bestuurlijke hervormingen want gigantisch rijk
o Tetrarchie (4 keizers): idee van twee augusti (meer ervaren, de senioren) en twee
caesares (juniors), regeren elk over ‘prefectuur’; principe collegialiteit om
soldatenkeizers te stoppen <-> successieproblemen
Doel: het Rijk opgedeeld in vier grote stukken betekent dat de keizer meer grip heeft op
zijn gebied en dichter bij de lokale adel staat. = hechter patronagenetwerk voor
provinciale elites. Hierdoor ook een rem op de soldatenkeizers zetten.
Bestuurlijke opdeling: vier prefecturen, diocesen, provincies, civitates
• Belastingverhoging voor grensbewaking
Door de steeds meer wordende invalletjes besluit Diocletianus I om meer mannen onder de
wapens te zetten en de bastions aan de grenzen te verbeteren.
Meer wapens en lonen uitdelen = nood aan hogere belastingen
• Sterke theocratische impuls keizerschap
o Vergoddelijking van de keizer (‘dominus et deus’ < dominaat), wereldlijke keizer ziet
zichzelf als godheid
o Religieuze afwijkingen gelijkgesteld aan politieke oppositie
o Christenvervolgingen
Pagina 3 van 128
, 2. Constantijn de Grote (r. 306-37)
• Nieuwe hoofdplaats: Constantinopel
• Byzantium (Griekse naam): strategische locatie aan de Bosporus; ‘nieuwe
Rome’
o Centrale rol die Rome speelt, verdwijnt langzaamaan
• Gaandeweg: minder contacten met W; 0 en W groeien uiteen
o O minder onder invloed van de barbaarse volksverhuizingen
o Laatste moment eenheid onder Theodosius I de Grote (†395)
• Promotie christendom
Constantijn als eerste keizer die zich tot het christendom bekeert. 313: Edict
van Milaan, religio licita
Resultaat maatregelen? Geen langdurig succesverhaal
• Interne instabiliteit
o Constantijn schaft de tetrarchie af en terug erfopvolging.
o Afstamming Constantijn, maar steun leger doorslaggevend
o Conflicten tussen troonpretendenten
o Demografische crisis 4de E. Bevolking vermindert drastisch maar druk op de grenzen
stijgt steeds meer. Nood aan rekruten, dus zoeken barbaren van buiten het rijk.
= Barbarisering leger en legertop. Barbaren zijn goede strijders en stijgen op tot
generaals. Machtsconcentratie bij ‘barbaarse’ generaals (‘magister militum’):
▪ einde 4de E, 5de E Arbogast (Frank), Stilicho (Vandaal), Ricimer (Visigoot/Sueef)
▪ Generaals behouden bestuursinstellingen (zoals senaat), maar keizer
afhankelijker van hen, als een ‘marionet’ (keizer vaak ook minderjarig)
▪ Keizerlijk hof in Ravenna i.p.v. Rome, aandacht generaals naar provincies
o 476: Odoaker (O-Germaan) zet keizer Romulus Augustulus af, maar installeert geen
nieuwe keizer meer aan in W -> ‘paleiscoup’, niet opzienbarend.
Odoaker zet Augustulus af en neemt de macht over. 16- jarige afgezet, niet vermoord!
Op dit moment is er geen keizer meer, maar Odoaker zet alles verder = is geen drama
zoals dat in de boeken geschreven werd.
• Externe instabiliteit
o Door interne instabiliteit en troonstrijd: grensverdediging verzwakt
o Druk barbaarse volkeren aan Donau, Rijn en limes Brittannië, steeds grotere groepen
komen het rijk binnenvallen
o In 454: enkel Italië, deel Hispanië en Zuid-Gallië nog onder direct Romeins bewind. Dus
maar kleine gebieden waar het gezag van de keizer nog wordt erkend.
Pagina 4 van 128