HC: Anatomie en fysiologie Bloeddruk
Leerdoelen:
De student kent de normale waarden van bloeddruk (zowel systolisch als diastolisch)
De student kent de verschillende factoren die de bloeddruk bepalen (hartdebiet en
perifere weerstand)
De student kent de verschillende controlemechanismen van de bloeddruk (neuraal en
hormonaal)
1. Basisprincipes van bloeddruk
Bloeddruk
Vloeistof/hydrostatische druk in vloeistofcomponent van bloed
Bepaald door:
o Hartminuutvolume (= hartdebiet)
o Perifere weerstand
Hartminuutvolume / hartdebiet / cardiac output
Hoeveelheid bloed per minuut weggepompt door hart
Slagvolume x hartfrequentie
Slagvolume
= Hoeveelheid bloed weggepompt per contractie
Afhankelijk van:
o Veneuze aanbod/hoeveelheid bloed in ventrikel: preload
Hoeveelheid bloed in ventrikels op einde van diastole (ontspannen bloedvaten)
o Tegendruk: afterload
Weerstand dat ventrikel moet overwinnen om bloed buiten te krijgen
o Contractiliteit van hart (pompkracht)
Beïnvloed door zenuwstelsel en hormonen
Hogere afterload is hogere hartminuutvolume
Hartfrequentie
= Aantal hartslagen (contracties) per minuut
Beïnvloed door zenuwstelsel, hormonen, lichaamsbeweging, emotionele toestand…
Stijgt meestal door emoties
Perifere weerstand
= Weerstand tijdens transport door bloedvaten
Afhankelijk van mate van constrictie van bloedvaten: vasoconstrictie en vasodilatatie
o Anafylactische shock
o Als reactie op iets gaan alle vaten massaal dilateren en sterven mensen: adrenaline zorgt
voor constrictie
Elasticiteit bloedvaten speelt rol
Hoe elastischer hoe beter ze de bloeddrukgolf kunnen opvangen (bv. arteri bij hart is heel
elastisch)
Gladheid van binnenkant
Viscositeit van bloed (stroperigheid)
Meer eiwitten en bloedcellen maakt meer stroperig
Rode bloedcellen zijn belangrijkste factor (hematocriet)
Meer rode bloedcellen aanmaken door hoogtestage
Epo: voor kinderen die bloedarmoede hebben, illegaal bij sporters (hart krijgt bloed niet
meer rond)
Hematocriet daalt ook bij langdurige, hevige inspanning
2. Bloeddruk in cardiovasculair stelsel
Bloeddruk hoogst bij hart
Piek bij samentrekken hart
Dal bij ontspanning hart
Viscositeit is nodig
Normale bloeddruk 120/80
Bij venen bijna geen druk
Vooruit door zuigkracht hart en achterliggend bloed
Bloeddruk nemen bij arteriële bloed, niet veneuze bloed
, 3. Bloeddruk meten
Polsdruk: verschil tussen systolische en diastolische druk
Systolische druk: Bij volledige contractie (systole) van linker ventrikel
Diastolische druk: Bij volledige ontspanning (diastole) van linker ventrikel
Korotkoff-toon
Korotkoff I: De eerste, korte tonen die hoorbaar zijn wanneer de bloeddrukband leegloopt; alleen
tijdens de systole stroomt er bloed.
Korotkoff II: Deze tonen, aanwezig gedurende het grootste deel van de tijd tussen systole en
diastole, klinken meer als een geruis.
Korotkoff III: De tonen worden luider, net als Korotkoff I-tonen.
Korotkoff IV: De tonen klinken steeds doffer
Korotkoff V: Stilte: doordat bloed gedurende zowel de systole als de diastole door de slagader
stroomt, zijn er geen wervelingen en dus geen geluiden
4. Bloeddruk waarden
Referentiewaarden
Zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie): blijvende stijgende bloeddruk en eiwit in urine
Enige behandeling is bevallen!!
Leerdoelen:
De student kent de normale waarden van bloeddruk (zowel systolisch als diastolisch)
De student kent de verschillende factoren die de bloeddruk bepalen (hartdebiet en
perifere weerstand)
De student kent de verschillende controlemechanismen van de bloeddruk (neuraal en
hormonaal)
1. Basisprincipes van bloeddruk
Bloeddruk
Vloeistof/hydrostatische druk in vloeistofcomponent van bloed
Bepaald door:
o Hartminuutvolume (= hartdebiet)
o Perifere weerstand
Hartminuutvolume / hartdebiet / cardiac output
Hoeveelheid bloed per minuut weggepompt door hart
Slagvolume x hartfrequentie
Slagvolume
= Hoeveelheid bloed weggepompt per contractie
Afhankelijk van:
o Veneuze aanbod/hoeveelheid bloed in ventrikel: preload
Hoeveelheid bloed in ventrikels op einde van diastole (ontspannen bloedvaten)
o Tegendruk: afterload
Weerstand dat ventrikel moet overwinnen om bloed buiten te krijgen
o Contractiliteit van hart (pompkracht)
Beïnvloed door zenuwstelsel en hormonen
Hogere afterload is hogere hartminuutvolume
Hartfrequentie
= Aantal hartslagen (contracties) per minuut
Beïnvloed door zenuwstelsel, hormonen, lichaamsbeweging, emotionele toestand…
Stijgt meestal door emoties
Perifere weerstand
= Weerstand tijdens transport door bloedvaten
Afhankelijk van mate van constrictie van bloedvaten: vasoconstrictie en vasodilatatie
o Anafylactische shock
o Als reactie op iets gaan alle vaten massaal dilateren en sterven mensen: adrenaline zorgt
voor constrictie
Elasticiteit bloedvaten speelt rol
Hoe elastischer hoe beter ze de bloeddrukgolf kunnen opvangen (bv. arteri bij hart is heel
elastisch)
Gladheid van binnenkant
Viscositeit van bloed (stroperigheid)
Meer eiwitten en bloedcellen maakt meer stroperig
Rode bloedcellen zijn belangrijkste factor (hematocriet)
Meer rode bloedcellen aanmaken door hoogtestage
Epo: voor kinderen die bloedarmoede hebben, illegaal bij sporters (hart krijgt bloed niet
meer rond)
Hematocriet daalt ook bij langdurige, hevige inspanning
2. Bloeddruk in cardiovasculair stelsel
Bloeddruk hoogst bij hart
Piek bij samentrekken hart
Dal bij ontspanning hart
Viscositeit is nodig
Normale bloeddruk 120/80
Bij venen bijna geen druk
Vooruit door zuigkracht hart en achterliggend bloed
Bloeddruk nemen bij arteriële bloed, niet veneuze bloed
, 3. Bloeddruk meten
Polsdruk: verschil tussen systolische en diastolische druk
Systolische druk: Bij volledige contractie (systole) van linker ventrikel
Diastolische druk: Bij volledige ontspanning (diastole) van linker ventrikel
Korotkoff-toon
Korotkoff I: De eerste, korte tonen die hoorbaar zijn wanneer de bloeddrukband leegloopt; alleen
tijdens de systole stroomt er bloed.
Korotkoff II: Deze tonen, aanwezig gedurende het grootste deel van de tijd tussen systole en
diastole, klinken meer als een geruis.
Korotkoff III: De tonen worden luider, net als Korotkoff I-tonen.
Korotkoff IV: De tonen klinken steeds doffer
Korotkoff V: Stilte: doordat bloed gedurende zowel de systole als de diastole door de slagader
stroomt, zijn er geen wervelingen en dus geen geluiden
4. Bloeddruk waarden
Referentiewaarden
Zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie): blijvende stijgende bloeddruk en eiwit in urine
Enige behandeling is bevallen!!