Myologie H&H
Introductie
Functies spieren:
Skeletonderdelen t.o.v. elkaar verplaatsen
Skelet in bepaalde positie houden
Kracht uitoefenen over een gewricht
Huid, ogen, etc. bewegen
+- 700 spieren, 60% van je gewicht
3 voornaamste soorten (van vorm):
1. Buikvormig
2. vedervormig (iets vlakker)
3. vlak
Opbouw spier:
Musculus = spiervezels
Fascia: omringt de musculus, bindweefselig vlies dat de spiervezels bij elkaar houdt.
Tendo: vasthechting van spieren tussen 2 posities; Origo (waar spier niet beweegt, blijft
op zijn plaats) en Insertio (waar kracht op uitgeoefend wordt).
Contracties:
Isotonische contractie: verkorting spier (insertio beweegt in richting van origo).
Isometrische contractie: krachtwerking zonder verandering lengte spier
3 soorten spieren (histofunctioneel):
1. Dwarsgestreepte spier
2. Hartspier
3. Gladde spier
HS1: kaakspieren en supra-hyoidale spieren
-> bepalen de beweging van de onderkaak
Sluiten van de mond: vnl. kaakspieren
o Zeer krachtige spieren
- M. masseter
- M. temporalis
o Minder krachtige spieren
- M. pterygoïdeus medialis
Openen van de mond: vnl. supra-hyoidale spieren en zwaartekracht
o M. mylohyoideus
o M. geniohyoideus
o M. digastricus
o M. pterygoïdeus lateralis (kaakspier)
,Kaakspieren
Musculus Masseter
Eigenschappen:
= “kauwer” (een van de sterkste kauwspieren)
Dikke, krachtige, vierkante spier
Enkel bij zoogdieren terug te vinden
Heeft 2 lagen:
o Buitenste laag: pars superficialis
- Origo: processus zygomaticus van de arcus zygomaticus
- Spier loopt: caudaal (naar onder) en dorsaal (naar achter)
- Insertio: tuberositas masseterica (onderaan ramus mandibula)
o Diepe laag: pars profunda
- Origo: onderrand jukboog aan de binnenzijde (volledig) en buitenzijde
(laatste 1/3)
- Spier loopt: caudaal (naar onder)
- Insertio: tuberositas masseterica (onderaan ramus mandibula)
Bedekt door fascia (masseterica) -> loopt dorsaal verder in fascia van de parotis
(speekselklier)
Functies:
sluiten van de mond
helpt een beetje via schuine vezels bij protrusie/retrusie (kaak naar voor of achter
schuiven)
Pathologie:
bruxisme: hypertrofie van m. masseter -> spier vergroot bij mensen die constant hun
tanden op elkaar klemmen, constant kauwgom eten, etc.
asymmetrisch gezicht
last van kaakgewricht
maligne hyperthermie kan voorkomen: spieren reageren anders op bepaalde
anesthesieën (verhoogde lichaamstemperatuur, nierschade, hersenschade, etc.
-> schadelijk en dodelijk!)
, Musculus Temporalis
Eigenschappen:
grootste kaakspier
waaiervormige spier met verschillende werkingsrichtingen
bedekt het os temporale
Origo: fossa temporalis (begrensd door : arcus zygomaticus, linea temporalis
inferior, processus frontalis van het os zygomaticum)
Spier loopt: caudo-ventraal (voorste vezels lopen verticaal en achterste vezels
bijna horizontaal) -> vezels komen samen tot een pees die door de arcus
zygomaticus loopt
Insertio: processus coronoideus van de mandibula (binnenste en buitenste deel)
+ anterieure deel van de ramus van de mandibula
Bedekt door de fascia temporalis (belangrijk: wordt soms gebruikt om
trommelvliesperforatie chirurgisch te herstellen
Functies:
Sluiten van de mond (verticale voorste vezels + middelste vezels)
Retrusie van de onderkaak = kaak naar achter trekken (dorsale horizontale vezels +
middelste vezels)
Unilaterale contractie = kaak van links naar rechts bewegen (verticale voorste vezels aan
de kant naar waar de onderkaak beweegt)
Pathologie:
Bruxisme / tandenknarsen: hoofdpijn en kaakpijn (overbelasting van de m. temporalis)
Musculus
Pterygoïdeus Lateralis
-> zit ‘verstopt’ achter de processus coronoideus (mandibula) en arcus
zygomaticus: in de fossa infra-temporalis.