Samenvatting chemie juni 2025
1.Organische stoffen
1.1 inleiding
3 soorten organische stoffen:
- koolwaterstoffen: verbindingen met uitsluitend koolstof- en waterstofatomen. (enkel C en H)
- Monofunctionele koolstofverbindingen: bevat één functionele groep
- Polyfunctionele koolstofverbindingen: bevat meerdere functionele groepen
3 mogelijke voorstellingen:
- Brutoformule:
1. Schijf C, dan H met indices die het aantal weergeven
2. Schrijf hierna de overige elementen in alfabetische volgorde met indices
Vb. C 2 H 6 O
- Structuurformule of lewisstructuur: Vb.
1. Teken het skelet met de atomen van de verbinding
2. Teken alle atoomverbindingen
3. Teken eventueel vrije elektronenparen
- Verkorte structuurformule:
1. Teken het koolstofskelet van de verbinding
2. Verbind alle koolstofatomen met enkelvoudige, dubbele of drievoudige verbindingen
3. Noteer de C-H-bindingen met CH , C H 2 en C H 3 . Bij achtereenvolgende zelfde
bindingen zet je ze tussen haakjes met indices.
4. Noteer eventuele functionele groepen verkocht, zonder aanduiding van vrije
elektronenparen.
Vb. C H 3 −C H 2−C H 2−C H 3 = C H 3 −(C H 2 )2−C H 3
- Zaagtand- of skeletnotatie: Vb.
1. Teken het koolstofskelet met per koolstofatoom een knik in het skelet.
2. Teken in de zaagtandstructuur eventuele functionele groepen verkort
Enkele voorbeelden:
, 1.2 verzadigde koolwaterstoffen
1.2.1 inleiding
Verzadigde koolwaterstoffen zijn koolwaterstoffen met overal enkelvoudige bindingen(altijd alkanen)
Alkanen: verzadigde, acyclische koolwaterstoffen. C n H 2 n+ 2 met n> 0
- onvertakte alkanen: elk koolstofatoom is maximaal met twee andere koolstofatomen
gebonden. (normaal alkanen of n-alkanen)
formule IUPAC - benaming Formule (alk.) alkylgroep
C H4 metaan C H 3 −¿ methyl
C2 H6 ethaan C 2 H 5−¿ ethyl
C3 H8 propaan C 3 H 7−¿ propyl
C 4 H 10 n-butaan C 4 H 9−¿ butyl
C 5 H 12 n-pentaan C 5 H 11 −¿ pentyl
C 6 H 14 n-hexaan C 6 H 13−¿ hexyl
C 7 H 16 n-heptaan C 7 H 15−¿ heptyl
C 8 H 18 n-octaan C 8 H 17 −¿ octyl
C 9 H 20 n-nonaan C 9 H 19−¿ nonyl
C 10 H 22 n-decaan C 10 H 21 decyl
- vertakte alkanen: minstens één koolstof atoom is met meer dan twee koolstofatomen
gebonden. Aan deze hoofdketen kunnen één of meer zijketens of alkylgroepen verbonden
zijn.
Cycloalkanen: verzadigde, cyclische koolwaterstoffen. C n H 2 n met n ≥ 3
1.2.2 IUPAC – benaming
Vertakte alkanen:
[ plaatsnummer ] −[ vertakking ] [ yl ]−[stamnaam][aan]
- [ plaatsnummer ]: kleinste nummer van plaats vertakking, bij meerdere vertakkingen
scheiding door komma
- [ vertakking ] [ yl ]: naam van zijketen + yl, bij meerdere identieke di, tri, … voor zetten
- [stamnaam][ aan]: naam van langste, ononderbroken koolstofketen + aan
vertakte cycloalkanen:
[ plaatsnummer ( s) ]−[ alkylgroep ( en ) ]+ cyclo+[stamnaam][aan]
1.Organische stoffen
1.1 inleiding
3 soorten organische stoffen:
- koolwaterstoffen: verbindingen met uitsluitend koolstof- en waterstofatomen. (enkel C en H)
- Monofunctionele koolstofverbindingen: bevat één functionele groep
- Polyfunctionele koolstofverbindingen: bevat meerdere functionele groepen
3 mogelijke voorstellingen:
- Brutoformule:
1. Schijf C, dan H met indices die het aantal weergeven
2. Schrijf hierna de overige elementen in alfabetische volgorde met indices
Vb. C 2 H 6 O
- Structuurformule of lewisstructuur: Vb.
1. Teken het skelet met de atomen van de verbinding
2. Teken alle atoomverbindingen
3. Teken eventueel vrije elektronenparen
- Verkorte structuurformule:
1. Teken het koolstofskelet van de verbinding
2. Verbind alle koolstofatomen met enkelvoudige, dubbele of drievoudige verbindingen
3. Noteer de C-H-bindingen met CH , C H 2 en C H 3 . Bij achtereenvolgende zelfde
bindingen zet je ze tussen haakjes met indices.
4. Noteer eventuele functionele groepen verkocht, zonder aanduiding van vrije
elektronenparen.
Vb. C H 3 −C H 2−C H 2−C H 3 = C H 3 −(C H 2 )2−C H 3
- Zaagtand- of skeletnotatie: Vb.
1. Teken het koolstofskelet met per koolstofatoom een knik in het skelet.
2. Teken in de zaagtandstructuur eventuele functionele groepen verkort
Enkele voorbeelden:
, 1.2 verzadigde koolwaterstoffen
1.2.1 inleiding
Verzadigde koolwaterstoffen zijn koolwaterstoffen met overal enkelvoudige bindingen(altijd alkanen)
Alkanen: verzadigde, acyclische koolwaterstoffen. C n H 2 n+ 2 met n> 0
- onvertakte alkanen: elk koolstofatoom is maximaal met twee andere koolstofatomen
gebonden. (normaal alkanen of n-alkanen)
formule IUPAC - benaming Formule (alk.) alkylgroep
C H4 metaan C H 3 −¿ methyl
C2 H6 ethaan C 2 H 5−¿ ethyl
C3 H8 propaan C 3 H 7−¿ propyl
C 4 H 10 n-butaan C 4 H 9−¿ butyl
C 5 H 12 n-pentaan C 5 H 11 −¿ pentyl
C 6 H 14 n-hexaan C 6 H 13−¿ hexyl
C 7 H 16 n-heptaan C 7 H 15−¿ heptyl
C 8 H 18 n-octaan C 8 H 17 −¿ octyl
C 9 H 20 n-nonaan C 9 H 19−¿ nonyl
C 10 H 22 n-decaan C 10 H 21 decyl
- vertakte alkanen: minstens één koolstof atoom is met meer dan twee koolstofatomen
gebonden. Aan deze hoofdketen kunnen één of meer zijketens of alkylgroepen verbonden
zijn.
Cycloalkanen: verzadigde, cyclische koolwaterstoffen. C n H 2 n met n ≥ 3
1.2.2 IUPAC – benaming
Vertakte alkanen:
[ plaatsnummer ] −[ vertakking ] [ yl ]−[stamnaam][aan]
- [ plaatsnummer ]: kleinste nummer van plaats vertakking, bij meerdere vertakkingen
scheiding door komma
- [ vertakking ] [ yl ]: naam van zijketen + yl, bij meerdere identieke di, tri, … voor zetten
- [stamnaam][ aan]: naam van langste, ononderbroken koolstofketen + aan
vertakte cycloalkanen:
[ plaatsnummer ( s) ]−[ alkylgroep ( en ) ]+ cyclo+[stamnaam][aan]