INLEIDING : GEMEENSCHAPSGERICHT WERKEN
Examen : meerkeuzevragen en 2/3 open vragen
Leeswijzer : hoort bij de teksten en hebben per tekst vragen die de kern van de tekst zullen bespreken
Teksten zijn te kennen aan de hand van deze leeswijzer
Powerpoint belangrijk, maar in teksten wel dingen die te herkennen zijn van uit de lessen
Stellingen
Als je ervaringskennis hebt, ben je een ervaringsdeskundige
o Niet iedereen die een ervaring heeft, is een ervaringsdeskundige
o Moet eerst reflecteren over wat je hebt meegemaakt vooraleer je deskundige kan zijn
o Erover hebben geleerd, eventueel opleiding of vorming errond gevolg
Een ervaringsdeskundige begrijpt zorgvragers beter
o Klopt
o Maar : het klikt ook niet altijd met iedereen van de zorgvragers en het is de verantwoordelijkheid van elke
hulpverlener om empathisch te zijn
Een ervaringsdeskundige helpt het (breed) zorgaanbod toegankelijker te maken
o Klopt
o Kan helpen, maar er zitten ook valkuilen
Moeten opletten dat we deskundigheid niet materieel gaan inzetten
VERMAATSCHAPPELIJKING VAN DE ZORG (NOG STEEDS HEEL ACTUEEL)
Zorgzame buurt (departement zorg)
In een zorgzame buurt wonen mensen comfortabel in hun woning of vertrouwde buurt.
Het is een buurt waar jong en oud elkaar kennen en helpen
Levenskwaliteit staat centraal
Voorzieningen en diensten zijn voor iedereen toegankelijk
Iedereen voelt zich er goed en wordt geholpen ongeacht de ondersteuningsbehoeften
Villavip
Nieuwe kleinschalige woning voor mensen met een beperking
Hedendaagse, fijne en kleinschalige woning waar 10 volwassenen met een beperking samenwonen met een zorgkoppel
Leven volgens eigen ritme, interesses en passies
Persoonlijke aandacht en liefde staan centraal
Kleinschaligheid : eenvoudigere communicatie en ondersteuning
Uniek : leven verloopt er zeer gewoon
o Elke bewoner : eigen ruime kamer met zithoek om zich terug te kunnen trekken
Bewoners gaan echt deel uitmaken van de lokale samenleving
De companie (woon- en zorgbedrijf)
Groepswonen
Kleinschalig project dat de zelfstandigheid van ouders moet garanderen
VERMAATSCHAPPELIJKING IS (NOG ALTIJD) HOT
1
,Populaire term met een hoge aaibaarheidsfactor
Jo Vandeurzen : in de gemeenschap, inbedding in de samenleving,kruisbestuivingen, nieuwe kansen ontmoetingen,
nieuwe diensten creëren, etc.
Katrien Schryvers : mensen de nodige zorg gaan bieden binnen eigen leefgemeenschap en eigen leefomgeving en door
mensen uit de buurt en die men graag ziet. Aangevuld met de nodige professionele zorg en thuiszorg.
Verschillen : bij Schryvers professionals enkel als het echt moet, liefst eerst eigen omgeving
Tegelijk : containerbegrip dat vele ladingen dekt
Dezelfde terminologie, andere invulling/visie
Onderhevig aan discussie en kritiek
SOCIO-HISTORISCHE ONTLEDING
Laag 1 : de sociale relatie tussen overheid en burgers (ook de overheid en burgers nemen beide verantwoordelijkheid)
1830 : klassiek-liberale staatsopvatting
o De overheid komt zo min mogelijk tussen in private aangelegenheden
e
Eind 19 eeuw : sociale kwestie
o Slechte leefomstandigheden en grote kindersterfte zorgden voor sociale onrust
Einde 19 – begin 20e eeuw : van afstandelijke naar sociale relatie tussen overheid en burgers/gezinnen
e
o Vb. 1914 : invoering leerplicht (een soort vermaatschappelijking)
o Vb. gesubsidieerde liefdadigheid
o Vb. sociaal beleid en sociale voorzieningen
Laag 2 : deïnstitutionalisering en ‘community care’
1960/1970 : kritiek op de residentiële zorg
o Sluiting grote psychiatrische instellingen
o Begrip ‘community care’ : extramuralisering van de zorg niet beperkte zorg door professionals, maar ruimer
geïnterpreteerd en werd overgenomen ook door buurten, gemeenschap
o Onderscheid in de (gezondheids)zorg tussen eerste, tweede, derde en nulde lijn
o Residentiële voorzieningen verschuift naar kleinschalige voorzieningen
Laag 3 : solidariteit (inspanningen om elkaar te helpen)
Koude solidariteit (rationeel, vanop afstand) geld voor iedereen, recht voor iedereen, structureel ingebouwd in SL
o Na WOII : uitbouw van de verzorgingsstaat
iedereen kan iets tegenkomen in zijn leven wat er voor zorgt dat men nood heeft aan ondersteuning
o Via de sociale zekerheid
Levenslange sociale bescherming voor iedereen (onder andere belastingen)
Solidariteit tussen mensen die elkaar niet persoonlijk kennen
Warme solidariteit (dichtbij, rechtstreeks) zorg van de mensen dicht bij u, je maakt een selectie
o Leidend principe : subsidiariteit
o Zorg wordt in de eerste plaats verwacht in de informele en private sfeer
o Burgers worden aangesproken op een ‘morele plicht’ om de zorg en ondersteuning van medeburgers feitelijk
op te nemen (vb. als er iemand ziek wordt in de familie, voel je een plicht om de zorg op te nemen)
2
, o Burgers beslissen zelf over de spelregels : wie dit ‘verdient’ en wie niet
NIEUW BEGRIP? OF HISTORISCHE CONSTANTE?
Vermaatschappelijking van de zorg gaat altijd over :
Vormgeving aan de relatie tussen overheid en burgers
Rol van de formele hulpverleners (professionals) en informele hulpverleners (mantelzorg, buren, vrijwilligers etc.)
Verbonden met solidariteitsopvattingen
DE HUIDIGE CONTEXT
‘VERMAATSCHAPPELIJKING’ IN HET MEEST RECENTE BELEIDSDISCOURS
= “Verschuiving binnen de zorg waarbij ernaar gestreefd wordt om mensen met beperkingen (van lichamelijke, verstandelijke of
psychische aard), chronisch zieken, kwetsbare ouderen, jongeren met gedrags- en emotionele problemen, mensen die in
armoede leven,… met al hun mogelijkheden en kwetsbaarheden een eigen zinvolle plek in de samenleving te laten innemen,
hen daarbij waar nodig te ondersteunen en de zorg zoveel mogelijk geïntegreerd in de samenleving te laten verlopen. ”
(Vandeurzen, 2012)
= “De lokale besturen nemen ten volle hun regierol op inzake de vermaatschappelijking van de zorg. Dit betekent dat ze voluit
ondersteuning geven aan de mantelzorgers, vrijwilligerszorg en buurtzorg.” (Vlaamse Regering, 2019)
= “We blijven verder inzetten op de vermaatschappelijking van de zorg.” (Vlaamse Regering, 2019)
Momenteel :
“We blijven daar inzetten op verduurzaming van de werkingsprincipes geïntegreerd breed onthaal en vermaatschappelijking
van de zorg.”
“In het kader van de vermaatschappelijking van de zorg zetten we verder in op het versterken van de eigen krachten en
mogelijkheden van de burger en zijn omgeving.”
“We moedigen daarom geïntegreerde lokale zorginitiatieven – waaronder ook zorgzame buurten kunnen begrepen worden -
aan die mantel-, informele en professionele zorg kunnen verweven met elkaar en zetten daarbij in op digitale hulp.”
(Caroline Gennez, 2024)
EEN VERHAAL IN VERSCHILLENDE SECTOREN
Geestelijke gezondheidszorg ART. 107
Residentiële psychiatrie moet enkele bedden afbouwen. Geld hiervan moet besteed worden aan ambulante zorg
o Vb. mobiele teams aan huis of mobiele crisisteams (ook hier al wachtlijsten)
“De Koning kan in specifieke financieringswijzen voorzien om, op experimentele basis en beperkt in de tijd, een
prospectieve en programmageoriënteerde financiering van zorgcircuits en netwerken mogelijk te maken.” (Vlaamse
Regering, 2008)
Ondersteuning voor mensen met een beperking Perspectief 2020
Concentrische cirkels : “gewoon als het kan, bijzonder als het moet”
o Mensen zo veel mogelijk thuis of in de buurt laten wonen, leven, zelfregie
Intregrale jeugdhulp
3
, “De jeugdhulpverlening ‘vermaatschappelijken’ of met andere woorden maximaal een beroep doen op de eigen
krachten van de gebruikers van de jeugdhulpverlening en van hun omgeving.” (Vlaams Parlement, 2013)
Ouderenzorg
Streven naar ouderen zo lang mogelijk laten thuiswonen ongeacht leeftijd en gezondheid aging in place
“Een leeftijdsvriendelijk Vlaanderen versterkt de positie van de ouder wordende personen in de samenleving,
beklemtoont hun eigen regie en biedt toegankelijke en kwaliteitsvolle zorg en ondersteuning op maat en
tegemoetkomingen wanneer kwetsbaarheid de overhand neemt.” (Vlaamse Regering, 2022 – Vlaams
ouderenbeleidsplan 2020-2025)
CENTRALE BEGRIPPEN HOOFDSTUK (GEMEENSCHAPSGERICHT WERKEN, VERMAATSCHAPPELIJKING)
Deïnstitutionalisering
Het proces waarbij mensen met een beperking, psychische kwetsbaarheid of zorgvraag minder in instellingen verblijven en meer
ondersteuning krijgen in de samenleving. Het doel is om isolement te vermijden en hun levenskwaliteit te verbeteren.
Community care
Zorg en ondersteuning die zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving van de persoon worden georganiseerd, dicht bij huis en in
samenwerking met de buurt, familie en andere netwerken.
Inclusie
Het principe dat iedereen volwaardig kan deelnemen aan de samenleving, ongeacht beperking, afkomst, leeftijd of achtergrond.
Het gaat om gelijke kansen en het wegnemen van drempels.
Verbinding, netwerken
Het opbouwen en versterken van relaties tussen mensen, organisaties en voorzieningen, zodat er een ondersteunend netwerk
ontstaat waar iemand op kan terugvallen.
Contextgericht werken
Een manier van werken waarbij niet alleen naar de persoon zelf gekeken wordt, maar ook naar zijn of haar omgeving (gezin,
vrienden, buurt, school, werk). De context speelt een actieve rol in de ondersteuning.
Eigen kracht, zelfredzaamheid
Het stimuleren van mensen om zoveel mogelijk zelf oplossingen te vinden en regie te houden over hun leven, met
ondersteuning waar nodig. Het uitgangspunt is dat iedereen mogelijkheden en talenten heeft.
Vraagsturing, zelfbepaling
De zorg of ondersteuning vertrekt vanuit de wensen, noden en keuzes van de persoon zelf, in plaats van vanuit het aanbod van
de hulpverlening. Dit versterkt autonomie en zeggenschap.
Respijtzorg (zorg die gegeven wordt aan mantelzorgers, deze gaan ontlasten)
Tijdelijke en vervangende zorg die mantelzorgers ontlast, zodat zij even kunnen uitrusten of hun eigen activiteiten kunnen doen.
Dit kan thuis, in dagopvang of in een voorziening georganiseerd worden.
Hamvraag : wat is de verhouding/spanningsveld tussen et recht op professionele ondersteuning en de plicht om beroep te doen
op je sociaal netwerk
POSITIEVE ASPECTEN
In eigen netwerk : liefde, wederkerigheid, vertrouwen, bekend, …
Belang van zorgen voor elkaar ( individualisering) missen we vandaag soms (cultuurafhankelijk)
Nieuwe interacties, nieuwe verbinding
4
Examen : meerkeuzevragen en 2/3 open vragen
Leeswijzer : hoort bij de teksten en hebben per tekst vragen die de kern van de tekst zullen bespreken
Teksten zijn te kennen aan de hand van deze leeswijzer
Powerpoint belangrijk, maar in teksten wel dingen die te herkennen zijn van uit de lessen
Stellingen
Als je ervaringskennis hebt, ben je een ervaringsdeskundige
o Niet iedereen die een ervaring heeft, is een ervaringsdeskundige
o Moet eerst reflecteren over wat je hebt meegemaakt vooraleer je deskundige kan zijn
o Erover hebben geleerd, eventueel opleiding of vorming errond gevolg
Een ervaringsdeskundige begrijpt zorgvragers beter
o Klopt
o Maar : het klikt ook niet altijd met iedereen van de zorgvragers en het is de verantwoordelijkheid van elke
hulpverlener om empathisch te zijn
Een ervaringsdeskundige helpt het (breed) zorgaanbod toegankelijker te maken
o Klopt
o Kan helpen, maar er zitten ook valkuilen
Moeten opletten dat we deskundigheid niet materieel gaan inzetten
VERMAATSCHAPPELIJKING VAN DE ZORG (NOG STEEDS HEEL ACTUEEL)
Zorgzame buurt (departement zorg)
In een zorgzame buurt wonen mensen comfortabel in hun woning of vertrouwde buurt.
Het is een buurt waar jong en oud elkaar kennen en helpen
Levenskwaliteit staat centraal
Voorzieningen en diensten zijn voor iedereen toegankelijk
Iedereen voelt zich er goed en wordt geholpen ongeacht de ondersteuningsbehoeften
Villavip
Nieuwe kleinschalige woning voor mensen met een beperking
Hedendaagse, fijne en kleinschalige woning waar 10 volwassenen met een beperking samenwonen met een zorgkoppel
Leven volgens eigen ritme, interesses en passies
Persoonlijke aandacht en liefde staan centraal
Kleinschaligheid : eenvoudigere communicatie en ondersteuning
Uniek : leven verloopt er zeer gewoon
o Elke bewoner : eigen ruime kamer met zithoek om zich terug te kunnen trekken
Bewoners gaan echt deel uitmaken van de lokale samenleving
De companie (woon- en zorgbedrijf)
Groepswonen
Kleinschalig project dat de zelfstandigheid van ouders moet garanderen
VERMAATSCHAPPELIJKING IS (NOG ALTIJD) HOT
1
,Populaire term met een hoge aaibaarheidsfactor
Jo Vandeurzen : in de gemeenschap, inbedding in de samenleving,kruisbestuivingen, nieuwe kansen ontmoetingen,
nieuwe diensten creëren, etc.
Katrien Schryvers : mensen de nodige zorg gaan bieden binnen eigen leefgemeenschap en eigen leefomgeving en door
mensen uit de buurt en die men graag ziet. Aangevuld met de nodige professionele zorg en thuiszorg.
Verschillen : bij Schryvers professionals enkel als het echt moet, liefst eerst eigen omgeving
Tegelijk : containerbegrip dat vele ladingen dekt
Dezelfde terminologie, andere invulling/visie
Onderhevig aan discussie en kritiek
SOCIO-HISTORISCHE ONTLEDING
Laag 1 : de sociale relatie tussen overheid en burgers (ook de overheid en burgers nemen beide verantwoordelijkheid)
1830 : klassiek-liberale staatsopvatting
o De overheid komt zo min mogelijk tussen in private aangelegenheden
e
Eind 19 eeuw : sociale kwestie
o Slechte leefomstandigheden en grote kindersterfte zorgden voor sociale onrust
Einde 19 – begin 20e eeuw : van afstandelijke naar sociale relatie tussen overheid en burgers/gezinnen
e
o Vb. 1914 : invoering leerplicht (een soort vermaatschappelijking)
o Vb. gesubsidieerde liefdadigheid
o Vb. sociaal beleid en sociale voorzieningen
Laag 2 : deïnstitutionalisering en ‘community care’
1960/1970 : kritiek op de residentiële zorg
o Sluiting grote psychiatrische instellingen
o Begrip ‘community care’ : extramuralisering van de zorg niet beperkte zorg door professionals, maar ruimer
geïnterpreteerd en werd overgenomen ook door buurten, gemeenschap
o Onderscheid in de (gezondheids)zorg tussen eerste, tweede, derde en nulde lijn
o Residentiële voorzieningen verschuift naar kleinschalige voorzieningen
Laag 3 : solidariteit (inspanningen om elkaar te helpen)
Koude solidariteit (rationeel, vanop afstand) geld voor iedereen, recht voor iedereen, structureel ingebouwd in SL
o Na WOII : uitbouw van de verzorgingsstaat
iedereen kan iets tegenkomen in zijn leven wat er voor zorgt dat men nood heeft aan ondersteuning
o Via de sociale zekerheid
Levenslange sociale bescherming voor iedereen (onder andere belastingen)
Solidariteit tussen mensen die elkaar niet persoonlijk kennen
Warme solidariteit (dichtbij, rechtstreeks) zorg van de mensen dicht bij u, je maakt een selectie
o Leidend principe : subsidiariteit
o Zorg wordt in de eerste plaats verwacht in de informele en private sfeer
o Burgers worden aangesproken op een ‘morele plicht’ om de zorg en ondersteuning van medeburgers feitelijk
op te nemen (vb. als er iemand ziek wordt in de familie, voel je een plicht om de zorg op te nemen)
2
, o Burgers beslissen zelf over de spelregels : wie dit ‘verdient’ en wie niet
NIEUW BEGRIP? OF HISTORISCHE CONSTANTE?
Vermaatschappelijking van de zorg gaat altijd over :
Vormgeving aan de relatie tussen overheid en burgers
Rol van de formele hulpverleners (professionals) en informele hulpverleners (mantelzorg, buren, vrijwilligers etc.)
Verbonden met solidariteitsopvattingen
DE HUIDIGE CONTEXT
‘VERMAATSCHAPPELIJKING’ IN HET MEEST RECENTE BELEIDSDISCOURS
= “Verschuiving binnen de zorg waarbij ernaar gestreefd wordt om mensen met beperkingen (van lichamelijke, verstandelijke of
psychische aard), chronisch zieken, kwetsbare ouderen, jongeren met gedrags- en emotionele problemen, mensen die in
armoede leven,… met al hun mogelijkheden en kwetsbaarheden een eigen zinvolle plek in de samenleving te laten innemen,
hen daarbij waar nodig te ondersteunen en de zorg zoveel mogelijk geïntegreerd in de samenleving te laten verlopen. ”
(Vandeurzen, 2012)
= “De lokale besturen nemen ten volle hun regierol op inzake de vermaatschappelijking van de zorg. Dit betekent dat ze voluit
ondersteuning geven aan de mantelzorgers, vrijwilligerszorg en buurtzorg.” (Vlaamse Regering, 2019)
= “We blijven verder inzetten op de vermaatschappelijking van de zorg.” (Vlaamse Regering, 2019)
Momenteel :
“We blijven daar inzetten op verduurzaming van de werkingsprincipes geïntegreerd breed onthaal en vermaatschappelijking
van de zorg.”
“In het kader van de vermaatschappelijking van de zorg zetten we verder in op het versterken van de eigen krachten en
mogelijkheden van de burger en zijn omgeving.”
“We moedigen daarom geïntegreerde lokale zorginitiatieven – waaronder ook zorgzame buurten kunnen begrepen worden -
aan die mantel-, informele en professionele zorg kunnen verweven met elkaar en zetten daarbij in op digitale hulp.”
(Caroline Gennez, 2024)
EEN VERHAAL IN VERSCHILLENDE SECTOREN
Geestelijke gezondheidszorg ART. 107
Residentiële psychiatrie moet enkele bedden afbouwen. Geld hiervan moet besteed worden aan ambulante zorg
o Vb. mobiele teams aan huis of mobiele crisisteams (ook hier al wachtlijsten)
“De Koning kan in specifieke financieringswijzen voorzien om, op experimentele basis en beperkt in de tijd, een
prospectieve en programmageoriënteerde financiering van zorgcircuits en netwerken mogelijk te maken.” (Vlaamse
Regering, 2008)
Ondersteuning voor mensen met een beperking Perspectief 2020
Concentrische cirkels : “gewoon als het kan, bijzonder als het moet”
o Mensen zo veel mogelijk thuis of in de buurt laten wonen, leven, zelfregie
Intregrale jeugdhulp
3
, “De jeugdhulpverlening ‘vermaatschappelijken’ of met andere woorden maximaal een beroep doen op de eigen
krachten van de gebruikers van de jeugdhulpverlening en van hun omgeving.” (Vlaams Parlement, 2013)
Ouderenzorg
Streven naar ouderen zo lang mogelijk laten thuiswonen ongeacht leeftijd en gezondheid aging in place
“Een leeftijdsvriendelijk Vlaanderen versterkt de positie van de ouder wordende personen in de samenleving,
beklemtoont hun eigen regie en biedt toegankelijke en kwaliteitsvolle zorg en ondersteuning op maat en
tegemoetkomingen wanneer kwetsbaarheid de overhand neemt.” (Vlaamse Regering, 2022 – Vlaams
ouderenbeleidsplan 2020-2025)
CENTRALE BEGRIPPEN HOOFDSTUK (GEMEENSCHAPSGERICHT WERKEN, VERMAATSCHAPPELIJKING)
Deïnstitutionalisering
Het proces waarbij mensen met een beperking, psychische kwetsbaarheid of zorgvraag minder in instellingen verblijven en meer
ondersteuning krijgen in de samenleving. Het doel is om isolement te vermijden en hun levenskwaliteit te verbeteren.
Community care
Zorg en ondersteuning die zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving van de persoon worden georganiseerd, dicht bij huis en in
samenwerking met de buurt, familie en andere netwerken.
Inclusie
Het principe dat iedereen volwaardig kan deelnemen aan de samenleving, ongeacht beperking, afkomst, leeftijd of achtergrond.
Het gaat om gelijke kansen en het wegnemen van drempels.
Verbinding, netwerken
Het opbouwen en versterken van relaties tussen mensen, organisaties en voorzieningen, zodat er een ondersteunend netwerk
ontstaat waar iemand op kan terugvallen.
Contextgericht werken
Een manier van werken waarbij niet alleen naar de persoon zelf gekeken wordt, maar ook naar zijn of haar omgeving (gezin,
vrienden, buurt, school, werk). De context speelt een actieve rol in de ondersteuning.
Eigen kracht, zelfredzaamheid
Het stimuleren van mensen om zoveel mogelijk zelf oplossingen te vinden en regie te houden over hun leven, met
ondersteuning waar nodig. Het uitgangspunt is dat iedereen mogelijkheden en talenten heeft.
Vraagsturing, zelfbepaling
De zorg of ondersteuning vertrekt vanuit de wensen, noden en keuzes van de persoon zelf, in plaats van vanuit het aanbod van
de hulpverlening. Dit versterkt autonomie en zeggenschap.
Respijtzorg (zorg die gegeven wordt aan mantelzorgers, deze gaan ontlasten)
Tijdelijke en vervangende zorg die mantelzorgers ontlast, zodat zij even kunnen uitrusten of hun eigen activiteiten kunnen doen.
Dit kan thuis, in dagopvang of in een voorziening georganiseerd worden.
Hamvraag : wat is de verhouding/spanningsveld tussen et recht op professionele ondersteuning en de plicht om beroep te doen
op je sociaal netwerk
POSITIEVE ASPECTEN
In eigen netwerk : liefde, wederkerigheid, vertrouwen, bekend, …
Belang van zorgen voor elkaar ( individualisering) missen we vandaag soms (cultuurafhankelijk)
Nieuwe interacties, nieuwe verbinding
4