ANATOMIE HERHALING
Oriëntatietermen
Superior = boven & craniaal = richting cranium (schedel)
Inferior = onder & caudaal = richting cauda (staart)
Anterior = vooraan & ventraal = richting venter (buik)
Posterior = achteraan & dorsaal = richting dorsum (rug)
Mediaal= naar midden & lateraal = naar buiten
Superficiaal = oppervlakkig & profundus = in de diepte
Proximaal = naar romp toe & distaal = verder weg van romp
Palmair/plantair = naar handpalm/voetzool gericht
Radiaal = aan de kant van duim & ulnair = aan de kant van pink
Tibiaal = aan kant grote teen & fibulair = aan kant kleine teen
Inversie = supinatie + adductie voorvoet & plantairflexie enkel
Eversie = pronatie + abductie voorvoet & dorsiflexie enkel
Myologie
Synergisten = spieren met zelfde functie werken samen & antagonisten = spieren met verschillende functie werken
apart
Isometrische contractie = spier levert kracht zonder beweging (geen lengteverschil)
Concentrische contractie = spier verkort
Eccentrische contractie = spier verlengt
Plyometrie = van eccentrisch naar concentrisch om meer kracht te genereren
Pluri-articulaire spieren = spieren die over meerdere gewrichten lopen
Bovenste lidmaat schoudergordel
Rotator cuff = 4 spieren die schoudergewricht aanspannen
Glenohumeraal gewricht stabiliseren tijdens bewegingen arm
Trekt humerus neerwaarts bij opwaartse beweging
M. supraspinatus, m. infraspinatus, m. teres minor en m. subscapulatis
mm. rhomboideus en m. trapezius : stabiliseren schoudergordel
Onderste lidmaat heup- en dijspieren
Heup: steunfunctie >>> bewegingsfunctie
,m. iliopsoas = m. psoas major + m. ilacus
Deep six = laterale rotatoren diep onder gluteus maximus
M. piriformis
M. gemellus superior (GOGO)
M. obturatorius internus (GOGO)
M. gemellus inferior (GOGO)
M. obturatorius externus (GOGO)
M. quadratus femoris
Adductoren:
M. pectineus
M. gracilis
M. adductor longus
M. adductor brevis
M. adductor magnus
Pes anserinus = m. sartorius + m. semitendinosus + m. gracilis
Onderste lidmaat kuitmusculatuur
m. triceps surae = m. gastrocnemius + m. soleus + m. plantaris
Stijgbeugel voet = m. tibialis anterior + m. peroneus longus
Bovenste lidmaat rugspieren:
Rugextremiteitspieren:
- M. trapezius
- M. latissimus dorsi
- M. rhomboideus major
- M. rhomboideus minor
- M. levator scapulae
, Oriëntatie in de gewrichtsvlakken
Schoudergewricht/glenohumerale gewricht
ANTEFLEXIE EN RETROFLEXIE
ABDUCTIE EN ADDUCTIE
EXOROTATIE EN ENDOROTATIE
Elleboog gewricht
FLEXIE EN EXTENSIE
SUPINATIE EN PRONATIE
Pelvis (bekken)
ANTVERSIE EN RETROVERSIE
, Enkelgewricht
PLANTAIR FLEXIE EN DORSIFLEXIE
INVERSIE EN EVERSIE
Scapulothoracale gewricht
ELEVATIE EN DEPRESSIE
ABDUCTIE EN ADDUCTIE
OPWAARTSE EN NEERWAARTSE ROTATIE
Polsgewricht
PALMAIR FLEXIE EN DORSIFLEXIE
RADIALE EN ULNAIRE DEVIATIE
Oriëntatietermen
Superior = boven & craniaal = richting cranium (schedel)
Inferior = onder & caudaal = richting cauda (staart)
Anterior = vooraan & ventraal = richting venter (buik)
Posterior = achteraan & dorsaal = richting dorsum (rug)
Mediaal= naar midden & lateraal = naar buiten
Superficiaal = oppervlakkig & profundus = in de diepte
Proximaal = naar romp toe & distaal = verder weg van romp
Palmair/plantair = naar handpalm/voetzool gericht
Radiaal = aan de kant van duim & ulnair = aan de kant van pink
Tibiaal = aan kant grote teen & fibulair = aan kant kleine teen
Inversie = supinatie + adductie voorvoet & plantairflexie enkel
Eversie = pronatie + abductie voorvoet & dorsiflexie enkel
Myologie
Synergisten = spieren met zelfde functie werken samen & antagonisten = spieren met verschillende functie werken
apart
Isometrische contractie = spier levert kracht zonder beweging (geen lengteverschil)
Concentrische contractie = spier verkort
Eccentrische contractie = spier verlengt
Plyometrie = van eccentrisch naar concentrisch om meer kracht te genereren
Pluri-articulaire spieren = spieren die over meerdere gewrichten lopen
Bovenste lidmaat schoudergordel
Rotator cuff = 4 spieren die schoudergewricht aanspannen
Glenohumeraal gewricht stabiliseren tijdens bewegingen arm
Trekt humerus neerwaarts bij opwaartse beweging
M. supraspinatus, m. infraspinatus, m. teres minor en m. subscapulatis
mm. rhomboideus en m. trapezius : stabiliseren schoudergordel
Onderste lidmaat heup- en dijspieren
Heup: steunfunctie >>> bewegingsfunctie
,m. iliopsoas = m. psoas major + m. ilacus
Deep six = laterale rotatoren diep onder gluteus maximus
M. piriformis
M. gemellus superior (GOGO)
M. obturatorius internus (GOGO)
M. gemellus inferior (GOGO)
M. obturatorius externus (GOGO)
M. quadratus femoris
Adductoren:
M. pectineus
M. gracilis
M. adductor longus
M. adductor brevis
M. adductor magnus
Pes anserinus = m. sartorius + m. semitendinosus + m. gracilis
Onderste lidmaat kuitmusculatuur
m. triceps surae = m. gastrocnemius + m. soleus + m. plantaris
Stijgbeugel voet = m. tibialis anterior + m. peroneus longus
Bovenste lidmaat rugspieren:
Rugextremiteitspieren:
- M. trapezius
- M. latissimus dorsi
- M. rhomboideus major
- M. rhomboideus minor
- M. levator scapulae
, Oriëntatie in de gewrichtsvlakken
Schoudergewricht/glenohumerale gewricht
ANTEFLEXIE EN RETROFLEXIE
ABDUCTIE EN ADDUCTIE
EXOROTATIE EN ENDOROTATIE
Elleboog gewricht
FLEXIE EN EXTENSIE
SUPINATIE EN PRONATIE
Pelvis (bekken)
ANTVERSIE EN RETROVERSIE
, Enkelgewricht
PLANTAIR FLEXIE EN DORSIFLEXIE
INVERSIE EN EVERSIE
Scapulothoracale gewricht
ELEVATIE EN DEPRESSIE
ABDUCTIE EN ADDUCTIE
OPWAARTSE EN NEERWAARTSE ROTATIE
Polsgewricht
PALMAIR FLEXIE EN DORSIFLEXIE
RADIALE EN ULNAIRE DEVIATIE
