Samenvatting deel EXTERN Recht:
PWP: 1. priv extern commentaar 1:
PRIVAATRECHTS-GESCHIEDENIS DEEL EXTERN recht:
Waarom slides met audiocommentaar:
We hebben dus 2 stukken: 1 in het auditorium en 2 in de vorm van slides met
audiocommentaar. Het deel recht en het deel geschiedenis, geschiedenis is
gemakkelijker dus dat krijgen we via audiocommentaar. Deel recht is wel pakje
moeilijker zegt prof.
Juridische deel is belangrijker als het historische deel zegt prof!
Historische deel: gemakkelijker te begrijpen: slides met audiocommentaar
Juridische deel: moeilijker: daarom hoorcollege in auditorium
Door deze werkwijze meer tijd in de les voor moeilijke zaken
PRAKTISCHE REGELINGEN*
• INLEIDING DEZE CURSUS:
• WAT
• WAAROM
• HOE
PRAKTISCH:
• Geen hoorcollege voor deel extern recht
Voor intern recht wel (zie hierboven).
• Leerstof: slides met commentaar, behalve slides aan het einde (studietips,
voorbeeldvragen, leestips, toerismetips, leuk om weten)
Wat moet je kennen? Commentaar bij de slides voor extern recht, soms zegt prof
dit moet je niet kennen (bv soms bepaalde datums gewoon weten 1 ste helft 3e
eeuw). Ook slides aan het einde van het hoofdstuk met studietips erin, is sterk
aangeraden dat je dit bekijkt.
Er zullen ook voorbeeldvragen zijn, zijn vergelijkbaar met die vragen van op het
examen. Prof geeft soms ook leestips, soms heel zware literatuur, soms iets
luchtiger, soms ook toerismetips, ook leuk om te weten (zijn niet te kennen maar
wel leuk om te weten), …
• Boek: D. Heirbaut, Privaatrechtsgeschiedenis van de Romeinen tot het
Belgisch Burgerlijk Wetboek
1
,Boek is geen leerstof maar wel goed om naast u te leggen. Als zaken niet
uitgebreid in de slides vermeld worden kun je wel teruggrijpen op het boek.
Examen (wetboek)
Op examen mag je wetboeken meenemen (best zowel nieuwe als oude BW). Voor
deel extern recht heb je u wetboek niet zo zeer nodig zegt prof, wel voor deel
interne rechtsgeschiedenis.
PRAKTISCH:
• Slides met audiocommentaar
• Minder lang dan de les
• Reden: herhalingen
• Niet op eigen tempo doornemen: volgens instructies via Ufora
• Zal gebeuren per 1 à 2 hoofdstukken of delen ervan: pedagogisch
zinvoller
• Timing: niet de laatste weken
• Vragen: via Padlet, ook suggesties
• U kan uiteraard de slides zelf bewerken
Elke week zal de prof vermelden welke PowerPoints we moeten bekijken voor
extern recht. Waarschijnlijk de laatste weken moeten we geen slides meer
doornemen, omdat we het dan drukker gaan hebben, dus vroeg genoeg beginnen
en elke week u PPs doornemen. Vroeger slides bekijken mag later liefst
vermijden. Vragen beantwoord hij pas van de deeltjes die hij aangeraden heeft.
En ook vragen veel erna over een vorig stuk beantwoord hij de vragen niet van.
PRAKTISCH:
• Enkele specifieke punten
• OVERZICHTSSLIDES
Die overzichtslides zijn er voor bedoeld om te weten waar we zitten in de cursus,
daar staan een asterisk bij (een sterretje), bij overzichtsslides staat er gewoon
wat we gaan behandelen. Ze zijn van erom belang, kan zijn da er een vraag is
van bespreek mij het ius commune op 1 blad, dan heb je best een goed overzicht
vandaar heb je die overzichtslides nodig.
• Asterisk
• Normaal gezien geen commentaar
• MAAR: ENORM BELANGRIJK
PRAKTISCH:
2
,We hebben ook onderbroken slides, dit zijn slides waar er iets op staat en die dan
een aparte slide krijgt dat iets onderbreekt. Dus slide met 10 puntjes dan bij punt
5 iets apart zeggen dan heb je 1-4 besproken en dan komt die slide van puntje 5
en dan komt die ene slide met die 10 punten terug. Hij raad aan
• Enkele specifieke punten
• OVERZICHTSSLIDES
• Onderbroken slides
Voor alle duidelijkheid:
• Slides zijn vooraf beluisterd door: Filip Batselé, Pieterjan Schepens, Jasper
Van de Woestijne en Florenz Volkaert (doctorandi van prof).
• Maar: fouten en onduidelijkheden blijven mogelijk. Geef die dus zeker door
op Padlet.
Studietip:
Benadruk die overzichtsslides is de tip, vooral grote lijnen goed kennen, leg daar
dus echt de nadruk op!
Leestip:
Zie de boeken vermeld in de studiefiche
Wikipedia ?
Rechtshistorische Courant: abonneren via mail naar
Voor alle duidelijkheid:
Op het einde van elk stuk kunnen er slides komen van:
- Leestips
- Voorbeeldvragen
- Toerismetips
- Leuk om weten
- Etc.
Zijn uiteraard geen leerstof, is voor de cursus aangenaam te maken.
PRAKTISCHE REGELINGEN:
• INLEIDING DEZE CURSUS:
• WAT*
• WAAROM
3
, • HOE
WAT?
• RECHT
= het geheel van sanctioneerbare regels die het leven in een gemeenschap
regelen.
• RECHTSGESCHIEDENIS,
Goed recht probeert ervoor te zorgen dat het logisch is, er zijn in het recht ook
heel wat regels die niet logsich zijn en daar heb je wel geschiedenis voor ndoig
om ze te kunnen begrijpen.
Vb: EOT, ze zijn er over eens dat ze uit elkaar gaan en ze kunnen alles perfect
regelen wie wat krijgt, de logica zou zijn dat ze gewoon naar het gemeentehuis
gaan en daar alles regelen en registreren. Op die logische manier gebeurt het
niet. In B is het geval dat als je uit elkaar gaat zonder ruzie moet je toch naar de
rechtbank. Waarom is dit dan? Dit is nog een erfenis van de kerk in de
middeleeuwen die wou niet dat er echtscheidingen waren daarom zeiden ze dat
je via de rechtbank moet gaan passeren als je dat wilt doen. Dit is dus blijven
hangen, vandaar is die geschiedenis dus interessant om het recht te begrijpen
want recht ≠ logica
Voorbeeld: EOT
Voorbeeld: art. 1674 B.W. van 1804
betekent dus eigenlijk als je iets hebt
gekocht dan kun je in bepaalde gevallen
zoals in het artikel beschreven het contract
nietig wegens benadeling laten verklaren.
Niemand spreekt met 7/12, niemand zegt
dat, ze bedoelen eigenlijk minder dan de
helft. Waarom dat niet gewoon genoteerd?
Daarvoor moeten we ook naar de
geschiedenis kijken.
want logica is soms schijn
Voorbeeld: art. 1382 B.W. van 1804
OPGELET:
• BW van 1804 = ‘Oud Burgerlijk Wetboek’
• BBW = Belgisch Burgerlijk Wetboek
WAT (vervolg↑)
4
, • RECHT
• RECHTSGESCHIEDENIS,
want recht ≠ logica
Voorbeeld: EOT
Voorbeeld: art. 1674 BW van 1804
want logica is soms schijn
Voorbeeld: art. 1382 BW van 1804
Soms lijkt het recht logisch te zijn maar is het niet logisch, vb: 1382 oud BW dit
artikel vinden we wel logisch maar eigenlijk is het niet logisch. Vb: je studeert
rechten en hebt een lief, getrouwd na u studie rechten en hebt een kindje,
kleutertje in de hand van papa en andere in mama. Ineens motor die kind dood
rijdt 200km/u. privaatrechtelijk zou je moeten redeneren kind overrijden mag
niet, is een fout er is schade en er is oorzakelijk verband. Zo redeneren op dat
moment is niet logisch, u eerste reactie is hem vermoorden die motorguy, u
reactie is wraak nemen. Dat is ook wat eeuwenlang logisch is geweest, dat is
altijd zo geweest vroeger dat je wraak neemt. Onze moderne maatschappij wilt
dus niet dat je wraak neemt en heeft u geïndoctrineerd zodat je dat niet zou
doen. dus eigenlijk si het niet logsich maar denken we dus van wel.
OPGELET:
Artikel 1382 wordt artikel 6.6 BW
WAT?
• RECHT
• RECHTSGESCHIEDENIS (heeft 2 onderscheiden die we moeten kennen)
• EXTERN
• INTERN
• RECHTSGESCHIEDENIS
• PUBLIEK
• PRIVAAT
WAT?
• INTERN RECHT
= gaat om de rechtsregels zelf. Vb: hoe
zat het vroeger met echtscheiding of dwaling in het verbintenissenrecht.
Internrecht is het belangrijkste van de cursus maar om het intern recht te kennen
moet je ook het externe recht kennen.
• EXTERN RECHT
5
, = hoe zijn die regels van het interne recht gekomen is het externe recht. Hierin
heb je een aantal bronnen van het recht, dit zijn in eerste plaats de materiele
bronnen van het recht.
• materiële bronnen van recht
recht ontstaan door maatschappelijke veranderingen en die veranderingen
noemen we materiele bronnen van recht.
Vb: computer wordt uitgevonden dus we maken er recht rond, auto komt op ook
recht rond maken.
Is dus een maatschappelijke verandering die ervoor zorgt dat er in het recht iets
moet gebeuren. Wat er dan precies gebeurt wordt dan gedaan door een formele
bron van recht.
• formele bronnen van recht
degene die het recht veranderd is dan het formele recht. Je hebt er daar een
aantal van: wetgeving door overheid, rechtspraak, rechtsleer door
rechtsgeleerden en gewoonte.
Zijn dus eigenlijk algemeen bindende afdwingbare voorschriften uitgevaardigd
door de daartoe bevoegde overheid.
Wetgever maakt niet als enige recht, ook de rechters doen dit (vroeger konden
dit zelf boeren zijn, en moest het zelf niet in een rechtsgebouw gebeuren, waren
niet professioneel, … nu dus veel professioneler. Ook rechtsleer van
rechtsgeleerden maken deel uit van het formeel recht. Moet je ook bij opletten
(konden vroeger ook mensen zijn die niet aan unif gestudeerd hebben.
Ook gewoonte is een formele bron van recht, is heel spontaan, kan op alle
mogelijke manieren. Die 4 zijn de meest voorkomende er zin ook nog andere
vromen zoals bij de Romeinen was er het zogenaamde keizersrecht, dit was
vergelijkbaar met gewone wetgeving.
• wetgeving door machthebbers
• rechtspraak door rechters
• rechtsleer door geleerden
• gewoonte door de maatschappij
OPGELET: NIET ALTIJD ZO IN ROMEINS RECHT
Je hebt daarnaast ook nog de kenbronnen van recht, dat zijn die dingen die u
informeren over de inhoud van de rechtsregels. vandaag zoek je dit gewoon op
het internet, vroeger was dit lastiger, als je dat vroeger wou weten was het vaak
niet geschreven en moest je kunnen lezen, …
In dit deel gaan we op die kenbronnen ingaan. Is veel te moeilijk is echt voor
experten.
!Dus als er bronnen gebruikt worden gaat het meestal over de formele bronnen
van recht!
• Kenbronnen: veel moeilijker vroeger
6