Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Inleiding in de sociologie (C03K4A) - volledige samenvatting

Note
-
Vendu
2
Pages
58
Publié le
27-09-2025
Écrit en
2024/2025

Volledige samenvatting inleiding tot de sociologie o.b.v. de lessen van prof. Parmentier. Geslaagd in eerste zit. Deel 'rechtssociologie' ook te koop.


















Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

Infos sur le Document

Publié le
27 septembre 2025
Fichier mis à jour le
28 septembre 2025
Nombre de pages
58
Écrit en
2024/2025
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

Samenvatting van Inleiding tot de
Sociologie




1

, Inleiding in de Sociologie
Hoofdstuk 1: op ontdekkingstocht door een onbekend
gebied? Inleiding: over de eigen aard van de samenleving

“Sociologie” = samenlevingskunde/studie vd maatschappij
- Socius < Latijn: metgezel, bondgenoot, verbondene
o = mbt interactie met anderen in klein of groot verband (alles te maken met
sociale omgeving)
- Logos < Grieks: studie, leer, kunde om toegang te krijgen tot informatie
 Samenleving in al haar dimensies:

o 3 grote niveaus:
 1) Macro-sociologisch
 = systemisch karakter van onderdelen in de samenleving (vb:
economie, religie.. = grote systemen)
 2) Meso-sociologisch
 = interacties op vlak van organisaties & instituties (vb: politieke
partijen, culturele & religieuze instellingen, economische
actoren…)
 3) Micro-sociologisch
 = interacties tussen individuen

Spanning tusen 2 benaderingen
o 1) Gericht op actie = normatieve benadering
o 2) Gericht op begrijpen = empirische benadering
-> 2 belangrijke figuren:
- 1) Sieyès (18de-19de eeuw) = religieus figuur in Frankrijk ten tijde vd Franse
revolutie
- Klachten gemaakt tav ancien régime & absolute monarchie
- Gevolg: fundamentele veranderingen in Frankrijk (door
verlichtingsfilosofen uit 18de eeuw voorbereid (vb: Voltair,
Didéro..))
- = wetenschappelijke arbeid om alle kennis te bundelen
-> neveneffect op sociale actoren die kritische vragen
stellen over de samenleving
- Schreef werk over 3de stand
- Doel:
- Hervorming vd samenleving
- Meer toegang voor gewone bevolking tot dienstverlening
- Zekere mate van gelijkheid -> idee van liberté, égalité &
fraternité
- Wetenschappers moeten zich ten dienste stellen van die ideëen:
sociologie = manier om bij te dragen aan betere samenleving
door deze te bekritseren

2

, - = activistische benadering vd sociologische wetenschap
-  Comte: sociologie = gericht op begrijpen, meer
afstand (≠ gericht op actie)
- Sociologie = normatief
- = de leer die een rechtvaardige & revolutionaire ordening vd
samenleving voorschreef (3de stand die rechten moeten krijgen)
- = ideële voorstelling over hoe de samenleving hoort te
zijn
- 2) Comte (19 eeuw) = eerste echt socioloog uit Frankrijk
de


- Sociologie = wetenschap die inzichten in samenleving zo dicht mogelijk
bundelen & exacte- of natuurwetenschappen nabootst
- = gericht op natuurlijke ordening, eerder dan veranderen ervan
- Alternatieve formulering voor sociologie
- = le physique social (= sociale fyisca)
- = meer empirische benadering, afstand (gericht op
begrijpen, ipv actie)
- = wetenschap gericht op natuurkundige wetten te vatten
om deze te kunnen voorspellen
- Sociologie = empirisch, beschrijvend
- Taak vd sociologen = samenleving op een objectieve &
empirische wijze te doorgronden

Sociologie = de studie van:
- Sociale verbanden
- Vb: gezinnen, verenigingen, bedrijven…
- = loutere berschrijving
- Wat is sociaal verband & uit hoeveel mensen bestaat het?
- Kan zijn tussen 2 personen (= diade) of meer entiteiten/mensen
omvatten (vb: politieke partijen, sportclubs.. met veel leden of die veel
mensen kunnen mobiliseren (= deelnemers aan activiteiten, ≠ lid per se))
- Kenmerken vd sociale verbanden
- = hoe relaties, samenlevingsverbanden in elkaar zitten
- Vb: sociale verbanden kunnen veranderen naargelang culturele context
& wat is cultuur volgens sociologie?
- ‘Wetmatigheden’ die onze samenleving sturen
- = fundamentele relaties, eenheden vatten (op alle niveaus), ordenen &
samenbrengen (kan op verschillende manieren)
- Sociologie bestaat uit verschillende eenheden die op
verschillende wijzen kunnen worden samengebracht
- = in wetten vd physique social, maar activistische sociologen gaan dit ook
doen
- Waarom tussen haakjes? Wetmatigheid vd sociologie ≠ hetzelfde als van
natuurkunde
- Sociologen zeggen dat er veel contengentie is in samenleving
3

, - = context die kan wijzigen waardoor wetmatigheid op
andere manier benaderd wordt
- WANT als context verandert kunnen ook manieren
waarop mensen met elkaar omgaan veranderen
- In sociologie: open einde, weinig voorspelbare toekomst
- Men probeert te voorspellen obv gegevens uit verleden,
maar is moeilijk
- Kan sprake zijn van verderzetting of juist breuk
met verleden in toekomst: uitgaan van verleden
die toekomst verderzet werkt niet in sociale
werkelijkheid
- Relativiteit vd sociale omgeving die voortdurend kan
wijzigen & tot andere gevolgen aanleiding geven

1.1 een beeld van een titel
Samenleving = speelveld met spelregels & spelers
Speelveld = plaats waar activiteit ontplooid wordt Samenlevingsspel
Spelregels = wetten & gedragsregels
Spelers = mensen, organisaties, instituties…



 Samenleving binnen domeinen vd sociologie = plaats waar mensen met elkaar
interageren volgens bepaalde spelregels
-> Bestaat uit componenten:
o 1) Speelveld
o 2) Spelregels = geheel van regels
 Vb: rechtsregels, sociale normen (etiquetteregels, onuitgesproken regels
die rol spelen in sociale interacties & manier hoe dingen lopen in
samenleving)
 Kunnen van diverse aard zijn
 ≠ allemaal dwingend
o 3) Spelers
 Samenleving = meer dan geheel van regels, ook entiteit
 Regels worden toegepast binnen bepaalde context (vb:
geografische context (verband van landen zoals EU, regio’s,..),
economische context..)
 Elke entiteit & individu (= spelers) heeft eigen regels waaraan ze
gebonden zijn binnen eigen speelveld
 Echte activiteit vd samenleving zit bij deze die gebruik maken van
speelveld & zich (on)bewust onderwerpen aan de spelregels
o Specifieke posities = positie die speler inneemt in
hiërarchie vh organische geheel
 Positie in hiërarchie ≠ onveranderlijk
o Specifieke rollen = wat men verwacht bij invulling vd
4

, positie (vb: rector zijn = interne taak van bestuur en beheer
& vertegenwoordiging vd universiteit)
 = invulling die men geeft aan positie
o Status
 Sommigen hebben hoge, anderen lage status
 Vb: topvoetballers hebben hogere status
(positionering & wijze waarop ze door
buitenwereld, modale burger worden
geevalueerd)
o Informatie & communicatie
 Spelers beschikken over informatie &
communiceren met elkaar (dragen info over) tijdens
spel
 Kan informeel (vb: berichtjes sturen, tussen
voetballers bij match, in wielerwedstrijden
met oortjes communiceren) of formeel zijn
 Heeft te maken met: hiërarchieën in samenleving &
taakverdeling
o Taakverdeling & hiërarchie
 = manier hoe men gepositioneerd is, hoe taken
worden vervuld & wat verwacht wordt
 Onderscheid:
 Formele leider = door officiële kanalen
 Informele leider = door de facto gezag in de
groep
-> Leidt tot conflicten
o Ruimte rond het speelveld in concentrische cirkels
 = mensen achter de schermen die bepalen hoe
deelnemers zich gedragen (vb: kerk, politici,
ondernemers…)
 Spelers op speelveld (moeten zich aan regels
houden (vb: tijdens voetbalmatch buitenspel, gele
en rode kaarten..)), maar ook mensen errond (vb:
tijdens voetbalmatch eerste circel van
reservespelers, technische staf, trainer erlangs ->
hoe groter veld, hoe moeilijker de communicatie,
DUS in getrapt systeem van infoverzameling & -
doorstroming voorzien via kapitein vd ploeg & in
tweede circel vh publiek die niet actief deelnemen
maar wel aan bepaalde sociale & juridische regels
moeten voldoen (niet vechten, veld betreden,
uitschelden...))

 Positie vd socioloog: neutrale waarnemer (‘tribune’)
5

, - Beschrijven vd gebeurtenissen
- Analyseren
- Verklaringen zoeken
- Positionaliteit uitspreken
➢ = voorkeuren, ervaringen,… die invloed kunnen hebben op neutraliteit
vh onderzoek

 Samenleving ≠ zo duidelijk afgebakend als een spel
o Vb: spelregels veranderen voortdurend, spelers hebben tegenstrijdige rollen…
o Pas vrijheid ALS er spelregels zijn: zorgen voor zekerheid & voorspelbaarheid
 Geordende samenleving: mensen hebben vrijheid om regels te
respecteren & overtreden

1.2 het dagelijks leven door de sociologische lens
De sociologische lens geeft betekenis aan de samenleving
 Individuele aspiraties, doelstellingen, kenmerken.. (= regelmatigheden) achter
waarnemingen & navigatie vd samenleving
o = gewone kennen vd samenleving
 Eerste indrukken geven niet steeds goed weer wat werkelijk gebeurt
o MAAR verschil met sociologie: door sociologische lens kijken naar samenleving
waardoor we andere dingen zien
 Geeft betekenis aan samenleving, componenten waaruit samenleving
bestaat & toont veranderingsmogelijkheden in samenleving (zodat
samenleving beter aansluit bij verwachtingspatronen & wensen)
 Waarnemingen vd samenleving = slechts nuttig ALS we door lens
kijken & deze kunnen interpreteren
 Vb: de sociologische lens vereist observaties, diepte-interviews, surveys…

‘Sociological imagination’ < Mills (20ste eeuw):
 = Amerikaanse socioloog
 ‘Sociologische verbeelding’
o = sociologen kijken op andere manier naar samenleving dan niet-sociologen of
niet-wetenschappers
 Zien dingen die anderen niet zien & kunnen dit in perspectief plaatsen dat
anderen niet kunnen door gebruik te maken vh sociologisch denkapparaat
 Sociologische lens = slechts nuttig ALS gebruikt door
iemand die sociologische verbeelding bezit
o “The vivid awareness of the relationship between experience and the wider
society”
 Vermogen om te begrijpen dat individuele waarnemingen verband
hebben met maatschappelijke krachten & ruimere historische context
 Jouw waarnemingen = beïnvloed door sociale structuren/mensen
die voor jou er waren
o Sociologie = gebruik maken van:
6

,  Geschiedenis
 Hoe zijn dingen tot stand gekomen & wat zijn de verschillende
interpretaties? Hoe zit geschiedenis in elkaar?
 Biografieën = kenmerken vd individuen die rol spelen in geschiedenis
 Wie zijn grote figuren, spelers geweest in geschiedenis om
veranderingen door te voeren of juist tegen te houden?
 Vb: Napoleon zijn kenmerken hebben de loop vd geschiedenis
bepaald
 Structuur = speelveld
 Binnen welke gehelen vinden deze gebeurtenissen plaats?
 Wisseling van perspectieven
 = afstand nemen vd actuele toestand & een alternatief standpunt
innemen
o Maakt socioloog tot toeschouwer
 Vb: Amerikaan heeft bepaalde perspectieven met eigen
interpretatie van wat politiek moet zijn
o Socioloog kan zich intellectueel in perspectief vd andere
plaatsen door bepaalde methodes, instrumenten toe te
passen, om standpunten van beide kanten te begrijpen
 Spelers & speelveld = belangrijk, maar ook rekening houden met: historiek &
inlevingsvermogen (≠ per se perspectief vd andere partij overnemen & volledig
heroriënteren (tenzij je dat beter vindt))
o Sociologische kennis overstijgt de vanzelfsprekendheden vh dagelijks leven (vb:
routines)
 WANT dagelijkse werkelijkheid in ruime historische/sociale context
geplaatst

1.2.1 selectieve waarneming
= informatie reduceren, ordenen en interpreteren vanuit eigen positie in wereld
(waarneming wordt selectief)
= samenleving waarnemen vanuit eigen positie & rollen die men bekleed & buitenwereld
principieren op bepaalde wijze (= wijze die makkelijker is dan out of the box-denken)
 Niet enkel op deze manier denken, maar ook handelen hierop baseren
o Basiselementen vh routineus denken:
 1) Fysieke & sociale elementen & beperkingen
 Vb: hoogte vd status, materiële ruimte (vb: in België ≠ zelfde visie
als in Nederland, als je in België woont & in Nederland werk)
 2) Specifieke belangen
 Vb: CEO heeft andere belangen dan medewerker op lager niveau
of op zelfde niveau maar met andere rol
 Verklaren waarom je iets denkt & daarnaar handelt
 3) Kennis & informatiebeschikking
 Hoe meer kennis, hoe meer men zich in verschillende
perspectieven kan plaatsen & hoe veelzijdiger de uitspraken en
7

, handelingspatronen zijn
 Vb: formeel overgedragen kennis uit onderwijs, ervaring
 4) Voorkeuren & afkeer
 Vb: voor- of afkeer van ideëen, omstandigheden, personen,
ideologieën
 Bepaalt manier van denken, handelen & interactie met anderen
 Nadruk op mogelijkheid om andere perspectieven in te nemen, want
o Routineus denken = common sense
o Routineus handelen = gedrag
 Voordelen:

o 1) Middel om ons staande te houden in uiteenlopende situaties (dagelijkse
confrontatie)
o 2) Niet bij elke confrontatie opnieuw hele keuzeboom moeten afwerken voor
handelen
o 3) Vergemakkelijkt deelname aan sociaal verkeer

1.2.2 referentiekaders
= onze ideëen (vb: obv afkomst) samengebracht tot wereld- of mensbeeld
 = stabiel, maar niet onveranderlijk
o = hoger niveau dat meer stabiliteit biedt
o Veranderingen in onze situatie beïnvloeden (na een tijd) referentiekader
 Vgl. met sociale bril: bepaalde lens waardoor je verschillende kijk krijgt op dezelfde
werkelijkheid
o = vaste sociale bril waarmee we kijken naar realiteit gevoed door elk
basiscomponent vh routineus denken & ons helpt de werkelijkheid tegemoet te
komen
 Zo moeten we ons niet bij elke interactie nieuwe vragen stellen
(gebruiken vd referentiekaders)
 Iedereen heeft dit
o Vb: eigen afkomst, ervaring, opleiding
o Basiscomponenten = aanwezig in verschillende doseringen in individuen
 Gevolg: diversiteiten binnen referentiekaders
 Iedereen heeft eigen, individuele, unieke referentiekader
 MAAR er kunnen wel overlappingen zijn tussen de elementen =
gedeelde referentiekaders
o Grote groepen individuen in ongeveer
dezelfde situatie opgroeien/werken
 Soortgelijke ervaringen ->
soortgelijke referentiekaders
o = deel cultuurpatronen
 = kenmerkende combinaties van cultuurelementen
voor bepaalde groep (waarden, normen,
doelstellingen é verwachtingen)
 Vb: jeugdcultuur
8

, o Vb: hoe kunnen politieke partijen anders beslissingen
maken als er niet minstens een gemeenschappelijke
ideologische referentiekader is?
o Vb: specifieke taal (vb: tussen juristen, medici..) =
gedeeldheid in referentiekaders om deze over te kunnen
brengen
 Vormt een geheel
o Vb: voor- of afkeer naar handelingen = op geheel vd handelingen
o = interne consistentie & logica
 Waarnemingen gebeuren vanuit hetzelfde
referentiekader (geen apart
referentiekader voor elke specifieke
situatie)

Realiteit
 Onderscheid:
o Objectieve/zakelijke realiteit
 Vb: verkiezingen (= subjectieve realiteit) worden gevalideerd & worden
feiten (= objectieve, feitelijke realiteit)
 Mate van feitelijkheid waarover niet kan gediscussieerd worden
 Vb: feit dat verkiezingscijfer er is = zakelijke realiteit (≠ zekerheid
of het correcte verkiezingen waren..)
o Subjectieve/beleefde/gepercipieerde realiteit
 Self-fulfilling prophecies < Merton (= Amerikaanse socioloog)
o = zelfvervullende voorspelling
o = voorspellen dat iets gaat gebeuren wat ervoor zorgt dat dit ook effectief
gebeurt (vb: “ik ga buizen”, dus je buist omdat je te weinig zelfvertrouwen hebt
waardoor je constant weent ipv te studeren & op examen te veel stress hebt om
het goed in te vullen)
 Gepercipieerde realiteit stuurt ons handelen even veel als zakelijke
realiteit: aanvankelijk verkeerde beeld van een toestand wordt soms
echte werkelijkheid omdat we ons gedragen naar perceptie vd realiteit
 Veel personen doen hierdoor hetzelfde, zonder het af te spreken
o Vb: kiezers gaan stemmen op de partijen waarvan ze verwachten dat ze gaan
winnen vanaf begin vd campagne (= gebaseerd op perceptie dat partij gaat
winnen)
 Omgekeerde: op partijen stemmen die in neerdalende spiraal zitten,
omdat ze niet willen dat bepaalde partij wint (= selfdestroying prophecy)
 = voorspelling van iets dat zou moeten gebeuren leidt tot
tegenbeweging, keert zich ertegen zodat juist het andere wordt
bekomen
o Toepassing (1): pygmalioneffect
 = hoe verwachtingen die leerkrachten hebben qua schoolprestaties van
leerlingen, die schoolprestaties ook beïnvloeden
9

,  Hoe hoger verwachtingen, hoe betere prestaties
o Want worden uitgedaagd om beter te presteren
o Toepassing (2): stereotypering
 = onderdeel vh referentiekader specifiek gericht op vooroordelen (=
oordeel gevormd vooraleer voldoende info verworven vanuit
wetenschappelijk standpunt om een correct oordeel te kunnen vormen)
 Vb: mbt geslacht (vrouwen kunnen dit beter dan mannen), huidskleur,
landen..
 Vb: door vooroordelen gaan mensen stemmen zonder voldoende kennis
van zaken (denken niet na over consequenties, standpunten, debatten..)
 Vb: ”ik ben liberaal” & ongeacht hoe de standpunten veranderen
hierachter blijven staan
 = gebaseerd op andere info dan vanuit wetenschap verworven
 Geïnformeerde mensen hebben minder vooroordelen dan
onwetende mensen
o MAAR vanaf mensen vooroordelen hebben: méér
informatie helpt niet meer
 Wie onbevooroordeeld is: info bevestigd openheid
& tolerantie
 Wie bevooroordeeld is: info versterkt
vooroordelen
 = gefixeerde & vereenvoudigde voorstellingen over andere groepen die in
bepaalde groep gangbaar zijn, zonder op feiten gebaseerd te zijn (<
Schneider)
 Kenmerken:
o Onverantwoorde vereenvoudiging
o Vertekening
o Veralgemening
 Kan positief of negatief zijn
 Kan hulpmiddel zijn in sociale omgang
o WANT vermindert complexiteit sociale omgeving (vb:
gierige Hollander, luidruchtige Italiaan)
 Vaak karakteristieken aan gekoppeld (vb: sluwe jood)

Sociologie = oproep om sociale bril af te zetten
 Beseffen dat we beperkingen hebben die sociale bril oriënteren & dit afzetten of een
andere bril opzetten
o Kijken vanuit ander perspectief, bril/referentiekader van anderen voor meer
diversiteit < Mills
o Sociale bril maakt waarneming selectief & voedt stereotypen
 Sociologie = onbevooroordeelde, neutrale beeldvorming vd
maatschappelijke realiteit
 DUS zoveel mogelijk afstand nemen vd routines vh dagelijks
leven
10

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
louisebeerts Katholieke Universiteit Leuven
Voir profil
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
41
Membre depuis
2 année
Nombre de followers
3
Documents
23
Dernière vente
3 semaines de cela

0,0

0 revues

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions