Informatica voor bedrijfsbeleid – A. Thys
Hoofdstuk 1. Inleiding
Alle informatie via Canvas terug te vinden. Best even controleren alvorens te vragen
of het al op Canvas staat.
Evaluatie
- Schriftelijk examen (50%) + taak (50%).
Indien niet geslaagd op een van de twee delen, kan een van de twee opgenomen
worden tijdens tweede zit. Zie volgende pagina.
- Schriftelijk examen:
à MPC, open vragen, oefeningen en invulvragen. Gesloten boek.
,Studiemateriaal
- Slides, readers en oefeningen via Canvas.
- Digitaal cursusmateriaal: software die ter beschikking staat in computerlokalen.
- Handboek: niet verplicht aan te schaffen, maar wel aangenaam om te lezen
(Management Information Systems, Managing the Digital Firm).
Algemene competenties
,De taak
Een project dat je moet uitwerken, waar je techniek en software vanuit de les moet
toepassen en ook implementatie van managementvaardigheden uit andere vakken.
Deze taak maken + voorstellen. IT-project naar keuze voorstellen en verdedigen
(opening nieuwe winkel, nieuwe afdeling bedrijf,…).
à IT-onderwerp: IT-tools gebruiken om project te realiseren.
Volgende onderdelen moeten aan bod komen:
- Businessplan
- Risicoanalyse (o.a. MonteCarlo-simulatie)
- Procesmodel
- Datamodel / databaseontwerp
- Projectplan
VOORBEELD OP CANVAS
- Taak: 1 à 2 studenten (liefst 2 studenten: brainstormen).
- Goedkeuring naar prof toe mag.
- 10 à 12 pagina’s tekst.
- 4 januarie 2021 om 20u moet het ingediend worden.
ZOWEL OP PAPIER ALS OP USB-STICK. Na presentatie stick terugkrijgen.
Alle bestanden: onder 1 folder indienen met je naam.
- Presentatie vanaf 11 januari 2021.
- Presentatie duurt 7 minuten.
- Beoordeling:
à Originaliteit
à Correctheid
à Complexiteit
- Tekst: Uploaden via Turnitin: plagiaat wordt gedetecteerd. Probeer dus origineel te
zijn.
WPO’S
Officieel op bepaalde dagen. MAAR we kunnen op willekeurige momenten komen
werken.
,Permanentie vaak in B001.
PC-lokalen moeten wel vij zijn. Check dus eerst de beschikbaarheid.
Hoofdstuk 2. Basisbegrippen
Doel van de cursus, wat is dat precies?
à D!!! à link tussen IT en management is cruciaal.
Een paar feiten
- Informatica is tegenwoordig heel belangrijk, maar veel projecten mislukken door
verkeerde afspraken, verkeerde communicatie tussen IT en management.
Hieronder een mooie tekening hoe fouten kunnen ontstaan.
,- IT-kennis is heel belangrijk voor een organisatie en management team. Maar
waarom precies?
à Goede communicatie tussen opdrachtgever en -nemer.
à Efficiëntie
à Voorbeelden: Amazon, Tax-on-Web, VUB in coronatijden.
- Geert Noels: IT is one of the major force in our economy. 52% van investeringen
hebben betrekking tot IT. Met corona zal dit 55% kunnen worden.
- Opletten op een paradox: enerzijds productiviteit van project (geld dat IT erin
steekt) à Er zijn projecten ook die met weinig geld veel doen opbrengen. Het is dus
niet altijd zo dat hoge investeringen in IT een hogere productiviteit betekenen.
,- Percentage van IT-projecten die mislukken ligt hoog. TUSSEN 80-90%! Vaak
doordat het niet werkt, maar ook door hoge kost, door slechte communicatie (tussen
opdrachtgever en IT, tussen mensen binnen de onderneming zelf,…).
- Bedoeling van cursus: Business – IT alignement. Op dezelfde golflengte staan!
* Business: kosten zo laag mogelijk houden, benefits zo hoog mogelijk, time is
money, strategie die toegepast wordt, functionele vereisten.
* IT: streven naar nieuwste technologie, design, programmering, technische
vereisten.
,- Zwakten / risico’s van IT:
à Meestal verloopt het goed. MAAR TOCH…
à Als IT down is bij Amazon: problemen met webshop, met beheren van
orders, met betalingen, met klantenservice,…
è Als 1 van deze elementen wegvalt, dan staat je businessconcept op
wankele benen.
à Voorbeeld bij vliegtuigmaatschappij: Wie stapt waar in?
è RESERVESYSTEMEN integreren à als er een plaats uitvalt, kan je nog
wel ergens anders terecht.
Begrippen informatica
- Hardware:
In onze moderne maatschappij steeds meer aanwezig.
Alles wat je kan vasthouden (pc, scherm, klavier,…)
- Software:
Wat je niet zou kunnen tasten. Enerzijds je programma’s, maar ook je data.
Vb. Word: software, programma dat nodig is om bvb. brief te schrijven. Wat je schrijft
= gegevens.
We gaan werken met modules als we kijken naar software.
à Programma: opeenvolging van opdrachten geformuleerd door
programma’s.
à Acties worden in programmeertaal geschreven en worden omgezet naar
machinetaal (bestaande uit 0 en 1’s)
à Modules: onderverdeling van je probleem in subproblemen. Kleine
deelprogramma’s
VOORDEEL: hergebruiken (1 module om op te slaan, 1 module om te
openen, 1 module voor je formaten, 1 module om te plakken,…).
Je kan de parameters dan wat efficiënter maken.
VOORDEEL: minder complex: 1 groot programma niet, maar meerdere
programma’s die minder complex zijn.
VOORDEEL: makkelijker om fouten op te sporen.
VOORDEEL: samenwerken met meerdere personen die je bepaalde zaken
, toewijst.
SOFTWARE = FUNDAMENTEEL. Formuleren van acties is belangrijk.
- Databanken:
Verzameling van gegevens die op gestructureerde manier bewaard worden.
Relaties opbouwen tussen verschillende elementen.
- Netwerken:
Communiceren van bepaalde zaken. Meerdere computers kunnen zo communiceren
en data uitwisselen. Vb. LAN, WAN, MAN, PAN,…
Protocols hierbij: TCP, IP.
- Servers:
= grote computers die gebruikt worden om software te gaan verzamelen op grote
stockeringsplaats. Geen scherm of keyboard meer nodig. Er zijn verschillende
soorten (printservers, mailservers,…).
- Internet:
Grootste internetwork.
- Computer architecture:
Verschillende fases geweest:
FASE 1: Mainframe
FASE 2: PC & Client server
FASE 3: Browser / Cloud
- Processen:
Gelinkt aan software. Proces: businessproces is een opeenvolging van stappen met
als doel het genereren van product of dienst.
Stapsgewijs moet je werken. Eerst probleem definiëren, dan voorstellen hoe je
oplost, via welke voorstellingen, dan implementeren,…
- Informatiesystemen:
Combinatie van hardware, software, processen en de personen die het gebruiken.
,Hoofdstuk 3. Algoritmen
Algoritmen à komen vaak in het alledaagse leven voor. Deze materie zal ook verder
gebruikt worden in hoofdstuk 4 (Functionalities), hoofdstuk 5 (Project management)
en hoofdstuk 9 (Enterprise applications).
Stappen bij het programmeren
8 stappen, sommigen kunnen samengenomen worden.
Deze worden gebruikt voor het oplossen van een probleem met behulp van je pc.
Deze stappen zijn geen must maar worden wel sterk aangeraden. Als je hier niet op
let, kan dit een basis zijn voor miscommunicatie of problemen binnen IT.
1) Probleemdefinitie:
Precies en nauwkeurig zeggen wat de beginsituatie is en wat er verkregen moet
worden qua resultaten. Wat er tussenzaken zijn die nodig zijn om uw probleem op te
lossen. En uiteraard ook wat het verband is tussen de beginsituatie en de resultaten.
2) Oplossingsstrategie:
Keuze van een methode om tot een oplossing te komen.
- Hoofdprobleem onderverdelen in kleinere deelproblemen.
- Goed afspreken wie en wat er in deelproblemen moet gebeuren.
Er zijn twee mogelijke strategieën:
a) Top-down: vertrekken vanuit hoofdprobleem en telkens onderverdelen in
kleinere subproblemen.
b) Bottom-up: vertrekken vanuit kleinere subproblemen à deze worden als
bouwstenen gebruikt die samengebracht worden om tot hoofdprobleem te
komen (voorkeur in Aziatische landen).
Keuze a / b is afhankelijk van gewoonte.
3) Voorstelling van het algoritme:
Hiervoor: alles met woorden. MAAR deze kunnen verkeerd geïnterpreteerd worden.
Vandaar de keuze voor schema’s / algoritmen /… Vb. Organigrammen,
pseudotalen,…
, 4) Programmeren:
Voorstelling bekomen à overgaan tot programmeren (effectieve programmeertaal
met de juiste commando’s voor uw computer). Algoritme = schema. Programmeren =
schrijven van programma.
è Coderen: uitgewerkt algoritme wordt vertaald in de gekozen programmeertaal.
Vb. Ada, Basic, C++, Fortaran, Java, Pascal, Python, Visual Basic.
Python: success door structuur en eenvoud.
Grafische evolutie:
Hoofdstuk 1. Inleiding
Alle informatie via Canvas terug te vinden. Best even controleren alvorens te vragen
of het al op Canvas staat.
Evaluatie
- Schriftelijk examen (50%) + taak (50%).
Indien niet geslaagd op een van de twee delen, kan een van de twee opgenomen
worden tijdens tweede zit. Zie volgende pagina.
- Schriftelijk examen:
à MPC, open vragen, oefeningen en invulvragen. Gesloten boek.
,Studiemateriaal
- Slides, readers en oefeningen via Canvas.
- Digitaal cursusmateriaal: software die ter beschikking staat in computerlokalen.
- Handboek: niet verplicht aan te schaffen, maar wel aangenaam om te lezen
(Management Information Systems, Managing the Digital Firm).
Algemene competenties
,De taak
Een project dat je moet uitwerken, waar je techniek en software vanuit de les moet
toepassen en ook implementatie van managementvaardigheden uit andere vakken.
Deze taak maken + voorstellen. IT-project naar keuze voorstellen en verdedigen
(opening nieuwe winkel, nieuwe afdeling bedrijf,…).
à IT-onderwerp: IT-tools gebruiken om project te realiseren.
Volgende onderdelen moeten aan bod komen:
- Businessplan
- Risicoanalyse (o.a. MonteCarlo-simulatie)
- Procesmodel
- Datamodel / databaseontwerp
- Projectplan
VOORBEELD OP CANVAS
- Taak: 1 à 2 studenten (liefst 2 studenten: brainstormen).
- Goedkeuring naar prof toe mag.
- 10 à 12 pagina’s tekst.
- 4 januarie 2021 om 20u moet het ingediend worden.
ZOWEL OP PAPIER ALS OP USB-STICK. Na presentatie stick terugkrijgen.
Alle bestanden: onder 1 folder indienen met je naam.
- Presentatie vanaf 11 januari 2021.
- Presentatie duurt 7 minuten.
- Beoordeling:
à Originaliteit
à Correctheid
à Complexiteit
- Tekst: Uploaden via Turnitin: plagiaat wordt gedetecteerd. Probeer dus origineel te
zijn.
WPO’S
Officieel op bepaalde dagen. MAAR we kunnen op willekeurige momenten komen
werken.
,Permanentie vaak in B001.
PC-lokalen moeten wel vij zijn. Check dus eerst de beschikbaarheid.
Hoofdstuk 2. Basisbegrippen
Doel van de cursus, wat is dat precies?
à D!!! à link tussen IT en management is cruciaal.
Een paar feiten
- Informatica is tegenwoordig heel belangrijk, maar veel projecten mislukken door
verkeerde afspraken, verkeerde communicatie tussen IT en management.
Hieronder een mooie tekening hoe fouten kunnen ontstaan.
,- IT-kennis is heel belangrijk voor een organisatie en management team. Maar
waarom precies?
à Goede communicatie tussen opdrachtgever en -nemer.
à Efficiëntie
à Voorbeelden: Amazon, Tax-on-Web, VUB in coronatijden.
- Geert Noels: IT is one of the major force in our economy. 52% van investeringen
hebben betrekking tot IT. Met corona zal dit 55% kunnen worden.
- Opletten op een paradox: enerzijds productiviteit van project (geld dat IT erin
steekt) à Er zijn projecten ook die met weinig geld veel doen opbrengen. Het is dus
niet altijd zo dat hoge investeringen in IT een hogere productiviteit betekenen.
,- Percentage van IT-projecten die mislukken ligt hoog. TUSSEN 80-90%! Vaak
doordat het niet werkt, maar ook door hoge kost, door slechte communicatie (tussen
opdrachtgever en IT, tussen mensen binnen de onderneming zelf,…).
- Bedoeling van cursus: Business – IT alignement. Op dezelfde golflengte staan!
* Business: kosten zo laag mogelijk houden, benefits zo hoog mogelijk, time is
money, strategie die toegepast wordt, functionele vereisten.
* IT: streven naar nieuwste technologie, design, programmering, technische
vereisten.
,- Zwakten / risico’s van IT:
à Meestal verloopt het goed. MAAR TOCH…
à Als IT down is bij Amazon: problemen met webshop, met beheren van
orders, met betalingen, met klantenservice,…
è Als 1 van deze elementen wegvalt, dan staat je businessconcept op
wankele benen.
à Voorbeeld bij vliegtuigmaatschappij: Wie stapt waar in?
è RESERVESYSTEMEN integreren à als er een plaats uitvalt, kan je nog
wel ergens anders terecht.
Begrippen informatica
- Hardware:
In onze moderne maatschappij steeds meer aanwezig.
Alles wat je kan vasthouden (pc, scherm, klavier,…)
- Software:
Wat je niet zou kunnen tasten. Enerzijds je programma’s, maar ook je data.
Vb. Word: software, programma dat nodig is om bvb. brief te schrijven. Wat je schrijft
= gegevens.
We gaan werken met modules als we kijken naar software.
à Programma: opeenvolging van opdrachten geformuleerd door
programma’s.
à Acties worden in programmeertaal geschreven en worden omgezet naar
machinetaal (bestaande uit 0 en 1’s)
à Modules: onderverdeling van je probleem in subproblemen. Kleine
deelprogramma’s
VOORDEEL: hergebruiken (1 module om op te slaan, 1 module om te
openen, 1 module voor je formaten, 1 module om te plakken,…).
Je kan de parameters dan wat efficiënter maken.
VOORDEEL: minder complex: 1 groot programma niet, maar meerdere
programma’s die minder complex zijn.
VOORDEEL: makkelijker om fouten op te sporen.
VOORDEEL: samenwerken met meerdere personen die je bepaalde zaken
, toewijst.
SOFTWARE = FUNDAMENTEEL. Formuleren van acties is belangrijk.
- Databanken:
Verzameling van gegevens die op gestructureerde manier bewaard worden.
Relaties opbouwen tussen verschillende elementen.
- Netwerken:
Communiceren van bepaalde zaken. Meerdere computers kunnen zo communiceren
en data uitwisselen. Vb. LAN, WAN, MAN, PAN,…
Protocols hierbij: TCP, IP.
- Servers:
= grote computers die gebruikt worden om software te gaan verzamelen op grote
stockeringsplaats. Geen scherm of keyboard meer nodig. Er zijn verschillende
soorten (printservers, mailservers,…).
- Internet:
Grootste internetwork.
- Computer architecture:
Verschillende fases geweest:
FASE 1: Mainframe
FASE 2: PC & Client server
FASE 3: Browser / Cloud
- Processen:
Gelinkt aan software. Proces: businessproces is een opeenvolging van stappen met
als doel het genereren van product of dienst.
Stapsgewijs moet je werken. Eerst probleem definiëren, dan voorstellen hoe je
oplost, via welke voorstellingen, dan implementeren,…
- Informatiesystemen:
Combinatie van hardware, software, processen en de personen die het gebruiken.
,Hoofdstuk 3. Algoritmen
Algoritmen à komen vaak in het alledaagse leven voor. Deze materie zal ook verder
gebruikt worden in hoofdstuk 4 (Functionalities), hoofdstuk 5 (Project management)
en hoofdstuk 9 (Enterprise applications).
Stappen bij het programmeren
8 stappen, sommigen kunnen samengenomen worden.
Deze worden gebruikt voor het oplossen van een probleem met behulp van je pc.
Deze stappen zijn geen must maar worden wel sterk aangeraden. Als je hier niet op
let, kan dit een basis zijn voor miscommunicatie of problemen binnen IT.
1) Probleemdefinitie:
Precies en nauwkeurig zeggen wat de beginsituatie is en wat er verkregen moet
worden qua resultaten. Wat er tussenzaken zijn die nodig zijn om uw probleem op te
lossen. En uiteraard ook wat het verband is tussen de beginsituatie en de resultaten.
2) Oplossingsstrategie:
Keuze van een methode om tot een oplossing te komen.
- Hoofdprobleem onderverdelen in kleinere deelproblemen.
- Goed afspreken wie en wat er in deelproblemen moet gebeuren.
Er zijn twee mogelijke strategieën:
a) Top-down: vertrekken vanuit hoofdprobleem en telkens onderverdelen in
kleinere subproblemen.
b) Bottom-up: vertrekken vanuit kleinere subproblemen à deze worden als
bouwstenen gebruikt die samengebracht worden om tot hoofdprobleem te
komen (voorkeur in Aziatische landen).
Keuze a / b is afhankelijk van gewoonte.
3) Voorstelling van het algoritme:
Hiervoor: alles met woorden. MAAR deze kunnen verkeerd geïnterpreteerd worden.
Vandaar de keuze voor schema’s / algoritmen /… Vb. Organigrammen,
pseudotalen,…
, 4) Programmeren:
Voorstelling bekomen à overgaan tot programmeren (effectieve programmeertaal
met de juiste commando’s voor uw computer). Algoritme = schema. Programmeren =
schrijven van programma.
è Coderen: uitgewerkt algoritme wordt vertaald in de gekozen programmeertaal.
Vb. Ada, Basic, C++, Fortaran, Java, Pascal, Python, Visual Basic.
Python: success door structuur en eenvoud.
Grafische evolutie:
