Samenvatting Begrippenlijst - Politiek & Beleid (geslaagd met 12/20)

Politiek en beleid
begrippenlijst

H1: Het politieke intercatieproces
1. DE MEERVOUDIGE CONTEXT VAN POLITIEK EN BELEID
1. Geografische context
 Ruimtelijke situatie,
 Territorium
 Voor elk bestuurssysteem

2. Demografische context
 =Rekening houden met demografische kenmerken van maatschappij
 Bevolkingsgrootte
 Bevolkingssamenstelling
 Migratie
 Vergrijzing

3. Sociaal culturele context
 (bewegen op langere termijn)
 Levensbeschouwelijke opvattingen
 Processen van ontzuiling en ontkerkelijking
 Veranderen waarden en opvattingen binnen de samenleving

4. Technologische context
 =technologische ontwikkelingen
 Kan de verhouding wijzigen tussen politici en burgers

5. Economische context
 (Economische omstandigheden hebben een directe invloed)
 Wordt sterk internationaal bepaald

 BBP
 Belangrijke indicator voor de economische situatie

6. Juridische context
 Rechtmatig handelen,
 Evenwicht tussen wetgevende,
 Uitvoerende en rechterlijke macht
 Macht van de staat begrenzen tegenover de burgers



2

,7. Situationele context
 Situatie en tijdsgebonden
 Bij radicale verschuivingen collectieve stress beheersen


8. Historische context
 Veranderingen roepen verzet op
 Veranderingen uit het verleden die blijvende indruk hebben

9. Politieke context
 Geheel van politieke visies,
 Opvattingen
 Machtsverhoudingen




2. DE BELEIDSCYCLUS




2

,10. Beleidscyclus
 = model om politieke besluitvorming te analyseren

 Wat is hierbij betrokken?
 Uitvoerende macht en wetgevende macht
 Media
 civil society
 Argumenten Healy

 In de realiteit is er niet zo een strakke opvolging

11. Gepolitiseerd (politiseren)
 Belangrijk probleem
 De kwestie is rijp om door de politiek aangepakt te worden


De 3 types agenda------------------------------------------------------------------------------------PPB
12. 1) publieke agenda
 Onderwerpen die volgens de publieke opinie de aandacht van de politici moeten
krijgen

13. 2) politieke agenda
 Onderwerpen die de aandacht van de politici en bestuurders hebben

14. 3) beleidsagenda
 Onderwerpen waarvoor de beleidsactoren bezig zijn om maatregelen voor te
bereiden of in te voeren


De drie selectiemechanismen----------------------------------------------------------------------------
15. Selectiemechanismen
 Mechanismen die bepalen welke problemen er uiteindelijk op het beleidsagenda
komen

16. 1) Culturele selectie
 Heersende tijdsgeest en dominante ideologieën
 Problemen die passen binnen het maatschappelijk denkkader komen sneller in de
agenda

17. 2) Selectie/ agendavorming van bovenaf
 Politieke actoren die zelf thema’s op de agenda zetten
 Partijen die themacongressen doen


2

,  Ministers die uitspraken doen over belangrijke kwesties
 Rechters die vonnissen over nieuwe kwesties uitspreken


18. 3) selectie/ agendavorming van onderuit
 Mensen die via onderuit die moeite doen om problemen te signaleren
 Burgers
 Actiegroepen
 Onderzoekers
 Journalisten
 Individuele burgers

 Zaken die een rol spelen in het al dan niet belangstelling krijgen:
 1) grote publieke steun
 Groot aantal burgers signaleren het

 2) goede strategie
 Wijze waarop het gesignaleerd wordt
o Media, loobbywerk, incidenten,…

 3) toeval
 Kwesties die door events in het agenda komen door onze steesds
meer gemediatiseerde maatschappij
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
19. Ontvetting van de overheid
 Minder levensdomeinen die op de schouders van de politiek vallen
 Vb.: gezondheidszorg
 Jeugdbeleid
 …

20. Position paper
 Wordt opgesteld en zet men in welke stijl men de beslisser zal benaderen en welke
timing men zal hanteren
 Draagvlak
 Actie
 Met media of niet
 In coalitie met anderen of niet
 Flexibel/ harde aanpak
De 2 manieren om naar beleidsvoorbereiding te kijken-------------------------------------------
21. Inhoud (Wat wordt voorgesteld of onderzocht?)
 Standpunten (programma’s politieke partijen)
 Voorstellen (groepen uit het middenveld

 => brengen cijfermateriaal, analyses, mogelijke oplossingen aan



2