NKO otologie – te kennen delen uit cursus
H1 anatomie en fysiologie van het oor
Oorschelp trommelvlies labyrinth n cochlearis VIII
Uitwendige gehoorgang cavum tympani
Gehoorbeentjes (hamer, aambeeld, stijgbeugel)
Middenoorspiertjes (m tensor tympani, m stapedius)
Buis v eustachius
Centraal auditief systeem:
- Nucleus cochlearis
- Olivacomplex
- Colliculi inf
- Lemniscus lat
- Corpus geniculatum med
- Temporale hersenschors
Embryologie (20w)
Oorschelp > 1e en 2e kieuwboog
Gehoorgang > 1e kieuwspleet
Middenoorholte en buis v eustachius > faryngeale uitstulpingen 1e kieuwzak
Gehoorbeentjes > mesoderm
Hamer en aambeeld > 1e kieuwboog (Meckel)
Stijgbeugel > 2e kieuwboog (Reichert)
ð Congenitale anomaliën = vaak gecombineerde afwijkingen van oorschelp,
gehoorgang, middenoor + aangezichtsmisvormingen
Vestibulair en cochlea > oorplacode (ectoderm) w3-m3
ð Zelden gecombineerde congenitale anomaliën v uitw oor en binnenoor
1e kieuwboog Malleus, incus, mm tensor tympani, n trigeminus
2e kieuwboog Stapes, mm stapedius, n facialis
,HET BUITENOOR
Ø Oorschelp
Kraakbeen bedekt met huid en
perichondrium
Oorlel = vet + huid
Tragus
Cavum conchae
Helix
Antehelix
Antitragus
Veel variatie (vage grens tss anomalie en no)
F/ Beperkte geluidsopvangende functie,
vooral voor hoge tonen > richtinghoren
Ø Uitwendige gehoorgang (3cm)
2/3 kraakbenig: veel subcutaan bw en vet, niet pijnlijk
1/3 benig: dunne huid, pijnlijke aanraking
Vernauwing ertussen -> corpora aliena blijven er steken
Hoek tov elkaar -> oorschelp naar achter en boven trekken bij otoscopie
Verwijding vlak voor het trommelvlies -> waterophoping
Med deel voorwand gebogen -> voorkwadranten trommelvlies slechts deels te zien
Lat deel voorwand = kaakgewricht (verwijding bij mond openen)
Inn n vagus auriculaire tak (hoestreflex)
N auriculotemporalis > n trigeminus
N facialis
F/ bescherming tegen beschadiging (tragus, haar, gebogen vorm, vernauwing)
Cerumen beschermt tegen infecties en indringen van water
> lage pH, bactericide werking, uit cerumenklieren kraakbenig deel
Geluidgeleiding onveranderd (onafh van diameter)
(2000-3000Hz = versterking van 10dB door resonantie)
Cerumenophoping = acuut gehoorverlies bij gehele afsluiting
, HET MIDDENOOR
Ø Trommelholte / cavum tympani
Epitympanum (koepelholte):
- Hamer en aambeeld
Mesotympanum (deel achter
trommelvlies):
- Lange incusbeen
- Ovale vensternis met stapes
- 2 spiertjes
- Promontorium: midden
(basale cochleawinding
erachter)
Hypotympanum (x bulbus v
jugularis, voortzetting sinus
sigmoideus)
Bekleedt met eenlagig dun slijmvlies
Bij tubamond en hypotympanum: trilharen, muceuze en sereuze klieren
Inn n glossopharyngeus > n tympanicus
N trigeminus > n auriculotemp
Auriculaire tak n vagus
Gemeenschappelijke inn met kaakgebied -> tandklachten = oorpijn
Ø Trommelvlies
Dunne, glanzende, parelgrijze membraan met blauwe doorschemering
stugge pars tensa (3)
- buitenste huidlaag
- middenste radiaire, circulaire elastische en bwvezels -> anulus fibrosus (stevigheid en
elasticiteit membraan)
- binnenste laag
H1 anatomie en fysiologie van het oor
Oorschelp trommelvlies labyrinth n cochlearis VIII
Uitwendige gehoorgang cavum tympani
Gehoorbeentjes (hamer, aambeeld, stijgbeugel)
Middenoorspiertjes (m tensor tympani, m stapedius)
Buis v eustachius
Centraal auditief systeem:
- Nucleus cochlearis
- Olivacomplex
- Colliculi inf
- Lemniscus lat
- Corpus geniculatum med
- Temporale hersenschors
Embryologie (20w)
Oorschelp > 1e en 2e kieuwboog
Gehoorgang > 1e kieuwspleet
Middenoorholte en buis v eustachius > faryngeale uitstulpingen 1e kieuwzak
Gehoorbeentjes > mesoderm
Hamer en aambeeld > 1e kieuwboog (Meckel)
Stijgbeugel > 2e kieuwboog (Reichert)
ð Congenitale anomaliën = vaak gecombineerde afwijkingen van oorschelp,
gehoorgang, middenoor + aangezichtsmisvormingen
Vestibulair en cochlea > oorplacode (ectoderm) w3-m3
ð Zelden gecombineerde congenitale anomaliën v uitw oor en binnenoor
1e kieuwboog Malleus, incus, mm tensor tympani, n trigeminus
2e kieuwboog Stapes, mm stapedius, n facialis
,HET BUITENOOR
Ø Oorschelp
Kraakbeen bedekt met huid en
perichondrium
Oorlel = vet + huid
Tragus
Cavum conchae
Helix
Antehelix
Antitragus
Veel variatie (vage grens tss anomalie en no)
F/ Beperkte geluidsopvangende functie,
vooral voor hoge tonen > richtinghoren
Ø Uitwendige gehoorgang (3cm)
2/3 kraakbenig: veel subcutaan bw en vet, niet pijnlijk
1/3 benig: dunne huid, pijnlijke aanraking
Vernauwing ertussen -> corpora aliena blijven er steken
Hoek tov elkaar -> oorschelp naar achter en boven trekken bij otoscopie
Verwijding vlak voor het trommelvlies -> waterophoping
Med deel voorwand gebogen -> voorkwadranten trommelvlies slechts deels te zien
Lat deel voorwand = kaakgewricht (verwijding bij mond openen)
Inn n vagus auriculaire tak (hoestreflex)
N auriculotemporalis > n trigeminus
N facialis
F/ bescherming tegen beschadiging (tragus, haar, gebogen vorm, vernauwing)
Cerumen beschermt tegen infecties en indringen van water
> lage pH, bactericide werking, uit cerumenklieren kraakbenig deel
Geluidgeleiding onveranderd (onafh van diameter)
(2000-3000Hz = versterking van 10dB door resonantie)
Cerumenophoping = acuut gehoorverlies bij gehele afsluiting
, HET MIDDENOOR
Ø Trommelholte / cavum tympani
Epitympanum (koepelholte):
- Hamer en aambeeld
Mesotympanum (deel achter
trommelvlies):
- Lange incusbeen
- Ovale vensternis met stapes
- 2 spiertjes
- Promontorium: midden
(basale cochleawinding
erachter)
Hypotympanum (x bulbus v
jugularis, voortzetting sinus
sigmoideus)
Bekleedt met eenlagig dun slijmvlies
Bij tubamond en hypotympanum: trilharen, muceuze en sereuze klieren
Inn n glossopharyngeus > n tympanicus
N trigeminus > n auriculotemp
Auriculaire tak n vagus
Gemeenschappelijke inn met kaakgebied -> tandklachten = oorpijn
Ø Trommelvlies
Dunne, glanzende, parelgrijze membraan met blauwe doorschemering
stugge pars tensa (3)
- buitenste huidlaag
- middenste radiaire, circulaire elastische en bwvezels -> anulus fibrosus (stevigheid en
elasticiteit membraan)
- binnenste laag