GNK-Ba1-S2
MFP: morfologie
Sophie De Ganseman
, 1. Introductie les
1.1 FUNCTIE van het spijsverteringsstelsel (6)
- PROPULSIE : voorstuwen van voedsel van mond naar anus (peristalsis)
o Fout bij propulsie: krampen
- VERTERING van voedsel
o Zure pH → maag= chemische vertering
o Enzymes → speekselklieren, maag, pancreas= mechanische vertering
- ABSORPTIE (water & voedingsstoffen) → dundarm
- DETOXIFICATIE (opgenomen voedingsstoffen) → lever
o Alle stoffen zullen van darm → lever gaan om hier een onderscheid te maken tussen
goed/slecht : slecht? Lever stuurt het naar de gal
- SECRETIE (interne & externe giftige substanties) → colon
o Dikke darm loopt fout: aanzuiging van water: diarree
- AFWEER (immuunsysteem) → GALT
o Alles wat in lumen zit van MD stelsel= ‘buitenwereld’
o 50% van imuunsysteem zit in MD stelsel
1.2 OPBOUW (macro & microscopie) van het spijsverteringsstelsel
1.buisvormige organen:
- mond
- pharynx
- slokdarm
- maag
- dunne darm
- dikke darm (1-2m)
2.vaste organen:
- speekselklieren: speeksel→mond
- alvleesklier: hormonen+ enzymen→dundarm
- lever: gal→dundarm
1
,1.2.1 histologie van slokdarm-maag-dundarm-dikke darm
histologie: 4 lagen
1. MUCOSA
- Epitheel (+ basale membraan)→ variatie in epitheel volgens locatie in GUT
- Lamina propria (losmazig bindweefsel, capillairen, GALT, zenuwvezels)
- Muscularis mucosae
2. SUBMUCOSA
- Losmazig bindweefsel
- Submucosale klieren
- GALT
- Bloedvaten
- Autonome zenuwplexus
o Oppervlakkig : plexus van Meissner (=boven submucosa)
o Diep : plexus van Henle (=onder submucosa)
3. MUSCULOSA (=muscularis externa of propria)
- Binnenste spierlaag : ringvormig (= circulair)
- Zenuwplexus : plexus myentericus van Auerbach (=tussen circulair en longitudinaal)
- Buitenste spierlaag : longitudinaal (= evenwijdig met maagdarm-lengteas)
-
4. ADVENTITIA of (niet en) peritoneum
- Bind- en vetweefsel
- Maag + darm : bekleed door een buikvlies (peritoneum) : serosa
- Slokdarm + rectum : niet bekleed door een vlies : adventitia
Opmerking: als een tumor ontstaat in adventitia zal dit een ander effect hebben, dan als er een tumor
ontstaan in het peroneum
- Adventitia: verbinding met andere organen → tumor zaait uit: METASTASE
- Seroza: barrière voor de tumor→ tumor zaait minder makkelijk uit
Deze tekening is heel belangrijk!: zal wss een foto geven
- Structuren aanduiden
- Foute foto: zeggen wat er een foute ligging heeft
2
, Epitheelcellen in de mucosa zorgen voor onderscheid van organen
SLOKDARM Meerlagig plaveiselepitheel
MAAG Eenlagig cilindrisch epitheel
DARM Eenlagig epitheel met slijmbekercellen
3
MFP: morfologie
Sophie De Ganseman
, 1. Introductie les
1.1 FUNCTIE van het spijsverteringsstelsel (6)
- PROPULSIE : voorstuwen van voedsel van mond naar anus (peristalsis)
o Fout bij propulsie: krampen
- VERTERING van voedsel
o Zure pH → maag= chemische vertering
o Enzymes → speekselklieren, maag, pancreas= mechanische vertering
- ABSORPTIE (water & voedingsstoffen) → dundarm
- DETOXIFICATIE (opgenomen voedingsstoffen) → lever
o Alle stoffen zullen van darm → lever gaan om hier een onderscheid te maken tussen
goed/slecht : slecht? Lever stuurt het naar de gal
- SECRETIE (interne & externe giftige substanties) → colon
o Dikke darm loopt fout: aanzuiging van water: diarree
- AFWEER (immuunsysteem) → GALT
o Alles wat in lumen zit van MD stelsel= ‘buitenwereld’
o 50% van imuunsysteem zit in MD stelsel
1.2 OPBOUW (macro & microscopie) van het spijsverteringsstelsel
1.buisvormige organen:
- mond
- pharynx
- slokdarm
- maag
- dunne darm
- dikke darm (1-2m)
2.vaste organen:
- speekselklieren: speeksel→mond
- alvleesklier: hormonen+ enzymen→dundarm
- lever: gal→dundarm
1
,1.2.1 histologie van slokdarm-maag-dundarm-dikke darm
histologie: 4 lagen
1. MUCOSA
- Epitheel (+ basale membraan)→ variatie in epitheel volgens locatie in GUT
- Lamina propria (losmazig bindweefsel, capillairen, GALT, zenuwvezels)
- Muscularis mucosae
2. SUBMUCOSA
- Losmazig bindweefsel
- Submucosale klieren
- GALT
- Bloedvaten
- Autonome zenuwplexus
o Oppervlakkig : plexus van Meissner (=boven submucosa)
o Diep : plexus van Henle (=onder submucosa)
3. MUSCULOSA (=muscularis externa of propria)
- Binnenste spierlaag : ringvormig (= circulair)
- Zenuwplexus : plexus myentericus van Auerbach (=tussen circulair en longitudinaal)
- Buitenste spierlaag : longitudinaal (= evenwijdig met maagdarm-lengteas)
-
4. ADVENTITIA of (niet en) peritoneum
- Bind- en vetweefsel
- Maag + darm : bekleed door een buikvlies (peritoneum) : serosa
- Slokdarm + rectum : niet bekleed door een vlies : adventitia
Opmerking: als een tumor ontstaat in adventitia zal dit een ander effect hebben, dan als er een tumor
ontstaan in het peroneum
- Adventitia: verbinding met andere organen → tumor zaait uit: METASTASE
- Seroza: barrière voor de tumor→ tumor zaait minder makkelijk uit
Deze tekening is heel belangrijk!: zal wss een foto geven
- Structuren aanduiden
- Foute foto: zeggen wat er een foute ligging heeft
2
, Epitheelcellen in de mucosa zorgen voor onderscheid van organen
SLOKDARM Meerlagig plaveiselepitheel
MAAG Eenlagig cilindrisch epitheel
DARM Eenlagig epitheel met slijmbekercellen
3