Deel 1: Erfrecht
Hoofdstuk 1: erven
Basisbegrippen
Erfgenaam = diegene die erft
Wettelijke erfgenaam = geen testament of een testament is onvolledig
Testamentaire erfgenaam = je wordt bij naam genoemd in een testament
Contractuele erfgenaam = partner die overlijdt was gehuwd en er is sprake van een
huwelijkscontract (niet voor samenwonenden)
Volle eigendom = vruchtgebruik + naakte eigendom
Je mag erfenis verwerpen of aanvaarden onder voorrecht (= nooit met
privévermogen moeten opdraaien om schulden te betalen)
Wij behandelen wettelijke devolutie!
Openvallen van de nalatenschap
= het ogenblik waarop de titularis overlijdt (art. 4.1 BW)
Het overlijden wordt bewezen:
Door de overlijdensakte, opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand van
de plaats waar de persoon is overleden (art. 55, §1 oud BW). Deze akte vermeldt het
tijdstip van het overlijden, evenals onder meer de naam en de geboorteplaats en -
datum van de overledene (art. 41 en 56 oud BW)
Door een vonnis dat het overlijden gerechtelijk vaststelt (art. 126 oud BW), het vonnis
vermeldt de datum van het overlijden.
Uitzonderlijk kan de nalatenschap openvallen zonder dat het overlijden vastgesteld is. Dat
gebeurt als een persoon afwezig verklaard is (art. 118 oud BW). Het vonnis dat die persoon
afwezig verklaart, geldt als een akte van de burgerlijke stand. Het heeft alle gevolgen van het
overlijden vanaf de datum van de opmaak van de akte van afwezigheid (art. 121, §2 oud BW)
Devolutie
= de personen die als erfgerechtigden tot een opengevallen nalatenschap geroepen worden,
worden aangewezen door de regels van de devolutie (of toewijzing) van de nalatenschap.
Hier bestaan ook de wettelijke, testamentaire of contractuele devolutie.
,Gevolgen van het openvallen van de nalatenschap
Zodra de nalatenschap openvalt, gaat ze van rechtswege over op de erfgerechtigden (art. 4.2
en 4.39 NBW). De datum waarop de nalatenschap openvalt is daarom belangrijk. Op of vanaf
dat tijdstip:
Bepaalt men welke goederen en welke schulden tot het vermogen van de erflater
behoren en tot de rekenboedel moeten gerekend worden (art. 4.153 NBW)
Beoordeelt men de roeping en de bekwaamheid van de erfgerechtigden (art. 4.4
NBW), volgens de wet die op dat ogenblik van toepassing is
Beoordeelt men welk onroerend goed van de erflater tot gemeenschappelijke
verblijfplaats diende, indien de erflater gehuwd (art. 2.3.2, derde lid ; art. 4.20 ; art.
4.147, §2 BW) of wettelijk samenwonend was (art. 4.23,§1 en §3 BW)
Beginnen de termijnen te lopen om de nalatenschap te aanvaarden (art. 4.36 BW),
alsook de termijnen voor ‘inventaris en beraad’ (art. 4.37, §2, eerste lid BW) en om de
aangifte van van nalatenschap in te dienen
Bepaald men in principe de waarde van de gelegateerde goederen die moeten
worden ingebracht (art. 4.90, §1 BW):
Wordt het eindcijfer van de index bepaald die moet worden toegepast om de waarde
van de geschonken goederen te actualiseren, op basis van de intrinsieke waarde
ervan op het tijdstip van de schenking (art. 4.90, §2 BW)
Loopt van rechtswege interest op de waarde van geschonken goederen die in de
nalatenschap moet worden ingebracht (art. 4.91 BW)
Waar valt de nalatenschap open?
De woonplaats van de DC op ogenblik van overlijden.
Ongeacht of hij daar ook in de bevolkingsregisters was ingeschreven
Of! De hoofverblijf/ gewone verblijfplaats van de DC
Waarom is die plaats belangrijk?
Omdat deze plaats bepaalt welke rechtbank territoriaal bevoegd is om kennis te nemen van
een vraag of geschil met betrekking tot een opengevallen nalatenschap.
,Hoofdstuk 2: Erfbekwaamheid
Er zijn 4 voorwaarden om te kunnen erven/ om de erfenis te aanvaarden
Bestaan op het moment van openvallen van de nalatenschap
o = juridisch bestaan begint bij de geboorte; fysieke persoon (dus geen
rechtsperstoon, ook geen niet geboren kind)
o Maar: als ongeboren kind geboren wordt na dood ouder, dan kan het wel
erven als het al reeds verwekt was! (art. 326 BW)
In leven zijn op het ogenblik van openvallen van de nalatenschap (art. 4.5 BW)
o = in leven zijn bij dood Decuius, mag heel kort zijn. (zit dus in zijn vermogen en
gaat dan over op zijn erfgenamen)
o Problematiek van de
Afwezige
Onzekerheid van zijn bestaan
Kan vertegenwoordigd worden door een gerechtelijke
bewindvoerder (art. 115,§1 BW)
Vermiste
Datum afwezigheidsverklaring bepaalt of hij nog erfgerechtigd
was
Niet uitgesloten of vervallen verklaard zijn om te kunnen erven
o Ontzetting uit het ouderlijk gezag.
Kan niet erven van kinderen
Ook niet van voormalig echtgenoot of wettelijk samenwonende, op
vraag van afstammelingen(art. 4.23, §6 BW)
Niet onwaardig zijn
o = civiele straf die ook kan gelden, los van een strafrechtelijke veroordeling
o 3 gronden die leiden tot de onwaardigheid om te erven: (altijd via
gerechtelijke procedure!)
Feiten plegen die geleid hebben tot de dood van de erflater / poging
tot een dergelijk feit (art. 4.6, §1, 1° en §2 BW)
Idem maar dader/ mededader/ medeplichtige is reeds overleden (art.
art. 4.6, §1, 2°)
Feiten plegen die een ernstige inbreuk betekenen op de fysieke
integriteit van de decuius zonder de dood tot gevolg (huislijk geweld)
Vergiffenis mogelijk enkel hier! (art. 4.7 bw) moet zwart op wit!
Gevolgen van onwaardigheid zijn:
Uitsluiting van de nalatenschap van de decuius
Schenking/ legaat blijven behouden, maar kunnen wegens ondankbaarheid
herroepen worden
Kinderen van de onwaardige erfgenaam komen in zijn plaats (plaatsvervulling)
De onwaardige verliest het vruchtgebruik op de erfgoederen ten voordele van zijn
kinderen indien deze meerderjarig zijn (kan wel naar moeder/ vader van hen)
Bij vooroverlijden van zijn kinderen, waar hij tot diens nalatenschap zou komen, kan
hij nooit die goederen erven, afkomstig uit de erfenis waar hij uitgesloten was
Hij heeft ook geen recht meer op de reserve (= stukje die je normaal sws krijgt)
, Leer van de comerientes; wat als familie normaal van elkaar zouden erven gelijktijdig
overlijden? Dus overlijdensakte op zelfde tijdstip? (art. 4.5 BW)
Ze erven niet van elkaar.
Wettelijke devolutie.
Hoe kan je toch iets nalaten aan een firma?
Via testament!
Een legaat is een bepaalde beschikking in een testament waarbij een erflater (de persoon
die het testament opstelt) een specifiek goed, een geldsom of een recht nalaat aan een
bepaalde persoon of organisatie (de legataris).
Hoofdstuk 3: Wettelijke erfgerechtigden
Wie is wettelijk erfgerechtigd?
Bloedverwanten
o Afstammelingen rechtelijn dalend (= descenten)
o Ascendenten rechte lijn stijgend (= ouders, grootouders, overgrootouders..)
o Zijverwanten zij lijn (bevoorrecht en niet-bevoorrecht!)
Langstlevende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner
4 ordes:
EERSTE ORDE
= Afstammelingen (= descendenten)
= rechte lijn dalend
TWEEDE ORDE
= bevoorrechte zijverwanten (= collateralen) (= broes of zussen, en hun afstammelingen)
EN
Moeder en/ of vader indien nog in leven
Indien er geen collateralen zijn, behoren moeder en of vader tot de 3de orde
DERDE ORDE
= Ascendenten bij afwezigheid collateralen
= verdere ascendenten zoals GV/ GM
= vaderlijke linie & moederlijke linie (= kloving ; elk ½ van kind)
VIERDE ORDE
= niet-bevoorrechte zijverwanten (oom, tante, afstammelingen van oom & tante, groottante
= moederlijke en vaderlijke linie (= kloving)
Maar: grootoom & groottante hun kinderen erven nooit bij plaatsvervulling!!!
Hoofdstuk 1: erven
Basisbegrippen
Erfgenaam = diegene die erft
Wettelijke erfgenaam = geen testament of een testament is onvolledig
Testamentaire erfgenaam = je wordt bij naam genoemd in een testament
Contractuele erfgenaam = partner die overlijdt was gehuwd en er is sprake van een
huwelijkscontract (niet voor samenwonenden)
Volle eigendom = vruchtgebruik + naakte eigendom
Je mag erfenis verwerpen of aanvaarden onder voorrecht (= nooit met
privévermogen moeten opdraaien om schulden te betalen)
Wij behandelen wettelijke devolutie!
Openvallen van de nalatenschap
= het ogenblik waarop de titularis overlijdt (art. 4.1 BW)
Het overlijden wordt bewezen:
Door de overlijdensakte, opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand van
de plaats waar de persoon is overleden (art. 55, §1 oud BW). Deze akte vermeldt het
tijdstip van het overlijden, evenals onder meer de naam en de geboorteplaats en -
datum van de overledene (art. 41 en 56 oud BW)
Door een vonnis dat het overlijden gerechtelijk vaststelt (art. 126 oud BW), het vonnis
vermeldt de datum van het overlijden.
Uitzonderlijk kan de nalatenschap openvallen zonder dat het overlijden vastgesteld is. Dat
gebeurt als een persoon afwezig verklaard is (art. 118 oud BW). Het vonnis dat die persoon
afwezig verklaart, geldt als een akte van de burgerlijke stand. Het heeft alle gevolgen van het
overlijden vanaf de datum van de opmaak van de akte van afwezigheid (art. 121, §2 oud BW)
Devolutie
= de personen die als erfgerechtigden tot een opengevallen nalatenschap geroepen worden,
worden aangewezen door de regels van de devolutie (of toewijzing) van de nalatenschap.
Hier bestaan ook de wettelijke, testamentaire of contractuele devolutie.
,Gevolgen van het openvallen van de nalatenschap
Zodra de nalatenschap openvalt, gaat ze van rechtswege over op de erfgerechtigden (art. 4.2
en 4.39 NBW). De datum waarop de nalatenschap openvalt is daarom belangrijk. Op of vanaf
dat tijdstip:
Bepaalt men welke goederen en welke schulden tot het vermogen van de erflater
behoren en tot de rekenboedel moeten gerekend worden (art. 4.153 NBW)
Beoordeelt men de roeping en de bekwaamheid van de erfgerechtigden (art. 4.4
NBW), volgens de wet die op dat ogenblik van toepassing is
Beoordeelt men welk onroerend goed van de erflater tot gemeenschappelijke
verblijfplaats diende, indien de erflater gehuwd (art. 2.3.2, derde lid ; art. 4.20 ; art.
4.147, §2 BW) of wettelijk samenwonend was (art. 4.23,§1 en §3 BW)
Beginnen de termijnen te lopen om de nalatenschap te aanvaarden (art. 4.36 BW),
alsook de termijnen voor ‘inventaris en beraad’ (art. 4.37, §2, eerste lid BW) en om de
aangifte van van nalatenschap in te dienen
Bepaald men in principe de waarde van de gelegateerde goederen die moeten
worden ingebracht (art. 4.90, §1 BW):
Wordt het eindcijfer van de index bepaald die moet worden toegepast om de waarde
van de geschonken goederen te actualiseren, op basis van de intrinsieke waarde
ervan op het tijdstip van de schenking (art. 4.90, §2 BW)
Loopt van rechtswege interest op de waarde van geschonken goederen die in de
nalatenschap moet worden ingebracht (art. 4.91 BW)
Waar valt de nalatenschap open?
De woonplaats van de DC op ogenblik van overlijden.
Ongeacht of hij daar ook in de bevolkingsregisters was ingeschreven
Of! De hoofverblijf/ gewone verblijfplaats van de DC
Waarom is die plaats belangrijk?
Omdat deze plaats bepaalt welke rechtbank territoriaal bevoegd is om kennis te nemen van
een vraag of geschil met betrekking tot een opengevallen nalatenschap.
,Hoofdstuk 2: Erfbekwaamheid
Er zijn 4 voorwaarden om te kunnen erven/ om de erfenis te aanvaarden
Bestaan op het moment van openvallen van de nalatenschap
o = juridisch bestaan begint bij de geboorte; fysieke persoon (dus geen
rechtsperstoon, ook geen niet geboren kind)
o Maar: als ongeboren kind geboren wordt na dood ouder, dan kan het wel
erven als het al reeds verwekt was! (art. 326 BW)
In leven zijn op het ogenblik van openvallen van de nalatenschap (art. 4.5 BW)
o = in leven zijn bij dood Decuius, mag heel kort zijn. (zit dus in zijn vermogen en
gaat dan over op zijn erfgenamen)
o Problematiek van de
Afwezige
Onzekerheid van zijn bestaan
Kan vertegenwoordigd worden door een gerechtelijke
bewindvoerder (art. 115,§1 BW)
Vermiste
Datum afwezigheidsverklaring bepaalt of hij nog erfgerechtigd
was
Niet uitgesloten of vervallen verklaard zijn om te kunnen erven
o Ontzetting uit het ouderlijk gezag.
Kan niet erven van kinderen
Ook niet van voormalig echtgenoot of wettelijk samenwonende, op
vraag van afstammelingen(art. 4.23, §6 BW)
Niet onwaardig zijn
o = civiele straf die ook kan gelden, los van een strafrechtelijke veroordeling
o 3 gronden die leiden tot de onwaardigheid om te erven: (altijd via
gerechtelijke procedure!)
Feiten plegen die geleid hebben tot de dood van de erflater / poging
tot een dergelijk feit (art. 4.6, §1, 1° en §2 BW)
Idem maar dader/ mededader/ medeplichtige is reeds overleden (art.
art. 4.6, §1, 2°)
Feiten plegen die een ernstige inbreuk betekenen op de fysieke
integriteit van de decuius zonder de dood tot gevolg (huislijk geweld)
Vergiffenis mogelijk enkel hier! (art. 4.7 bw) moet zwart op wit!
Gevolgen van onwaardigheid zijn:
Uitsluiting van de nalatenschap van de decuius
Schenking/ legaat blijven behouden, maar kunnen wegens ondankbaarheid
herroepen worden
Kinderen van de onwaardige erfgenaam komen in zijn plaats (plaatsvervulling)
De onwaardige verliest het vruchtgebruik op de erfgoederen ten voordele van zijn
kinderen indien deze meerderjarig zijn (kan wel naar moeder/ vader van hen)
Bij vooroverlijden van zijn kinderen, waar hij tot diens nalatenschap zou komen, kan
hij nooit die goederen erven, afkomstig uit de erfenis waar hij uitgesloten was
Hij heeft ook geen recht meer op de reserve (= stukje die je normaal sws krijgt)
, Leer van de comerientes; wat als familie normaal van elkaar zouden erven gelijktijdig
overlijden? Dus overlijdensakte op zelfde tijdstip? (art. 4.5 BW)
Ze erven niet van elkaar.
Wettelijke devolutie.
Hoe kan je toch iets nalaten aan een firma?
Via testament!
Een legaat is een bepaalde beschikking in een testament waarbij een erflater (de persoon
die het testament opstelt) een specifiek goed, een geldsom of een recht nalaat aan een
bepaalde persoon of organisatie (de legataris).
Hoofdstuk 3: Wettelijke erfgerechtigden
Wie is wettelijk erfgerechtigd?
Bloedverwanten
o Afstammelingen rechtelijn dalend (= descenten)
o Ascendenten rechte lijn stijgend (= ouders, grootouders, overgrootouders..)
o Zijverwanten zij lijn (bevoorrecht en niet-bevoorrecht!)
Langstlevende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner
4 ordes:
EERSTE ORDE
= Afstammelingen (= descendenten)
= rechte lijn dalend
TWEEDE ORDE
= bevoorrechte zijverwanten (= collateralen) (= broes of zussen, en hun afstammelingen)
EN
Moeder en/ of vader indien nog in leven
Indien er geen collateralen zijn, behoren moeder en of vader tot de 3de orde
DERDE ORDE
= Ascendenten bij afwezigheid collateralen
= verdere ascendenten zoals GV/ GM
= vaderlijke linie & moederlijke linie (= kloving ; elk ½ van kind)
VIERDE ORDE
= niet-bevoorrechte zijverwanten (oom, tante, afstammelingen van oom & tante, groottante
= moederlijke en vaderlijke linie (= kloving)
Maar: grootoom & groottante hun kinderen erven nooit bij plaatsvervulling!!!