Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Volledige samenvatting Voedingsgedrag / Nutrition behaviour

Note
-
Vendu
-
Pages
36
Publié le
20-02-2021
Écrit en
2019/2020

Volledige samenvatting van al het lesmateriaal!

Établissement
Cours











Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Publié le
20 février 2021
Nombre de pages
36
Écrit en
2019/2020
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

College 1 – Verschillende perspectieven op voedingsgedrag

Waarom eten mensen wat ze eten?
- Psychologisch aspect  lekker, individueel niveau
- Sociologisch aspect  sociale status, maatschappelijk niveau (wit brood voor rijken)
- Landbouw / economisch  graan groeit goed, goedkoop
- Voedingskundig /fysiologisch  gezond, vitamines
Betekenis van voedsel:
 Het fysieke; instandhouding van het lichaam (bv. gebrek aan vitamine C leidt tot
scheurbuik)
 Emotie; eten maakt gelukkig
 Maatschappelijke verschijnsel en politiek
 In sociale context; sociale betekenis (bv. samen koffiedrinken / gezamenlijk eten)
o Modeling  kinderen doen hun ouders na
o Sociale facilitatie
o Impression management  indruk achterlaten door je op een bepaalde
manier te gedragen (bv. veel bier drinken als man zijnde)
 Communicatie (bv. romantisch diner of een zakenlunch)
 Onderscheiding (bv. principes en status)


Interactie tussen voedsel, persoon en economische omgeving:

FOOD PERSON ECONOMIC
- Energie (eiwit, vet, - Biologische eigenschappen - Fysische eigenschappen
koolhydraten, alcohol) (leeftijd, geslacht, gewicht) - Technische factoren
- Structuur - Smaak- en - Economische factoren
- Volume/gewicht geurwaarneming - Sociale factoren
- Persoonlijkheid
- Sociaalpsychologisch eten



Sociologische stromingen:
Functionalisme
• No-nonsense  voedseltaboes zoals in
de bijbel geformuleerd waren
economisch gezien rendabel
• Voedsel is functioneel, economisch
• Bv. Varkensvlees taboe:
o Varken eet voedsel dat mensen
ook eten
o Varken hoort ecologisch niet
thuis in het Midden-Oosten
1

,Structuralisme
• Voedsel is meer dan nutriënten alleen  voedsel heeft een sterke symbolische waarde
• “Je bent wat je eet”
• Bourdieu/Elias: sociale klassen en individuen proberen zich te onderscheiden t.o.v. elkaar
(competitie tussen sociale klassen)
o Klassen en individuen kenmerken zich door economisch en cultureel kapitaal
 bv. Albert Heijn vs. Lidl
o Competitie en onderscheiding uit zich in smaak/voorkeuren op allerlei domeinen
 Muziek, lectuur, auto’s

Lagere sociale klassen Hogere sociale klassen
Geen interesse gezondheid Wel interesse gezondheid
Kinderen vrij in keuze Kinderen gestuurd keuze
Smaak ligt vast Smaak wordt gevormd


Psychologische theorieën en toepassingen
Taxonomie acceptatie en verwerping – Rozin
Categorieën van voedselacceptatie en verwerping:
- Smaak
- Potentiële gevolgen van inneming
- Ideeën over (on)gepastheid bij situatie/eetbaarheid (bv. beschuit met muisjes bij
geboorte)
- Wanneer eigenschappen overdraagbaar worden  objecten nemen eigenschappen van
elkaar over (“Je bent want je eet”)
o Bv. haar in de soep, urine in sinaasappelsap, aanraking door insecten, pindakaas
aantrekkelijker door reclame met BN’er
Tranen van de krokodil – Piet Vroon
- Eetgedrag komt voort uit hersenfuncties
- Hersenstam: klassieke conditionering (bv. voorkeur voor zoet)
- Limbische systeem: instrumentele conditionering (bv. misselijk na het eten van teveel
drop, voedselvoorkeuren)
- Hersenschors: cognitie (bv. gezond/ongezond)
Theory of planned behavior:
- Gedrag is rationeel
- Geen onbewuste motieven, verlangens
- Gedrag wordt vooraf gegaan door intentie to gedrag
- Intentie tot gedrag wordt bepaald door attitude, sociale norm, en ingeschatte vermogen
om gedrag te realiseren
- Attitude, sociale norm en controle worden bepaal door afwegingen van voor- en nadelen
- Invloed van externe variabelen verloops via componenten model (werkcollege 1)

2

,Twee manieren van denken, reageren op de omgeving:

Fast Slow
Onbewust Bewust
Frequent Af en toe
Kost weinig energie Kost veel energie
Emotioneel Rationeel
Stereotypisch Nadenkend


Wet van Engel  deel inkomen dat aan voedsel wordt besteed neemt af met groei inkomen
(het aandeel dat mensen aan voedsel besteden).
Bij toename in BNP (bruto nationaal product) - Perusse:
 ↓ koolhydraten, ↑ suikers, ↑ vetten
 ↑ dierlijk eiwit, ↓ plantaardig eiwit, totaal eiwit constant
 ↑ dierlijke vetten, ↓ plantaardige vetten

 Mannen consumeren meer energie dan vrouwen
 Eiwitinneming is heel constant (81 g)
 Jongeren eten meer snacks, ouderen veel minder
 Kleine kinderen drinken meer melk dan volwassenen, tussen vrouwen en mannen gelijk
 Vrouwen eten meer groente en fruit dan mannen
 Consumptie groente neemt toe met de leeftijd
Energie inneming mannen: 11.6 MJ
Energie inneming vrouwen: 8.1 MJ
Vlees inneming mannen: 142 g
Vlees inneming vrouwen: 98 g




3

, College 2 – Aanleren van voedselvoorkeuren

Zoet is een aangeboren voorkeur, en een afkeur voor bitter. De rest is aangeleerd; nog voor
je 2e levensjaar  conditionering
 Neophilia = drang om nieuwe dingen aan te leren
 Neophobia = angst voor nieuwe dingen
Aangeboren voorkeuren en afkeur
- Aangeboren met een aversie tegen bitter, en een voorkeur voor zoet
- Voorkeur voor zout wordt later aangeleerd; tijdens eerste levensjaar (niet aanwezig in
het begin)
- Voor bitter en zuur geen grote verschillen in inname bij verschillende maanden, wel bij
gelaatsuitdrukking
- Voor umami geen grote verschillen in inname en geen reactie bij 3,6, en 12 maanden
- De vijf basissmaken laten over de hele wereld ongeveer dezelfde voorkeuren zien


Aanleren van voedselvoorkeuren
- Study of Clara Davis  spontaneous food intake of 15 weaned children; kinderen sterke
voorkeur voor bepaalde producten, dit heeft een snelle ontwikkeling
- Mechanismen:
o Familiarization (repeated exposure)  je ervaart iets als prettig of onprettig
(conditionering; krachtig middel!)




o Associative
learning/conditioning 
 Flavour – flavour learning (FLL)  pairing of an initial neutral stimulus with a
positive or negative stimulus
 DOEL: Vaststellen of smaak – smaak conditionering een effectievere
strategie is om voorkeur voor groente aan te leren dan blootstelling 
toevoegen lekkere smaak
 Veel aangetoond in dierenstudies, maar nog moeilijk aan te tonen bij
mensen
 Bv. vegetables with apple sauce; tomato ketchup (apple sauce, tomato
ketchup is not only taste, also energy)




4
€4,99
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur
Seller avatar
veradewit1

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
veradewit1 Wageningen University
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
4
Membre depuis
4 année
Nombre de followers
4
Documents
16
Dernière vente
1 année de cela

0,0

0 revues

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions