1
SOCIAL CASEWORK
INLEIDING
WAAROM ‘METHODEN’ BINNEN DE OPLEIDING SOCIAAL WERK?
Methoden zijn kapstokken, weten hoe je een situatie in moet scannen en weten hoe je moet
handelen, weten hoe je een doel kunt behalen
WAAROM KIEZEN VOOR DE JOB VAN SOCIAAL WERKER?
Helpen is eigen aan mensen
Sociaal werkers helpen ook maar helpen vanuit de basishouding, vaardigheden en methoden
en hebben kennis en inzicht
Social casework is een methode/proces op microniveau
Waarover gaat social casework?
Het is 1 van de oudste methoden binnen sociaal werk
Het is een manier, kapstok, kader om aan de slag te gaan binnen de praktijk, voornamelijk
daar waar mensen in de individuele hulpverlening terecht komen
Gaat over hoe je op een procesmatige wijze samen met hulpvragers en/of hun context aan de
slag kan gaan met het oog op het bereiken van een gewenste situatie of een sociale
verandering binnen de huidige of concrete situatie
DOELGROEP
Sociaal werk wordt geconfronteerd met veel verschillende doelgroepen, iedereen kan erbij
terecht, er zijn alle soorten problemen en doelgroepen
Vb. mensen met een beperking, financiële problemen, verslavingsprobleem,
gezondheidsproblemen…
Vb. mensen zonder papieren, dak boven hun hoofd, financiële mogelijkheden…
WELKE ORGANISATIES?
Heel veel verschillende organisaties
Vb. CAW, OCMW, leerlingenbegeleiding, CGGZ, sociale dienst, VDAB, verslavingszorg…
DEFINITIE
Social casework is een methode (de oudste) binnen het maatschappelijk werk die geënt werd
op diverse theoretische referentiekaders en wetenschappelijke inzichten uit psychologie,
pedagogie, geneeskunde en sociologie. Het gaat om een doelgericht proces waarin personen
en gezinnen die in een problematische situatie zitten op een professionele wijze vanuit een
bepaalde plaats (organisatie) worden geholpen om hun welzijn te verhogen en waarbij de
vertrouwensvolle samenwerking tussen helper en cliënt een essentiële rol speelt. Centraal
staat de gerichtheid op de casus en de kritische reflectie op de effectiviteit.
,2
WELKE WAARDEN INSPIREREN EN STUREN SOCIAL CASEWORK?
DE INTERNATIONALE DEFINITIE ALS VERTREKPUNT
Sociaal werk is een op de praktijk gebaseerde professie en een academische discipline die
sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie en empowerment en bevrijding van
mensen promoot. De fundamentele uitgangspunten sociale rechtvaardigheid,
mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en het respect voor diversiteiten, staan
centraal in het sociaal werk. Onderbouwd door theorieën over sociaal werk,
maatschappijwetenschappen, menswetenschappen, en door de oorspronkelijke kennis van de
groepen waarmee je werkt, zet het sociaal werk mensen en structuren ertoe aan om
levensuitdagingen aan te pakken en welzijn te bevorderen.
OPMERKINGEN
1. HET VOLSTAAT NIET OM EEN PERSOON TE VERANDEREN ALS DE
MAATSCHAPPIJ HEM/HAAR STRUCTUREEL MARGINALISEERT
Vb. mensen in armoede is een multidimensionale problematiek: weinig opleidingskansen,
weinig werkmogelijkheden, financiële problemen…
Heeft het baat het individu te forceren om werk te zoeken als er op structureel vlak niets
gebeurt aan kansarmoede, watervalsysteem…?
2. WE KUNNEN MAATSCHAPPELIJK WERK NIET LOS ZIEN VAN DE
MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT
Vandaaruit is het belangrijk zicht te hebben op deze maatschappelijke context
FUNDAMENTELE VRAAG SOCIAL CASEWORK
WIE OF WAT MOET WORDEN VERANDERD: HET INDIVIDU, HET NETWERK EN DE
OMGEVING OF DE MAATSCHAPPELIJKE STRUCTUREN?
Het is de maatschappelijke context die mee bepaalt op welke waarden wordt ingezet
vb. huidige klimaat besparingen binnen de welzijnssector heeft gevolgen voor de
organisaties, het personeel en de individuele hulpvragen (wachtlijsten, strengere selecties…)
Welzijn bevorderen kan niet enkel op structureel of individueel niveau gebeuren, maar op alle
niveaus
Het is dus belangrijk om methodisch te werken op samenlevingsniveau (macro), groepen
(meso) als met individuen en hun context (micro)
EEN GEWIJZIGDE MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT
De matschappelijke context heeft een grote invloed op het sociaal werk
HET PRILLE BEGIN
Begin 20e eeuw: toenemende armoede bij de massa immigranten en slachtoffers van de
economische crisis
Sociaal werk bestond uit liefdadigheid en paternalistische initiatieven via Friendly Visitors
(vrijwilligers)
,3
Vrijwilligers bezochten multi-problem gezinnen en gaven materiële steun aangevuld met
pedagogische of relationele adviezen
Amerika 1914: Mary Richmond (= grondlegger van social casework)
Motto: geen aalmoes maar een vriend geen steun zonder onderzoek
Friendly Visitors werden omgeschoold of vervangen door professionals
Tijdens het motto ‘geen aalmoes maar een vriend’ maakte men een onderscheid tussen
waardige en onwaardige armen
Onwaardige armen = deden op frauduleuze of oneerlijke manier een beroep op steun
Met de publicatie van haar Magnum Opus ‘social diagnosis’ pleitte Mary Richmond voor het
onderzoek van elke individuele situatie als noodzakelijke voorwaarde tot het toekennen van
steun
Geven en geen vragen stellen geen steun zonder onderzoek
Dit onderzoek moest via een persoonlijk gesprek gebeuren waarbij de omgeschoolde friendly
visitors inspanningen deden om de noodlijdende te leren kennen
de professional kwam steeds in persoonlijk contact met de hulpvrager (= uitgangspunt 1)
Een ander uitgangspunt was dat de persoon altijd in wisselwerking met de omgeving moest
worden gezien (= uitgangspunt 2)
Daarmee kwam dus een verschuiving van de waarden vriendelijkheid en individualisering
naar systematiek en professionaliteit
DE VERZORGINGSSTAAT
Na WO2 kwam er de verzorgingsstaat die de ongelijke economische positie probeerde te
corrigeren zodat meer burgers een menswaardig bestaan konden leiden
Zo streefde men naar een meer rechtvaardige herverdeling tussen rijken en armen
Er heerste een sterk geloof in de maakbaarheid van de samenleving
De verzorgingsstaat had 5 functies:
1. verzekeren: van inkomens bij sociale risico’s
2. verzorgen: mensen met een beperking
3. verbinden: sociale cohesie
4. verheffen: via onderwijs
5. (her)verdelen: sociale rechtvaardigheid
DE ACTIVERINGSSTAAT EN DE ACTIEVE WELVAARTSSTAAT
De samenleving bleek niet zo maakbaar als gedacht
Steeds meer taken werden aan de overheid overgelaten
, 4
De overheid werd daardoor overbevraagd en trok te veel doelen en diensten naar zich toe en
verloor haar sturend vermogen
Gevolg: de nadruk van het institutionele niveau werd verschoven naar het interpersoonlijke
Sociaal werk informeert burgers niet meer alleen over hun rechten op dienstverlening en
tegemoetkomingen maar wijst hen ook op hun plichten
De verzorgingsstaat deed geen appel op hun verantwoordelijkheid en zelf oplossend
vermogen, de actieve welvaartsstaat wil dat veranderen: burgers hoeven niet van wieg tot
graf door de staat verzorgd te worden
Er wordt sterk gehamerd op de waarde activering als een nieuwe vorm van solidariteit
Anderen daarentegen stellen dat activering eerder een vorm van disciplinering is van mensen
die zich dreigen te nestelen in een afhankelijkheidscultuur
sociaal werk in de welvaartsstaat:
1. meer nadruk op activering
2. waarden: zelfverantwoordelijkheid en medeverantwoordelijkheid
3. contracten en voorwaarden aan het verkrijgen van rechten
HET NIEUWE DEBAT VOOR HET SOCIAAL WERK
Participatie was altijd een belangrijke leidraad voor het sociaal werk
Deze waarde werd de voorbije jaren begrepen als het sterk stimuleren van capaciteiten van
mensen (empoweren) ipv. als het creëren van voorzieningen
Er is sprake van dis-embedding: het los moeten komen uit de industriële samenleving en de
traditionele leefverbanden
Het individu moet zelf keuzes maken en kan niet langer terugvallen op de voorgeschreven
levensweg
Het individu moet een re-embedding doormaken: zich een plaats en betekenis zoeken in de
nieuwe samenleving
Het is een DIY-project geworden
Sociaal werk zal in dit maatschappelijk verandermoment een belangrijke rol spelen in het
benaderen en begeleiden van onzekere, zich onveilig voelende en zoekende personen
ACTUELE MAATSCHAPPELIJKE VERANDERINGEN
1. er zijn steeds meer economische problemen:
- financiële crisis
- stijgende werkloosheid
- dalende vraag naar ongeschoolde arbeidskrachten en een sterke stijging van flexibele,
tijdelijke jobs
- kloof tussen laaggeschoolden en hooggeschoolden vergroot
2. problemen op demografisch niveau
- aantal huwelijken daalt
SOCIAL CASEWORK
INLEIDING
WAAROM ‘METHODEN’ BINNEN DE OPLEIDING SOCIAAL WERK?
Methoden zijn kapstokken, weten hoe je een situatie in moet scannen en weten hoe je moet
handelen, weten hoe je een doel kunt behalen
WAAROM KIEZEN VOOR DE JOB VAN SOCIAAL WERKER?
Helpen is eigen aan mensen
Sociaal werkers helpen ook maar helpen vanuit de basishouding, vaardigheden en methoden
en hebben kennis en inzicht
Social casework is een methode/proces op microniveau
Waarover gaat social casework?
Het is 1 van de oudste methoden binnen sociaal werk
Het is een manier, kapstok, kader om aan de slag te gaan binnen de praktijk, voornamelijk
daar waar mensen in de individuele hulpverlening terecht komen
Gaat over hoe je op een procesmatige wijze samen met hulpvragers en/of hun context aan de
slag kan gaan met het oog op het bereiken van een gewenste situatie of een sociale
verandering binnen de huidige of concrete situatie
DOELGROEP
Sociaal werk wordt geconfronteerd met veel verschillende doelgroepen, iedereen kan erbij
terecht, er zijn alle soorten problemen en doelgroepen
Vb. mensen met een beperking, financiële problemen, verslavingsprobleem,
gezondheidsproblemen…
Vb. mensen zonder papieren, dak boven hun hoofd, financiële mogelijkheden…
WELKE ORGANISATIES?
Heel veel verschillende organisaties
Vb. CAW, OCMW, leerlingenbegeleiding, CGGZ, sociale dienst, VDAB, verslavingszorg…
DEFINITIE
Social casework is een methode (de oudste) binnen het maatschappelijk werk die geënt werd
op diverse theoretische referentiekaders en wetenschappelijke inzichten uit psychologie,
pedagogie, geneeskunde en sociologie. Het gaat om een doelgericht proces waarin personen
en gezinnen die in een problematische situatie zitten op een professionele wijze vanuit een
bepaalde plaats (organisatie) worden geholpen om hun welzijn te verhogen en waarbij de
vertrouwensvolle samenwerking tussen helper en cliënt een essentiële rol speelt. Centraal
staat de gerichtheid op de casus en de kritische reflectie op de effectiviteit.
,2
WELKE WAARDEN INSPIREREN EN STUREN SOCIAL CASEWORK?
DE INTERNATIONALE DEFINITIE ALS VERTREKPUNT
Sociaal werk is een op de praktijk gebaseerde professie en een academische discipline die
sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie en empowerment en bevrijding van
mensen promoot. De fundamentele uitgangspunten sociale rechtvaardigheid,
mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en het respect voor diversiteiten, staan
centraal in het sociaal werk. Onderbouwd door theorieën over sociaal werk,
maatschappijwetenschappen, menswetenschappen, en door de oorspronkelijke kennis van de
groepen waarmee je werkt, zet het sociaal werk mensen en structuren ertoe aan om
levensuitdagingen aan te pakken en welzijn te bevorderen.
OPMERKINGEN
1. HET VOLSTAAT NIET OM EEN PERSOON TE VERANDEREN ALS DE
MAATSCHAPPIJ HEM/HAAR STRUCTUREEL MARGINALISEERT
Vb. mensen in armoede is een multidimensionale problematiek: weinig opleidingskansen,
weinig werkmogelijkheden, financiële problemen…
Heeft het baat het individu te forceren om werk te zoeken als er op structureel vlak niets
gebeurt aan kansarmoede, watervalsysteem…?
2. WE KUNNEN MAATSCHAPPELIJK WERK NIET LOS ZIEN VAN DE
MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT
Vandaaruit is het belangrijk zicht te hebben op deze maatschappelijke context
FUNDAMENTELE VRAAG SOCIAL CASEWORK
WIE OF WAT MOET WORDEN VERANDERD: HET INDIVIDU, HET NETWERK EN DE
OMGEVING OF DE MAATSCHAPPELIJKE STRUCTUREN?
Het is de maatschappelijke context die mee bepaalt op welke waarden wordt ingezet
vb. huidige klimaat besparingen binnen de welzijnssector heeft gevolgen voor de
organisaties, het personeel en de individuele hulpvragen (wachtlijsten, strengere selecties…)
Welzijn bevorderen kan niet enkel op structureel of individueel niveau gebeuren, maar op alle
niveaus
Het is dus belangrijk om methodisch te werken op samenlevingsniveau (macro), groepen
(meso) als met individuen en hun context (micro)
EEN GEWIJZIGDE MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT
De matschappelijke context heeft een grote invloed op het sociaal werk
HET PRILLE BEGIN
Begin 20e eeuw: toenemende armoede bij de massa immigranten en slachtoffers van de
economische crisis
Sociaal werk bestond uit liefdadigheid en paternalistische initiatieven via Friendly Visitors
(vrijwilligers)
,3
Vrijwilligers bezochten multi-problem gezinnen en gaven materiële steun aangevuld met
pedagogische of relationele adviezen
Amerika 1914: Mary Richmond (= grondlegger van social casework)
Motto: geen aalmoes maar een vriend geen steun zonder onderzoek
Friendly Visitors werden omgeschoold of vervangen door professionals
Tijdens het motto ‘geen aalmoes maar een vriend’ maakte men een onderscheid tussen
waardige en onwaardige armen
Onwaardige armen = deden op frauduleuze of oneerlijke manier een beroep op steun
Met de publicatie van haar Magnum Opus ‘social diagnosis’ pleitte Mary Richmond voor het
onderzoek van elke individuele situatie als noodzakelijke voorwaarde tot het toekennen van
steun
Geven en geen vragen stellen geen steun zonder onderzoek
Dit onderzoek moest via een persoonlijk gesprek gebeuren waarbij de omgeschoolde friendly
visitors inspanningen deden om de noodlijdende te leren kennen
de professional kwam steeds in persoonlijk contact met de hulpvrager (= uitgangspunt 1)
Een ander uitgangspunt was dat de persoon altijd in wisselwerking met de omgeving moest
worden gezien (= uitgangspunt 2)
Daarmee kwam dus een verschuiving van de waarden vriendelijkheid en individualisering
naar systematiek en professionaliteit
DE VERZORGINGSSTAAT
Na WO2 kwam er de verzorgingsstaat die de ongelijke economische positie probeerde te
corrigeren zodat meer burgers een menswaardig bestaan konden leiden
Zo streefde men naar een meer rechtvaardige herverdeling tussen rijken en armen
Er heerste een sterk geloof in de maakbaarheid van de samenleving
De verzorgingsstaat had 5 functies:
1. verzekeren: van inkomens bij sociale risico’s
2. verzorgen: mensen met een beperking
3. verbinden: sociale cohesie
4. verheffen: via onderwijs
5. (her)verdelen: sociale rechtvaardigheid
DE ACTIVERINGSSTAAT EN DE ACTIEVE WELVAARTSSTAAT
De samenleving bleek niet zo maakbaar als gedacht
Steeds meer taken werden aan de overheid overgelaten
, 4
De overheid werd daardoor overbevraagd en trok te veel doelen en diensten naar zich toe en
verloor haar sturend vermogen
Gevolg: de nadruk van het institutionele niveau werd verschoven naar het interpersoonlijke
Sociaal werk informeert burgers niet meer alleen over hun rechten op dienstverlening en
tegemoetkomingen maar wijst hen ook op hun plichten
De verzorgingsstaat deed geen appel op hun verantwoordelijkheid en zelf oplossend
vermogen, de actieve welvaartsstaat wil dat veranderen: burgers hoeven niet van wieg tot
graf door de staat verzorgd te worden
Er wordt sterk gehamerd op de waarde activering als een nieuwe vorm van solidariteit
Anderen daarentegen stellen dat activering eerder een vorm van disciplinering is van mensen
die zich dreigen te nestelen in een afhankelijkheidscultuur
sociaal werk in de welvaartsstaat:
1. meer nadruk op activering
2. waarden: zelfverantwoordelijkheid en medeverantwoordelijkheid
3. contracten en voorwaarden aan het verkrijgen van rechten
HET NIEUWE DEBAT VOOR HET SOCIAAL WERK
Participatie was altijd een belangrijke leidraad voor het sociaal werk
Deze waarde werd de voorbije jaren begrepen als het sterk stimuleren van capaciteiten van
mensen (empoweren) ipv. als het creëren van voorzieningen
Er is sprake van dis-embedding: het los moeten komen uit de industriële samenleving en de
traditionele leefverbanden
Het individu moet zelf keuzes maken en kan niet langer terugvallen op de voorgeschreven
levensweg
Het individu moet een re-embedding doormaken: zich een plaats en betekenis zoeken in de
nieuwe samenleving
Het is een DIY-project geworden
Sociaal werk zal in dit maatschappelijk verandermoment een belangrijke rol spelen in het
benaderen en begeleiden van onzekere, zich onveilig voelende en zoekende personen
ACTUELE MAATSCHAPPELIJKE VERANDERINGEN
1. er zijn steeds meer economische problemen:
- financiële crisis
- stijgende werkloosheid
- dalende vraag naar ongeschoolde arbeidskrachten en een sterke stijging van flexibele,
tijdelijke jobs
- kloof tussen laaggeschoolden en hooggeschoolden vergroot
2. problemen op demografisch niveau
- aantal huwelijken daalt