GESCHIEDENIS EXAMEN DEC. 2025
HOOFDSTUK 1: MIDDELEEUWEN, SITUERING IN HET REFERENTIEKADER ➔ 8 PT
1. WAT IS GESCHIEDENIS
Verleden = geheel van gebeurtenissen van vroeger ➔ bestuderen aan de hand van bronnen.
MAAR bronnen hebben beperkingen:
- Hoe verder in de tijd, hoe minder bronnen
- In sommige samenlevingen zijn er enkel ongeschreven bronnen
- Heel wat bronnen verdwenen of beschadigd
- Bronnen kunnen bewerkt/onecht zijn (Photoshop, AI, (slecht) vertaald, …)
Geschiedenis = interpretatie door historici ➔ historische beeldvorming vormt een verhaal ➔ huidig
beeld op het verleden
Geschiedeniswetenschap = Bestudeert het doen en laten van mensen in het verleden op een bepaalde
plaats en in een bepaalde tijd op basis van bronnen
Gebeuren (verleden) → bron → historicus → verhaal
Kritisch redeneren over de bron!
- Wie heeft de bron gemaakt?
- Wat is het voor soort bron?
- Wanneer is de bron gemaakt?
- Waar is de bron gemaakt?
Interpretatie van bronnen bepaald door historici:
- Standplaatsgebondenheid = cultuur waarvan we deel uitmaken, woonplaats, tijdsgeest, normen
en waarden
- Methodes (vb. koolstofdatering, historische methode, …)
Verschillende interpretaties en historische beeldvormingen
Besluit:
- Geschiedenis = reconstructie van verleden. Beeld staat nooit vast door beperkingen van bronnen
en de interpretatie ervan.
- Geschiedenis schetst niet HET beeld van het verleden, maar EEN beeld ➔ EEN geschiedenis en
niet DE geschiedenis.
- Bestuderen in de les het huidige beeld op het verleden.
Stellingen:
- Om geschiedenis te bestuderen heb je niet altijd bronnen nodig.
o FOUT. Geen geschiedenis zonder bronnen. Nodig om verleden te reconstrueren.
- Geschiedenis bestudeert de belangrijkste gebeurtenissen.
o FOUT. Belangrijk = relatief. Bestudeerd het geheel van gebeurtenissen in het verleden op
voorwaarde dat er bronnen zijn.
,2
- Geschiedenis bestudeert de evolutie op aarde.
o FOUT. Bestuurt het menselijk verleden. Aardrijkskunde bestudeert de evolutie van de
aarde.
- Gebeurtenissen uit het verleden bekijkt men altijd op dezelfde manier.
o FOUT. Kan door nieuwe bronnen andere inzichten krijgen. Is afhankelijk van
standplaatsgebondenheid, (historische) methode, …
- Geschiedenis en verleden is hetzelfde.
o FOUT. Geschiedeniswetenschap bestudeert het verleden (= gebeurtenissen van vroeger)
aan de hand van bronnen. Geschiedenis is het huidige beeld op het verleden.
- Geschiedenis schetst HET beeld van het verleden.
o FOUT. We zijn nooit 100% zeker van het verleden, omdat het een reconstructie is van het
verleden op basis van bronnen die beperkingen hebben en van interpretaties van
historici.
2. REFERENTIEKADER
Mindmap belangrijk voor
ALLE hoofdstukken
2.1. SITUERING IN DE TIJD
Prehistorie – Oude nabije Oosten – Klassieke oudheid – Middeleeuwen – Vroegmoderne tijd – Moderne
tijd – Eigen tijd
,3
2.1.1. PERIODISERING
Tijdlijn: voorstelling van historische periodes/tijdvakken ➔ onze tijdlijn = vanuit eurocentrisch standpunt
(telt NIET wereldwijd – tussen Europese landen zelfs kleine variaties)
Tijdrekening: gebaseerd op referentiepunt. Kan verschillen tussen samenlevingen waarbij ook de manier
van tellen kan verschillen.
Tijdrekening Referentiepunt
Romeinse jaartelling 753 voor Christus Mythische stichtingsdatum van de stad
Rome
Attische jaartelling (Athene) 776 voor Christus Eerste olympiade
Joodse jaartelling 3761 voor Christus De schepping
Islamitische jaartelling 622 Hidjra van Mohammed
Heel wat alternatieve tijdlijnen en tijdrekeningen.
Beperkingen van periodisering:
- Kantelmomenten die gelden voor een bepaalde geografische ruimte → andere culturen gebruiken
andere jaartellingen en tijdsindelingen.
- Kantelmomenten belichten vaak maar 1 maatschappelijk (deel)domein. Bepaalde evoluties of
gebeurtenissen spelen geen rol in keuze periodisering. Altijd reeks gebeurtenissen die een
overgang inluiden naar een andere periode.
- Begin en einde niet precies te bepalen, want veranderingen niet van de ene dag op de andere.
Langzaam proces dat tientallen jaren kan duren = langzaam, bijna onzichtbaar proces van
verandering ➔ geschiedenis is een evolutie, geen revolutie!
- Namen van tijdvakken = interpretatie na de feiten
- Visuele voorstelling: schaal klopt dikwijls niet waardoor duur periode verkeerd wordt
weergegeven.
Besluit: periodisering is kunstmatig, omdat ze interpretaties zijn van het verleden.
OPMERKING: Christelijk tijdrekening (geboorte van Christus = jaar 1) wordt wereldwijd gebruikt.
Tijdlijn 1 maakt gebruik van kantelmomenten en tijdlijn 2 maakt gebruik van sociaal-economische
criteria en dus veel kenmerkender voor het verleden
, 4
Bij punt 2: Chinese tijdrekening → start van een nieuwe dynastie
2.1.2. MOGELIJKE KANTELMOMENTEN MIDDELEEUWEN (GOED KENNEN!!)
Mogelijke beginjaartallen:
- 395: splitsing van het Romeinse Rijk in ORR en WRR
- 476: val van het West Romeinse Rijk
o Situering in referentiekader?
▪ Tijd: 476
▪ Ruimte: Rome/West-Romeinse Rijk
▪ Domein: politiek
- 622: Mohammed vlucht van Mekka naar Medina (=Hidjra)
o Situering in referentiekader?
▪ Tijd: 622
▪ Ruimte: Azië – Midden-Oosten
▪ Domein: cultureel-godsdienst
Mogelijke eindjaartallen:
- 1450: Boekdrukkunst Gutenberg
o Situering in referentiekader?
▪ Tijd: 1450
▪ Ruimte: West-Europa
▪ Domein: cultureel-wetenschap
- 1453: Val van Oost-Romeinse Rijk
- 1492: Ontdekking van Amerika
o Situering in het referentiekader?
▪ Tijd: 1492
▪ Ruimte: Europa-Amerika
▪ Domein: cultureel-wetenschap
Begin- of eindjaartal vormt een VERANDERING met het vorige tijdvak op 1 of meerdere maatschappelijke
domeinen.