Dermatologie
1 Kennis en inzicht verwerven in de pathofysiologie van courante ziektebeelden en diagnostische
technieken gebruikt binnen het domein van het specialisme.
2 De verworven kennis binnen het domein van het specialisme kunnen toepassen op een klinische
probleemstelling als onderbouw voor het probleemoplossend vermogen op de werkplek.
3 Kennis hebben van de mogelijkheden van preventie van een aantal huid- en slijmvliesaandoeningen
en inzicht verwerven en kunnen toepassen van evidence-based handelen in de aanpak van de
courante ziektebeelden in dit domein (wetenschappelijke attitude van de patiëntenzorg).
4 Bekend zijn met de mogelijkheden van mono- en multidisciplinaire aanpak in diagnose en therapie
van een aantal huid- en slijmvliesaandoeningen.
5 Kennis hebben van de mogelijkheden en beperkingen van het therapeutisch handelen, in het belang
van de arts-patiëntrelatie
HC1 → H1-3-4: Bouw en functie huid, anamnese en
onderzoeken, epidemiologie huidaandoeningen
Huidstructuur en Functie
• De epidermis vernieuwt zich ongeveer één keer per maand en bestaat uit
hoorncellen + haarzakjes
• Om de 36 keratinecellen → melanocyt
• In de basale laag van de epidermis bevinden zich melanocyten, die pigment afgeven
aan de hoornlaag en de huidskleur bepalen. De hoeveelheid pigmentproductie is niet
per se bepalend voor een donkere huid, maar eerder de grootte van de organellen in
de melanocyten.
• De dermis bevat bindweefsel en elastine, wat zorgt voor de soepelheid en veerkracht
van de huid, en bevat ook belangrijke bloedvaten en zenuwuiteinden.
• Onder de dermis bevindt zich een vetlaag/subcutis die verbonden is met de fascia en
spieren. Aandoeningen in de vetlaag kunnen leiden tot pijnlijke, paars-rode plekken,
zoals bij paniculitis.
• Stress kan via de "brain-skin axis" jeuk veroorzaken, vooral bij mensen met aanleg
voor atopische dermatitis → meditatie tegen huidaandoeningen/jeuk
• Bij kou vernauwen bloedvaten, bij warmte verwijden ze weer. Dit verklaart couperose
(extreem blozen bij temperatuurwisselingen) en winterhanden/-voeten, afhankelijk
van het weer.
Pagina 1 van 112
,Diagnostische Technieken
• Dermatologen stellen diagnoses vaak op basis van een klinische blik.
• Belangrijk is om niet alleen naar de huid te kijken, maar ook naar de slijmvliezen,
haren en nagels.
• Onderzoekstechnieken omvatten digitale fotografie, Woodlamp onderzoek,
dermatoscopisch onderzoek, klinisch-chemisch bloedonderzoek, microbiologisch
onderzoek, biopsies en histopathologisch onderzoek, moleculair-biologische
technieken en allergologisch onderzoek.
o Digitale fotografie wordt gebruikt om de evolutie van huidletsels te volgen
(smartphone)
o Woodlamp onderzoek (UVA-licht) wordt gebruikt om contrasten op de huid te
versterken, bijvoorbeeld bij vitiligo (black light)
o Dermatoscopie is een techniek waarbij een vergrootglas (10x) wordt gebruikt
om pigmentvlekken te bekijken en te beoordelen op kwaadaardigheid. Vanaf
meer dan 100 vlekjes is een jaarlijkse controle bij de dermatoloog aangeraden
(Epiluminescentie)
o Artificial Intelligence (AI) kan in de toekomst mogelijk helpen bij
patroonherkenning, maar is momenteel nog niet accuraat genoeg.
o Bloedonderzoek:
o Chemisch:
o Onderliggende oorzaak opsporen (bv. granuloma annulare, diabetes).
o Controle voor therapie (bv. methotrexaat bij psoriasis →
leverfunctiecheck).
o Behandeling opvolgen (bv. azathioprine bij atopisch eczeem).
o Serologisch:
o Antistoffen tegen virussen (bv. varicella zoster).
o Antistoffen tegen self-antigenen (bv. desmogleïne 3 bij pemphigus
vulgaris).
o Microbiologisch onderzoek wordt gebruikt voor schimmelonderzoek, waarbij
schilfers worden afgeschraapt en onder de microscoop worden bekeken
(Rechtstreeks onderzoek met 20% KOH en cultuur aanleggen : droog schilfer-
of nagelmateriaal opsturen)
o Huidbiopsieën worden gebruikt voor histopathologisch onderzoek, waarbij
stukjes huid (cilinder) worden weggesneden en onderzocht op
ontstekingscellen en maligne cellen → → Clinicopathologische correlatie,
waar ontsteking, waar structuur verbroken, type ontstekingscellen/maligne
Pagina 2 van 112
, o Immunofluorescentie wordt gebruikt om auto-antilichamen op te sporen die
de huid aanvallen, bijvoorbeeld bij blaarvorming → Directe = op weefselstuk
vs Indirecte = op serum van patiënt
o Plaktesten worden gebruikt bij allergologisch onderzoek om een type IV
cellulaire reactie (vertraagde overgevoeligheid) op te sporen, reactie na 12-
72u, op rug → groot opp en stratum cornuem = niet te dik
• Plaats op het lichaam waar je het ziet is ook belangrijk.
Interpretatie van Huidletsels
• Primaire efflorescenties:
o Macula: vlek op de huid
o Papel: bolleke voelen, verhevenheid
o Plaque: grotere zone van de huid ingenomen
o Vesicula: blaasje in de huid, gevuld met vocht (eczeem)
o Bula: groter dan vesikel = blaar
Huidaandoeningen
Huidziekten zijn veelvoorkomend in de huisartsenpraktijk en kunnen door hun fysieke,
sociale en psychische impact de levenskwaliteit sterk verminderen. Jeuk en disfiguratie
dragen bij aan hoge morbiditeit. Vroege herkenning van huidsymptomen verbetert diagnose
en preventie, maar kennis hierover is vaak beperkt.
• Er zijn zes huidfototypen, variërend van licht (type 1) tot donker (type 6). Mediterrane
huid valt onder type 3-4. Bij fototype 3-4 kan genezing van huidontsteking gepaard
gaan met tijdelijke post-inflammatoire hyperpigmentatie, verdwijnt na een tijd
• Vitiligo is een aandoening waarbij melanocyten door immuuncellen worden gedood,
wat leidt tot witte vlekken op de huid.
• Schimmelinfecties kunnen worden veroorzaakt door dermatofyten, die zich voeden
met keratine.
• Pityriasis versicolor wordt veroorzaakt door een gist (Pityrosporon ovale) die op de
huid groeit en keratinine weg eet, wat leidt tot witte vlekjes. Onder de microscoop
ziet dit eruit als een "spaghetti en meatballs" patroon → antimycotica, azoles
• Auto-immuunaandoeningen kunnen leiden tot blaarvorming doordat auto-
antilichamen de verbindingen tussen keratinocyten afbreken (bv pemphigoid)
• Psoriasis
Pagina 3 van 112
, Behandeling
• Behandelingen omvatten lokale therapie (bv. cortisonecrèmes) en systemische
therapie (bv. immunosuppressiva).
• Cortisone-test: Als de klacht verdwijnt, was het een ontsteking. Blijft het of
verergert het, dan is het waarschijnlijk een infectie, omdat cortisone de
weerstand verlaagt en micro-organismen beter groeien.
• Het is belangrijk om de therapietrouw te bevorderen, vooral bij lokale therapie.
• Antimycotica (bv. azolen) worden gebruikt om schimmels aan te pakken.
• Biologicals zijn dure geneesmiddelen die als antilichamen werken en een overactief
component van het immuunsysteem neutraliseren, bijvoorbeeld bij psoriasis.
• PROVOKE
Epidemiologie
• Huidziekten komen vaak voor in de huisartsenpraktijk en kunnen een hoge
morbiditeit hebben.
• De incidentie van bepaalde huidaandoeningen, zoals psoriasis, is toegenomen.
• Sommige huidziekten komen vaker voor in bepaalde seizoenen of leefomgevingen
(Sappen van bepaalde planten, zoals limoen, peterselie, selderij en berenklauw,
kunnen in combinatie met zonlicht een dermatitis veroorzaken)
Extra
• Dermatologen werken steeds vaker in multidisciplinaire teams, bijvoorbeeld bij
chronische wonden, oncologische aandoeningen of immunologische consulten.
• Zelfzorg en meditatie kunnen helpen bij het beheersen van jeuk.
• Het is belangrijk om te vragen naar het gebruik van nieuwe geneesmiddelen, omdat
veel huidaandoeningen iatrogeen kunnen zijn.
• Het is cruciaal om een zorgverlener te vinden waarmee het klikt, vooral bij
chronische huidaandoeningen.
Pagina 4 van 112
1 Kennis en inzicht verwerven in de pathofysiologie van courante ziektebeelden en diagnostische
technieken gebruikt binnen het domein van het specialisme.
2 De verworven kennis binnen het domein van het specialisme kunnen toepassen op een klinische
probleemstelling als onderbouw voor het probleemoplossend vermogen op de werkplek.
3 Kennis hebben van de mogelijkheden van preventie van een aantal huid- en slijmvliesaandoeningen
en inzicht verwerven en kunnen toepassen van evidence-based handelen in de aanpak van de
courante ziektebeelden in dit domein (wetenschappelijke attitude van de patiëntenzorg).
4 Bekend zijn met de mogelijkheden van mono- en multidisciplinaire aanpak in diagnose en therapie
van een aantal huid- en slijmvliesaandoeningen.
5 Kennis hebben van de mogelijkheden en beperkingen van het therapeutisch handelen, in het belang
van de arts-patiëntrelatie
HC1 → H1-3-4: Bouw en functie huid, anamnese en
onderzoeken, epidemiologie huidaandoeningen
Huidstructuur en Functie
• De epidermis vernieuwt zich ongeveer één keer per maand en bestaat uit
hoorncellen + haarzakjes
• Om de 36 keratinecellen → melanocyt
• In de basale laag van de epidermis bevinden zich melanocyten, die pigment afgeven
aan de hoornlaag en de huidskleur bepalen. De hoeveelheid pigmentproductie is niet
per se bepalend voor een donkere huid, maar eerder de grootte van de organellen in
de melanocyten.
• De dermis bevat bindweefsel en elastine, wat zorgt voor de soepelheid en veerkracht
van de huid, en bevat ook belangrijke bloedvaten en zenuwuiteinden.
• Onder de dermis bevindt zich een vetlaag/subcutis die verbonden is met de fascia en
spieren. Aandoeningen in de vetlaag kunnen leiden tot pijnlijke, paars-rode plekken,
zoals bij paniculitis.
• Stress kan via de "brain-skin axis" jeuk veroorzaken, vooral bij mensen met aanleg
voor atopische dermatitis → meditatie tegen huidaandoeningen/jeuk
• Bij kou vernauwen bloedvaten, bij warmte verwijden ze weer. Dit verklaart couperose
(extreem blozen bij temperatuurwisselingen) en winterhanden/-voeten, afhankelijk
van het weer.
Pagina 1 van 112
,Diagnostische Technieken
• Dermatologen stellen diagnoses vaak op basis van een klinische blik.
• Belangrijk is om niet alleen naar de huid te kijken, maar ook naar de slijmvliezen,
haren en nagels.
• Onderzoekstechnieken omvatten digitale fotografie, Woodlamp onderzoek,
dermatoscopisch onderzoek, klinisch-chemisch bloedonderzoek, microbiologisch
onderzoek, biopsies en histopathologisch onderzoek, moleculair-biologische
technieken en allergologisch onderzoek.
o Digitale fotografie wordt gebruikt om de evolutie van huidletsels te volgen
(smartphone)
o Woodlamp onderzoek (UVA-licht) wordt gebruikt om contrasten op de huid te
versterken, bijvoorbeeld bij vitiligo (black light)
o Dermatoscopie is een techniek waarbij een vergrootglas (10x) wordt gebruikt
om pigmentvlekken te bekijken en te beoordelen op kwaadaardigheid. Vanaf
meer dan 100 vlekjes is een jaarlijkse controle bij de dermatoloog aangeraden
(Epiluminescentie)
o Artificial Intelligence (AI) kan in de toekomst mogelijk helpen bij
patroonherkenning, maar is momenteel nog niet accuraat genoeg.
o Bloedonderzoek:
o Chemisch:
o Onderliggende oorzaak opsporen (bv. granuloma annulare, diabetes).
o Controle voor therapie (bv. methotrexaat bij psoriasis →
leverfunctiecheck).
o Behandeling opvolgen (bv. azathioprine bij atopisch eczeem).
o Serologisch:
o Antistoffen tegen virussen (bv. varicella zoster).
o Antistoffen tegen self-antigenen (bv. desmogleïne 3 bij pemphigus
vulgaris).
o Microbiologisch onderzoek wordt gebruikt voor schimmelonderzoek, waarbij
schilfers worden afgeschraapt en onder de microscoop worden bekeken
(Rechtstreeks onderzoek met 20% KOH en cultuur aanleggen : droog schilfer-
of nagelmateriaal opsturen)
o Huidbiopsieën worden gebruikt voor histopathologisch onderzoek, waarbij
stukjes huid (cilinder) worden weggesneden en onderzocht op
ontstekingscellen en maligne cellen → → Clinicopathologische correlatie,
waar ontsteking, waar structuur verbroken, type ontstekingscellen/maligne
Pagina 2 van 112
, o Immunofluorescentie wordt gebruikt om auto-antilichamen op te sporen die
de huid aanvallen, bijvoorbeeld bij blaarvorming → Directe = op weefselstuk
vs Indirecte = op serum van patiënt
o Plaktesten worden gebruikt bij allergologisch onderzoek om een type IV
cellulaire reactie (vertraagde overgevoeligheid) op te sporen, reactie na 12-
72u, op rug → groot opp en stratum cornuem = niet te dik
• Plaats op het lichaam waar je het ziet is ook belangrijk.
Interpretatie van Huidletsels
• Primaire efflorescenties:
o Macula: vlek op de huid
o Papel: bolleke voelen, verhevenheid
o Plaque: grotere zone van de huid ingenomen
o Vesicula: blaasje in de huid, gevuld met vocht (eczeem)
o Bula: groter dan vesikel = blaar
Huidaandoeningen
Huidziekten zijn veelvoorkomend in de huisartsenpraktijk en kunnen door hun fysieke,
sociale en psychische impact de levenskwaliteit sterk verminderen. Jeuk en disfiguratie
dragen bij aan hoge morbiditeit. Vroege herkenning van huidsymptomen verbetert diagnose
en preventie, maar kennis hierover is vaak beperkt.
• Er zijn zes huidfototypen, variërend van licht (type 1) tot donker (type 6). Mediterrane
huid valt onder type 3-4. Bij fototype 3-4 kan genezing van huidontsteking gepaard
gaan met tijdelijke post-inflammatoire hyperpigmentatie, verdwijnt na een tijd
• Vitiligo is een aandoening waarbij melanocyten door immuuncellen worden gedood,
wat leidt tot witte vlekken op de huid.
• Schimmelinfecties kunnen worden veroorzaakt door dermatofyten, die zich voeden
met keratine.
• Pityriasis versicolor wordt veroorzaakt door een gist (Pityrosporon ovale) die op de
huid groeit en keratinine weg eet, wat leidt tot witte vlekjes. Onder de microscoop
ziet dit eruit als een "spaghetti en meatballs" patroon → antimycotica, azoles
• Auto-immuunaandoeningen kunnen leiden tot blaarvorming doordat auto-
antilichamen de verbindingen tussen keratinocyten afbreken (bv pemphigoid)
• Psoriasis
Pagina 3 van 112
, Behandeling
• Behandelingen omvatten lokale therapie (bv. cortisonecrèmes) en systemische
therapie (bv. immunosuppressiva).
• Cortisone-test: Als de klacht verdwijnt, was het een ontsteking. Blijft het of
verergert het, dan is het waarschijnlijk een infectie, omdat cortisone de
weerstand verlaagt en micro-organismen beter groeien.
• Het is belangrijk om de therapietrouw te bevorderen, vooral bij lokale therapie.
• Antimycotica (bv. azolen) worden gebruikt om schimmels aan te pakken.
• Biologicals zijn dure geneesmiddelen die als antilichamen werken en een overactief
component van het immuunsysteem neutraliseren, bijvoorbeeld bij psoriasis.
• PROVOKE
Epidemiologie
• Huidziekten komen vaak voor in de huisartsenpraktijk en kunnen een hoge
morbiditeit hebben.
• De incidentie van bepaalde huidaandoeningen, zoals psoriasis, is toegenomen.
• Sommige huidziekten komen vaker voor in bepaalde seizoenen of leefomgevingen
(Sappen van bepaalde planten, zoals limoen, peterselie, selderij en berenklauw,
kunnen in combinatie met zonlicht een dermatitis veroorzaken)
Extra
• Dermatologen werken steeds vaker in multidisciplinaire teams, bijvoorbeeld bij
chronische wonden, oncologische aandoeningen of immunologische consulten.
• Zelfzorg en meditatie kunnen helpen bij het beheersen van jeuk.
• Het is belangrijk om te vragen naar het gebruik van nieuwe geneesmiddelen, omdat
veel huidaandoeningen iatrogeen kunnen zijn.
• Het is cruciaal om een zorgverlener te vinden waarmee het klikt, vooral bij
chronische huidaandoeningen.
Pagina 4 van 112