Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Samenvatting H15 micro-economie

Note
-
Vendu
2
Pages
5
Publié le
08-02-2021
Écrit en
2020/2021

Korte samenvatting van het hoorcollege dat dit hoofdstuk beschrijft.










Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

Infos sur le Document

Livre entier ?
Non
Quels chapitres sont résumés ?
Hoofdstuk 15
Publié le
8 février 2021
Nombre de pages
5
Écrit en
2020/2021
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

H15 Monopolistische concurrentie
Monopolistische concurrentie: leunt bij volmaakte concurrentie maar toch kenmerken van monopolie (iets te zeggen
over prijs). Echte wereld (niet zoals monopolie of volmaakte concurrentie)
- Veel kopers en verkopers
- Heterogene producten: niet alle bedrijven verkopen identiek hetzelfde
= Productdifferentiatie
- Geen hinderpalen toetreding
- Perfecte informatie

Voorbeelden:
Straatmuzikant speelt muziek en zelf indien twee muzikanten in dezelfde straat spelen, ze gaan niet dezelfde muziek
spelen.
Drankautomaten op de campus waar prijs van blikje cola verschillend is afhankelijk van welk automaat je het koopt.
Prijsverschil dan weet je niet volmaakte maar monopolistische concurrentie. In verschillende gebouwen drankautomaten
en belangrijk onderscheid want er is prijsverschil. Zelfde blikje cola is niet hetzelfde omdat het op verschillende locatie is.
Studentenverenigingen, restaurants, schoorsteenveger, game-maker (randgeval) etc.
Lijst met duizend bedrijven in België en bij vraag wat de marktvorm is dan is 98% kans dat het monopolistische
concurrentie en misschien oligopolie. Volmaakte concurrentie kan het niet zijn want bestaat quasi niet, monopolies zijn
er amper en oligopolies ook niet veel. Als bedrijf klein is dan is het monopolistische concurrentie (relatief klein kan best
groot zijn).

Concurrentie en winstmaximalisatie bij productdifferentiatie
Vraag individuele onderneming

Hoe gaat die winst maximaliseren?
- Monopolie: vraagcurve = marktvraagcurve.
- Vraagcurve in volmaakte concurrentie is volledig horizontaal. Zoveel willen verkopen als wil tegen marktprijs.
- Bedrijven tussen monopolie en volmaakte concurrentie hebben helling. Helling is niet zo stijl als monopolie maar
niet zo vlak als volmaakte concurrentie. Negatief gehelde vraag t.g.v. differentiatie. Prijs verlaag dan komen
klanten bij, prijs verhogen dan verliezen van klanten maar niet allemaal. Prijs verhogen als volmaakte
concurrentie dan alle klanten kwijt.


Korte termijn vs Lange termijn
Vraag is de vraag voor dat individueel bedrijf. Bij monopolie is marktvraag gelijk aan de vraag van de individuele
onderneming. Volmaakte concurrentie marktvraag en aanbod en vraag individuele onderneming was oneindig elastisch.
- Korte termijn: Negatief gehelde vraagcurve dus marktmacht en je kan prijsdiscriminatie toepassen.
Winstmaximalisatie MR = MC. Deze bij assumptie is vlakker, maar anders gelijk aan monopolie grafisch gezien.
Prijs > ATC dus als bedrijf winst maakt dan gaat op langer termijn er bedrijven bijkomen. Winst = economische
winst dus meer verdienen dan wat u kan verdienen met iets anders (hierdoor gaan meer mensen dit willen doen
omdat ze meer kunnen verdienen dan met iets anders).
- Lange termijn
Bedrijven komen bij dus vraag verschuift naar binnen (links).
Zolang nieuwe bedrijven bijkomen zal de vraag naar individueel bedrijf afnemen. Zolang er winst wordt gemaakt
komen er nieuwe bedrijven bij.
Individuele vraagcurve: vraagcurve individueel bedrijf raakt aan totale kostencurve (winst = 0 dan). Winst
maximaliseren in punt waar marginale opbrengsten gelijk is aan marginale kosten en die curve zal raken aan
gemiddelde totale kosten. Winst per eenheid = p-ATC en aangezien ATC = p is het verschil 0.

, Moeten kunnen maken! (winstmaximalisatie grafisch kunnen
schetsen)

Economische winst op lange termijn = 0 is hetzelfde als bij
volmaakte concurrentie (maximaal haalbare winst op lange
termijn 0), bij monopolie kan winst op langer termijn gemaakt
worden en er komen geen bedrijven bij (anders zou je geen
monopolie meer zijn)




Vergelijking met (LT) evenwicht volmaakte concurrentie

- Monopolistische concurrentie: punt kiezen waar marginale opbrengsten gelijk is
aan marginale kosten. Prijs is hoger dan ATC. Echte bedrijven geven niet goederen
op goedkoopst denkbare manier. Werken op een schaal die iets kleiner is dus Q*<
efficiënte schaal. In evenwicht prijs gelijk aan marginale kosten + nog iets
(markup).
- Volmaakte concurrentie: winst maximaliseren waar MR = MC en MR = p. en winst
is daar gelijk aan 0. Bij volmaakte concurrentie produceren bedrijven de goederen
tegen laagst bedenkbare kost dus Q* = efficiënte schaal. Goede reden om graag
volmaakte concurrentie te hebben al bestaat dit niet echt, maar wel erop lijkende. In
evenwicht is prijs gelijk aan marginale kosten.


Reclame en branding
In volmaakte concurrentie (theoretisch ideaal) wordt er geen reclame gemaakt omdat de prijs bepaald is door vraag en
aanbod en vraag voor individuele onderneming is oneindig elastisch (horizontaal getekend). Zoveel mogelijk verkopen
voor de prijs dus geen reclame nodig. In niet-volmaakte concurrentie is er prijsdifferentiatie dus speelt reclame wel een
rol, producten zijn niet homogeen. Gedifferentieerde producten & p > MC -> Incentive om te adverteren of (merken’ te
creëren.

Bij homogene producenten is reclamebesteding (bijna) 0% van omzet. Bij industriële producten loopt de
reclamebesteding op tot 0-5% van omzet. Bij gedifferentieerde consumptiegoederen loopt de reclamebesteding op tot
10-20% van de omzet (best veel).

De sociale waarde van reclame
Wat is het nut van de reclame vanuit maatschappelijk oogpunt? Waar is het goed voor (baten) en waar is het slecht voor
(kosten).
- Voor: informatie verstrekken & stimuleert concurrentie (geïnformeerde consumenten verminderen marktmacht)
Als je weet dat concurrerend bedrijf reclame maakt om klanten aan te trekken dan doe je meer je best als bedrijf
omdat het mogelijk jouw klanten zijn.
- Tegen: Manipuleren van voorkeuren (reclame is psychologisch eerder dan informatief) & ondermijnt
concurrentie (consumenten overtuigen dat goederen méér verschillen en marktmacht creëren).
Mensen worden beïnvloed door alle reclame. Mensen overtuigen dat er dingen zijn die er niet zijn
(wasproducten, benzine). Verschillende bedrijven gaan nog steeds verschillende prijzen hanteren en zeggen dat
dit merk beter is dan andere terwijl dat niet het geval is.

Reclame als signaal voor kwaliteit
Reclame gebruiken en het geeft een signaal. Het signaal is dat aan consumenten een boodschap gegeven wordt over
kwaliteit van product en die boodschap zal geloofwaardig zijn = asymmetrische informatie. In meeste economische

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
paolalubs Vrije Universiteit Brussel
Voir profil
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
32
Membre depuis
4 année
Nombre de followers
8
Documents
21
Dernière vente
2 année de cela

1,0

1 revues

5
0
4
0
3
0
2
0
1
1

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions