Veranderkunde
Verandering en agogiek
Veranderen en helpen veranderen
Veranderen = onzekerheid. Het heeft ook veel verschillende
betekenissen
Beïnvloeden
Agogie het oude woord voor “veranderkunde” is “agogie”: het
doen veranderen.
Het komt van het Griekse woord “agein” = voeren of leiden.
Agogiek: de leer van het doen veranderen van mensen
Wat is het doel van onze beïnvloeding als HR?
Als de WN naar jou komt om iets te zeggen of om hulp te vragen, moet je
ze helpen. Het doel is dat we mensen beter krijgen en dat ze kunnen
groeien.
Opkomst van de agogie
Valt samen met de industrialisatie rond 1900
Enkele eeuwen geleden waren er kleine overzichtelijke
gemeenschappen
Ontwikkeling van moderne techniek en wetenschap =
industrialisatie
Organisatie hulp en begeleiding op maatschappelijk niveau
Arbeidsdeling
Groei instellingen
De trek naar steden voor een beter leven
Kenmerken van agogie
Gemeenschappelijk:
Het gaat steeds om mensen in verandering
Een agoog wenst te beïnvloeden
Veranderen en beïnvloeden = KERNBEGRIPPEN VOOR AGOGIE
o Vrijwillige beïnvloeding
o (Jong)volwassenen
o Psychosociaal functioneren
o Beroepsmatig handelen
o Gewenste verandering
,Voorwaarden voor agogische verandering
Het betreft psychosociale verandering:
“Psychosociaal” = psyche/ sociaal
Psychosociaal functioneren als individu of in groepsverband
Verandering in louter kennis wordt niet tot de agogie gerekend!!!
De beïnvloeding vindt beroepsmatig plaats
De beïnvloeding is doelgericht: als het doel niet duidelijk is, kan het
moeilijk zijn dat er verandering gaat gebeuren
De veranderaar werkt systematisch: als er geen systeem is, is het
niet gemakkelijk
De beïnvloeding vindt bewust plaats
De verandering wordt door de betrokkene gewenst: als het niet
gewenst wordt door de betrokkene, heeft het weinig nut. De
betrokkene moet de verandering willen!
De beïnvloeding wordt vrijwillig ondergaan
De beïnvloeding is niet wederzijds
Het gaat om (jong)volwassenen
Aspecten van het psychosociale functioneren van een individu zijn:
o Zelfbeeld
o Gevoelens
o Identiteit
o Ambitie
Definitie agogiek
De leer van eenzijdige, systematische, doelgerichte, beroepsmatige
beïnvloeding die gericht is op het bereiken van meer wenselijk geachte
psychosociale situatie van volwassenen (individueel of in onderling
verband) die zich van deze beïnvloeding bewust zijn en deze situatie ook
nastreven.
Cliënt
Agoog = degene die helpt veranderen
Degene die de verandering ondergaat (verschillende benamingen) =
Patiënt
Cliënt
Cliëntsysteem
Doelgroep
, Terminologie
Pedagogie: wetenschappelijke studie van de manier waarop
volwassenen, opvoeders, onderwijzers en leraren jeugdigen
grootbrengen om ze voor te bereiden op een zelfstandig bestaan
Andragogie: een specialisme binnen de sociale wetenschap dat
zich tot doel stelt de volwassen mens bij te staan in zijn ontwikkeling
tot mondigheid, autonomie, humaniteit en verantwoordelijkheid
Pedagogiek: de praktijkleer van de manier waarop volwassenen,
opvoeders, onderwijzers en leraren jeugdigen grootbrengen om ze
voor te bereiden op een zelfstandig bestaan
Agogiek: de praktijkleer van eigenlijke beïnvloedingen
(Andr)agologie: de wetenschap van het eigenlijke beïnvloeden
Agogie: de eigenlijke beïnvloeding
Tip: als er een “k” op het einde van het woord staat, is het altijd
PRAKTIJKLEER!!
Kinderen / volwassenen /
algemeen
Het eigenlijke beïnvloeden Pedagogie / andragogie / agogie
De praktijkleer ervan PedagogieK / andragogieK /
agogieK
De wetenschap ervan Pedagologie / andragologie /
agologie
Beroepen en velden
Agogie centraal: het draait om hoe je mensen bewust helpt
veranderen, bv. gedrag of houding beïnvloeden
Agogisch aspect: de aanpak die je gebruikt om die verandering te
bereiken, zoals motiveren, ondersteunen, of begeleiden
Werkveld: de praktijkgebieden waar je dit toepast, zoals onderwijs,
welzijnswerk of gezondheidszorg
Niveaus van psychosociaal functioneren
Microniveau (individuele personen, gezin): hier wordt er vooral
gekeken naar het individu, de persoon zelf
Mesoniveau (groepen, (kleine) organisaties): hier wordt er gekeken
naar bepaalde groepen
Macroniveau (grotere samenleving, de maatschappij)
= een grote, doorgaans anonieme verzameling mensen met een
gemeenschappelijk kenmerk
Verandering en agogiek
Veranderen en helpen veranderen
Veranderen = onzekerheid. Het heeft ook veel verschillende
betekenissen
Beïnvloeden
Agogie het oude woord voor “veranderkunde” is “agogie”: het
doen veranderen.
Het komt van het Griekse woord “agein” = voeren of leiden.
Agogiek: de leer van het doen veranderen van mensen
Wat is het doel van onze beïnvloeding als HR?
Als de WN naar jou komt om iets te zeggen of om hulp te vragen, moet je
ze helpen. Het doel is dat we mensen beter krijgen en dat ze kunnen
groeien.
Opkomst van de agogie
Valt samen met de industrialisatie rond 1900
Enkele eeuwen geleden waren er kleine overzichtelijke
gemeenschappen
Ontwikkeling van moderne techniek en wetenschap =
industrialisatie
Organisatie hulp en begeleiding op maatschappelijk niveau
Arbeidsdeling
Groei instellingen
De trek naar steden voor een beter leven
Kenmerken van agogie
Gemeenschappelijk:
Het gaat steeds om mensen in verandering
Een agoog wenst te beïnvloeden
Veranderen en beïnvloeden = KERNBEGRIPPEN VOOR AGOGIE
o Vrijwillige beïnvloeding
o (Jong)volwassenen
o Psychosociaal functioneren
o Beroepsmatig handelen
o Gewenste verandering
,Voorwaarden voor agogische verandering
Het betreft psychosociale verandering:
“Psychosociaal” = psyche/ sociaal
Psychosociaal functioneren als individu of in groepsverband
Verandering in louter kennis wordt niet tot de agogie gerekend!!!
De beïnvloeding vindt beroepsmatig plaats
De beïnvloeding is doelgericht: als het doel niet duidelijk is, kan het
moeilijk zijn dat er verandering gaat gebeuren
De veranderaar werkt systematisch: als er geen systeem is, is het
niet gemakkelijk
De beïnvloeding vindt bewust plaats
De verandering wordt door de betrokkene gewenst: als het niet
gewenst wordt door de betrokkene, heeft het weinig nut. De
betrokkene moet de verandering willen!
De beïnvloeding wordt vrijwillig ondergaan
De beïnvloeding is niet wederzijds
Het gaat om (jong)volwassenen
Aspecten van het psychosociale functioneren van een individu zijn:
o Zelfbeeld
o Gevoelens
o Identiteit
o Ambitie
Definitie agogiek
De leer van eenzijdige, systematische, doelgerichte, beroepsmatige
beïnvloeding die gericht is op het bereiken van meer wenselijk geachte
psychosociale situatie van volwassenen (individueel of in onderling
verband) die zich van deze beïnvloeding bewust zijn en deze situatie ook
nastreven.
Cliënt
Agoog = degene die helpt veranderen
Degene die de verandering ondergaat (verschillende benamingen) =
Patiënt
Cliënt
Cliëntsysteem
Doelgroep
, Terminologie
Pedagogie: wetenschappelijke studie van de manier waarop
volwassenen, opvoeders, onderwijzers en leraren jeugdigen
grootbrengen om ze voor te bereiden op een zelfstandig bestaan
Andragogie: een specialisme binnen de sociale wetenschap dat
zich tot doel stelt de volwassen mens bij te staan in zijn ontwikkeling
tot mondigheid, autonomie, humaniteit en verantwoordelijkheid
Pedagogiek: de praktijkleer van de manier waarop volwassenen,
opvoeders, onderwijzers en leraren jeugdigen grootbrengen om ze
voor te bereiden op een zelfstandig bestaan
Agogiek: de praktijkleer van eigenlijke beïnvloedingen
(Andr)agologie: de wetenschap van het eigenlijke beïnvloeden
Agogie: de eigenlijke beïnvloeding
Tip: als er een “k” op het einde van het woord staat, is het altijd
PRAKTIJKLEER!!
Kinderen / volwassenen /
algemeen
Het eigenlijke beïnvloeden Pedagogie / andragogie / agogie
De praktijkleer ervan PedagogieK / andragogieK /
agogieK
De wetenschap ervan Pedagologie / andragologie /
agologie
Beroepen en velden
Agogie centraal: het draait om hoe je mensen bewust helpt
veranderen, bv. gedrag of houding beïnvloeden
Agogisch aspect: de aanpak die je gebruikt om die verandering te
bereiken, zoals motiveren, ondersteunen, of begeleiden
Werkveld: de praktijkgebieden waar je dit toepast, zoals onderwijs,
welzijnswerk of gezondheidszorg
Niveaus van psychosociaal functioneren
Microniveau (individuele personen, gezin): hier wordt er vooral
gekeken naar het individu, de persoon zelf
Mesoniveau (groepen, (kleine) organisaties): hier wordt er gekeken
naar bepaalde groepen
Macroniveau (grotere samenleving, de maatschappij)
= een grote, doorgaans anonieme verzameling mensen met een
gemeenschappelijk kenmerk