1 Inleiding tot de psychodiagnostiek
• Omschrijving & belang van psychodiagnostiek
Alledaags impliciet diagnosticeren
Impliciet diagnosticeren in PSD
Expliciet diagnosticeren als oplossing
Belang van (bestuderen van) PSD
• Geschiedenis van de psychodiagnostiek
1.1 Impliciet diagnosticeren
• Alledaags impliciet diagnosticeren
Diagnosticeren = toekennen v. oorzaken aan verschijnselen of gedragingen
(attributietheorie)
Impliciet = onbewust, zonder erover na te denken
Iedereen doet het…, elke dag …. vooral als er afwijking is v. verwacht patroon →
experiment dakloze: https://www.youtube.com/watch?v=sI3dX59vbbs
Vaak gebruikt als entertainment:
- Online of in tijdschriften: “testjes” bv. flair
- Media, televisie en documentaires: extremer (on)gewenst gedrag
• Problemen van impliciete diagnostiek
Impliciet diagnosticeren
Oordeelsfouten owv tekorten en vertekeningen in denken = foutenbronnen
Bepaalt ons gedrag
Onderzoek naar foutenbronnen:
- Hoe gaan mensen om met kansen en waarschijnlijkheden?
- Wat is de oorzaak?
1.1.1 Omgaan met kansen en waarschijnlijkheden
Voorbeeld 1: "Mijn vriend is professor. Hij schrijft graag gedichten, is nogal verlegen en
klein van gestalte. Op welk terrein is hij werkzaam: Chinese literatuur of psychologie? “
→ Vaak Chinese terwijl het perfect ook psychologie kan zijn.
Voorbeeld 2: Welk type woorden zijn meest frequent in Nederlands? Woorden die
beginnen met 'r' of woorden die 'r' als vierde letter hebben?
→ Meestal denken mensen woorden die met ‘r’ beginnen omdat ze er makkelijker op
kunnen komen.
1.1.2 Oorzaak van foutenbronnen
• Experiment
“Bart is 34 jaar, intelligent mr weinig creatief. Hij is dwangmatig & maakt saaie indruk. Hij
was altijd sterk in wiskunde maar zwak in taal”. Rangschik naar waarschijnlijkheid:
- Bart is accountant
- Bart speelt in een hardrockband
- Bart is een accountant die in een hardrockband speelt
, - In onderzoek zegt meerderheid dat a meest wrch. is & b minst waarsch. Dit strookt
niet met wiskunde die zegt dat c het minst waarsch is. Beschrijving Bart voldoet
absoluut niet aan beeld v. hardrocker, meer aan beeld v. hardrockende accountant
OORZAAK FOUTENBRONNEN: mensen redeneren niet statistisch, maar gebruiken
heuristieken/vuistregels
• Heuristieken
= (vuist) regels om sneller tot oplossing v. probleem te komen (vaak impliciet of onbewust)
- Informele, intuïtieve en speculatieve oplossingsstrategieën
- Ontwikkeld om snel beslissingen te nemen (~overleven)
- I.t.t. algoritmen (= tegenovergestelde), die altijd & overal werken, zijn heuristieken
spec. strategieën die we leren gebruiken in spec. situaties, die niet altijd oplossing
garanderen.
- Hoe meer ervaring met een taak hoe beter heuristieken ontwikkeld zijn
➔ Heuristieken zijn vaak oorzaak van foutenbron, ze worden gebruikt om bv. in te schatten
of je kan oversteken of niet. We gebruiken buikgevoel om snel te beslissen.
Andere statistische fouten:
- Velen denken dat vliegen gevaarlijker is dan autorijden
- Lijst van 19 “beroemde” mannen & 20 “gewone” vrouwen: meeste mensen denken
dat er meer mannen dan vrouwen op lijst
→ Hoe makkelijker vb. v. fenomeen te binnen schieten, des te frequenter fenomeen is
o Vb. 1. Vliegtuigrampen komen zeer lang in het nieuws terwijl auto-
ongevallen zeer kort in het nieuws blijven.
Beschikbaarheidsheuristiek ~ gebeurtenissen
= als iets makkelijk uit geheugen op te halen is, schatten mensen dat dit vaker gebeurt
- Vb. 2: Welk type woorden zijn meest frequent in Nederlands? Woorden die beginnen
met een 'r' of woorden die 'r' als vierde letter hebben?
- Vliegen is gevaarlijker dan autorijden
- Experiment bekende, onbekende mensen
Representativiteitsheuristiek
= hoe meer iemand overeenkomstige kenmerken vertoont die typisch zijn vr leden v.
bep. groep, hoe groter de kans is dat de persoon ook tot die groep behoort.
- Film brandweer, chirurg, gevechtspiloot
- Vb. 1: "Mijn vriend is professor. Hij schrijft graag gedichten, is nogal verlegen & klein
v. gestalte. Op welk terrein is hij werkzaam: Chinese literatuur of psychologie? “
- Experiment hardrockende accountant
Opdracht: welke heuristiek?
- “Mijn ouders slagen mij regelmatig, dit is geen probleem want dit gebeurt toch in elk
gezin?” → Beschikbaarheid
- Vb. uit soc. psych.: Man & zijn zoon hebben zwaar verkeersongeval. Man overlijdt &
zoon wordt met zware verwondingen nr ziekenhuis gebracht. Chirurg v. dienst stelt
echter: “ik kan niet opereren, want dit is mijn zoon”. Hoe kan dit? → Representatief
,1.2 Impliciet diagnosticeren in de psychodiagnostiek
• Wat is er aan de hand? Advies? Wnr je deze foto’s ziet
1. Opname omv drankverslaving mr wnr je situatie eerst ziet ga je meer uit v. burn-out
2. Ingenieursjob in Europeesbegrijf mr stereotypisch ga je er v. uit dat ze poetsvrouw &
migrant is.
3. Jongen heeft last v. scheiding v. ouders terwijl we ervan uitgaan dat hij ADHD ofzo heeft
➔ Psychodiagnostiek is niet gelijk aan testen mr wel zoektocht nr wat er aan hand is. Het is
ruim en altijd in het begin van het traject
Meer gebruik v. heuristieken indien meer ervaring met thema
Opletten voor: confirmation bias en andere foutenbronnen
• Mogelijke foutenbronnen
Vaak geen systematische en consistente werkwijze
Informatie zoeken die idee bevestigt (confirmation bias)
Te vlug adviezen formuleren
Gebrekkige betrouwbaarheid & validiteit v. onderzoeksmiddelen & ongeschikte normen
Voor de hand liggende diagnosen en interventies over het hoofd zien
Diagnostisch proces onvoldoende afgestemd op de hulpvragen van de cliënt
➔ Buikgevoel kan ook nuttig zijn maar je moet er wel mee opletten
Besluitvorming onvoldoende gebaseerd op beschikbare gegevens; geen objectieve
criteria hanteren (= verhoging van de subjectiviteit)
Besluitvorming onvoldoende geëxpliciteerd & drdr onvoldoende duidelijk vr collega’s en
cliënten
Eigen persoon als foutenbron
Onvoldoende samenwerking met cliënt en zijn omgeving
Te veel vakjargon in de communicatie
Fouten & vertekeningen mogelijk in elke fase v. psychodiagnostische besluitvorming
Invloed v. foutenbronnen kan verminderd worden dr gebruik v. duidelijk, systematisch
denkkader = expliciete diagnostiek
1.3 Expliciet diagnosticeren als oplossing
• Expliciete diagnostiek
= wetensch. verantwoorde vormgeving van het proces obv valide & betrouwbare producten
(instrumenten / methodieken) = prescriptief kader of model
Psychodiagnostisch procesmodel
(Aanvullend onderzoek bestaat vaak uit testen om ruimer beeld te krijgen v. hoe situatie in
elkaar zit)
, 1.3.1 Basis van het PSD-procesmodel
= Empirische cyclus
= hypothese toetsend denken → basis v. PSD is wetensch. denken
Observatie / Exploratie Inductie
Verzamelen en groeperen v. Formuleren van hypothesen
Evaluatie
µµ feitenmateriaal & theorie
Kan hypothese verworpen of
angehouden worden
Toetsing Deductie: Afleiden v.
Nagaan of de voorspellingen toetsbare voorspellingen
stand houden
• Empirische cyclus in statistiek (zie stat. 1)
Moppen over domme blondjes Brunettes zijn intelligenter dan
Blondines zijn even intelligent blondines
als brunettes
Is 102 significant groter Brunettes zijn intelligenter dan
dan 99? → Neen blondines indien ze significant
hoger scoren op een IQ- test
• Empirische cyclus: Rik Rik heeft geen ADHD
Concentratie-moeilijkheden, moeilijk Rik heeft vechtscheiding niet verwerkt.
stil zitten, impulsief, snel boos, …
Rik heeft ADHD indien resultaten v.
Wordt er voldaan aan DSM 5 criteria vr observatie, vragenlijsten, … bij versch.
ADHD → neen. informanten erop wijzen dat er voldaan
wordt aan de DSM 5 criteria vr ADHD?
Rik heeft vechtscheiding niet verwerkt.
Gedragingen enkel in thuiscontext, niet op
school, ontstaan na vechtscheiding