Inhoud
Hoofdstuk 1: perspectieven en geschiedenis van psychologie............................1
Hoofdstuk 2: deelgebieden en toepassing in de psychologie..............................4
Hoofdstuk 3: lichaamstaal................................................................................... 5
Hoofdstuk 5: emoties.......................................................................................... 6
Hoofdstuk 6: overdracht en tegenoverdracht......................................................8
Hoofdstuk 7: empathie........................................................................................ 9
Hoofdstuk 8: persoonlijkheid............................................................................. 10
Hoofdstuk 9: intelligentie.................................................................................. 12
Hoofdstuk 10: opvoeding en opvoedingsstijlen.................................................13
Hoofdstuk 11: hechting..................................................................................... 14
Hoofdstuk 12: psychosociale ontwikkeling (Erikson).........................................16
Hoofdstuk 13: cognitieve ontwikkeling (Piaget).................................................17
Hoofdstuk 14: identiteit..................................................................................... 19
Hoofdstuk 15: ouder worden............................................................................. 20
Hoofdstuk 22: afweer........................................................................................ 21
Hoofdstuk 29: normaal en abnormaal...............................................................22
Hoofdstuk 30: rouw........................................................................................... 23
Hoofdstuk 31: stress.......................................................................................... 23
Hoofdstuk 32: traumatische ervaringen............................................................25
Kohleberg: morele ontwikkeling........................................................................26
Hoofdstuk 1: perspectieven en geschiedenis van
psychologie
Psychodynamisch: onbewuste driften en innerlijke conflicten sturen gedrag.
Gestalt: mensen nemen gehelen waar, geen losse delen.
,Behavioristisch: gedrag wordt gevormd door leerprocessen en bekrachtiging
Humanistisch: de mens is goed en wil groeien: zelfverwerkelijking centraal.
Cognitief: gedrag wordt bepaald door denken en informatieverwerking.
Neurofysiologisch: hersenen en biologie bepalen gedrag.
Systeemperspectief: gedrag ontstaat in sociale context en relaties.
Psychologie: wetenschap die gedrag, denken en voelen onderzoekt.
Doel: systematisch, objectief onderzoek naar wetmatigheden (als.. dan..).
Werkwijze: observeren, hypothese opstellen, toetsen via experiment.
Ontstaan bij Wundt eerste laboratorium in Leipzig.
Fechner onderzocht waarneming begin van de functieleer (geheugen,
aandacht, taal, bewustzijn).
Leidde tot het neuropsychologisch perspectief, waarin hersenfuncties
gekoppeld worden aan gedrag.
Psychodynamische theorie (Freud, Jung, Adler)
Freud: gedrag komt voort uit onbewuste driften en innerlijke conflicten.
Samen met Breuer ontdekking dat klachten kunnen verdwijnen door
herinneringen bewust te maken.
Psychoanalyse: therapie gericht op het bewust maken van het
onbewuste.
Drie delen psyche:
- Id (Es): driften en verlangens.
- Ego (Ich): realiteitszin, verstand.
- Superego (Uber-Ich): geweten, normen en waarden.
Seksualiteit = belangrijkste drift; vroege kindertijd is bepalend.
Jung en Adler breidden theorie uit, maar kregen eigen inzichten.
Grote invloed op therapie en opvoeding, maar kritiek moeilijk toetsbaar
Gesaltpsychologie (Wertheimer, Kohler, Koffka, Lewin)
Richt zich op waarneming als geheel (gestalt), niet als losse elementen.
Mensen zoeken patronen, samenhang en consistentie.
Gestaltwetten: gelijkenis, nabijheid, continuïteit, sluiting.
Gedrag en waarneming worden beïnvloed door de neiging om gehelen te
vormen.
Behaviorisme (Skinner)
Ontstaan als reactie op de onwetenschappelijke psychoanalyse.
Alleen observeerbaar gedrag kan wetenschappelijk onderzocht worden.
Het innerlijk = ‘black box’: niet meetbaar.
Gedrag ontstaat door leerprocessen conditionering.
Skinner: gedrag wordt gevormd door operante conditionering
(beloning versterkt gedrag).
Toepassingen:
- Gedragstherapie: nieuw gedrag aanleren, neurotisch gedrag afleren.
- Geprogrammeerd leren in het onderwijs (informatie - controlevraag –
beloning).
Humanistische psychologie
Richt zich op de hele mens i.p.v. alleen gedrag.
, Mensen zijn van nature goed en willen groeien.
Problemen ontstaan als deze groei wordt geblokkeerd.
Rogers: begripvolle aandacht en empathie groei bevorderen.
Maslow: behoeftehiërarchie:
1. Lichamelijke behoeften
2. Veiligheid
3. Liefde en verbondenheid
4. Waardering
5. Zelfverwerkelijking
Wanneer basisbehoeften vervuld zijn, ontstaat ruimte voor zelfontplooiing.
Positieve psychologie (Seligman): focus op geluk, veerkracht en sterke
kanten van de mens.
Cognitieve psychologie (Beck, Ellis)
Gedrag wordt bepaald door informatieverwerking en denken.
Wat we doen hangt af van wat we geloven, weten en denken.
Beck en Ellis: negatieve gedachten veroorzaken problemen verander
gedachte = verander gedrag.
Cognitieve gedragstherapie: door denkpatronen te wijzigen,
veranderen gevoelens en gedrag.
Onderzoek met hersenactiviteit en scans laten zien welke hersengebieden
actief zijn bij denkprocessen.
Neurofysiologisch perspectief
Richt zich op de biologische basis van gedrag.
Hersenen sturen emoties, beslissingen en handelingen aan.
Gage: hersenbeschadiging leidde tot gedragsverandering.
Belangrijke hersengebieden:
- Prefrontale cortex: planning, impulsbeheersing, sociaal gedrag
- Hypothalamus: honger, dorst, stressreactie.
- Amygdala: emoties (angst, agressie, seksualiteit).
- Hippocampus: geheugen, stressreactie.
- Hersenstam: hartslag, ademhaling, bloeddruk.
- Cerebellum: coördinatie, reflexen.
Limbisch systeem (amygdala, hippocampus, hypothalamus) reguleert
emoties.
Libet: hersenen bereiden beslissingen al voor vóór je je daarvan bewust
bent.