INLEIDING IN MANAGEMENT ACCOUNTING
(=> MANAGEMENT RAPPORTERING)
Examenvraag: wat zijn de verschilpunten tussen een statutaire rapportering en management
rapportering
LEES ook pdf “inleiding management accounting”!!!
,HOOFDSTUK 1 – INLEIDING
1 PLANNEN EN BUDGETTEREN
1.1 PLANNEN
Budgetcyclus: (EXAM: wat is de budgetcyclus)
Strategische planning (3 - 5 jaar) LT-doelstellingen
Vb. verhogen marktaandeel, winstoptimalisatie, imago verbeteren…
Operationele planning (1 - 3 jaar) KT-doelstellingen (concrete acties + knelpunten)
o Knelpuntfactoren (intern en extern) acties moeilijk uitvoeren of acties bemoeilijken
Vb. grootwarenhuis overnemen
Budget (1 - 3 jaar) acties vertalen in financiële cijfers
o Planning
Iemand verantwoordelijk om hele budgetteringsproces te monitoren/opvolgen
Strikt opgevolgd met deadlines
o Coördinatie
Als je budget maakt moeten de opdrachten op elkaar afgestemd zijn, 1 rechte lijn
o Controle
Feedforward: bepaalde targets meegeven (proactief – bijsturen)
Vb. Volgend jaar willen we 5% extra omzet, kost van die afdeling met 20%
verminderen…
Feedback: achteraf wanneer budget is uitgevoerd (terugkoppeling – evaluatie)
Zien of wat je vooropgesteld hebt is gerealiseerd dof niet (bonus aan
gekoppeld)
Strategie (LT strategische planning):
Ondernemingsniveau doelstellingen (vb. winstoptimalisatie)
o SWOT-analyse
Business Unit-niveau product/markt strategie voor een specifieke business
o Productcyclus
Groeistrategie (1)
Behoud strategie (2)
Oogstrategie (3)
Desinvesteringsstrategie (4)
Afdelingsniveau functionele strategieën
o Voorbeeld: productieafdeling, productiestrategie om JIT (just in time) te produceren
(leveringstermijnen verbeteren en voorraden verkleinen)
1.2 BUDGETTEREN
Budgetteren = doelstellingen op kortetermijn vastleggen.
+ zie budgetcyclus hierboven
1.3 KNELPUNTFACTOREN
1.3.1 EXTERNE KNELPUNTFACTOREN
Extern = marktomstandigheden:
Klanten: marketingbeleid afstemmen
Concurrenten: SWOT analyse
Politieke, Economische, Sociale en Technische omgeving (STOEP factoren)
Vb. arbeidsintensief bedrijf (syndicaat), milieuwet, export, fiscale wet, BNP, bevolking,
sectorgegevens, inflatie, valuta…
, 1.3.2 INTERNE KNELPUNTFACTOREN
Intern:
Materiaal, meestal op KT te beïnvloeden, HOE?
o Oplossing: vervangingsproducten, andere leveranciers, productie verhogen…
Capaciteit: op KT niet/minder te beïnvloeden, HOE?
o Personeel aantal wel aanwezig, onvoldoende kwalificatie
Oplossing: interimpersoneel
o Infrastructuur ruimte, machine, wagenpark…
Oplossing: promotie voor verkoop te stimuleren, andere productie overwegen,
transportbedrijf…
Financiering: kapitaalinvesteringen, werkkapitaal
o Oplossing: Juiste kanalen voor kunnen terugvinden
Sterktes en zwaktes van het bedrijf: SWOT-analyse
o Organisatiestructuur
o Geografische ligging
o Kostenstructuur (vb aandeel vaste vs variabele kosten)
o Bedrijfstype (massa-, order-, seriestukproductie)
2 WETTELIJKE VEREISTEN MET BETREKKING TOT BUDGETTEREN
Budget is niet verplicht… MAAAAAR soms wel
Verplicht om financieel plan te maken:
1. Bij oprichting BV, NV en CV
Financieel plan: verantwoord bedrag aanvangsvermogen (inbreng + vreemde middelen) over
een periode van minstens 2 jaar
2. Wet continuïteit ondernemingen (WCO)
Ondernemingen in moeilijkheden
o Als een bedrijf niet meer aan schuldeisers kan terugbetalen voor de rechter WCO
6 maanden langer bestaan in de veronderstelling dat er plannen worden gemaakt
Saneringsplan + financieel plan
3. Wet op overheidsbedrijven en gesubsidieerde organisaties
Wie: Gemeente, scholen, ziekenhuizen…
Jaarlijkse begroting (meerjarenplan) van uitgaven en ontvangsten
o Werkings- en investeringskosten bewijzen
o Om subsidies te krijgen
4. Basel-akkoorden
Financiering van banken/ kredietinstellingen aan bedrijven
o Bepaalde voorwaarden: solvabiliteitsgraad = 30%
o Kredietaanvragen moeten door meerjarig FP worden ondersteund
Voor grote investeringen financieel plan nodig !!
3 VOORWAARDEN VOOR EEN GOED BUDGET
3.1 EEN BEKWAAM MANAGEMENT
Bekwaam management is: (EXAM)
Overtuigd van budget als bestuursinstrument
Degelijke informatie
Actieve medewerking
Communicatie
Objectiviteit
o Eigen belang NIET naar voor schuiven
Tijdsschema stipt volgen
3.2 EEN GOEDE KOSTENCALCULATIE
(=> MANAGEMENT RAPPORTERING)
Examenvraag: wat zijn de verschilpunten tussen een statutaire rapportering en management
rapportering
LEES ook pdf “inleiding management accounting”!!!
,HOOFDSTUK 1 – INLEIDING
1 PLANNEN EN BUDGETTEREN
1.1 PLANNEN
Budgetcyclus: (EXAM: wat is de budgetcyclus)
Strategische planning (3 - 5 jaar) LT-doelstellingen
Vb. verhogen marktaandeel, winstoptimalisatie, imago verbeteren…
Operationele planning (1 - 3 jaar) KT-doelstellingen (concrete acties + knelpunten)
o Knelpuntfactoren (intern en extern) acties moeilijk uitvoeren of acties bemoeilijken
Vb. grootwarenhuis overnemen
Budget (1 - 3 jaar) acties vertalen in financiële cijfers
o Planning
Iemand verantwoordelijk om hele budgetteringsproces te monitoren/opvolgen
Strikt opgevolgd met deadlines
o Coördinatie
Als je budget maakt moeten de opdrachten op elkaar afgestemd zijn, 1 rechte lijn
o Controle
Feedforward: bepaalde targets meegeven (proactief – bijsturen)
Vb. Volgend jaar willen we 5% extra omzet, kost van die afdeling met 20%
verminderen…
Feedback: achteraf wanneer budget is uitgevoerd (terugkoppeling – evaluatie)
Zien of wat je vooropgesteld hebt is gerealiseerd dof niet (bonus aan
gekoppeld)
Strategie (LT strategische planning):
Ondernemingsniveau doelstellingen (vb. winstoptimalisatie)
o SWOT-analyse
Business Unit-niveau product/markt strategie voor een specifieke business
o Productcyclus
Groeistrategie (1)
Behoud strategie (2)
Oogstrategie (3)
Desinvesteringsstrategie (4)
Afdelingsniveau functionele strategieën
o Voorbeeld: productieafdeling, productiestrategie om JIT (just in time) te produceren
(leveringstermijnen verbeteren en voorraden verkleinen)
1.2 BUDGETTEREN
Budgetteren = doelstellingen op kortetermijn vastleggen.
+ zie budgetcyclus hierboven
1.3 KNELPUNTFACTOREN
1.3.1 EXTERNE KNELPUNTFACTOREN
Extern = marktomstandigheden:
Klanten: marketingbeleid afstemmen
Concurrenten: SWOT analyse
Politieke, Economische, Sociale en Technische omgeving (STOEP factoren)
Vb. arbeidsintensief bedrijf (syndicaat), milieuwet, export, fiscale wet, BNP, bevolking,
sectorgegevens, inflatie, valuta…
, 1.3.2 INTERNE KNELPUNTFACTOREN
Intern:
Materiaal, meestal op KT te beïnvloeden, HOE?
o Oplossing: vervangingsproducten, andere leveranciers, productie verhogen…
Capaciteit: op KT niet/minder te beïnvloeden, HOE?
o Personeel aantal wel aanwezig, onvoldoende kwalificatie
Oplossing: interimpersoneel
o Infrastructuur ruimte, machine, wagenpark…
Oplossing: promotie voor verkoop te stimuleren, andere productie overwegen,
transportbedrijf…
Financiering: kapitaalinvesteringen, werkkapitaal
o Oplossing: Juiste kanalen voor kunnen terugvinden
Sterktes en zwaktes van het bedrijf: SWOT-analyse
o Organisatiestructuur
o Geografische ligging
o Kostenstructuur (vb aandeel vaste vs variabele kosten)
o Bedrijfstype (massa-, order-, seriestukproductie)
2 WETTELIJKE VEREISTEN MET BETREKKING TOT BUDGETTEREN
Budget is niet verplicht… MAAAAAR soms wel
Verplicht om financieel plan te maken:
1. Bij oprichting BV, NV en CV
Financieel plan: verantwoord bedrag aanvangsvermogen (inbreng + vreemde middelen) over
een periode van minstens 2 jaar
2. Wet continuïteit ondernemingen (WCO)
Ondernemingen in moeilijkheden
o Als een bedrijf niet meer aan schuldeisers kan terugbetalen voor de rechter WCO
6 maanden langer bestaan in de veronderstelling dat er plannen worden gemaakt
Saneringsplan + financieel plan
3. Wet op overheidsbedrijven en gesubsidieerde organisaties
Wie: Gemeente, scholen, ziekenhuizen…
Jaarlijkse begroting (meerjarenplan) van uitgaven en ontvangsten
o Werkings- en investeringskosten bewijzen
o Om subsidies te krijgen
4. Basel-akkoorden
Financiering van banken/ kredietinstellingen aan bedrijven
o Bepaalde voorwaarden: solvabiliteitsgraad = 30%
o Kredietaanvragen moeten door meerjarig FP worden ondersteund
Voor grote investeringen financieel plan nodig !!
3 VOORWAARDEN VOOR EEN GOED BUDGET
3.1 EEN BEKWAAM MANAGEMENT
Bekwaam management is: (EXAM)
Overtuigd van budget als bestuursinstrument
Degelijke informatie
Actieve medewerking
Communicatie
Objectiviteit
o Eigen belang NIET naar voor schuiven
Tijdsschema stipt volgen
3.2 EEN GOEDE KOSTENCALCULATIE
