Economie in rechte lijn
Hoofdstuk 1: Wat is economie
Een sociale wetenschap die tot voorwerk heeft het beheer van schaarse middelen.
Het beheer van de beschikbare middelen omvat 3 typeproblemen
1. Stabilisatieprobleem= een goed beheer van schaarse middelen vereist het
nastreven van de volledige aanwending van de beschikbare middelen
2. Allocatie= hoe wijs je de schaarse middelen toe aan de diverse aanwendingen
3. Verdelings- of distributieprobleem= hoe verdeel je de voordelen van de
geproduceerde goederen en diensten over de bevolking
1 Het bestuderen van keuze-problemen
Op micro niveau: als student
Op macro niveau: welke beslissingen maken landen
2 Het economische probleem: veel behoeften
tegenover schaarse middelen
2.1 Menselijke en maatschappelijke behoeften
Behoefte: het aanvoelen van een tekort en naar het verlangen om dat tekort aan te
vullen.
2.2 Schaarse middelen en de noodzaak te kiezen
Schaarse middelen = economische goederen: ze hebben de eigenschap dat zij een
behoefte geheel of gedeeltelijk kunnen opvangen, op directe of indirecte wijze.
Niet schaarse goederen = vrije goederen
vb lucht in grote hoeveelheid aanwezig. Nochtans is dit naargelang de tijd en de
omstandigheden ook eer schaarse middel. Een duiker koopt een luchttank, of door de
vele bedrijven is er ook vee vervuilde lucht. Lucht komt dus schaarser. NU heeft
het de nieuwe schaarsten
2.3 het maken van keuzes en opportuniteitskosten
opportuniteitskost = de werkelijke kosten van een gemaakte keuze zijn niets anders
dan de waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door die keuze te maken.
Vb: student kiest voor extra studiejaar omvatten de kosten van die keuze niet
alleen de uitgaven voor boeken maar ook loon dat hij had kunnen verdienen, dit is de
opportuniteitskost.
,3 Productiemogelijkhedencurve
Deze stelt alle mogelijke combinaties van
de productie van de economische goederen
voor die bij volledige aanwending van de
beschikbare productiefactoren kunnen
worden voorgebracht.
De curve heeft noodzakelijk altijd een
negatieve helling heeft. Als een land met
de beschikbare productiefactoren meer
4 eenheden kleding
graan wil produceren dan kan dat alleen
en
maar door een deel kleding op te geven/
meer van het ene goed kan maar ten koste 3 eenheden kleding
van minder van het andere. en
Z = een overproductie
U = een onderproductie
De productiemogelijkhedencurve is maw de
verzameling van de efficiënte productiemogelijkheden.
4 Centrale planning versus marktmechanisme
Om in een economie allocatie en distributieproblemen op te lossen zijn er meerdere
sturingsmechanismen denkbaar
4.1 Centrale planning
De keuze wordt voor jou gemaakt
4.2 Het marktmechanisme
De keuze wordt door de vragers en aanbieders gemaakt
Centrale planning Marktmechanisme
Overheid Vrije markt
De keuze wordt voor jou gemaakt De keuze wordt door V en A gemaakt
Filosoof Karl Marx Filosoof Adam Smith
Vb. Sovjet Unie, Noord-Korea “onzichtbare hand”
Vb. Verenigde Staten
Communisme Liberalisme
Veel overheid Weinig overheid
Gelijkheid Vrijheid
Vrije marktwerking verstoord:
- Marktpartijen met te veel macht
o Monopolie
- Collectieve goederen (de lijn,
politie)
- Oneerlijke verdeling
,5 De gemengde economie: marktwerking met
overheidsinterventie
Via politieke besluitvorming worden allerhande collectieve goederen verdeel en
gefinancierd. Voor die goederen wordt het marktmechanisme dus geheel of
gedeeltelijk uitgeschakeld.
Omdat de goederen geen marktprijs hebben, omdat ze sterk onderprijsd zijn.
Vb: max prijs brood, opkopen overschot melk
Naast aanvulling op marktmechanisme kan de overheid ook een tussenkomst
inhouden in het maktmechanisme zelf. Belasitngne om de schadelijke gevolgen van
vervuiling tegen te gaan.
Vb: taksen sigaretten
, Hoofdstuk 2: Het marktmechanisme
1 inleiding
De markt speelt een belangrijke rol in de moderne economie.
De markt weerspiegelt de confrontatie tussen vragers (consumenten) en
aanbieders (producenten).
Om de marktwerking te bestuderen gaan we uit van vier hypothesen:
o het verhandelde product is homogeen
o er zijn zowel een groot aantal aanbieders als een groot aantal vragers
o er is vrije toegang tot de markt, en vrije uittreding uit de markt vrije
toetreding als uittreding
o zowel vragers als aanbieders hebben perfecte informatie transparant
als deze voorwaarden vervuld zijn, spreken we van perfecte (zuivere)
concurrentie
2 De marktvraag
2.1 Definitie
De totale hoeveelheid die alle consumenten samen bereid zijn te kopen, rekening
houdend met prijs, inkomen enz.
De marktvraag hangt af van een groot aantal factoren (determinanten)
Algemene formulering
Qv = Qv (px,y,u,pz, pw,…,n,a)
Waarbij:
Qv: de gevraagde hoeveelheid
px: de prijs van het goed
y: inkomen
u: smaak of coorkeur vna consumenten
pz,pw,..: de prijzen van complementaire (zelfde soort) /substituten
(ander goed, maar je moet hem ook hebben printen en inkt)
n: aantal consumenten
a: andere factoren, oa de verwachting over toekomstige prijzen,
weer, reclame
2.2 grafische voorstelling van de vraag
Hoofdstuk 1: Wat is economie
Een sociale wetenschap die tot voorwerk heeft het beheer van schaarse middelen.
Het beheer van de beschikbare middelen omvat 3 typeproblemen
1. Stabilisatieprobleem= een goed beheer van schaarse middelen vereist het
nastreven van de volledige aanwending van de beschikbare middelen
2. Allocatie= hoe wijs je de schaarse middelen toe aan de diverse aanwendingen
3. Verdelings- of distributieprobleem= hoe verdeel je de voordelen van de
geproduceerde goederen en diensten over de bevolking
1 Het bestuderen van keuze-problemen
Op micro niveau: als student
Op macro niveau: welke beslissingen maken landen
2 Het economische probleem: veel behoeften
tegenover schaarse middelen
2.1 Menselijke en maatschappelijke behoeften
Behoefte: het aanvoelen van een tekort en naar het verlangen om dat tekort aan te
vullen.
2.2 Schaarse middelen en de noodzaak te kiezen
Schaarse middelen = economische goederen: ze hebben de eigenschap dat zij een
behoefte geheel of gedeeltelijk kunnen opvangen, op directe of indirecte wijze.
Niet schaarse goederen = vrije goederen
vb lucht in grote hoeveelheid aanwezig. Nochtans is dit naargelang de tijd en de
omstandigheden ook eer schaarse middel. Een duiker koopt een luchttank, of door de
vele bedrijven is er ook vee vervuilde lucht. Lucht komt dus schaarser. NU heeft
het de nieuwe schaarsten
2.3 het maken van keuzes en opportuniteitskosten
opportuniteitskost = de werkelijke kosten van een gemaakte keuze zijn niets anders
dan de waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door die keuze te maken.
Vb: student kiest voor extra studiejaar omvatten de kosten van die keuze niet
alleen de uitgaven voor boeken maar ook loon dat hij had kunnen verdienen, dit is de
opportuniteitskost.
,3 Productiemogelijkhedencurve
Deze stelt alle mogelijke combinaties van
de productie van de economische goederen
voor die bij volledige aanwending van de
beschikbare productiefactoren kunnen
worden voorgebracht.
De curve heeft noodzakelijk altijd een
negatieve helling heeft. Als een land met
de beschikbare productiefactoren meer
4 eenheden kleding
graan wil produceren dan kan dat alleen
en
maar door een deel kleding op te geven/
meer van het ene goed kan maar ten koste 3 eenheden kleding
van minder van het andere. en
Z = een overproductie
U = een onderproductie
De productiemogelijkhedencurve is maw de
verzameling van de efficiënte productiemogelijkheden.
4 Centrale planning versus marktmechanisme
Om in een economie allocatie en distributieproblemen op te lossen zijn er meerdere
sturingsmechanismen denkbaar
4.1 Centrale planning
De keuze wordt voor jou gemaakt
4.2 Het marktmechanisme
De keuze wordt door de vragers en aanbieders gemaakt
Centrale planning Marktmechanisme
Overheid Vrije markt
De keuze wordt voor jou gemaakt De keuze wordt door V en A gemaakt
Filosoof Karl Marx Filosoof Adam Smith
Vb. Sovjet Unie, Noord-Korea “onzichtbare hand”
Vb. Verenigde Staten
Communisme Liberalisme
Veel overheid Weinig overheid
Gelijkheid Vrijheid
Vrije marktwerking verstoord:
- Marktpartijen met te veel macht
o Monopolie
- Collectieve goederen (de lijn,
politie)
- Oneerlijke verdeling
,5 De gemengde economie: marktwerking met
overheidsinterventie
Via politieke besluitvorming worden allerhande collectieve goederen verdeel en
gefinancierd. Voor die goederen wordt het marktmechanisme dus geheel of
gedeeltelijk uitgeschakeld.
Omdat de goederen geen marktprijs hebben, omdat ze sterk onderprijsd zijn.
Vb: max prijs brood, opkopen overschot melk
Naast aanvulling op marktmechanisme kan de overheid ook een tussenkomst
inhouden in het maktmechanisme zelf. Belasitngne om de schadelijke gevolgen van
vervuiling tegen te gaan.
Vb: taksen sigaretten
, Hoofdstuk 2: Het marktmechanisme
1 inleiding
De markt speelt een belangrijke rol in de moderne economie.
De markt weerspiegelt de confrontatie tussen vragers (consumenten) en
aanbieders (producenten).
Om de marktwerking te bestuderen gaan we uit van vier hypothesen:
o het verhandelde product is homogeen
o er zijn zowel een groot aantal aanbieders als een groot aantal vragers
o er is vrije toegang tot de markt, en vrije uittreding uit de markt vrije
toetreding als uittreding
o zowel vragers als aanbieders hebben perfecte informatie transparant
als deze voorwaarden vervuld zijn, spreken we van perfecte (zuivere)
concurrentie
2 De marktvraag
2.1 Definitie
De totale hoeveelheid die alle consumenten samen bereid zijn te kopen, rekening
houdend met prijs, inkomen enz.
De marktvraag hangt af van een groot aantal factoren (determinanten)
Algemene formulering
Qv = Qv (px,y,u,pz, pw,…,n,a)
Waarbij:
Qv: de gevraagde hoeveelheid
px: de prijs van het goed
y: inkomen
u: smaak of coorkeur vna consumenten
pz,pw,..: de prijzen van complementaire (zelfde soort) /substituten
(ander goed, maar je moet hem ook hebben printen en inkt)
n: aantal consumenten
a: andere factoren, oa de verwachting over toekomstige prijzen,
weer, reclame
2.2 grafische voorstelling van de vraag