Hoofdstuk 1: productbeleid
1. Wat is een product
1.1. Definitie product
- Product
o = alles wat op een markt kan gebracht worden of aangeboden worden
voor consumptie, gebruik of verbruik in een behoefte voorzien
o = materiële objecten, diensten, personen, plaatsen, organisaties en
ideeën
1.2. Productniveaus (ajuin-model)
- Uitgebreid product = de toegevoegde eigenschappen, zoals extra
dienstverlening en voordelen, die rond het kern- en tastbare product
worden gecreëerd
o Installatie
o Service na verkoop
o Merkbeleving
o Garantie
o Aanvullende diensten
o Levering en krediet
Differentiatie (en dus concurrentie) komt het vaakst voor op niveau van
het uitgebreide product
- Tastbaar product = de componenten van het product die fysiek
waarneembaar zijn en die samen de voordelen van het kernproduct
leveren
o Functies
o Stijl
o Kwaliteitsniveau
o Merknaam
o Verpakking
- Kernproduct = de oplossing of verzameling van kernbenefits die de klant
verwerft wanneer hij het product aankoopt
o Het product wordt beschouwd in termen van functies voor de afnemer:
het product als vervuller van een specifieke behoefte van de afnemer
1
Product- en merkenbeleid
, o Bv: verkoop een thuis, niet een hypotheek
1.3. Productindelingen
1) Duurzaamheid
- Niet-duurzame producten = niet opnieuw kunnen gebruiken (FMCG =
fast mover consumer goods) bv: koekjes
- Duurzame producten = opnieuw gebruiken bv: wasmachine
2) Gebruiker
- Consumentenproduct = gekocht door eindconsumenten voor persoonlijk
gebruik
=> ingedeeld op basis van koopgewoonten => verschillen in manier
waarop ze worden gekocht en op de markt worden gebracht
o Convenience products (wc papier)
Consument wil hiervoor zeer weinig koopinspanning verrichten
Frequent en routinematig aangekochte producten
Worden vaak, onmiddellijk en zonder veel vergelijking gekocht
Laag geprijsd en op vele plaatsen beschikbaar
o Shopping products (schoenen)
Consument bereid enige moeite te doen voor aankoop
Minder vaak aangekocht
Tijd voor selectie- en koopproces + merken worden vergeleken
op prijs, kwaliteit, geschiktheid en stijl
Aangeboden via minder verkooppunten, maar meer
verkoopondersteuning bv Fest: barrières wegnemen (zo
makkelijk mogelijk maken voor consument)
o Specialty products (Rolex, Porsche)
Hebben unieke kenmerken of speciale merkidentiteit waarvoor
aanzienlijke groep klanten een bijzondere koopinspanning over
heeft
Consument weinig prijsbewust
Merken worden in principe niet vergeleken
Exclusieve distributie (regio)
Gerichte promotie
o Unsought products (Rode Kruis)
Klant kent product wel of niet maar heeft eigenlijk geen interesse
in aankoop => latente behoefte
Vereisen:
Veel reclame
Persoonlijke verkoop
Andere marketingactiviteiten (soms agressief)
2
Product- en merkenbeleid
, - Industriële producten (bv: graan)
3) Bijzondere productenindeling
o Organisaties (Rode Kruis)
o Personen (Trump)
o Plaatsen (Limburg) citymarketing
o Ideeën (naleven corona maatregelen)
2. Wat is een dienst
2.1. Definitie van een dienst
- Dienst = immateriële producten die geen eigendomsoverdracht tot gevolg
hebben
- Continuüm goederendiensten
- PAAS = product as a service = bedrijf verkoopt product niet, maar biedt
zijn dienst aan; van bezit naar gebruik
o Combinatie van producten met diensten: producten in
abonnementsvormen met bijbehorende diensten bv reparatie of
vervanging
3
Product- en merkenbeleid
1. Wat is een product
1.1. Definitie product
- Product
o = alles wat op een markt kan gebracht worden of aangeboden worden
voor consumptie, gebruik of verbruik in een behoefte voorzien
o = materiële objecten, diensten, personen, plaatsen, organisaties en
ideeën
1.2. Productniveaus (ajuin-model)
- Uitgebreid product = de toegevoegde eigenschappen, zoals extra
dienstverlening en voordelen, die rond het kern- en tastbare product
worden gecreëerd
o Installatie
o Service na verkoop
o Merkbeleving
o Garantie
o Aanvullende diensten
o Levering en krediet
Differentiatie (en dus concurrentie) komt het vaakst voor op niveau van
het uitgebreide product
- Tastbaar product = de componenten van het product die fysiek
waarneembaar zijn en die samen de voordelen van het kernproduct
leveren
o Functies
o Stijl
o Kwaliteitsniveau
o Merknaam
o Verpakking
- Kernproduct = de oplossing of verzameling van kernbenefits die de klant
verwerft wanneer hij het product aankoopt
o Het product wordt beschouwd in termen van functies voor de afnemer:
het product als vervuller van een specifieke behoefte van de afnemer
1
Product- en merkenbeleid
, o Bv: verkoop een thuis, niet een hypotheek
1.3. Productindelingen
1) Duurzaamheid
- Niet-duurzame producten = niet opnieuw kunnen gebruiken (FMCG =
fast mover consumer goods) bv: koekjes
- Duurzame producten = opnieuw gebruiken bv: wasmachine
2) Gebruiker
- Consumentenproduct = gekocht door eindconsumenten voor persoonlijk
gebruik
=> ingedeeld op basis van koopgewoonten => verschillen in manier
waarop ze worden gekocht en op de markt worden gebracht
o Convenience products (wc papier)
Consument wil hiervoor zeer weinig koopinspanning verrichten
Frequent en routinematig aangekochte producten
Worden vaak, onmiddellijk en zonder veel vergelijking gekocht
Laag geprijsd en op vele plaatsen beschikbaar
o Shopping products (schoenen)
Consument bereid enige moeite te doen voor aankoop
Minder vaak aangekocht
Tijd voor selectie- en koopproces + merken worden vergeleken
op prijs, kwaliteit, geschiktheid en stijl
Aangeboden via minder verkooppunten, maar meer
verkoopondersteuning bv Fest: barrières wegnemen (zo
makkelijk mogelijk maken voor consument)
o Specialty products (Rolex, Porsche)
Hebben unieke kenmerken of speciale merkidentiteit waarvoor
aanzienlijke groep klanten een bijzondere koopinspanning over
heeft
Consument weinig prijsbewust
Merken worden in principe niet vergeleken
Exclusieve distributie (regio)
Gerichte promotie
o Unsought products (Rode Kruis)
Klant kent product wel of niet maar heeft eigenlijk geen interesse
in aankoop => latente behoefte
Vereisen:
Veel reclame
Persoonlijke verkoop
Andere marketingactiviteiten (soms agressief)
2
Product- en merkenbeleid
, - Industriële producten (bv: graan)
3) Bijzondere productenindeling
o Organisaties (Rode Kruis)
o Personen (Trump)
o Plaatsen (Limburg) citymarketing
o Ideeën (naleven corona maatregelen)
2. Wat is een dienst
2.1. Definitie van een dienst
- Dienst = immateriële producten die geen eigendomsoverdracht tot gevolg
hebben
- Continuüm goederendiensten
- PAAS = product as a service = bedrijf verkoopt product niet, maar biedt
zijn dienst aan; van bezit naar gebruik
o Combinatie van producten met diensten: producten in
abonnementsvormen met bijbehorende diensten bv reparatie of
vervanging
3
Product- en merkenbeleid