ONTSTAAN VAN RADIOLOGIE
Ontdekt door contraRöntgen in 1895
X-stralen = x van onbekenden (wij zeggen RX-stralen =
röntgenstralen)
Onderzoek naar stroomgeleiders door gassen bij lage druk
Door het creeëren van vacuüm in glazen buis -> principe van
fluorescentie op bariumplatinocyanide scherm
WAT IS EEN RÖNTGENSTRAAL
= elektromagnetische golf die zich (3 kenmerken)
1. verplaats met de snelheid van het licht
2. het gebeurt in een rechte lijn
3. vereisen geen medium.
-> hebben de mogelijkheid om hun energie af te geven aan de materie
(=ioniserend effect)
Elektromagnetische golven (rechts) zijn degene die we gaan gebruiken in
de medische beeldvorming. Radiogolven zijn niet ioniserend (links)
ELEKTROMAGNETISCHE
GOLF
Golflengte= afstand tussen de start en einde van een golf.
Frequentie = aantal golven per seconden
Bij golven met hoge frequentie (veel op korte tijd) hebben eenkorte
golflengte en veel meer energie (=ioniserende golven)
BLOOTSTELLING AAN IONISERENDE
STRALING
We worden constant aan stralingen
blootgesteld
35% door inademen van radionucliaire
materiaal
Natuurlijke straling 2,4 mSv/jaar
, Totale blootstelling 4 mSV/jaar
HOE ONSTAAN X-STRALEN? (Examenvraag!)
Opbouw van röntgenbuis
Omgevende loden
omhulsel (zodat het
niet alle kanten op
gaat)
Kathode (-) wordt aangesloten
op een batterij en daardoor gaat
een elektrische stroom, als die
erdoor gaat dn wordt er een
wolkje van elektronen opgewekt.
Die zijn negatief geladen, die
gaan naar de anode gaan want
die is positief geladen. Die duizenden elektronen gaan botsen tegen de
anode en daardoor gaat er heel veel energie vrijgesteld worden. 99% van
die energie is warmte en 1% gaat zich in röntgenstralen uiten en hiermee
gaan we onze patiënt mee belichten. Materiaal van kathode bestaat uit
wolfraam omdat dat heel warm is, wolfraam kent een hele hoge
smelttemperatuur.
De focus is de plaats op de anode
waar de elektronen tegen gaan
botsen. Hoe kleiner dat onze x-
bundel is, hoe mooier en
kwalitatiever ons RX beeld gaat
zijn. Een fijne bundel krijgen we
door die anode loodrecht te
plaatsen waar de straling tegen
gaat botsen. Hoe breder de
stralenbundel hoe minder kwalitatief de opname is. Hoe kleiner de hoek,
hoe meer hiteproductie. Want volledig loodrecht zetten gaat niet omdat
de anode dan gaat smelten.
GEVAREN VAN EEN RÖNTGENBUIS
1. Stralingsgevaar -> loden omhulsel (jaarlijkse controle verplicht van
RX toestel)
2. Thermisch gevaar -> oliekoeling (als je iets olie-achtig of water ziet
niet aanrakenç heel heet!)
3. (Hoogspanningevaar -> aarding van het toestel, vroeger waren ze
niet meer geaard. Nu bestaat dat eigenlijk niet meer. )
NOMOGRAM= bijsluiter
, FACTOREN DIE DE EMISSIE VAN X-STRALEN BEÏNVLOED (EXAMEN)
1. Kwaliteit (KV)
Kv van röntgenstraling of de kwaliteit van de foto’s.
Hoe breder de massa waarbij de röntgenstraling moeten hoe
hoger dat de Kv van de röntgenstraling moeten zijn.
Spanningsverschil toename, toename snelheid elektronen, de
energie wordt hoger, hogere frequentie röntgenstraling, hoe
meer penetratievermogen dooreen weefsel (=harde
stralingn = röntgenstraling van hele hoge KV)
Door bevoordeeld een te lage kv aan de hals wervels, kan de
foto te laag en minder goed zien doordat de starling niet to
aan de plaat geraken die de stralen tegenhouden
2. Kwantiteit (mAs)
mA (afhankelijk van de stroom doorheen de kathode)
Belichtingstijd (s) -> blijven we meestal af (hoe lager hoe
liever)
Als de belichtingstijd wordt zo kort mogenlijk gehouden omdat
we anders beweging zien om de foto want een dier kan niet
stoppen met ademen en bewegen enz.
EIGENSCHAPPEN VAN X-STRALEN
Ioniserende werking
Elektromagnetische golven gaan door de patiënt waar atomen
in zitten. Bij ioniserende straling komt het toe op een atoom en
de straling gaat de elektronen (meestal buitenste schil) gaan
afduwen. Dan blijft er een atoom met 1 elektron minder
(=atoom met positieve lading) of ioniserend atoom —>
stralingsgevaar bij meer ionisaties door celdood of schade
gaat toetreden. Dus hoe harder de X-stralen zijn, hoe hoger de
KV van de X-stralen is, hoe meer ionisaties we gaan opwekken
in de weefsels dat we aan het röntgen zijn. Dus daardoor
kunnen we de Kv ook niet super hard zetten (=mooi
evenwicht)
Doordringingsvermogen
Er zijn ook x-stralen die geen ionsiatie gaan geven.
Biologische werking
Soms kan er DNA schade toetreden (laatste les)