Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Samenvatting - Bestuursrecht

Note
-
Vendu
2
Pages
188
Publié le
23-05-2025
Écrit en
2024/2025

Handboek en lesnotities Enkel module 5 en 6 moeten aangevuld worden met handboek














Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

Infos sur le Document

Publié le
23 mai 2025
Fichier mis à jour le
26 mai 2025
Nombre de pages
188
Écrit en
2024/2025
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

2024-2025 KDH



Bestuursrecht
- Voetnoten kunnen gevraagd worden als er een arrest/case wordt besproken ter
illustratie van iets (algemeen rechtsbeginsel, tuchtprocedure…)
- Bevoegdheidswetten: wetgever geeft aan UM bevoegdheden om bepaalde
beslissingen te nemen. De inhoud van die beslissing is niet terug te vinden in de
wetten/decreten è het is de discretionaire bevoegdheid van de UM/bestuur
(inhoud).
- Kruisverwijzingen zijn niet toegelaten!!
Inhoudsopgave

Module 1: wat houdt bestuursrecht in? Administratieve rechtshandeling? Administratieve OH? ....... 4
1. Wat is bestuursrecht? .............................................................................................................. 4
Het “Staatsrecht” bestaat uit het Grondwettelijk recht en het Bestuursrecht (= Administratief recht) 4
2. De administratieve rechtshandeling .......................................................................................... 8
Administratieve RH/bestuurshandeling ......................................................................................... 8

3. Het begrip administratieve overheid ........................................................................................ 15
Begrip “administratieve OH” ....................................................................................................... 15
4. Bestuurlijke handhaving met administratieve sancties (administratieve handhaving) ................. 18

Module 2: wettigheidsbeginsel en de beginselen van het bestuursrecht ........................................ 28
1. Wettigheidsbeginsel in het bestuursrecht ................................................................................ 28
Het wettigheidsbeginsel ............................................................................................................. 28
Toewijzing en delegatie van bevoegdheid..................................................................................... 30

2. De geschreven bronnen van bestuursrecht met bijzondere aandachtspunten ........................... 32
De geschreven bronnen: grondwet, verdragen, wetten en reglementaire besluiten ........................ 32
Enkele bijzondere aandachtspunten wat de reglementaire besluiten betreft ................................. 35

3. Bestuursrechtspraak en algemene beginselen van behoorlijk bestuur ...................................... 43
Inleiding/situering ...................................................................................................................... 43
‘ontstaan’, belang en rol ABBB .................................................................................................... 44
ARB en ABBB: plaats in de normenhiërarchie .............................................................................. 46
Kunnen ARB/ABBB contra legem werken? Legaliteit versus Rechtszekerheid (gewekt vertrouwen).. 47
Codificatie: geschreven en ongeschreven ARB/ABBB ................................................................... 48
Categorieën van (publiek–rechtelijke) rechtsbeginselen............................................................... 48
ABBB: classificatie ..................................................................................................................... 49
Leer van de intrekking (EXAMEN) ................................................................................................ 55

4. Beginselen van behoorlijk burgerschap: tegenwicht voor de ABBB? .......................................... 57
5. De bestuursrechtelijke gewoonte ............................................................................................ 59
6. Motivering van bestuurshandeling........................................................................................... 59
Materiële motiveringsplicht: inhoud en betekenis ........................................................................ 60
Formele of uitdrukkelijke motiveringsplicht ................................................................................. 60
7. Openbaarheid van bestuur ..................................................................................................... 66



1

,2024-2025 KDH

Ontstaan ................................................................................................................................... 66
Aard van het grondrecht ............................................................................................................. 67
(Normatieve) bevoegdheidsverdeling .......................................................................................... 67
De wet van 11 april 1994 betrecende de openbaarheid van bestuur: toepassingsgebied................ 69
Vlaams Bestuursdecreet van 7 december 2018: Titel II. Hoofdstuk 3 (Toegang tot
bestuursdocumenten) ............................................................................................................... 71

8. Inhoud wet 11 april 1994 ........................................................................................................ 73
Bestuurlijke en jurisdictionele beroepsprocedures ...................................................................... 80

Module 3: bestuurlijk organisatierecht ......................................................................................... 83
1. De Rechtspersoonlijkheid en de Openbare dienst en de Beheersvormen van de openbare dienst
83
Inleiding en overzichtsschema van de beheersvormen van de openbare dienst (centralisatie,
decentralisatie en uitbesteding).................................................................................................. 83
De rechtspersoonlijkheid: publiekrechtelijke, privaatrechtelijke en hybride rechtspersonen. ......... 84
De (organieke en functionele) openbare dienst: begrip en belang van het begrip ........................... 86

2. Beheersvormen van de openbare dienst.................................................................................. 89
Centralisatie en hiërarchisch gezag............................................................................................. 89
Decentralisatie .......................................................................................................................... 92
Het bestuurlijk toezicht op de gedecentraliseerde dienst ............................................................. 94

3. Functionele decentralisatie – federaal ................................................................................... 102
4. Functionele decentralisatie – Vlaams bestuursniveau ............................................................ 109

Module 4: Het beheer van de openbare dienst door uitbesteding via administratieve contracten .. 113

1. Beheer OD via administratieve contracten ............................................................................. 113
De (leer van de) administratieve contracten (Mast e.a., 2021, p. 157-274) ....................................113
Administratieve contracten en exclusieve rechten (Mast,2021, p. 161-165) ..................................118
2. Enkele administratieve contracten ........................................................................................ 119
De overheidsopdrachten en concessies: historiek en structuur regelgeving .................................119
A. Contracten voor de aanneming van werken, leveringen en diensten (overheidsopdrachten) .120
B. Concessies van werken en diensten (Mast, 2021, p. 246-259) .............................................139
Rechtsbescherming bij overheidsopdrachten en concessies (zeer belangrijk!) (A. Mast, 2021, 260-
272) .........................................................................................................................................141

Module 5: ambtenarenrecht (mast (p277-342) ................................................................................ 143
1. Begrip “ambtenaar”: 3 betekenissen ..................................................................................... 143
2. Rechtstoestand van de ambtenaar: contractueel of statutair (MAST p272-287) ....................... 143

3. Normatieve bevoegdheid om de rechtspositie cq. Het statuut van de ambtenaar te bepalen (MAST
p272-277 en 292-294) .................................................................................................................. 146

4. Mogelijkheid van contractuele tewerkstelling binnen overheidsdienst? Vlaamse ommekeer (MAST
p278-280) .................................................................................................................................... 149
5. Belang onderscheid tussen statutair en contractueel verband (MAST nr 281-286) .................... 152

6. Toekomst van het federale ambtenaren statuut...................................................................... 154
7. De openbaar ambt en de grondwettelijke vrijheden van de ambtenaar (MAST nr 295-394) ........ 155


2

,2024-2025 KDH

8. Ambtelijke tuchtregeling (MAST nr 303-314+ APKB) ................................................................ 157

9. Krachtlijnen van het ambtelijk statuut (MAST nr 315-339) ....................................................... 162

10. Taalwet bestuurszaken: taalkaders en taalrollen (nr 340)!!!!! .............................................. 165

Module 6: administratief goederenrecht(p277-342) ......................................................................... 167
1. Openbaar en privaat overheidsdomein .................................................................................. 167
2. Instrumentarium van het bestuur m.b.t. de (goederen van) particulieren ter realisatie van het
algemeen belang.......................................................................................................................... 176
3. Opeising (MAST, 2021, nr. 441-444) ....................................................................................... 183
4. Erfdienstbaarheden ten algemene nutte (EAN) (MAST, 2021, nr. 517-523) ................................ 185

EXAMEN ................................................................................................................................... 188




3

,2024-2025 KDH


Module 1: wat houdt bestuursrecht in? Administratieve
rechtshandeling? Administratieve OH?
1. Wat is bestuursrecht?
Het “Staatsrecht” bestaat uit het Grondwettelijk recht en het Bestuursrecht
(= Administratief recht)
• Grondwettelijk recht: regels betrePende de vestiging, de structuur en de
uitoefening van het overheidsgezag.
o Regelt de inrichting van en de verhouding tussen de staatsmachten
o Regelt de grondrechten van de burgers (tegenover de staatsmachten)
o België is federale staat, rechten en vrijheden van de Belgen
o Grondwettelijk Hof
o Administratieve rechtscolleges
• Bestuursrecht (administratief recht): regeling van de staatstaak na afscheiding van
wetgeving en rechtspraak.
o Het omvat de voorschriften van de bestuurlijke bedrijvigheid of activiteit van
“administratieve overheden” (in wezen van de “uitvoerende macht” (hierna:
UM) (formele definitie versus inhoudelijke definitie)
o Afscheiding wetgevende macht en rechterlijke macht è wat blijft over? De UM,
maar dat begrip is niet accuraat.
o Taak van bestuur is vooral een taak van tenuitvoerlegging
• Geen materieel– inhoudelijke definitie van het “Bestuursrecht”
o Alle handelingen die van een administratief orgaan uitgaan, ongeacht of zij een
wetgevende inhoud hebben (zoals bestuursreglementen) of een jurisdictionele
inhoud hebben (zoals beslissingen van administratieve rechtscolleges)
o Om aan het begrip “Bestuursrecht” inhoud te geven geldt een deels “organieke”
en een deels “functionele” benadering:
§ Het bestuursrecht normeert (als norm vastleggen) het handelen van de
staatsorganen die (organiek) tot de ‘uitvoerende macht’ behoren. Echter:
de UM zoals die beschreven wordt door de Grondwet dekt niet het hele
subject van het moderne bestuursrecht. Het gaat om handelingen die
uitgaan van een ‘bestuur’ of een ‘administratieve overheid’ die (functioneel)
beschikt over eenzijdige beslissingsbevoegdheid of “imperium” en
derhalve beslissingen neemt of kan nemen die ‘derden’ binden (zgn.
derdenbinding). Zo’n administratieve overheid kan een publiekrechtelijke
rechtspersoon zijn zoals de VDAB of een privaatrechtelijke rechtspersoon
zoals de VUB (zie infra)
§ Het domein van het bestuursrecht (en de rechtsbescherming tegenover het
bestuur) is dan ook ruimer dan dat van de (klassieke) UM alleen doch


4

,2024-2025 KDH

betreft evenzeer het (bestuurlijk) handelen van lokale besturen
(gemeenten, provincies), diverse verzelfstandigde besturen (al dan niet
gestructureerd op lokaal niveau) (zie infra), regulatoren belast met
geschillenbeslechting (vb. de FSMA), bestuurlijke beroepscolleges (zoals
een Hogere Tuchtraad) en, zelfs, het (bestuurlijk of “imperium” -) handelen
van private instellingen (inrichtingen van het vrij onderwijs)
• Geen def. van bestuursrecht
o Geen definitie omdat de staat en bestuur zich geleidelijk aan met nog andere
dingen bezighoudt
o Van nachtwakersstaat naar sociale welvaartsstaat
§ Defensie, veiligheid, financiën = kerntaken van de OH è nachtwakersstaat
§ Andere dingen: milieu, cultuur, economie, sociale welvaart è
welvaartsstaat
• De burger/onderneming tegenover de OH
o Later inherent niet op gelijke voet bevinden
o Reden: bestuur/staat beschikt over gezag/imperium
o Organisaties die door OH zijn opgericht/erkend/… die jegens burger staan
§ Nemen eenzijdige beslissingen die burger/onderneming bindt
§ Vb. Werkloosheidsuitkeringen zullen in tijd worden beperkt tot 2 jaar.
• Begrip bestuur is ruim
o Administratieve OH is ook bestuur
§ Vb. De VUB die eenzijdig beslissingen neemt die derde bindt è studenten,
maar ook andere universiteiten
• Inhoud
o Tijdens deze derde bachelor bestuderen we in het algemene vak
“Bestuursrecht” de zgn. “algemene leerstukken van het bestuursrecht”: dit zijn
de
§ I. Bronnen en beginselen van het bestuursrecht (Mast-Inleiding);
§ II. (Beginselen en technieken van het) bestuurlijk organisatierecht (Mast -
Boek I):
• II. a) bestuurlijk rechtspersonenrecht en
• II. b) de organisatie van de openbare dienst;
§ III. (Beginselen en technieken van het) ambtenarenrecht (Mast - Boek II);
§ IV. (Beginselen en technieken van het) administratief goederenrecht (Mast -
Boek III);
§ V. Basisbeginselen inzake rechtsbescherming tegenover de overheid
o LET WEL: Tussen het algemeen (basisbeginselen) bestuursrecht en het
bijzonder bestuursrecht bestaat een permanente wisselwerking en
beïnvloeding!
o Algemene leerstukken van bestuursrecht
§ Vb. Bestuurlijke organisaties: NMBS, VDAB…


5

, 2024-2025 KDH

§ Outsourcing: vb. Liefkeshoektunnel
o Bijzondere takken bestuursrecht
o In het bestuursrecht kunnen vier categorieën rechtsregels worden aangeduid:
§ 1. Bestuurlijk organisatierecht
• Organieke regels
o Dit is het geheel van organieke regels dat bepalend is voor het
organigram (= schematische voorstelling van een organisatie) van
de overheid
• Vb. I.k.v. Beroep instellen bij hogere OH en welke middelen die hogere
OH heeft
• Van belang voor jurisdictioneel beroep!!
§ 2. Materieel bestuursrecht
• Inhoudelijke regels
o Dit zijn de inhoudelijke regels van het bestuursrecht (vb. criteria ter
beoordeling van een vergunningsaanvraag, een
subsidieaanvraag…)
• Welke organisaties moeten reglementering naleven?
o Federale OHsdiensten
o Moet een NMBS/VUB dit doen?
§ 3. Procedureel bestuursrecht
• Vormelijke regels
o Dit zijn de vormelijke regels en beginselen die het bestuur moet
toepassen bij het nemen van een bestuursbeslissing (vb. inwinnen
van een advies, naleven hoorplicht, taalgebruik, bestuurlijke
beroepsprocedures…)
• Wie is er bevoegd en voor welke materies
• Bepalen de procedure
o Vb. Wat moet burger doen om subsidieaanvraag te doen?
§ 4. Bestuursprocesrecht
• Jurisdictionele procedures
o Dit zijn de regels en beginselen die van toepassing zijn op de
jurisdictionele procedures voor de bestuursrechters
• Aard van bestuursrecht: is het een uitzonderingsrecht?
o Mbt het burgerlijk recht is het bestuursrecht een uitzonderingsrecht
o Gemeen recht (privaatrecht als ‘ius commune’) versus (afwijkend)
bestuursrecht (publiekrecht)
§ Het bestuursrecht hanteert een eigen terminologie en begrippenapparaat
met specifieke rechtsgevolgen (vb. publiekrechtelijke erfdienstbaarheden,
administratieve contracten, statutaire werving, immuniteit openbaar
domein, ...)



6
€16,66
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
katodehertogh Vrije Universiteit Brussel
Voir profil
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
21
Membre depuis
5 année
Nombre de followers
13
Documents
33
Dernière vente
6 mois de cela

4,0

1 revues

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions