DE NIEUWE RECHSTORDE EN LIDMAATSCHAP
VEU = Verdrag betreffende de Europese Unie: Grondverdrag, zeer fundamenteel, abstracter, principieel, instellingen,
toetreding, uittreding
VWEU = Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie: Meer over bevoegdheden, de deelgebieden (intern
& extern optreden (iedereen en alles buiten de Europese unie))
Waarom 2 verdragen?
Historisch gegroeid, verschillende verdragen & verschillende samenwerkingen. Verdrag van Lissabon is de laatste
keer dat er echt veranderingen zijn gebeurd.
OEF 1: Ruritanië bij de Unie
Ruritanië is een dwergstaat tussen Roemenië en Servië. Ruritanië wil graag lid worden van de EU. Het
plan wordt enthousiast onthaald in het Europees Parlement. Het merendeel van de parlementsleden is overtuigd
van de noodzaak van uitbreiding. De Ruritaanse president houdt een dramatische speech waarin hij zegt:
"Binnenkort zal Ruritanië een trouwe Lidstaat van de EU zijn", waarna een volksfeest uitbreekt.
De reactie van de lidstaten is ontnuchterend. Zelfs Roemenië verklaart dat Ruritanië nog lang geen EU-lid is.
Verschillende lidstaten maken zich zorgen over het zwakke staatsapparaat van Ruritanië en vrezen een politiek en
economisch zwak broertje binnen de EU.
a) Welke stappen moet Ruritanië doorlopen om lid te worden van de EU? Zal het land daarin slagen, gezien de
steun van het Europees Parlement en de bezwaren van verschillende Lidstaten?
Art 49 VEU: regelt toetreding tot de Europese Unie voor ‘elke Europese Staat die de in art 2 bedoelde waarden
eerbiedigt en zich ertoe verbindt deze uit te dragen’
In dit artikel staan er 2 stappen, maar er zijn er meer (p.62 HB)
STAP 1: VERZOEK door LS bij de Raad
> RAAD RAADPLEEGT DE COMMISSIE
> EUROPEES PARLEMENT GEEFT GOEDKEURING
Raad beslist over kandidaat-lidmaatschap, in de Raad zitten vertegenwoordigers van de lidstaten. Bij deze
eerste stap kan dus in de casus Roemenië de toegang blokkeren voor het kandidaat-lidmaatschap
- WACHTKAMER kandidaat-lid -
STAP 2: ONDERHANDELINGEN met commissie
Alles dat al bestaat moet bekeken worden, want dat moet bij de kandidaat-lidstaat geïmplementeerd worden
STAP 3: VERDRAG sluiten (internationaal); kandidaat-lidstaten & lidstaten
elke individuele lidstaat staat aan de andere kant van het verdrag
Lidstaten beslissen (hier zou Roemenië ook kunnen blokkeren, stel ze hadden de eerste keer wel toegestemd)
Uitgebreide stappen:
,STAP 1: volgens art 49 VEU besluit de Raad met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van de Commissie en na
goedkeuring van Europees parlement, dat zich uitspreekt bij meerderheid van zijn leden.
STAP 2: de lidstaten en de kandidaat-lidstaten komen op intergouvernementele wijze de voorwaarden voor
toetreding en de daaruit voortvloeiende aanpassingen van de verdragen overeen.
STAP 3: In de praktijk brengt de Commissie een eerste advies uit en neemt de Raad een eerste besluit om de
procedure te openen.
Het eigenlijke advies van de Commissie en de besluiten van het Europees Parlement en de Raad komen er pas na de
afsluiting van de onderhandelingen met de kandidaat-lidstaat.
In feite onderhandelt de kandidaat-lidstaat met de Unie-instellingen en dus niet met de lidstaten als zodanig.
STAP 4: De raad onderhandelt op grond van de gemeenschappelijke standpunten die hij op voorhand vaststelt en
draagt in sommige aangelegenheden de Commissie op om met de kandidaat-lidstaten te onderhandelen.
STAP 5: het uiteindelijke akkoord wordt gesloten tussen de lidstaten en kandidaat-lidstaten en treedt in werking na
bekrachtiging tot alle staten volgens hun onderscheidden grondwettelijke bepalingen. (ART 49, 2de alinea VEU)
EU moet eerst toestaan dat je kandidaat wordt → 2 beslissingsmomenten: één in het begin en één op het einde van
de procedure → Beslissend is de houding van de lidstaten in de Raad, aangezien die unaniem akkoord moeten gaan
op meerdere momenten: bij de start van de onderhandelingen én bij de goedkeuring van het toetredingsverdrag.
Dit sluit aan bij art 16 VEU, omdat de Raad bestaat uit lidstaten die bindend beslissen, en hun unanieme instemming
cruciaal is bij beide beslissingsmomenten in art 49 VEU.
KOPENHAGEN-CRITERIA (p 61)
= om kandidaat lid te worden (niet voor het lidmaatschap zelf) vastgelegd door de Raad:
1. Europees land, elke Europese staat kan lidmaatschap aanvragen (geografisch, cultureel & historisch
bepaald)
2. Staat aan Art. 2 VEU voldoen: stabiele instellingen
3. Goed functionerende markteconomie
4. De volledige Europese wetgeving overnemen en implementeren in de lidstaat
VB: Oekraïne (voldoet enkel aan goed functionerende markt niet), Marokko (≠ Europese staat)
Raad van Europa → is GEEN EU-instelling → aparte internationale organisatie
Raad van Europese Unie + Europese Raad → zijn wél EU-instellingen
Één lidstaat kan het proces blokkeren, want de Raad moet unaniem beslissen
Acquis communautaire → het lidmaatschap impliceert traditioneel de aanvaarding van het acquis communautaire.
Een kandidaat-lidstaat moet het volledige EU-recht (acquis) overnemen en toepassen.
Toetredingsprocedure kan 10 tot 15 jaar duren!
b) Stel dat lidmaatschap voorlopig politiek onmogelijk is. Op welke manier kan Ruritanië alsnog de banden
aanhalen met de EU? Volstaat dit alternatief om de economische en politieke verbondenheid te bereiken
waarnaar het land streeft?
,Art 217 VWEU vormt de juridische basis voor het sluiten van associatieovereenkomsten met derde landen =
samenwerkingsakkoord, tussen EU en een niet EU-land
Deze overeenkomsten creëren een hechte samenwerking op politiek, economisch en soms juridisch vlak.
Een associatiepartner is een land dat zich heeft verbonden tot hervormingen op vlak van economie, politiek en
rechtsstaat, met het oog op convergentie met het EU-beleid en EU-wetgeving.
Een associatieverdrag is géén garantie op EU-lidmaatschap! Wel biedt het een geprivilegieerde relatie met de
EU, het is de meest uitgebreide vorm van samenwerking voor niet-leden. Associatieverdrag is zeer goede
voorbereiding om lid te worden, want ze kennen al heel veel van het EU-recht. Er is al heel veel op voorhand
geregeld en al veel dat is overgenomen in de nationale wetgeving. Een associatieverdrag wordt vaak gezien als
een voorbereiding op toekomstig lidmaatschap.
→ Niet te verwarren met een vrijhandelsverdrag
Een vrijhandelsverdrag focust uitsluitend op economische samenwerking, terwijl een associatieverdrag veel
breder is (ook politieke dialoog, mensenrechten, justitie...).
Voorbeelden van landen met nauwe banden, maar zonder EU-lidmaatschap:
• Oekraïne: heeft een associatieovereenkomst met de EU sinds 2017.
• Verenigd Koninkrijk: na Brexit heeft het een vrijhandelsverdrag, maar géén associatieverdrag.
• Zwitserland: géén associatieovereenkomst, maar wél honderden bilaterale verdragen met de EU.
• Noorwegen (samen met IJsland en Liechtenstein): maakt deel uit van de EER en neemt bijna alle EU-
wetgeving over, zonder zelf lid te zijn. Historisch gegroeid → hebben een hele nauwe samenwerking
met EU
Negatieve kanten van associatieovereenkomst → je bent enkel aan de aanvarende kant en mag zelf niet
meebeslissen.
Associatieovereenkomst duurt ook heel lang om te sluiten
, OEF 2: Een Slovaaks schandaal (deel 1)
Slovakije is sinds 2004 EU-lid, maar beweegt recent in eurosceptische richting. Na een kritisch artikel van journaliste
Ana over de politie, publiceert een commissaris uit wraak haar thuisadres online. Ana voelt zich bedreigd en beroept
zich op artikel 16(1) VWEU: "Eenieder heeft recht op bescherming van zijn persoonsgegevens." Toch verliest ze in
eerste aanleg. De Slovaakse rechter oordeelt dat deze bepaling pas geldt na omzetting in nationaal recht (dualistisch
systeem).
De zaak komt via een prejudiciële vraag bij het Hof van Justitie. Slovakije stelt dat het Hof zich niet mag mengen,
omdat het om nationaal staatsrecht gaat. Het Hof verwerpt dit en past Van Gend & Loos toe: EU-recht is een
autonome rechtsorde en artikel 16(1) VWEU heeft rechtstreekse werking. Ana mag zich er dus wél op beroepen. De
nationale rechter moet nu oordelen over een eventuele schadevergoeding.
a) Waarom argumenteert Slovakije dat de rechtsvraag in deze casus een kwestie is van Slovaaks staatsrecht
en niet van Europees recht?
Procedureel argument (volgens Slovakije):
Het Hof van Justitie mag zich enkel uitspreken over de geldigheid en interpretatie van EU-recht (art 267 VWEU),
de toepassing ervan op de concrete zaak is een taak van de nationale rechter.
Volgens Slovakije gaat het in deze zaak niet over een interpretatievraag, maar over de toepassing van art 16(1)
VWEU binnen het Slovaaks rechtssysteem.
→ Slovakije ziet dit dus als een kwestie van nationaal staatsrecht, waarover het Hof zich volgens hen niet mag
uitspreken. Slovaakse rechter zegt dat het enkel zijn bevoegdheid is om te beslissen (op moment van G&L was
dat nog gangbaar, maar toen is er gezegd geweest dat het toch niet juist is, dus dat het omgekeerd moet, drm is
G&L revolutionair)
→ Revolutionair: het afpakken van de bevoegdheid van de nationale rechter en daarna een nieuwe rechtsorde
noemen om de Europese rechter te laten oordelen.
Inhoudelijk argument (volgens Slovakije):
Art 16(1) VWEU zou geen rechtstreekse werking hebben omdat:
• Het niet duidelijk en onvoorwaardelijk genoeg is,
• En het aan de nationale wetgever is om deze bepaling om te zetten in nationaal recht.
→ In een dualistisch systeem, zoals dat van Slovakije, heeft een verdragsbepaling pas rechtstreekse werking na
omzetting door een nationale wet.
Daarom kan Ana zich volgens hen niet rechtstreeks op art 16(1) VWEU beroepen.
Monisme
→ In een monistisch systeem wordt internationaal recht automatisch onderdeel van het nationale recht.
→ Er is geen omzetting nodig: internationale en Europese normen hebben rechtstreekse werking in de nationale
rechtsorde.
→ België is een monistisch land.
Dualisme
→ In een dualistisch systeem moet internationaal of EU-recht eerst worden omgezet in nationale wetgeving.
→ Pas daarna kan het toegepast worden door nationale rechters.
→ Lidstaten behouden zo meer controle over wat in hun nationale rechtsorde wordt opgenomen.