Inge Decleir
DEEL 1: Het systeem van dubbel boekhouden
Hoofdstuk 1: De balans
1.Inleiding
Belangrijk in de techniek van dubbel boekhouden is evenwicht! Werkmiddelen moeten steeds
gefinancierd worden.
→Elk document onder een dubbel oogpunt: bv een bezitting is ook een schuld
→Tweemaal hetzelfde boeken =boekhouding is in evenwicht
2.De balans: actief=passief
De balans: geeft de vermogenstoestand van een onderneming op een bepaald moment weer.
Aanwending van het vermogen: ACTIEF
Werkmiddelen= bezittingen
Herkomst van het vermogen: PASSIEF
Financieringsmiddelen = schulden
Voorbeeld:
Actief = passief
Passief= kapitaal + schulden
Kapitaal= actief - schulden
3.Indeling van de balans in rubrieken
3.1 Indeling actiefzijde
Vaste werkmiddelen: gebruiksduur van meer dan één jaar, bijv. gebouwen, installaties in de
keuken, zoals oven, koelkast, meubilair,....
,Vlottende werkmiddelen: maken deel uit van de bedrijfscyclus, liquide middelen of
geldmiddelen in kas en bank.
Voorraad goederen wordt verkocht en worden vorderingen aan klanten. De vorderingen worden
geïnd en komen terecht op de bankrekening of in de kas. Daarmee worden dan opnieuw
goederen gekocht, enz.
3.2 Indeling passiefzijde
Eigen vermogen: kapitaal, reserves, overgedragen winst:
van de eigenaar zelf
Permanente bron van financiering
Vreemd vermogen: schuld aan bank, leveranciers, enz
Is afkomstig van derden
Is een tijdelijke bron van financiering
Indeling actiefzijde ordeningscriterium: graad van liquiditeit
Oprichtingskosten: alle kosten die verband houden met de oprichting van een onderneming of
een kapitaalverhoging, zoals kosten voor inschrijving in de kruispuntbank, publicatie van de
statuten, registratierechten, kosten voor het drukken van aandelen en prospectussen, beroep
op een bedrijfsrevisor, enz...
Immateriële vaste activa: de kosten van onderzoek en ontwikkeling; de concessies, patenten,
licenties, knowhow, rechten; de goodwill, hieronder dient de prijs te worden verstaan betaald
voor de verwerving van een onderneming voor zover die hoger is dan de boekwaarde, vanwege
een goede reputatie, klantenbestand,…
Materiële vaste activa: tastbare activa die een onderneming nodig heeft om op lange termijn
een voordeel te creëren.
Financiële vaste activa:
Verbonden ondernemingen: ondernemingen die door de betrokken onderneming gecontroleerd
worden, bijv. door dat die 50% van de aandelen heeft
Ondernemingen met een deelnemingsverhouding: de betrokken onderneming heeft invloed op
de beslissingen bijv. door 10% van de aandelen te bezitten
→Andere financiële activa : aandelen, borgtochten,…
,Vorderingen op meer dan één jaar: betalingsuitstel aan klanten, leveranciers,...
Voorraden en bestellingen in uitvoering: de waarde van de grond- en hulpstoffen die nog in
stock zijn, gereed product, handelsgoederen,...
Vorderingen op ten hoogste één jaar: bevat onder meer de openstaande tegoeden ivm de
verkoop van handelsgoederen of het leveren van diensten.
Geldbeleggingen: De onderneming beschikt over overtollige liquide middelen en wil die op een
meer rendabele manier beleggen. bv : aandelen, obligaties, staatsbons,...
Liquide middelen: beschikbare middelen in kas en bankrekening(en).
Overlopende rekeningen: wordt gebruikt bij het afsluiten van het boekjaar.
Indeling passiefzijde ordeningscriterium: graad van opeisbaarheid van de
financieringsmiddelen.
Eigen vermogen:
Inbreng: andere opdeling naargelang het gaat om kapitaalvennootschappen of kapitaalloze
vennootschappen.
Herwaarderingsmeerwaarden: om het verschil te boeken tussen de aanschaffingswaarde en de
waarde op het ogenblik van de balans van materiële of financiële vaste activa.
Reserves
Overgedragen winst (verlies)
Kapitaalsubsidies: Wanneer van overheidswege subsidies worden ontvangen in de vorm van
kapitaal (niet terugbetaalbare toelagen).
Voorschot aan de vennoten op de verdeling van het nettoactief
Voorzieningen en uitgestelde belastingen: potentiële toekomstige verplichtingen waarvan het
precieze bedrag nog niet vaststaat, er is sprake van een reële schuld.
Schulden:
Schulden op meer dan 1 jaar: vermogen dat voor meer dan 12 maanden ter beschikking van de
onderneming blijft.
Schulden op ten hoogste 1 jaar: looptijd is niet langer dan 12 maanden, ook LT schulden die
binnen de 12 maanden vervallen.
Overlopende rekeningen
4.Opsplitsing van de passiefrubriek ‘inbreng’ naargelang de juridische rechtsvorm
Kapitaalloze vennootschappen
moeten geen kapitaal meer hebben (1 mei 2019).
besloten vennootschappen
Het ingebracht eigen vermogen wordt opgesplitst in beschikbaar/onbeschikbaar.
Kapitaalvennootschappen
heeft nog steeds een minimumkapitaal (nv 61.500 euro)
nv
de inbreng wordt ingedeeld in geplaatst kapitaal / niet opgevraagd kapitaal
5.De balansschema’s van de NBB
Het volledige model van de balans voor kapitaalvennootschappen (de nv)
, →Heeft wel een kapitaal
→Boek blz. 32-33
Het volledige model van de balans voor kapitaalloze vennootschappen (de bv)
→Heeft geen kapitaal (beschikbaar / onbeschikbaar)
→Boek blz. 34-35
6.Wijzigingen in werk- en financieringsmiddelen
Enkel gedagtekende verantwoordingsstukken in de boekhouding registreren.
Aankoopfactuur: 3 componenten
→Toename bezittingen
→Toename btw-vordering t.a.v. de staat (eerst betalen dan terugvorderen)
→Toename van de schulden t.a.v. de leverancier
Bankrekeninguittreksel: 2 componenten
→Tegoed op de bankrekening: liquide middelen dalen
→Leveranciersschuld verdwijnt
Voorbeeld: