FILOSOFIE – BOEK
VOORWOORD
STRUCTUUR BOEK
Boek staat voor 10 dagen (hoofdstukken), waarin elke dag een andere filosoof wordt besproken
WAT IS FILOSOFIE?
Voor velen is filosofie ‘ken jezelf’, maar wat is nu net wat we moeten kennen?
ð Nu heel andere betekenis dan vroeger
WIJ: Het is wat het gezond verstand denkt dat de filosofie is
FILOSOFEN:
1. Heraclitus: de ‘zelfkennis’ heeft niets te maken met de kennis van wat ik ben
2. Plato: ken jezelf is iets universeels
ð De ziel is een afspiegeling van de politieke macht van de samenleving
ð Zelfkennis is naar buiten kijken à vluchten om te weten wie je eigenlijk altijd bent
geweest
3. Hobbes: ken jezelf = lees jezelf à kennis is lezen
ð Geschiedenis filosofie = lezen wat oudere filosofen reeds geschreven hebben
ð MAAR met welk boek moet je beginnen, moet je alles lezen?
4. Kant: vier vragen die filosofie samenvatten:
ð Wat kan ik kennen?
ð Wat moet ik doen?
ð Wat mag ik hopen?
ð Wat is de mens?
= MAAR wie beslist wat hiervoor nodig is?
PARCOUR DOOR DE GESCHIEDENIS VAN DE FILOSOFIE
BEGIN: Griekenland 15de eeuw – Heraclitus
EINDE: Spanje – Preciadio
ð Verliep niet in 1 rechte lijn
1
,DE EERSTE DAG (H1) – HERACLITUS EN DE IDIOTEN
Heraclitus: 520 v.Chr. – 460 v.Chr. à oudheid
Veel werk van Heraclitus verloren
ð We weten niet dat wat we nog hebben, hij zelf heeft geschreven of dat iemand zijn ideeën
die mondeling werden doorgegeven, opschreef
o Bv: boek ‘Over de natuur’
o Aristoteles was belangrijke bron voor deze periode
ð “ik ben mezelf omdat ik andere mensen nadoe”
ð Deed een directe aanval tegen de grote opvoeders van de grieken (bv Pythagoras)
ð Contradicties kan je enkel denken
WAT IS FILOSOFIE?
DEFINITIE VAN FILOSOFIE
We kunnen filosofie niet zomaar definiëren à de definities zijn denk-remmende pijnstillers = ze
sparen ons van de angst voor zelf te moeten denken
ð Bij definities ben je safe
ð Common sense = comfort zones
= waarheid die voor ieder vanzelfsprekend is, komt plots iemand met een ander idee
ð Waarom vele verkeerd zijn à haat tegen de gewone mens
Filosofie = discruptief (breken), tegen de algemene waarheid ingaan (waarheid van alle mensen)
Euripides: “tweede gedachten zijn wijzer” = het eerste dat in je opkomt op filosofie te definiëren
bevat niets, pas bij de herhaling reflecteer je en beginnen je gedachten vorm & inhoud te krijgen
Hegel (zoon Heraclitus): we maken definities uit vrees voor dwaling
ð Vrees voor dwaling = vrees voor waarheid zelf
ð Wat we menen is TEGENGESTELDE van wat we zeggen
ð Realiteit is cst in beweging/verandering à als we die vertalen in vaste definities is dat
hetzelfde als niet willen weten
Heraclitus: door definities à vertekend beeld van realiteit à mensen zijn hier blij mee
ð Gebrek aan wil/moed doordat we denken dat we al weten wat realiteit is
ð Je leeft in de illusie dat je iets weet
ð Men probeert de natuur te fixeren MAAR die kan niet gefixeerd worden
o ‘Lisander is anders dan anderen maar ook anders dan zichzelf (anders dan gisteren’
2
,IDIOTEN
Idioot = iemand in zichzelf, denkt dat hij alleen bestaat
ð Leven opgesloten in hun eigen verhaal over de realiteit (eigen wijsheid hebben)
ð Accepteren vertekend beeld van de realiteit
ð Dichters en natuurfilosofen
Volgens Heraclitus zijn we allemaal idioten à we proberen allemaal onszelf te zijn
ð Voorbeeld: “liever vrede dan oorlog” = logisch à maar waarom? Kritische blik vormen
!!! DE ECHTE REALITEIT VOLGENS HERACLITUS
LOGOS
Mensen leven graag in droom à alles is er gedefinieerd en staat vast
ð We denken dat we wakker zijn maar we slapen
ð Wat is wakker zijn? = beseffen dat alles één is EN één alles is (= wat vergaat blijft bestaan
alhoewel in zijn tegenovergestelde
o Wakker = beseffen dat realiteit eenheid uitmaakt volgens een universele wet = logos
o De wet is de logos die alle dingen gemeen hebben
ð Eenheid die de wet oplegt op alles wat is, is identiteit tussen tegengestelden: alles en één,
dag en nacht, recht en onrecht,…
o Waarheid = veranderingsproces waarin elk zijnde (iets dat is) zn tegengestelde wordt
(bv zijnde van dag is overgang naar nacht, zijn tegengestelde)
o Identiteit tussen alles en één is dialectisch (= in beiden richtingen)
§ = logica voor opposities en contradicties
§ A = -A à ‘=’ is de logos, de wet
De wet/logos kan je ALLEEN denken à de natuur is niet waarneembaar door empirisch onderzoek
ó natuurfilosofen
ð “Natuurfilosofie is bedriegerij”
ð Met ‘natuur’ bedoelt hij NIET kosmos/natuurdingen MAAR WEL onzichtbare wezen, logica
van de zichtbare realiteit
ð De natuur was altijd daar, bestaat en zal altijd blijven bestaan à ze is ongeschapen
LOGOS EN TIJD
Logos hangt NIET af van tijd à alles wat is, veranderd, maar dat gebeurt niet temporeel maar logisch
3
, ð Wordingsproces tussen oud & jong kan je in 2 richtingen lezen
ð Je kan alle dagen dezelfde dag noemen
Logos bepaald het tempo van worden in natuur
ð Logos neemt functie over van tijd
PLATO’S INTERPRETATIE VAN HERACLITUS
Zijn interpretatie: wij zijn tegelijk zijn (nu) en niet zijn (wat we waren) à we zijn niet hetzelfde als
gisteren, maar wel nog steeds dezelfde persoon
ó JUIST: wat vergaat blijft bestaan, alhoewel in zijn tegenovergestelde à het Lisander dat nu niet
meer bestaat is nog steeds aanwezig in het Lisander dat nu voor me staat (maar het is niet dezelfde
persoon)
Plato zegt: realiteit is lineair, een flux
ó JUIST: realiteit is dialectisch
Plato zegt: alles stroomt en niets blijft
ó JUIST: alles blijft omdat alles stroomt en alles stroomt omdat alles blijft
=== >> in Plato’s Heraclitus is er een eenvoudige identiteit, we missen de dialectische identiteit:
DE DIALECTISCHE REALITEIT
Alles wat is, wordt net omdat het is, zijn eigen andere
ð A = A is gelijk aan A = -A en -A = A
ð A is een dubbele negatie / dialectische identiteit, A = niet -A
Heraclitus: praat over realiteit over verschillende manieren, realiteit die voor ogen van idioten
verschijnt is een vertekend beeld. Wij kunnen realiteit zien als we de logos zien à alles is 1
ð Wat je ziet is eigenlijk beïnvloed door wat je al weet
ð ‘de onzichtbare harmonie is beter dan de zichtbare harmonie’
o Onzichtbare harmonie = logische systeem van de connecties à alle connecties
tussen de begrippen
§ Deze connecties zien wij in de realiteit
§ Onzichtbare harmonie is de logische structuur van de taal à taal bepaalt wat
wij zien
WAT IS IDENTITEIT?
Fragment Heraclitus over rivieren à specialisten denken dat dit niet van hem is
4
VOORWOORD
STRUCTUUR BOEK
Boek staat voor 10 dagen (hoofdstukken), waarin elke dag een andere filosoof wordt besproken
WAT IS FILOSOFIE?
Voor velen is filosofie ‘ken jezelf’, maar wat is nu net wat we moeten kennen?
ð Nu heel andere betekenis dan vroeger
WIJ: Het is wat het gezond verstand denkt dat de filosofie is
FILOSOFEN:
1. Heraclitus: de ‘zelfkennis’ heeft niets te maken met de kennis van wat ik ben
2. Plato: ken jezelf is iets universeels
ð De ziel is een afspiegeling van de politieke macht van de samenleving
ð Zelfkennis is naar buiten kijken à vluchten om te weten wie je eigenlijk altijd bent
geweest
3. Hobbes: ken jezelf = lees jezelf à kennis is lezen
ð Geschiedenis filosofie = lezen wat oudere filosofen reeds geschreven hebben
ð MAAR met welk boek moet je beginnen, moet je alles lezen?
4. Kant: vier vragen die filosofie samenvatten:
ð Wat kan ik kennen?
ð Wat moet ik doen?
ð Wat mag ik hopen?
ð Wat is de mens?
= MAAR wie beslist wat hiervoor nodig is?
PARCOUR DOOR DE GESCHIEDENIS VAN DE FILOSOFIE
BEGIN: Griekenland 15de eeuw – Heraclitus
EINDE: Spanje – Preciadio
ð Verliep niet in 1 rechte lijn
1
,DE EERSTE DAG (H1) – HERACLITUS EN DE IDIOTEN
Heraclitus: 520 v.Chr. – 460 v.Chr. à oudheid
Veel werk van Heraclitus verloren
ð We weten niet dat wat we nog hebben, hij zelf heeft geschreven of dat iemand zijn ideeën
die mondeling werden doorgegeven, opschreef
o Bv: boek ‘Over de natuur’
o Aristoteles was belangrijke bron voor deze periode
ð “ik ben mezelf omdat ik andere mensen nadoe”
ð Deed een directe aanval tegen de grote opvoeders van de grieken (bv Pythagoras)
ð Contradicties kan je enkel denken
WAT IS FILOSOFIE?
DEFINITIE VAN FILOSOFIE
We kunnen filosofie niet zomaar definiëren à de definities zijn denk-remmende pijnstillers = ze
sparen ons van de angst voor zelf te moeten denken
ð Bij definities ben je safe
ð Common sense = comfort zones
= waarheid die voor ieder vanzelfsprekend is, komt plots iemand met een ander idee
ð Waarom vele verkeerd zijn à haat tegen de gewone mens
Filosofie = discruptief (breken), tegen de algemene waarheid ingaan (waarheid van alle mensen)
Euripides: “tweede gedachten zijn wijzer” = het eerste dat in je opkomt op filosofie te definiëren
bevat niets, pas bij de herhaling reflecteer je en beginnen je gedachten vorm & inhoud te krijgen
Hegel (zoon Heraclitus): we maken definities uit vrees voor dwaling
ð Vrees voor dwaling = vrees voor waarheid zelf
ð Wat we menen is TEGENGESTELDE van wat we zeggen
ð Realiteit is cst in beweging/verandering à als we die vertalen in vaste definities is dat
hetzelfde als niet willen weten
Heraclitus: door definities à vertekend beeld van realiteit à mensen zijn hier blij mee
ð Gebrek aan wil/moed doordat we denken dat we al weten wat realiteit is
ð Je leeft in de illusie dat je iets weet
ð Men probeert de natuur te fixeren MAAR die kan niet gefixeerd worden
o ‘Lisander is anders dan anderen maar ook anders dan zichzelf (anders dan gisteren’
2
,IDIOTEN
Idioot = iemand in zichzelf, denkt dat hij alleen bestaat
ð Leven opgesloten in hun eigen verhaal over de realiteit (eigen wijsheid hebben)
ð Accepteren vertekend beeld van de realiteit
ð Dichters en natuurfilosofen
Volgens Heraclitus zijn we allemaal idioten à we proberen allemaal onszelf te zijn
ð Voorbeeld: “liever vrede dan oorlog” = logisch à maar waarom? Kritische blik vormen
!!! DE ECHTE REALITEIT VOLGENS HERACLITUS
LOGOS
Mensen leven graag in droom à alles is er gedefinieerd en staat vast
ð We denken dat we wakker zijn maar we slapen
ð Wat is wakker zijn? = beseffen dat alles één is EN één alles is (= wat vergaat blijft bestaan
alhoewel in zijn tegenovergestelde
o Wakker = beseffen dat realiteit eenheid uitmaakt volgens een universele wet = logos
o De wet is de logos die alle dingen gemeen hebben
ð Eenheid die de wet oplegt op alles wat is, is identiteit tussen tegengestelden: alles en één,
dag en nacht, recht en onrecht,…
o Waarheid = veranderingsproces waarin elk zijnde (iets dat is) zn tegengestelde wordt
(bv zijnde van dag is overgang naar nacht, zijn tegengestelde)
o Identiteit tussen alles en één is dialectisch (= in beiden richtingen)
§ = logica voor opposities en contradicties
§ A = -A à ‘=’ is de logos, de wet
De wet/logos kan je ALLEEN denken à de natuur is niet waarneembaar door empirisch onderzoek
ó natuurfilosofen
ð “Natuurfilosofie is bedriegerij”
ð Met ‘natuur’ bedoelt hij NIET kosmos/natuurdingen MAAR WEL onzichtbare wezen, logica
van de zichtbare realiteit
ð De natuur was altijd daar, bestaat en zal altijd blijven bestaan à ze is ongeschapen
LOGOS EN TIJD
Logos hangt NIET af van tijd à alles wat is, veranderd, maar dat gebeurt niet temporeel maar logisch
3
, ð Wordingsproces tussen oud & jong kan je in 2 richtingen lezen
ð Je kan alle dagen dezelfde dag noemen
Logos bepaald het tempo van worden in natuur
ð Logos neemt functie over van tijd
PLATO’S INTERPRETATIE VAN HERACLITUS
Zijn interpretatie: wij zijn tegelijk zijn (nu) en niet zijn (wat we waren) à we zijn niet hetzelfde als
gisteren, maar wel nog steeds dezelfde persoon
ó JUIST: wat vergaat blijft bestaan, alhoewel in zijn tegenovergestelde à het Lisander dat nu niet
meer bestaat is nog steeds aanwezig in het Lisander dat nu voor me staat (maar het is niet dezelfde
persoon)
Plato zegt: realiteit is lineair, een flux
ó JUIST: realiteit is dialectisch
Plato zegt: alles stroomt en niets blijft
ó JUIST: alles blijft omdat alles stroomt en alles stroomt omdat alles blijft
=== >> in Plato’s Heraclitus is er een eenvoudige identiteit, we missen de dialectische identiteit:
DE DIALECTISCHE REALITEIT
Alles wat is, wordt net omdat het is, zijn eigen andere
ð A = A is gelijk aan A = -A en -A = A
ð A is een dubbele negatie / dialectische identiteit, A = niet -A
Heraclitus: praat over realiteit over verschillende manieren, realiteit die voor ogen van idioten
verschijnt is een vertekend beeld. Wij kunnen realiteit zien als we de logos zien à alles is 1
ð Wat je ziet is eigenlijk beïnvloed door wat je al weet
ð ‘de onzichtbare harmonie is beter dan de zichtbare harmonie’
o Onzichtbare harmonie = logische systeem van de connecties à alle connecties
tussen de begrippen
§ Deze connecties zien wij in de realiteit
§ Onzichtbare harmonie is de logische structuur van de taal à taal bepaalt wat
wij zien
WAT IS IDENTITEIT?
Fragment Heraclitus over rivieren à specialisten denken dat dit niet van hem is
4