Verbintenissenrecht
Schadebeding – art. 5.88 BW Een schadebeding is een clausule die men in een contract kan zetten H1 & H2:
waarbij je al direct afspreekt welk herstel er gaat zijn/ gebeuren bij Schadebeding wanneer inspannings- of
het slecht uitvoeren van het contract. Er zijn niet veel grenzen aan dit resultaatsverbintenis
beding, maar het vergt wel enkele kennis en aanvaarding.
Overmachtsbeding H2, ontoerekenbare niet-nakoming (art.
Overmachtsregels zijn van aanvullend recht. Men mag in een 5.225 BW) – Overmacht (art. 5.226 BW)
contract eigen afspraken maken wat betreft overmacht.
Intrestbeding – Het houdt in dat als er een bedrag te laat betaald wordt, er moratoire H2, eventueel bij moratoire intrest –
art. 5.240-241 BW intresten gevraagd kunnen worden. Een andere benaming is contractuele clausules i.v.m. de niet-
verwijlintrest. Het is dus een intrest bij te late betaling van een nakoming van het contract
geldschuld. Variant van het schadebeding.
Vervangingsbeding Indien de rechter de SA veroordeeld tot uitvoering van de Uitvoering in natura van de verbintenis –
prestatie door een derde, dan gebeurt dit op basis van een door een derde (art. 5.85 BW)
vervangingsbeding. Dit door kennisgeving aan de SE.
Ontbindend beding – art. 5.92 H2, andere sanctie bij niet-nakoming: 1
BW In dit beding wordt afgesproken welke wanprestatie ernstig genoeg is van 3 vormen van ontbinding
om een contract te laten ontbinden.
Bevrijdingsbeding – art. 89 BW Een bevrijdingsbeding is een clausule die men in een contract kan H2, contractuele clausules i.v.m. de niet-
zetten waarmee je uw aansprakelijkheid beperkt of zelfs helemaal nakoming van het contract
uitsluit. De bedoeling bij zo’n clausule of beding is dat als er iets fout
loopt dat men niet moet zijn bij jou aangezien je bent bevrijd van de
aansprakelijkheid.
Opzegbeding Een opzegbeding is een clausule dat je in een contract kunt zetten
waarin staat dat dat je het contract neutraal kan stopzetten op
vraag van één partij of beide partijen. Vaak wordt hier een vergoeding
aan gekoppeld, maar dat is niet verplicht.
Derdenbeding – Dit is een beding ten behoeve van een derde. Het is een clausule dat in H2, nuances en uitzonderingen op het
art. 5.107 BW – art. 5.103 BW een contract kan gezet worden waarbij één partij (de belover) zich principe van de relativiteit –
verbindt ten aanzien van zijn wederpartij (de bedinger of stipulant) om derdenbegunstiging, derdenbeding
een bepaalde prestatie te leveren aan een derde (de derde-
begunstigde).
Imprevisieclausule H2, niet-toerekenbare niet-nakoming van
Men kan in het contract afspraken maken rond imprevisie. de verbintenis door verandering van
omstandigheden (art. 5.74 BW)
Schadebeding – art. 5.88 BW Een schadebeding is een clausule die men in een contract kan zetten H1 & H2:
waarbij je al direct afspreekt welk herstel er gaat zijn/ gebeuren bij Schadebeding wanneer inspannings- of
het slecht uitvoeren van het contract. Er zijn niet veel grenzen aan dit resultaatsverbintenis
beding, maar het vergt wel enkele kennis en aanvaarding.
Overmachtsbeding H2, ontoerekenbare niet-nakoming (art.
Overmachtsregels zijn van aanvullend recht. Men mag in een 5.225 BW) – Overmacht (art. 5.226 BW)
contract eigen afspraken maken wat betreft overmacht.
Intrestbeding – Het houdt in dat als er een bedrag te laat betaald wordt, er moratoire H2, eventueel bij moratoire intrest –
art. 5.240-241 BW intresten gevraagd kunnen worden. Een andere benaming is contractuele clausules i.v.m. de niet-
verwijlintrest. Het is dus een intrest bij te late betaling van een nakoming van het contract
geldschuld. Variant van het schadebeding.
Vervangingsbeding Indien de rechter de SA veroordeeld tot uitvoering van de Uitvoering in natura van de verbintenis –
prestatie door een derde, dan gebeurt dit op basis van een door een derde (art. 5.85 BW)
vervangingsbeding. Dit door kennisgeving aan de SE.
Ontbindend beding – art. 5.92 H2, andere sanctie bij niet-nakoming: 1
BW In dit beding wordt afgesproken welke wanprestatie ernstig genoeg is van 3 vormen van ontbinding
om een contract te laten ontbinden.
Bevrijdingsbeding – art. 89 BW Een bevrijdingsbeding is een clausule die men in een contract kan H2, contractuele clausules i.v.m. de niet-
zetten waarmee je uw aansprakelijkheid beperkt of zelfs helemaal nakoming van het contract
uitsluit. De bedoeling bij zo’n clausule of beding is dat als er iets fout
loopt dat men niet moet zijn bij jou aangezien je bent bevrijd van de
aansprakelijkheid.
Opzegbeding Een opzegbeding is een clausule dat je in een contract kunt zetten
waarin staat dat dat je het contract neutraal kan stopzetten op
vraag van één partij of beide partijen. Vaak wordt hier een vergoeding
aan gekoppeld, maar dat is niet verplicht.
Derdenbeding – Dit is een beding ten behoeve van een derde. Het is een clausule dat in H2, nuances en uitzonderingen op het
art. 5.107 BW – art. 5.103 BW een contract kan gezet worden waarbij één partij (de belover) zich principe van de relativiteit –
verbindt ten aanzien van zijn wederpartij (de bedinger of stipulant) om derdenbegunstiging, derdenbeding
een bepaalde prestatie te leveren aan een derde (de derde-
begunstigde).
Imprevisieclausule H2, niet-toerekenbare niet-nakoming van
Men kan in het contract afspraken maken rond imprevisie. de verbintenis door verandering van
omstandigheden (art. 5.74 BW)
