Hoofdstuk 1: de essentie
Martin Seligman (1998) – voorzitter American Psychological
Association (APA)
“Psychology is not just the study of pathology, weakness, and damage. It
is also the study of strength and virtue. Treatment is not just fixing what is
broken; it is nurturing what is best.”
Psychologie te veel focus op wat misgaat, herstellen wat fout gaat – meer
focus op wat goed gaat en het beschermen van dat, wat laat ons
floreren (optimaal leven/ bloeien, +10)?
- Gemiddelde bevolking gelukkiger maken (curve verschuiven, dus
ook -6 → -2, +4 → +8…)
Traditioneel niet afbreken, maar beide moeten elkaar complementeren
PP= wetenschappelijk onderbouwd – interventies, … effecten
bestudeerd
Psychologie voor WO2: normale levens verbeteren, goede kwaliteiten
versterken, geestelijke stoornissen
Na WO2: enkel focus genezen mentale problemen
Traditioneel=verminderen moeilijkheden VS. Positief=vergroten
mogelijkheden
Dr. Corey Keyes - gebaseerd om MIDUS-studie (langdurig, verbanden
vinden) – dual-continua model
- Ziekte en welbevinden met elkaar te maken,
maar niet helemaal → sommige wel ziekte,
maar rapporteren wel tevredenheid leven =
schaal (2 aparte assen)
Ook wanneer ziektebeeld gelukkig leven
mogelijk
Doelgroep PP = hele populatie
Positief Psychologische interventies (PPI’s)
=Kleine oefeningen om welbevinden te
verbeteren
Bv. Schrijven dankbaarheidsbrieven, dagboek – elke dag 3 goede
dingen
, Person-activity fit → past PPI bij persoon? → persoon moet
gemotiveerd zijn, genoeg afwisseling
Kritiek:
- Eenzijdige focus op geluk → andere kant ook niet uit oog verliezen
- Naam = suggereert tegenstelling → PP= goed, rest = slecht (bv.
Angst, verdriet...)
- Jonge stroming → gebrek langdurig onderzoek (“easy fix”)
- Onderzoeksgroep → focus te veel op westerse, rijke,
geïndustrialiseerde landen
→PP meer focus op ook negatieve dingen → groeien uit situaties
Veerkracht, uitbreiding doelgroep → verbreding
Uitdaging om verder uit te zetten op deze manier
Les 2: welbevinden
Geluk = tijdelijke ervaring, momentopname
Welbevinden = stabiele toestand, multidimensionaal, stabiel
gevoel van blij zijn met het leven
Welbevinden:
•Aristoteles (384 v.Chr – 322 v.Chr)
Griekse filosoof → geneeskunde, ethiek, natuurkunde, …
- Hedonisch welbevinden
Maximaal plezier, minimaal pijn, geluk, nastreven
Wordt sterk gepromoot in bv. reclames
- Eudaimonisch welbevinden
Daimon = ‘je ware natuur’
Leiden van deugdzaam & betekenisvol leven
Kan samenvallen met leuke dingen, maar niet altijd
Bv. mensen met kleine kinderen vaak minder hedonisch
welbevinden, maar meer eudaimonisch welbevinden, sporten met
zware trainingen, …
Combinatie van beide is nodig voor een goed leven
• Carol Ryff
Amerikaanse professor psychologie → 1989 al onderzoek naar
welbevinden (= voor positieve psychologie)
Psychological Well-Being (PWB): 6 factoren van welbevinden
, = heel empirisch onderbouwd (gebaseerd op veel studies, op veel
mensen, in veel landen)
Bij welke factoren zitten hoogtes? Bij welke laagtes? Wat kunnen we doen
om deze factoren te verhogen?
Factoren:
- Zelfacceptatie
Kennen & accepteren van jezelf, positieve houding tegenover jezelf
en je verleden
- Persoonlijke groei
Openstaan voor nieuwe ervaringen, gevoeld dat je groeit en je
mogelijkheden waarmaakt
- Betekenisvol leven
Gevoel hebben dat het leven zin heeft, doelen, dromen, een gevoel
van richting hebben
- Positieve relaties
Warme, bevredigende, betrouwbare relaties hebben (misschien wel
belangrijkste dimensie
- Meesterschap
Competentie ervaren, gevoel dat je invloed hebt in omgeving,
kansen zien in omgeving, gevoel hebben dat je goed bezig bent,
energie krijgen uit de dingen die je doet
- Autonomie
Zelfbepalend & onafhankelijk zijn, sociale druk weerstaan, gedrag
van binnenuit reguleren, zelf de vrijheid hebben om keuzes te
maken
• Martin Seligman
5 elementen om te floreren → PERMA:
- Positieve emoties
Dingen die je gelukkig maken, ervaren hoop, interesse, plezier, liefde,
…
- Engagement (=betrokkenheid)
Inzetten van talenten, betrokkenheid bij werk, hobby, relatie, …
- Relaties
Interacties, sociale contacten, ben je geliefd? Word je gewaardeerd?
- Meaning (=betekenis)
Betekenis die je geeft aan het leven, werk, studie, gezin, geloof, …
- Accomplishment (=prestatie)
Martin Seligman (1998) – voorzitter American Psychological
Association (APA)
“Psychology is not just the study of pathology, weakness, and damage. It
is also the study of strength and virtue. Treatment is not just fixing what is
broken; it is nurturing what is best.”
Psychologie te veel focus op wat misgaat, herstellen wat fout gaat – meer
focus op wat goed gaat en het beschermen van dat, wat laat ons
floreren (optimaal leven/ bloeien, +10)?
- Gemiddelde bevolking gelukkiger maken (curve verschuiven, dus
ook -6 → -2, +4 → +8…)
Traditioneel niet afbreken, maar beide moeten elkaar complementeren
PP= wetenschappelijk onderbouwd – interventies, … effecten
bestudeerd
Psychologie voor WO2: normale levens verbeteren, goede kwaliteiten
versterken, geestelijke stoornissen
Na WO2: enkel focus genezen mentale problemen
Traditioneel=verminderen moeilijkheden VS. Positief=vergroten
mogelijkheden
Dr. Corey Keyes - gebaseerd om MIDUS-studie (langdurig, verbanden
vinden) – dual-continua model
- Ziekte en welbevinden met elkaar te maken,
maar niet helemaal → sommige wel ziekte,
maar rapporteren wel tevredenheid leven =
schaal (2 aparte assen)
Ook wanneer ziektebeeld gelukkig leven
mogelijk
Doelgroep PP = hele populatie
Positief Psychologische interventies (PPI’s)
=Kleine oefeningen om welbevinden te
verbeteren
Bv. Schrijven dankbaarheidsbrieven, dagboek – elke dag 3 goede
dingen
, Person-activity fit → past PPI bij persoon? → persoon moet
gemotiveerd zijn, genoeg afwisseling
Kritiek:
- Eenzijdige focus op geluk → andere kant ook niet uit oog verliezen
- Naam = suggereert tegenstelling → PP= goed, rest = slecht (bv.
Angst, verdriet...)
- Jonge stroming → gebrek langdurig onderzoek (“easy fix”)
- Onderzoeksgroep → focus te veel op westerse, rijke,
geïndustrialiseerde landen
→PP meer focus op ook negatieve dingen → groeien uit situaties
Veerkracht, uitbreiding doelgroep → verbreding
Uitdaging om verder uit te zetten op deze manier
Les 2: welbevinden
Geluk = tijdelijke ervaring, momentopname
Welbevinden = stabiele toestand, multidimensionaal, stabiel
gevoel van blij zijn met het leven
Welbevinden:
•Aristoteles (384 v.Chr – 322 v.Chr)
Griekse filosoof → geneeskunde, ethiek, natuurkunde, …
- Hedonisch welbevinden
Maximaal plezier, minimaal pijn, geluk, nastreven
Wordt sterk gepromoot in bv. reclames
- Eudaimonisch welbevinden
Daimon = ‘je ware natuur’
Leiden van deugdzaam & betekenisvol leven
Kan samenvallen met leuke dingen, maar niet altijd
Bv. mensen met kleine kinderen vaak minder hedonisch
welbevinden, maar meer eudaimonisch welbevinden, sporten met
zware trainingen, …
Combinatie van beide is nodig voor een goed leven
• Carol Ryff
Amerikaanse professor psychologie → 1989 al onderzoek naar
welbevinden (= voor positieve psychologie)
Psychological Well-Being (PWB): 6 factoren van welbevinden
, = heel empirisch onderbouwd (gebaseerd op veel studies, op veel
mensen, in veel landen)
Bij welke factoren zitten hoogtes? Bij welke laagtes? Wat kunnen we doen
om deze factoren te verhogen?
Factoren:
- Zelfacceptatie
Kennen & accepteren van jezelf, positieve houding tegenover jezelf
en je verleden
- Persoonlijke groei
Openstaan voor nieuwe ervaringen, gevoeld dat je groeit en je
mogelijkheden waarmaakt
- Betekenisvol leven
Gevoel hebben dat het leven zin heeft, doelen, dromen, een gevoel
van richting hebben
- Positieve relaties
Warme, bevredigende, betrouwbare relaties hebben (misschien wel
belangrijkste dimensie
- Meesterschap
Competentie ervaren, gevoel dat je invloed hebt in omgeving,
kansen zien in omgeving, gevoel hebben dat je goed bezig bent,
energie krijgen uit de dingen die je doet
- Autonomie
Zelfbepalend & onafhankelijk zijn, sociale druk weerstaan, gedrag
van binnenuit reguleren, zelf de vrijheid hebben om keuzes te
maken
• Martin Seligman
5 elementen om te floreren → PERMA:
- Positieve emoties
Dingen die je gelukkig maken, ervaren hoop, interesse, plezier, liefde,
…
- Engagement (=betrokkenheid)
Inzetten van talenten, betrokkenheid bij werk, hobby, relatie, …
- Relaties
Interacties, sociale contacten, ben je geliefd? Word je gewaardeerd?
- Meaning (=betekenis)
Betekenis die je geeft aan het leven, werk, studie, gezin, geloof, …
- Accomplishment (=prestatie)