Artikelen Gemeenschapsgericht Werken
Les 1: vermaatschappelijking
Vraag 1: Vermaatschappelijking wordt vaak beschouwd als een nieuwe
ontwikkeling, maar kan evengoed gezien worden als een historische constante.
Licht toe wat er doorheen de geschiedenis precies terugkeert of constant blijft.
De veranderlijke houding tussen overheid en staat, soms ligt de nadruk meer op de staat
en soms meer op gezinnen, informele netwerken,…
Vraag 2: Leg in eigen woorden het verschil uit tussen koude en
warme solidariteit, en illustreer ze elk met een concreet
voorbeeld.
Koude solidariteit: vanuit een collectieve verantwoordelijkheid krijgt elke
burger gelijke mogelijkheden om een menswaardig leven te leiden
Warme solidariteit : het is een morele plicht dat we zorg dragen voor
medeburgers (vb: mantelzorg)
Vraag 3: De auteurs hebben vragen bij het mensbeeld dat
onderliggend is aan de klemtoon op vermaatschappelijking in het
huidige welzijnsbeleid. Benoem 2 valkuilen die met dit mensbeeld
geassocieerd kunnen worden. Illustreer die telkens met een
voorbeeld.
1: het ideaal van de volledige zelfredzame burger is fictie, mensen met verslaving of
een beperking,…
Voorbeeld: wordt verwacht dat een dakloze na ziekenhuisopname thuis kan
herstellen, hierdoor snel wordt ontslagen maar hij heeft niet eens een thuis.
2: het verantwoordelijkheid wordt doorgeschoven naar het sociaal netwerk, die de
zorg niet aankan, ze worden gezien als verpleegers, ook de boekhouding komt erbij.
Ook dat iedereen beschikt over een sterk netwerk van familie en vrienden.
Voorbeeld: iemand met een zwaar drugprobleem die geen mantelzorgnetwerk meer
hebben, enkel andere gebruikers. Toch wordt verwacht dat ze eerst informele steun
aanspreken voor professionele hulp mogelijk is.
TEKST 2
Vraag 1: Zo veel mogelijk ouderen zo lang mogelijk thuis laten wonen,
wordt vandaag vaak als ideaal vooropgesteld. De tekst toont aan dat er
echter ook bezwaren bij kunnen worden geformuleerd. Licht drie mogelijke
bezwaren in eigen woorden toe.
1: veel ouderen wonen in een huis met trappen, onhandige
badkamer/douche. In energieverslindende en onaangepaste woningen.
2: thuis blijven wonen vraagt een onrealistische grote zorgcapaciteit
3 mantelzorg en vrijwilligerswerk worden overbelast en leiden tot
onwaardige zorg
, TEKST 3
Vraag 1: De auteurs stellen dat ervaringswerkers een politiserende rol
hebben. Leg in eigen woorden uit wat hiermee bedoeld wordt.
Ervaringswerkers brengen de stem en het perspectief van mensen in
maatschappelijke kwetsbare positie binnen in de zorg en het beleid, ze
maken een burg tussen de clienten en de professionele systemen
Vraag 2: De politiserende rol van ervaringswerk kan ook gefnuikt worden.
Beschrijf twee risico’s die een aanleiding kunnen geven tot depolitisering.
1: kunnen ingezet worden als ‘extra’ zonder dat ze eigenlijk worden
betrokken in het proces,doelstellingen van de client.
2: de ervaringswerker moet zich aanpassen aan de professionele logica
Vraag 3: Wanneer geeft de inzet op ervaringskennis aanleiding tot een
verdeelde visie op zorgverlening?
Wanneer ervaringskennis boven professionele kennis wordt geplaatst, of
omgekeerd. Bv: als de ervaringskennis amper wordt erkend
Vraag 4: Wat is nodig om te kunnen spreken van een gedeelde visie op
zorgverlening? Wanneer ervaringskennis en professionele kennis elkaar
aanvullen in cocreatie
Les over formele-informele zorg
TEKST 1
Vraag 1: Benoem 3 voordelen en 3 nadelen van zelforganisaties
en burgerinitiatieven.
Nadelen:
- er is een kloof tussen zorgvragers en zorgaanbod, als ik in mijn
gemeenschap hulp nodig heb vraag ik dit in de griekse of turkse
gemeenschap ontbreekt die info.
- Samenwerking komt niet vanzelf, mensen beschikken niet over de
juiste info en vinden hun weg niet
- De druk op zelforganisaties wordt steeds groter
Voordelen:
- ze zijn sterk verbonden met de leefwereld van de mensen
- Ze bereiken groepen die moeilijke aansluiting vinden bij het formele
zorgaanbod
- Ze brengen mensen samen en creeren sociale netwerken
Les 1: vermaatschappelijking
Vraag 1: Vermaatschappelijking wordt vaak beschouwd als een nieuwe
ontwikkeling, maar kan evengoed gezien worden als een historische constante.
Licht toe wat er doorheen de geschiedenis precies terugkeert of constant blijft.
De veranderlijke houding tussen overheid en staat, soms ligt de nadruk meer op de staat
en soms meer op gezinnen, informele netwerken,…
Vraag 2: Leg in eigen woorden het verschil uit tussen koude en
warme solidariteit, en illustreer ze elk met een concreet
voorbeeld.
Koude solidariteit: vanuit een collectieve verantwoordelijkheid krijgt elke
burger gelijke mogelijkheden om een menswaardig leven te leiden
Warme solidariteit : het is een morele plicht dat we zorg dragen voor
medeburgers (vb: mantelzorg)
Vraag 3: De auteurs hebben vragen bij het mensbeeld dat
onderliggend is aan de klemtoon op vermaatschappelijking in het
huidige welzijnsbeleid. Benoem 2 valkuilen die met dit mensbeeld
geassocieerd kunnen worden. Illustreer die telkens met een
voorbeeld.
1: het ideaal van de volledige zelfredzame burger is fictie, mensen met verslaving of
een beperking,…
Voorbeeld: wordt verwacht dat een dakloze na ziekenhuisopname thuis kan
herstellen, hierdoor snel wordt ontslagen maar hij heeft niet eens een thuis.
2: het verantwoordelijkheid wordt doorgeschoven naar het sociaal netwerk, die de
zorg niet aankan, ze worden gezien als verpleegers, ook de boekhouding komt erbij.
Ook dat iedereen beschikt over een sterk netwerk van familie en vrienden.
Voorbeeld: iemand met een zwaar drugprobleem die geen mantelzorgnetwerk meer
hebben, enkel andere gebruikers. Toch wordt verwacht dat ze eerst informele steun
aanspreken voor professionele hulp mogelijk is.
TEKST 2
Vraag 1: Zo veel mogelijk ouderen zo lang mogelijk thuis laten wonen,
wordt vandaag vaak als ideaal vooropgesteld. De tekst toont aan dat er
echter ook bezwaren bij kunnen worden geformuleerd. Licht drie mogelijke
bezwaren in eigen woorden toe.
1: veel ouderen wonen in een huis met trappen, onhandige
badkamer/douche. In energieverslindende en onaangepaste woningen.
2: thuis blijven wonen vraagt een onrealistische grote zorgcapaciteit
3 mantelzorg en vrijwilligerswerk worden overbelast en leiden tot
onwaardige zorg
, TEKST 3
Vraag 1: De auteurs stellen dat ervaringswerkers een politiserende rol
hebben. Leg in eigen woorden uit wat hiermee bedoeld wordt.
Ervaringswerkers brengen de stem en het perspectief van mensen in
maatschappelijke kwetsbare positie binnen in de zorg en het beleid, ze
maken een burg tussen de clienten en de professionele systemen
Vraag 2: De politiserende rol van ervaringswerk kan ook gefnuikt worden.
Beschrijf twee risico’s die een aanleiding kunnen geven tot depolitisering.
1: kunnen ingezet worden als ‘extra’ zonder dat ze eigenlijk worden
betrokken in het proces,doelstellingen van de client.
2: de ervaringswerker moet zich aanpassen aan de professionele logica
Vraag 3: Wanneer geeft de inzet op ervaringskennis aanleiding tot een
verdeelde visie op zorgverlening?
Wanneer ervaringskennis boven professionele kennis wordt geplaatst, of
omgekeerd. Bv: als de ervaringskennis amper wordt erkend
Vraag 4: Wat is nodig om te kunnen spreken van een gedeelde visie op
zorgverlening? Wanneer ervaringskennis en professionele kennis elkaar
aanvullen in cocreatie
Les over formele-informele zorg
TEKST 1
Vraag 1: Benoem 3 voordelen en 3 nadelen van zelforganisaties
en burgerinitiatieven.
Nadelen:
- er is een kloof tussen zorgvragers en zorgaanbod, als ik in mijn
gemeenschap hulp nodig heb vraag ik dit in de griekse of turkse
gemeenschap ontbreekt die info.
- Samenwerking komt niet vanzelf, mensen beschikken niet over de
juiste info en vinden hun weg niet
- De druk op zelforganisaties wordt steeds groter
Voordelen:
- ze zijn sterk verbonden met de leefwereld van de mensen
- Ze bereiken groepen die moeilijke aansluiting vinden bij het formele
zorgaanbod
- Ze brengen mensen samen en creeren sociale netwerken