Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Uitgebreide samenvatting AFPF blok 3

Note
-
Vendu
-
Pages
57
Publié le
14-12-2025
Écrit en
2024/2025

Deze samenvatting is gemaakt aan de hand van de leerdoelen vanuit de HU, met als literatuur Ross & Wilson en Dudink et al. Uiteindelijke cijfer voor KT3 was 9,2.

Établissement
Cours











Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Publié le
14 décembre 2025
Nombre de pages
57
Écrit en
2024/2025
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

Blok 3 – Casus 10
Een definitie geven van een voedingsstof en een essentiële
voedingsstof
- Voedingsstof: verstand delen van voedingsmiddelen die zorgen voor
groei, herstel en het in stand houden van lichaamsfuncties, zoals:
o Koolhydraten, eiwitten, vetten, vitaminen, mineraalzouten
spoorelementen en water
- Essentiele voedingsstof: een stof die niet door het lichaam kan worden
van aangemaakt en moet daarom voor het behoud van de gezondheid met
het voedsel opgenomen worden
- Niet essentieel: is al aanwezig, heb je al

De voedingsgroepen benoemen die onderdeel uitmaken van een
evenwichtig voedingspatroon
1. Groente en fruit
2. Aardappelen, brood, rijst, pasta en andere zetmeelachtige koolhydraten
3. Zuivel en alternatieve zuivelproducten
4. Bonen, peulvruchten, vis, eieren, vlees en andere eiwitten
5. Oliën en smeersels

De formule van de body mass index toepassen en benoemen wanneer
en sprake is van ondergewicht, normaal gewicht overgewicht en
obesitas
BMI = Weight (kg) : Height^2 (M2), staat voor voedingsstatus
<18,45 Ondergewicht
18,5 – 24,9 Normaal
gewicht
>25 Overgewicht
>30 Obesitas

De groepen mensen beschrijven met specifieke voedingsvereisten
- Zwangere en zogende vrouwen > meer energie nodig
- Menstruerende vrouwen > meer ijzer nodig
- Baby’s en opgroeiende kinderen > hogere energiebehoefte door sterke
groei en stofwisseling
- Bij sommige maag- en darmafwijkingen bv coeliakie

De voornaamste mono-, di- en polysachariden beschrijven
- Monosachariden > glucose
- Disachariden > sucrose
- Polysachariden > glycogeen, complexe moleculen die bestaan uit grote
aantallen monosachariden, waarvan sommige verteerbaar zijn en andere
niet (glycogeen wel)

De voedingsfuncties van verteerbare koolhydraten benoemen
- Beschikbare energie en warmte geven > afbraak van monosacharide,
bij voorkeur samen met zuurstof, geeft warmte en energie vrij voor het
metabolisme. Glucose is de belangrijkste brandstof voor de lichaamscellen
- eiwit besparing > als er voldoende koolhydraten In de voeding zit, hoeft
het lichaam geen eiwitten gebruiken om energie en warmte te leveren
maar wordt het voor de belangrijkste functie gebruikt: voor de opbouw van
nieuwe en vervanging van lichaamseiwitten


1

, - energievoorraad > als er meer koolhydraten worden gegeten dan de
lichaamsbehoefte worden ze omgezet in glycogeen, een korte termijn
energievoorraad In de lever en skeletspieren, en vet (opgeslagen invet
depots) bijvoorbeeld onder de huid

De bronnen van dierlijk en plantaardig eiwit opsommen
- dierlijk: dierlijke afkomst, vlees, zuivel, ei, vis
- plantaardig: groenten, granen en peulvruchten

De functies van eiwitten opsommen
Aminozuren worden gebruikt voor:
- groei en herstel van lichaamscellen en weefsels
- de aanmaak van enzymen, plasma proteïne, antilichamen
(immunoglobuline) en sommige hormonen
- energielevering, normaal gesproken een secundaire functie maar wordt
belangrijk Als het voedingspatroon niet voldoende koolhydraten bevat en
de vet voorraden uitgeput zijn
Als er meer eiwitten worden geconsumeerd dan het lichaam nodig heeft, wordt
de stikstof bevattende groep losgemaakt (gedeamineerd) en door de nieren
uitgescheiden. De rest wordt omgezet in vet en opgeslagen in het vetweefsel.

De hoofdbronnen van vet uit voeding beschrijven
Vetten bestaan uit koolstof, waterstof en zuurstof. Triglyceriden worden
gewoonlijk ‘vetten’ genoemd en bestaan uit drie vetzuren gebonden aan een
glycerolmolecuul. Vetten worden onderverdeeld in
- Verzadigde vetten: bij kamertemperatuur vaste vorm, dierlijke bronnen
afkomstig;
- Onverzadigde vetten: oliën, afkomstig van planten en groenten.
- Cholesterol > kan worden aangemaakt door het lichaam met restanten van
verzadigde vetten uit volvette zuivelproducten, vet vlees en eigeel.
Cholesterol is nodig voor de aanmaak van steroïden, bijvoorbeeld
glucocorticoïden en mineralocorticoïden en is een belangrijk bestanddeel
van de celmembraan.

De functies van vet in het lichaam benoemen
- Een geconcentreerde bron van chemische energie en warmte
- steunweefsel van bepaalde lichaamsorganen, nieren en ogen
- absorptie, transport en opslag van vet oplosbare vitamine (A, D, E, K)
- een bestanddeel van myelineschede en van talg
- grondstof voor steroïden uit cholesterol
- isolatie, als onderhuidse laag reduceert het warmteverlies via de huid
- verzadiging, de ledigingstijd van de maag wordt verlengd als er voeding
met een hoog vetgehalte wordt geconsumeerd en het hongergevoel blijft
langer weg

Globaal de bronnen en functies van de vetoplosbare vitaminen: A, D, E
en K beschrijven
KADE
Vitamine A (retinol) - bron: eigeel, room, lever, visolie, melk, kaas en boter
Functies
- Aanmaak van het lichtgevoelige pigment rodopsine in het netvlies van het
oog




2

, - celgroei en differentiatie, vooral belangrijk bij snelgroeiende cellen zoals de
bot en epitheelcellen die zowel inwendige als uitwendige
lichaamsoppervlakte bedekken
- immuniteit en afweer tegen infecties
Vitamine D - bron: vooral in dierlijke vetten zoals eieren, boter, kaas en vis lever
olie (levertraan)
Functie:
- Reguleert de absorptie van calcium en fosfaat uit de darmen en stimuleert
het behoud ervan door de nieren > calcificatie van botten en tanden door
calcitonine (hormoon)
Vitamine E (tocoferol) - Bron: Noten, eigeel, tarwekiemen, volle granen, melk
en boter
Functies:
- Antioxidant; wat bepaalde bestanddelen van het lichaam (zoals membraan
lipide) beschermt tegen oxidatie die veroorzaakt wordt door vrije radicalen
- bescherming tegen coronaire aandoeningen
Vitamine K - bron: Lever, enkele plantaardige oliën en groene bladgroenten
Functies:
- Nodig voor de lever om protrombine aan te maken en de factoren VII, IX en
X die essentieel zijn voor de bloedstolling
- pasgeboren krijg je net toegediend om een hemorragische ziekte te
voorkomen (Omdat darmen nog steriel zijn en het enkele weken duurt voor
deze worden gekoloniseerd met bacteriën die vitamine k produceren voor
een normale bloedstolling)

Globaal de bronnen en functies van de wateroplosbare vitaminen: B-
complex en C beschrijven
Wateroplosbare vitaminen worden met de urine uitgescheiden, waardoor de
voorraad beperkt is
B-complex – bevordert de werking. Van enzymen die betrokken zijn bij de
chemische afbraak (katabolisme) van voedingsstoffen om energie vrij te maken.
Vitamine B1 thiamine – aanwezig in noten, gist, eigeel, lever, peulvruchten,
vlees en granen.
- Functie: belangrijk bij het vrijkomen van energie uit koolhydraten en
functioneren zenuwstelsel. Gebrek leidt tot oedeem en hartfalen en
beriberi (voornamelijk in landen waar men rijst eet), waarbij er sprake is
van spieratrofie, groeiachterstand, degeneratie zenuwen en vatbaarheid
infecties
Vitamine B2 riboflavine – Aanwezig in gist, groene groenten, melk, lever,
eieren en kaas.
- Belangrijk bij metabolisme van koolhydraten en eiwitten, vooral in ogen en
huid. Gebrek leidt tot scheurtjes rond de mondhoeken en ontsteking van
de tong.
Vitamine B3 niacine – aanwezig in lever, kaas, volle granen, eieren en
melkproducten.
- Belangrijk bij energievoorziening van cellen met koolhydraten. Onderdrukt
productie van cholesterol en helpt de stof bij afbraak van vet. Gebrek is
zeldzaam. Kenmerken bij gebrek: dermatitis en delirium en dementie.
Vitamine B6 pyridoxine – aanwezig in eigeel, erwten, bonen, gist, gevogelte,
witvis en pindanootjes.
- Gebrek is zeldzaam. Belangrijke rol bij aanmaak niet-essentiële
aminozuren.
Vitamine B12 cobalamine – in dierlijke voedingsmiddelen en vernietigd door
verhitting.

3

, - Belangrijk bij aanmaak DNA, vorming en onderhoud van myelineschede,
hb. Gebrek leidt tot megaloblastaire anemie, perifere neuropathie en
subacute ruggenmergdegeneratie
Foliumzuur – in lever, groene bladgroenten, bruine rijst, bonen, noten en melk.
Aangemaakt in de dikke darm.
- Belangrijk bij DNA, ontwikkeling embryonale neurale buis, die later de
hersenen en ruggenmerg wordt. Tekort leidt tot belemmering mitose.
Pantotheenzuur – komt veel voor in voedingsmiddelen
- belangrijk bij energieopwekkende stofwisseling.
Biotine - komt veel voor in voedingsmiddelen en aangemaakt door bacteriën in
de darmen.
- Belangrijk bij metabolisme van koolhydraten, lipiden en aminozuren.
Vitamine C ascorbinezuur - bron: vers fruit, vooral zwarte bessen, grapefruit,
citrusvruchten en in rozenbottels en groene groenten
Functie:
- belangrijke rol bij eiwitmetabolisme
- antioxidant en beschermt stoffen in het lichaam tegen schadelijke
oxidatiereacties door vrije radicalen veroorzaakt worden

De meest voorkomende mineralen (natrium, kalium, calcium, fosfaat) en
spoorelementen (ijzer en jodium) opsommen die het lichaam nodig heeft
en hun functies beschrijven P304
Natriu - meest voorkomende extracellulaire kation
m - Is essentieel voor spiercontractie en overdracht van
zenuwprikkels
Kalium - Meest voorkomende intracellulaire kation
- Betrokken bij spiercontractie en overdracht zenuwimpulsen
Calciu - Bestanddeel voor beenderen en tanden.
m - Betrokken bij bloedstolling
- Betrokken bij werking van zenuwen en spieren
Fosfaa Speelt samen met calcium en vitamine D en rol bij
t - Harder maken van botten en tanden
- Essentieel onderdeel voor nucleïnezuren (DNA, RNA),
celmembranen, moleculen die energie opslaan (zoals
adenosinetrifosfaat)
IJzer - Essentieel voor de vorming van hemoglobine in rode
bloedlichaampjes
- Voor koolhydratenstofwisseling
- Aanmaak van sommige hormonen en neurotransmitters
Jodium - Essentieel voor vorming van thyroxine en tri-jodothyronine
(regelt stofwisseling en fysische en mentale ontwikkeling)

De functies van water in het lichaam uitleggen
- Het leveren van het oplosmiddel en het transportmedium voor de
stofwisselingsprocessen van het lichaam
- het bevochtigen van voedsel zodat het doorgeslikt kan worden
- het reguleren van het lichaamstemperatuur – als bestanddeel van zweet,
dat wordt afgescheiden via de huid en daar verdampt, waardoor het
lichaamsoppervlak afkoelt
- Als het belangrijkste bestanddeel van bloed en weefselvocht, het
transporteren van stoffen door het lichaam en zorgen voor de uitwisseling
tussen bloed, weefselvocht en lichaamscellen
- verdunnen van afvalproducten en toxinen in het lichaam
- uitscheiden van afvalproducten – het bestanddeel van urine en ontlasting

4
€7,49
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur
Seller avatar
teddyvpk

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
teddyvpk Hogeschool Utrecht
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
0
Membre depuis
1 année
Nombre de followers
0
Documents
5
Dernière vente
-

0,0

0 revues

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions