Het axiaal skelet
De schedel (os cranium)
= een geheel van verschillende botstructuren, die samen het deel van het skelet vormen
dat vorm geeft aan het hoofd van een mens
→ functie: voornaamste functie van de schedel is bescherming v/d hersenen
De schedel bestaat uit verschillende onderdelen:
• De hersenschedel, die we onderverdelen in 2 gedeelten
• Het schedeldak (rood )
• De schedelbasis (blauw)
• Aangezichtsschedel (geel).
De hersenschedel bestaat uit deze 8 botten:
• 1 os frontale (voorhoofdsbeen)
• 1 os ethmoidale (zeefbeen)
• 1 os sphenoidale (wiggenbeen)
• 2 ossa parietalia (wandbeenderen)
• 2 ossa temporalia (slaapbeen)
• 1 os occipitale (achterhoofdsbeen)
De aangezichtsschedel bestaat uit de volgende 14 botten:
- 1 mandibula (onderkaak bij gewervelden of de mandibel (kaken) bij
geleedpotigen zoals insecten en schaaldieren)
- 2 maxillae (bovenkaaksbeen) (het bot v/d bovenkaak dat tanden, een deel v/d
neus & de oogkas vormt)
- 2 ossa zygomatica (jukbeen of wangbeen)
- 2 ossa nasalia (neusbeenderen)
- 2 ossa lacrimalia (traanbeen)
- 2 ossa palatina (gehemeltebeen)
- 2 conchae nasales inf. (onderste neusschelp)
- 1 os vomer (ploegschaarbeen)
,De schedelbotten uit elkaar getrokken: Deze video geeft een goed beeld van hoe de
verschillende schedelbotten in elkaar passen tot één 3D geheel. Let vooral op de vorm
en positie van de botten die binnenin zitten:
• het wiggenbeen (os sphenoidale): GEEL
• het zeefbeen (os ethmoidale): PAARS
• het traanbeen (os lacrimale): DONKER ORANJE
• het ploegschaarbeen (os vome): FEL BLAUW
• de onderste neus schelpen (conchae nasales inferiores): DONKER GROEN
(inferior turbinate)
• de gehemeltebeenderen (ossa palatinae): DOF GROEN/BLAUW (palatine bone)
→ video hieronder
https://youtu.be/FrpVzSK23Q0
schedelbasis
De schedelbasis wordt pas zichtbaar als we de schedel horizontaal (transversaal)
door snijden, het dak en de hersenen verwijderen en er van boven op kijken.
De schedelbasis bestaat uit het os frontale, os ethmoidale, os sphenoidale, os
temporale en het os occipitale. Deze hersenpan kan je ruwweg onderverdelen in
een voorste, middelste en achterste schedelgroeve. De voorste en middelste
schedelgroeve dragen de grote hersenen, de tussenhersenen en delen van de
hersenstam. De achterste schedelgroeve ondersteunt de kleine hersenen. Het
foramen magnum (achterhoofdsgat) laat ruimte voor de verbinding tussen de
hersenstam en het ruggenmerg.
Hfbjfo
, Op bovenstaande figuur is ook het turks zadel (onderdeel van het os sphenoidale,
waarin de hypofyse past) en de rotsbeenderen (onderdeel van het os temporale met de
gehoorsbeentjes) goed zichtbaar. De rotsbeenderen bevatten het middenoor met de
gehoorbeentjes. Het os temporale heeft aan de buitenkant een opening voor de
uitwendige gehoorgang.
De neusbijholte (paranasale sinussen)
Niet alle schedelbotten zijn massief. De paranasale sinussen of neusbijholten zijn holtes
in de aangezichtsbeenderen die gevuld zijn met lucht en slijm. Ze maken de schedel
lichter en vormen een aanzienlijk oppervlak met slijmvlies dat de neusholte reinigt en
bevochtigd. Daarnaast fungeren ze ook als klankkast voor de stemvorming (fonatie).
De schedel (os cranium)
= een geheel van verschillende botstructuren, die samen het deel van het skelet vormen
dat vorm geeft aan het hoofd van een mens
→ functie: voornaamste functie van de schedel is bescherming v/d hersenen
De schedel bestaat uit verschillende onderdelen:
• De hersenschedel, die we onderverdelen in 2 gedeelten
• Het schedeldak (rood )
• De schedelbasis (blauw)
• Aangezichtsschedel (geel).
De hersenschedel bestaat uit deze 8 botten:
• 1 os frontale (voorhoofdsbeen)
• 1 os ethmoidale (zeefbeen)
• 1 os sphenoidale (wiggenbeen)
• 2 ossa parietalia (wandbeenderen)
• 2 ossa temporalia (slaapbeen)
• 1 os occipitale (achterhoofdsbeen)
De aangezichtsschedel bestaat uit de volgende 14 botten:
- 1 mandibula (onderkaak bij gewervelden of de mandibel (kaken) bij
geleedpotigen zoals insecten en schaaldieren)
- 2 maxillae (bovenkaaksbeen) (het bot v/d bovenkaak dat tanden, een deel v/d
neus & de oogkas vormt)
- 2 ossa zygomatica (jukbeen of wangbeen)
- 2 ossa nasalia (neusbeenderen)
- 2 ossa lacrimalia (traanbeen)
- 2 ossa palatina (gehemeltebeen)
- 2 conchae nasales inf. (onderste neusschelp)
- 1 os vomer (ploegschaarbeen)
,De schedelbotten uit elkaar getrokken: Deze video geeft een goed beeld van hoe de
verschillende schedelbotten in elkaar passen tot één 3D geheel. Let vooral op de vorm
en positie van de botten die binnenin zitten:
• het wiggenbeen (os sphenoidale): GEEL
• het zeefbeen (os ethmoidale): PAARS
• het traanbeen (os lacrimale): DONKER ORANJE
• het ploegschaarbeen (os vome): FEL BLAUW
• de onderste neus schelpen (conchae nasales inferiores): DONKER GROEN
(inferior turbinate)
• de gehemeltebeenderen (ossa palatinae): DOF GROEN/BLAUW (palatine bone)
→ video hieronder
https://youtu.be/FrpVzSK23Q0
schedelbasis
De schedelbasis wordt pas zichtbaar als we de schedel horizontaal (transversaal)
door snijden, het dak en de hersenen verwijderen en er van boven op kijken.
De schedelbasis bestaat uit het os frontale, os ethmoidale, os sphenoidale, os
temporale en het os occipitale. Deze hersenpan kan je ruwweg onderverdelen in
een voorste, middelste en achterste schedelgroeve. De voorste en middelste
schedelgroeve dragen de grote hersenen, de tussenhersenen en delen van de
hersenstam. De achterste schedelgroeve ondersteunt de kleine hersenen. Het
foramen magnum (achterhoofdsgat) laat ruimte voor de verbinding tussen de
hersenstam en het ruggenmerg.
Hfbjfo
, Op bovenstaande figuur is ook het turks zadel (onderdeel van het os sphenoidale,
waarin de hypofyse past) en de rotsbeenderen (onderdeel van het os temporale met de
gehoorsbeentjes) goed zichtbaar. De rotsbeenderen bevatten het middenoor met de
gehoorbeentjes. Het os temporale heeft aan de buitenkant een opening voor de
uitwendige gehoorgang.
De neusbijholte (paranasale sinussen)
Niet alle schedelbotten zijn massief. De paranasale sinussen of neusbijholten zijn holtes
in de aangezichtsbeenderen die gevuld zijn met lucht en slijm. Ze maken de schedel
lichter en vormen een aanzienlijk oppervlak met slijmvlies dat de neusholte reinigt en
bevochtigd. Daarnaast fungeren ze ook als klankkast voor de stemvorming (fonatie).