Module GGZ
Stigma, beeldvorming en (ab)normaal
Stigma
labelen van menselijke verschillen
gewoonte die vreemd zijn aan de eigen culturele overtuigingen,
gelabeld als ongewenste, negatieve stereotypes/vooroordelen
gelabelde personen opdelen in verschillende categorieën met graad
van verschil: wij en zij verdeeldheid
gelabelde personen verliezen status discriminatie
Functie vooroordelen:
drang naar eenvoud om snel situaties in te schatten en beslissingen
te maken
drang naar een veilige groep afstand andere groepen (hoe minder
we groep kennen, hoe homogener)
Soorten ggz-stigma
publiek stigma bv iemand met depressie geweigerd door angst in
team passen
structureel stigma wet, regelgeving, procedures bv minder
ruimte flexibele werkuren, wel voor lichamelijke aandoeningen
associatief stigma naaste omgeving (familie/groep) gediscrimineerd
bv moeder met schizofreen kind; moeder heeft kind slecht opgevoed
zelfstigmatisering:
awareness bewustzijn negatieve stereotypen
agreement het eens zijn met
concurrentie op zichzelf betrekken
bv overtuiging: “ik ben zwak omdat ik geen problemen alleen kan
oplossen” schaamte bij hulp zoeken geloof teken falen
depressie verergert
geanticipeerd stigma (verwachting) door zelfstigmatisering en
persoonlijke ervaringen of ervaringen van anderen bv bij sollicitatie
niet vertellen over stoornis uit angst voor afwijzing
iatrogeen stigma (stigma door hulpverlening):
vnml personen met persoonlijkheids- of middelenproblematiek:
negatieve houding en tolerantie
vaak passief gedrag
gebrek aan acceptatie, incompetent geacht, geweld
weinig vertrouwen in herstel
bv pt met stoornis naar HA voor hoofdpijn en dokter zegt dat het
tussen de oren zit en gevolg van de stoornis
Gevolgen stigma
impact op:
, zelfvertrouwen & onafhankelijkheid
werk & huisvestiging
persoonlijke relaties & fysieke gezondheid
symptomen psychische gezondheid, therapietrouw en coping
hulp zoeken voor behandeling
diangostic overshadowing van somatische klachten
angst en depressieve symptomen
meer risico op herval
hoe we denken en praten over ggz heeft impact op systeem
Stigma in de gezondheidszorg
Verhoogde mortaliteit bij personen met psychische kwetsbaarheid
multifactorieel:
Verhoogd risico op chronische aandoeningen en bepaalde vormen
van kanker (teloneren beschermende structuren uiteinde
chromosomen: dragers genetische info)
Iatrogene effecten psychofarmaca
Verhoogd risico op gewelddadig overlijden, suïcide en ongeluk
Verlaagde toegang gezondheidszorg (diagnostic overshadowing)
Bepaalde factoren ivm levensstijl bv roken
Hulpverleners met gestigmatiseerde opvattingen zijn niet geneigd
standaard zorg te bieden die pt nodig heeft
Beschermende factor positieve ervaring met ggz
Negatieve factor geloof in non-compliance
Stigma-ervaring en discriminatie geassocieerd met hogere
gezondheidskosten vermijdingsgedrag ernstigere pathologie en
hogere kosten
Verklaringen voor ggz-stigma
Wortels binnen biologie, sociologie en neuropsychologie
bescherming van zichzelf door te streven naar veiligheid, willen
overleven, lustvervulling, zelfgevoel en status willen in stand houden
Negatieve houdingen:
Angst een bedreiging voor onze samenleving: afzonderen
Autoritair gedrag kunnen geen verantwoordelijkheid dragen of
belangrijke beslissingen nemen. Rijkdom, macht en sociale status
bereiken door dominantie
Welwillendheid of liefdadigheid mensen met psychische
kwetsbaarheid hebben veel aandacht en zorg nodig
Handhaven sociale normen consequenties voor niet houden aan
(on)geschreven regels
Theorieën:
Labeling- of etiketteringstheorie
Afwijkend gedrag etiket (willen controleren)
, Persoon gaat zich voelen/gedragen naar beeld dat hij op
voorhand had
Angst voor afwijzing geanticipeerd stigma
Attributietheorie denkbeelden en emoties die gepaard gaan met
stigmatisering en discriminatie:
Gedrag tov mensen met psychische kwetsbaarheid bepaald door
de schuldvraag bv verantwoordelijk voor druggebruik
afwijzing en discriminatie
Of niet verantwoordelijk, maar aangeboren probleem
medelijden en helpen
Stigma binnen eigen beroepsgroep studenten vp kiezen niet voor
ggz, maar:
Ggz is overal
Verder kijken dan nauwe klinische procedures
Meer bereid en zelfverzekerd zijn in bieden psychische hulp
Beter begrijpen van patiënt met psychische problemen
Beter begrip en waardering voor vp ggz
Bekend en bemind
Verpleegkundigen zijn sitgmatisers:
Negatieve attitude naar ggz
Vanuit angst/onwetendheid/confrontatie met zichzelf
Tekort van kennis
Schuldgevoel psychische problemen zijn een zwakte, luiheid, …
Groter bij automutilatie, middelenmisbruik, suïcideproblematiek
Pessimistische houding tov prognose
Vaker op urgentiediensten
Invloed stigma op keuze ggz-vpk:
Stigma, beeldvorming en (ab)normaal
Stigma
labelen van menselijke verschillen
gewoonte die vreemd zijn aan de eigen culturele overtuigingen,
gelabeld als ongewenste, negatieve stereotypes/vooroordelen
gelabelde personen opdelen in verschillende categorieën met graad
van verschil: wij en zij verdeeldheid
gelabelde personen verliezen status discriminatie
Functie vooroordelen:
drang naar eenvoud om snel situaties in te schatten en beslissingen
te maken
drang naar een veilige groep afstand andere groepen (hoe minder
we groep kennen, hoe homogener)
Soorten ggz-stigma
publiek stigma bv iemand met depressie geweigerd door angst in
team passen
structureel stigma wet, regelgeving, procedures bv minder
ruimte flexibele werkuren, wel voor lichamelijke aandoeningen
associatief stigma naaste omgeving (familie/groep) gediscrimineerd
bv moeder met schizofreen kind; moeder heeft kind slecht opgevoed
zelfstigmatisering:
awareness bewustzijn negatieve stereotypen
agreement het eens zijn met
concurrentie op zichzelf betrekken
bv overtuiging: “ik ben zwak omdat ik geen problemen alleen kan
oplossen” schaamte bij hulp zoeken geloof teken falen
depressie verergert
geanticipeerd stigma (verwachting) door zelfstigmatisering en
persoonlijke ervaringen of ervaringen van anderen bv bij sollicitatie
niet vertellen over stoornis uit angst voor afwijzing
iatrogeen stigma (stigma door hulpverlening):
vnml personen met persoonlijkheids- of middelenproblematiek:
negatieve houding en tolerantie
vaak passief gedrag
gebrek aan acceptatie, incompetent geacht, geweld
weinig vertrouwen in herstel
bv pt met stoornis naar HA voor hoofdpijn en dokter zegt dat het
tussen de oren zit en gevolg van de stoornis
Gevolgen stigma
impact op:
, zelfvertrouwen & onafhankelijkheid
werk & huisvestiging
persoonlijke relaties & fysieke gezondheid
symptomen psychische gezondheid, therapietrouw en coping
hulp zoeken voor behandeling
diangostic overshadowing van somatische klachten
angst en depressieve symptomen
meer risico op herval
hoe we denken en praten over ggz heeft impact op systeem
Stigma in de gezondheidszorg
Verhoogde mortaliteit bij personen met psychische kwetsbaarheid
multifactorieel:
Verhoogd risico op chronische aandoeningen en bepaalde vormen
van kanker (teloneren beschermende structuren uiteinde
chromosomen: dragers genetische info)
Iatrogene effecten psychofarmaca
Verhoogd risico op gewelddadig overlijden, suïcide en ongeluk
Verlaagde toegang gezondheidszorg (diagnostic overshadowing)
Bepaalde factoren ivm levensstijl bv roken
Hulpverleners met gestigmatiseerde opvattingen zijn niet geneigd
standaard zorg te bieden die pt nodig heeft
Beschermende factor positieve ervaring met ggz
Negatieve factor geloof in non-compliance
Stigma-ervaring en discriminatie geassocieerd met hogere
gezondheidskosten vermijdingsgedrag ernstigere pathologie en
hogere kosten
Verklaringen voor ggz-stigma
Wortels binnen biologie, sociologie en neuropsychologie
bescherming van zichzelf door te streven naar veiligheid, willen
overleven, lustvervulling, zelfgevoel en status willen in stand houden
Negatieve houdingen:
Angst een bedreiging voor onze samenleving: afzonderen
Autoritair gedrag kunnen geen verantwoordelijkheid dragen of
belangrijke beslissingen nemen. Rijkdom, macht en sociale status
bereiken door dominantie
Welwillendheid of liefdadigheid mensen met psychische
kwetsbaarheid hebben veel aandacht en zorg nodig
Handhaven sociale normen consequenties voor niet houden aan
(on)geschreven regels
Theorieën:
Labeling- of etiketteringstheorie
Afwijkend gedrag etiket (willen controleren)
, Persoon gaat zich voelen/gedragen naar beeld dat hij op
voorhand had
Angst voor afwijzing geanticipeerd stigma
Attributietheorie denkbeelden en emoties die gepaard gaan met
stigmatisering en discriminatie:
Gedrag tov mensen met psychische kwetsbaarheid bepaald door
de schuldvraag bv verantwoordelijk voor druggebruik
afwijzing en discriminatie
Of niet verantwoordelijk, maar aangeboren probleem
medelijden en helpen
Stigma binnen eigen beroepsgroep studenten vp kiezen niet voor
ggz, maar:
Ggz is overal
Verder kijken dan nauwe klinische procedures
Meer bereid en zelfverzekerd zijn in bieden psychische hulp
Beter begrijpen van patiënt met psychische problemen
Beter begrip en waardering voor vp ggz
Bekend en bemind
Verpleegkundigen zijn sitgmatisers:
Negatieve attitude naar ggz
Vanuit angst/onwetendheid/confrontatie met zichzelf
Tekort van kennis
Schuldgevoel psychische problemen zijn een zwakte, luiheid, …
Groter bij automutilatie, middelenmisbruik, suïcideproblematiek
Pessimistische houding tov prognose
Vaker op urgentiediensten
Invloed stigma op keuze ggz-vpk: